Vrij naar het Engelsch van CHARLES GARVICE 468 ONS LAND IN WOORD EN BEELD ONZE BUITENLAND-SERIE. Een kiekje van het meer bij Hallstadt in Oostenrijk, dat met den eigenaardig gevormde bootjes, min oi meer op de wijze der Venetiaansche gondels bestuurd, wordt bevaten HET VERHAAL TOT NU TOE. De heer B. Chalfont is een der rijkste en geëerdstc zakenmannen van Londen. Op zekeren dag noodigt hij een zekeren Jack Chalfonte. een bijna-naamgenoot van hem. uit. bij hem in dienst te komen als secretaris, waarvoor hij hem een rijke positie aanbiedt. Hij behandelt hem geheel als zijn zoon. Na een feestmaal wordt Chalfonte gezien door een zekeren Norton, die met zijn dochter naar Londen is gekomen. Norton blijkt een vroegere goudgraver uit Australië te zijn. die met een ander, Bradshaw. samen de goudvelden heeft bezocht. Toen zij een rijken voorraad goud verzameld hadden was Bradshaw. die. naar later bleek, een gevluchte misdadiger was. er met den buit vandoor gegaan en bleef Norton arm achter. Norton herkent nu in den rijken Chalfont z'n vroegeren deelgenoot Bradshaw. bezoekt hem en eischt van hem dat hij zijn heele vermogen aan zijn dochter zal vermaken, wat Chalfont. die niet kan ontkennen, belooft, niettegenstaande hij juist den vorigen dag Jack Chalfonte gezegd heeft hem tot zijn eenigen erfgenaam benoemd te hebben. Hij maakt dus een testament ten gunste van Norton's dochter en geeft dat ook aan Norton. Als deze het huis van den millionnair verlaat ontmoet hij buiten zijn dochter, die angstig haar vader gevolgd is en ook Chalfonte. die tevoren het meisje had ontmoet. Norton doet zeer opgewonden, en zegt dat hij onmiddellijk naar een advocaat moet voor een gewichtige zaak. waarop Chalfonte zegt. dat dat goed treft, daar bij zelf advocaat is en zich voorstelt. Norton, wiens verstand op dat oogenblik niet al te best werkt, geeft hem de zooeven ontvangen enveloppe met het testament, om die voor hein te bewaren, reist met zijn dochter af. uitgeleide gedaan door Chalfonte. Jack gaat naar huis terug, steeds denkend aan Nora Norton, die een diepen indruk op hem heeft gemaakt; zonder ze in te zien sloot hij de enveloppe in zijn bureau, er bij denkend, dat het kostbare van den inhoud Intusschen deed Jack zichzelf heftige verwijten, berispte zichzelf, omdat hij zich bijna had ver raden, omdat hij, door zoo zijn zelfbeheer- sching te verliezen, bijna zijn liefde voor haar had bekend. En welk een afkeurenswaardige handelwijze zou dat van hem zijn geweest.... gebruik te maken van de positie, waarin hij ten opzichte van miss Norton verkeerde, van het weinige, dat hij voor haar had gedaan, en van haar onwetendheid omtrent toestanden en mogelijkheden in een wereld, waar van zij nog maar juist den drempel had over schreden Neen, hij moest zich wat meer in herinnering brengen, dat hij, de eenvoudige advocaat zonder practijk, geen geschikte partij was voor de million- naire van Chertson Hall, dat in haar onmiddellijke omgeving iemand woonde, die veel beter bij haar paste. Welk recht had hij eigenlijk, om zich te drin gen tusschen haar en dien lord Ferndale Hij moest dus voorzichtig zijn, zéér voor zichtig En tengevolge van hun beider besluit gedroegen de beide jongelieden zich, toen zij elkaar bij de thee weer ontmoetten, buitengewoon beleefd tegenover elkaar zóó beleefd zelfs, dat mevrouw Feitham nu en dan een peinzenden blik op hen wierp, niet vermoedend, dat Jack en Nora, terwijl zij over de meest alledaagsche onderwerpen praatten, er