1
GLOBE
I
t
EG
r]|__||_JÉ
Et-
Verfrisschend, uitnemend
fijn van smaak, onverge
lijkbaar om zijne zuiver
heid, is Globe, de uitge
lezen drank voor ieder
die aan sport doet.
DE ZIEL DER CITROEN
ONS LAND IN WOORD EN BEELD
461
stonds door elke tegenspraak, haar zenuwen geprikkeld
werden.
Ook van Bentum had veel van de kuren zijner vrouw
te verdragen, doch de liefde en het medelijden dat hij
voor haar gevoelde, hield hem steeds in bedwang en
al haar ongegronde verwijten, ontving hij met een droe
ven glimlach. Zij was hevig jaloersch en zocht in alles
iets te vinden om er haar afkeuring aan te kunnen
hechten.
Dit bracht van Bentum soms in een moeilijken toe
stand. En daarom ook had zij reeds enkele verpleegsters
verplicht te vertrekken, die, volgens haar meening, te
voorkomend en te lief voor hem waren en te veel haar
blikken op hem richtten.
Daniëlla begreep, dat de jaloezie de zieke moest pla
gen, daar zij steeds gedoemd was, thuis te blijven, of
zich in haar wagentje te laten rondrijden in den tuin.
van Bentum leed door haar achterdocht, want tot
dusver had hij nooit bijzonder aandacht aan ook één
der verpleegsters geschonken.
Met Daniëlla was dit niet het gevalHaar kalm op
treden; haar wars zijn van opdringerigheid; haar goedig
gelaat en zacht karakter brachten hem haar onwille
keurig meer in de gedachte. In haar tegenwoordigheid
voelde hij zich herleven; haar rond hem te zién; heur
stem te hooren en in stilte haar bewegingen gade te
slaan, was hem een genot.
Had hij haar lief? vroeg hij zich af.
Neen, neen, fluisterde de stem van zijn geweten.
Altleen Denise, zijn Ongelukkige vrouw beminde hij;
haar alleen had hij lief, oprecht en vurig zooals bij
hun eerste kennismaking.
O Die heerlijke tijd, toen hij haar zijn huis mocht
binnenleiden als zijn dierbare echtgenooteWat had
hij met haar bij zijn kennissen gepronkt en had hen
meermaals vol bewondering hooren fluisteren„wat is
zij mood."
Ja, Denise was een schoonheid geweest t Met haar
prachtige gestalte, haar betooverend gelaat met de
groote, donkere oogen, verwekte zij opschudding waar
zij ook verscheen. Overal was hij met haar geweest
alle groote badplaatsen had hij met haar bezocht, naar
vele voorname steden had hij haar meegenomen en
overal had men haar bewonderd.
Men noemde haar trotsch, maar had zij met haar
schoonheid niet het recht hoovaardig te zijn?
En nu was zij een wrak. Ze moest niet alleen licha
melijk maar ook geestelijk veel lijden nu zij, als, het
ware, tusschen vier muren haar leven moest slijten en
nooit met iemand in aanraking kwam als met haar eigen
familie... Zijn armei ongelukkige Denise! Ja, hij moest
toegevend voor haar zijn; haar beleedigingen verduren;
zij was immers te beklagen?'Al wat zij deed, was door
haar ziekte, want zij werd door haar zenuwen overrom
peld.
Dit waren steeds zijn gedachten sinds hij Daniëlla
beter leerde kennen. Hij wilde zichzelven inprenten, dat
zijn vriendschap voor de verpleegster zeer oppervlakkig
was en hij niemand anders liefhad dan zijn vrouw...
Op een avond verzocht de zieke Daniëlla wat mu
ziek te maken.
Heel graag, mevrouw, antwoordde de verpleeg
ster, ik had het u niet durven vragen. Ik hemd dolveel
van muziek en zou er heel wat tijd aan kunnen beste
den.
De vensters stónden wijd open en de geur der bloe
men kwam, door een zacht windje gedreven, de kamer
in.
Denise lag in haar rolstoel en gaf eenige aanwijzingen
aangaande de muziekboeken en vroeg
Zingt u ook, zuster?
Een weinig, mevrouw.
Laat eens hooren.
Even daarna zong Daniëlla met haar prachtige so-
praanstem het heerlijke lied„Het Gebed van den Land
man." Toen zong zij het beroemde „Ave Maria van
Gounod.
