I
605
ONS LAND IN WOORD EN BEELD
een héél piepjong sterretje dat met schril stemmetje aan
Arcturus vroeg
Stereken van Bethleem, wat is dat
Dat was me nu ook een vraag Die weet nog niet
eens wat het is Sterreken van Bethleem te zijn
Eenigen toonden neiging om eens ferm te lachen op
de kap van den weetniet, maar Arcturus knikte goedig.
Ja, jij zijt nog maar pas hier, jij kunt dus nog niet
weten wat het Sterreken van Bethleem is. Maar ik zal
het je vertellen, luister
Toen je op de aarde was, verleden jaar, speelde je
dan met Kerstmis niet met een Kerstkribbeken in ge
kleurd papier dat je uitsnijden moest, en daarna weer
netjes aaneenkleven het. Kindje met Maria en Jozef in
't midden onder 't afdak, de herders en de Drie Koningen
daarnevens, en dan al de schaapjes in 't ronde
Hé, jadat deed ik werkelijkriep het piepjong
engeltje blij. Hoe weet jij dat Heb jij dat ook gedaan
toen je op aarde was
LuisterWeet je nog dat er boven op het dak
van het stalletje en mooie gouden ster met een langen
staart moest gekleefd worden, een ster die net naar het
Kindeken in het kribbeken wees Nou, dat is het Ster
reken van Bethleem. Dat sterreken bracht de Drie Ko
ningen naar het Kribbeken toe, en wees ook den weg
aan de herders en de schaapjes om het Kindeken Jezus
te komen aanbidden. En nu komt Onze Lieve Heer in
Hoogst eigen Persoon elk jaar op Kerstavond één van
ons, sten-en uitkiezen om dien nacht aan de goede men-
schen op de aarde den weg te wijzen naar het stalleken
van Bethleem waar Jezus wordt geboren. Dit zal nu ook
gebeuren, morgen avond. Weet je nu wat het is, hé,
het Sterreken van Bethleem
- En zal ik, die een van de kleinsten1 ben, en pas
hier aan den hemel sterretje speel, dan niet gekozen
worden tot Sterretje van Bethleem
Misschien welmoedigde Arcturus aan, maar dat
kunnen wij nooit op voorhand te weten komenZelfs
St Niklaas, die ons alles geeft wat we hem vragen, wil
het ons niet zeggen. En die weet het, hoorAl de hei
ligen weten dat, anders zouden ze geen heiligen zijn,
kan je veronderstellen
Toen speelde de muziek de aanhef van een pluimlich-
ten dans, en al de sterre-engeltjes sprongen op een om
mezien in hun rijen en elk in zijn sterrebeeld.
Een, twee, drie, vier, hopsa De dans was volop
aan den gang, licht en kleurig, fijn en zwierig als alleen
kleine sterre-engeltjes aan den hemel dansen kunnen op
hemelsche muziek.
Het jonge sterretje peinsde almaardoor aan Onze
Lieve Heer die morgen komen zou en één van hen uit
kiezen tot Sterretje van Bethleem.
Heel langzaam werd toen het Oosten bleeker en lang
zamerhand saffraankleurig. Er schoot hier en daar een
flauwe oranjeroze straal naar omhoog in de lucht, en
de sterren die door die stralen geraakt werden bliezen
hun lichtje uit, en huppelden zingend de wijde open
staande poort van het Sterrenpaleis binnen. Geen half
uur duurde het of de hemel stond aan alle hoeken in
roodflakkerenden brand die van 't Oosten uitsloeg en
tot in 't Westen zijn vonken spatte. Toen werden ook
de groote ernstige sterren gewaar dat hun tijd gekomen
was om de baan te ruimen voor de zon. Een voor een
bliezen ze hun lantaarn uit, sloegen een kruis, en hun
morgengebed prevelend trokken ze met langzame schre
den de trappen op van den Sterrenhemel.
Venus bleef de laatste, keek de zon een oogenblik
vlak in haar oogen, liet dan haar blikken over de ruime
ronde vlakte van den hemel gaan, om te zien of daar
geen enkel der speelzieke sterre-engeltjes was achter
gebleven, en verdween dan ook laatst van al achter
't groot zwarte gordijn.
Toen was het volop dag, de tijd dat de sterren sla
pen, om daarna weerom frisch den trippelenden sterren-
dans te kunnen herbeginnen.