beiden in hun hart naar verlangden, het masker van hun gelaat af te rukken, de armen naar elkaar uit te strekken en elkaar de teederste liefde-woorden in het oor te fluisteren wel alleen zou bestaan in de gekrenkte verbeelding van den ongeluk- kigen vader van het meisje. Naar de kamer van Chalfont gaande, vond hij daar zijn weldoener dood in zijn stoel zitten. Toen de notaris kwam vond deze het testament dat hij een paar dagen te voren ten gunste van Jack had moeten opmaken, niet. Het bleek dat twee bedienden als getuigen tivee documenten geteekend hadden, eerst een testament en een kwartier later een tweede, daar in het eerste, zooals de heer Chalfont hen had gezegd „een fout geslopen was". Later werd een verscheurde brief gevonden, waarin Chalfont Jack meedeelde, dat het hem niet mo gelijk was zijn belofte gestand té doen om hem tot zijn erfgenaam te maken; een schuld, ontstaan door een gebeurtenis uit zijn vroeger leven, eischte plotseling afdoening en zou hem na zijn dood van al zijn geld berooven. De notaris zou voorloopig voor alles zorgen en hij raadde Jack, die geheel in de war was. aan maar naar Londen te gaan. wat deze deed. temeer daar hij Nora beloofd had haar dezen dag te bezoeken. Hij stak de enveloppe van Norton bij zich en ging op wegtoen hij de woning van Norton betrad was het eerste wat hij hoorde, dat haar vader dood was. Hij overhandigt, na Nora eerst zijn hulp te hebben aangeboden, haar de enveloppe en als zij in zijn bijzijn den inhoud leest, komt Jack er achter, dat zij de eenige erfgename van Chalfont is. Nora installeert zich op het landgoed, dat door Jack wordt verlaten. Bij het af scheid nemen vraagt Nora hem haar rentmeester te worden.wat hij aanvaardt. In een der huisjes op het landgoed woont Maud Delraan met haar moeder. Jack ontmoet het meisje en die vraagt hem of hij haar wil helpen om aan het tooneel te komen, wat Jack belooft. Als zij afscheid neemt van Jack komt juist Nora in haar rijtuig voorbij en ziet hen vertrouwelijk roet elkaar spreken. Onderweg breekt er iets aan haar rijtuig en Lord Ferndale. die met zijn gebrekkige zuster hen op den weg ziet staan. XVI Toen Jack een week later van het station naar Chertson Hall wandelde, ontmoette hij Maud Delman; het was den jongen man terstondduide- lijk, dat zij wist, met welken trein hij gewoonlijk reisde, en dat zij op hem gewacht had. Er lag een blos op haar knap gezichtje en haar oogen schitterden, toen zij hem begroette. „Ik verwachtte, dat u met dezen trein zoudt komen," zeide zij, „en ik wou u heel graag even spreken. O, mijnheer Chalfonte, ik ben naar Lon den geweest en heb mijnheer Telby gesproken." Jack had haar het adres van zijn vriend gegeven. „De zaak is in orde. O, ik ben zoo gelukkig, mijn heer Chalfonte „Zoo, dus u bent geslaagd vroeg Jack, naast haar voortgaande. „Ja, dat geloof ik wel," antwoordde zij, hem met dankbaren blik aanziende. „Ik was natuurlijk vree- selijk zenuwachtig, maar mijnheer Telby heeft mij heelemaal niet geholpen. Hij begon met mij een op somming te geven van al de moeilijkheden en teleur stellingen, die het tooneelleven voor een jong meis je meebrengt, en daardoor ontnam hij mij bijna het kleine beetje moed, dat ik bezat. Toen ik echter eenmaal begonnen was, vergat ik alles weer juist zooals op dien middag, toen ik voor u heb „ge speeld." Nu, ik geloof wel, dat ik het vrij goed ge daan heb, want toen ik klaar was, zeide hij„Dat is niet slecht voor een beginneling, jongedame ik geloof