De muziek ruischte en haar zang klonk door den
tuin, waar van Bentum verwonderd stond te luisteren
en telkens lispelde
Zij?
Hij zag haar blanke handen over de toetsen glijden
en haar bezield gelaat nu én dan een weinig opge
heven.
Het was, alsof zij alles rondom zich vergat en of zij
geheel haar ziel in hét lied legde.
Zust«rt schei uit, ik bid u riep de zieke. Muziek
werkt te veel op mijn zenuwen; aanstonds krijg ik
weer een crisis
Daniëlla sloot onmiddellijk de piano en zei:
't Zcu ine erg spijten, mevrouw, moest ik daar
de oorzaak van zijn.
Denise gaf haar geen kompliment, daar zij gehoord
had, dat Daniëlla in muziek en zang haar overtrof.
'Hoe mooi, fluisterde Elly. Jammer dat de zuster
niet meer spelen mag.
Zij keek haar moeder verwijtend aan en plaatste zich
voor het open venster. Toen zag zij haar vader op
een bank zitten, als was hij in droomen verzonken.
Vader, riep ze, hebt u de zuster gehoord?
Is vader daar? vroeg de zieke met schrik 'in de
oogen.
EENE VROUW DIE BRAND van het verlangen,
extra koffie te drinken, zet deze met bijvoeging
van Chicorei Trappisten Vincart. 334
Ja, moeder.
Zeg hem, dat hij bij me komt. Zuster breng me
naar mijn kamer.
Beiden deden wat hun verzocht werd en toen van
Bentum zich bij zijn vrouw zette, kreeg Daniëlla van
haar een wenk om de kamer te verlaten.
Wat is er van je dienst, lieve? vroeg hij teeder.
Heb je haar hooren zingen, Rudolf?
Ja, lieve. Ze heeft een prachtige stem en zij speelt
uitstekend piano. Zij zou ons meer op zoo iets heerlijks
moeten vergasten.
Haar oogen scheten vonken en smalend zei ze
Je hebt er zeker met al je aandacht naar geluis
terd?
Waarom niet, lieve? Zoo iets hebben wij in lang
niet gehoord... sinds jij niet meer gespeeld hebt, voegde
hij er met droeven glimlach bij.
Op haar gelaat verscheen een zachtere uitdrukking,
terwijl zij zijn hand streelde.
Ja, toen, zei ze met trillende stem... Rudolf, hou
je nog van me? smeekte ze.
Ja, lieve, dat weet je toch wel, suste hij.
Van mij alleen? drong ze.
Lieve...
Niet meer zooails vroeger, wel?
Maar lieve Denise, van wie zou ik anders hou
den?
Ook.niet van de verpleegster?
Toen sprong hij op, keek haar ontsteld aan had zij
in zijn binnenste gelezen?
Ais jij van haar houdt, dan gaat zij onmiddellijk
de deur uit, on-mid-del-lijk, versta je? beet zij hem
toe.
Plotseling begreep hij, dat hij te ver was gegaan.
Hij nam haar hand, drukte er een zoen op en zei
Denise, je doet me leed... Wat rechtvaardigt Je
achterdocht? Omdat ik gezegd heb, dat zij goed zingt
Heb je ooit bemerkt, dat zij mij lief is Heb je ooit
gezien, dat zij zich niet correct gedraagt? Heb oodt
een verpleegster gehad, die zich zoo voordoet als
deze?
Je bemint haar want je pleit voor haarkreet de
zieke.
Moedeloos liet van Bentum haar hand zakken en het
eerste bitse woord sinds haar ziek-zijn, kwam over zijn
lippen
Je tergt me, Denöse, je tergt me.
Toen' ging hij heen, morrende omdat liet Noodlot hem
zoo wreed vervolgde.
Weer ging hij naar den tuin, verbleef lang in de
donkere lanen, alleen met zijn groot leed en diepe droe
fenis.
Den ganschen dag was mevrouw van Bentum in
gedachten verzonken geweest. Zij had zich de onmo
gelijkste dingen voorgesteld en zag zich reeds door haar
man verlaten, die met de verpleegster vertrokken was.
(Wordt vervolgd.)
Vi
In goede instellingen wordt enkel Globe I
geschonken, maar mijdt U voor na
maaksels in tweede rang haixen.
\l 'C—