wel, dat er van u iets te maken zal zijn." En wat denkt u, dat hij mij heeft aangeboden, mijnheer Chalfonte nccmi haar en haar chaperone mevr. Feitham mee naar zijn kasteel Bentham Abbey, waar zij vriendelijk worden ontvangen en Nora een uitstekenden indruk maakt, vooral op de zuster, die als zij vertrokken zijn. haar broer, die wel edelman, maar zeer arm is. suggereert Nora ten huwelijk te vragen om met haar geld zijn naam meer luister te kunnen bijzetten. Lord Ferndale antwoordt echter met een„Ik trouw nooit Bij zijn terugkeer uit Londen brfengt Jack eenige tooneelstukken mee voor Maud Delman en zegt haar dat ze eenige rollen daaruit mag voordragen voor den directeur van een Londenschen schouwburg. Zij verzocht hem. haar over eenige dagen te willen overhooren. maar haar moeder mag het niet weten, dus in het bosch waar Jack, hoewel eerst tegenstrevend, in toestemt. Bij het tegenbezoek van Lady Blanche en lord Ferndale maakt Jack met beiden kennis en merkt tot zijn ergenis dat Nora door Lord Fem- dale's fijne manieren nogal met hem ingenomen is. Den volgenden dag ontmoet hij volgens afspraak Maud Delman in het bosch. waar ze de ingestudeerde rollen zoo goed weet weer te geven, dat hij haar in be wondering gadeslaat en zij om haar dankbaarheid te toonen hem op zijn hand kust. Als hij weg is. ontmoet Maud een ouden vriend Stephen Fleming, die haar en Jack bespionneerd heeft, en haar zijn liefde voor haar bekend. Zij wijst hem echter botweg af. Hij werpt haar dan voor de voeten, dat ze Jack probeert het hof te maken, waarna hij zich ver wijdert. Jack ontmoet Nora in de hall. Ze gaan samen naar de stallen, want Nora zal gaan paardrijden. Hij laat dan zijn groote be zorgdheid voor haar blijken en wanneer hij haar bij haar terugkomst als zij uit het zadel springt, in zijn armen opvangf snelt zij naar haar kamer en begrijpt wat Jack voor haar beteekent. ze wil hem echter vooral niets laten blijken. „Nu, vijftig pond per week "|kT r* misschien," glimlachte Jack. O» A3 Zij lachte hartelijk. „O neen, nu maakt u gekheid natuurlijk Dat gebeurt alleen maar in romans. Neen, hij heeft mij een kleine rol beloofd in zijn nieuw tooneelstuk „Langs den weg." Het is wel geen groote rol, maar ik moet toch wel twintig regels achtereen spreken, en geheel alleen, dus dat is wel opvallend. En nu het mooiste nog drie pond per week verdien ik „Dat is een reusachtig bedrag," zeide Jack schert send. „O, voor u natuurlijk niet, dat weet ik wel, maar voor mij wèl," zeide Maud. „Hoeveel handschoenen denkt u dat ik zou moeten piaken, om dat bedrag bij elkaar te krijgen „Dat weet ik niet," moest Jack bekennen, „maar het komt mij voor, dat handschoenen maken in elk geval een regelmatige arbeid is, terwijl tooneel- spelen nu, ik geloof, dat het lang niet altijd het noodige oplevert." „O, maar met mij zal dat wel anders gaan," ant woordde zij met een overtuiging, die Jack verbaasd deed staan. „Als ik zulk een veeleischend man als mijnheer Telby tevreden kan stellen, en hij keek heusch verbaasd, toen ik die twintig regels vlot uit mijn hoofd kon voordragen, nadat ik ze één keer had gelezen dan zal ik het ook wel verder bren gen. Maar nu, mijnheer Chalfonteo, ik vraag maar telkens méér van u!.... nu zou ik graag willen, dat u naar mijn moeder ging en haar alles zegt, haar desnoods ook ervan wilt overtuigen, dat ik goed heb gedaan met het tooneelleven te zoeken."

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Ons Land | 1926 | | pagina 4