Den volgenden avond, toen de kleine speelzieke ster
retjes weerom de wacht optrokken aan den parelmoeren
trans van den hemel, houdend hun bibberende lichtjes
heel dicht bij hun oolijke sterrengezichtjes, lag Bertus.
de simpele bedelaar, op zijn beddezak in de schuur van
de Waterhoef de doening der leutige sterrenbevolking
met wezenlooze ocgen na ,te gaan.
Bertus was simpel van geest. Hij sprak geen woord
te veel tegen de menschen, maar praatte aanhoudend met
zichzelf, en bewoog daarbij hoofd en armen alsof hij
een meeting gaf voor een heel markt toehoorders. Als
de menschen hem iets zegden, vroeg hij altijd Wat-
blieft en antwoordde nooit verder op hun vragen
dan met een dwazen glimlach, zooals iemand die in ver
voering denkt aan een groot geluk.
Vanaf zijn tiende jaar stond hij gansch alleen op de
wereld, zender huis of kluis, zonder centen op zak en
zonder hersens in den kop. Nu was hij 50 jaar oud en
woonde in bij den boer van de Waterhoef, waar hij
met de honden en de katten speelde, musschenklemmen
zettie in den winter, patatten raapte op het veld en den
haak van de ploeg hield in het najaar. Verder deed hij
niets dan met haastige schreden de veldwegen op en
neer stappen, en in stilte onbegrijpelijke woorden dekla-
meeren.
Nu lag Bertus in de schuur op zijn stroozak en keek
dfe sterretjes na. De sterretjes hadden pret. Bertus zag
van door zijn stcfferig vierkanten ruitje hun geharre
war ondereen en hij hoorde, hé ja, hij hoorde het warem
pelhun geroezemoes zccals hïj dat gewoonlijk hoerde
als hij voorbij de koer van de dorpsschool slenterde,
waar de kinderen aan 't spelen waren.
De Melkweg stond aan den hemel te bibberen al de
lichtjes pinkelden 'en flikkerden van overdane pret.
Daarboven gebeurde van alles. Een klad sterretjes
stond er bijeengetrcppeld met hun kopjes en hun lichtjes
dicht bijeen gestoken. Bertus ken hun lachoogjes in het
licht der lantaamtjes zien flikkeren. De sterretjes keken
Bertus aan.
'—r Kijk eenszei een van hen, daar ginder in die
strooien hut ligt BertusIk zie hem van hier liggen. Hij
kijkt door 't' venster en heeft ons vast in 't oog.
De andere sterretjes keken omlaag, zochten de
schuur, en vonden ook het ruitje waardoor ze Bertus
konden zien. Ze fezelden geheimzinnig ondereen en gi
ebelden.
Bertus zag dat de sterretjes hem bekeken, en glimlachte
tegen hen, gelukkig. Er kwamen andere drommen en
geltjes aanzweven in een gracielijken dans, en als ze
hun zusjes naar de aarde zagen staan kijken met nieuws
gierige blikken, hielden ze stil in het midden van een
maat en keken bok vol belangstelling naar onder.
't Is Bertusfluisterde Altaïr uit den Arend, en
haar geel licht schoot eene lange straal, zoodat heel de
hemel kwam gelcopen om te zien wat dit signaal wel
mocht beduiden. Tienduizend engeltjes stonden opeen-
gedrumd en trapten op elkanders teenen, of stieten in
elkanders rug van het wroeten en 't wringen om Bertus
te kunnen zien door 't nauwe ruitje in de strooien schuur.
KERSTMIS! BU HET UITGAAN DER MIS
Bertus is een brave mensch, zei Arcturus.
Alle engeltjes knikten.
Kijk riep plots Sirius, en wees met haar fakkeltje
naar ejen zwerm witte vogels die van de aarde naar
omhoog zweefden. Nu waren ze al ver boven de wol
ken, en klommen steeds hoog er. Al de sterre-engeltjes
keken verbaasd.
Dat zijn nieuwe engeltjeszei Altaïr.
Och nee, engeltjes komen veel sneller naar den
hemelDie zijn in een weerlicht boven.
Ik weet hetriep plots Vega toen de vogels
heel dicht waren genaderd, 't is Bertus die aan 't bidden
isKijk 1 Daar komen er nog, en nog Op het dak van
de schuur zitten er nog wel honderd witte vogelsZie,
ze slaan hun vleugels uit en komen ook naar hier 1 Hé
dat heb ik nog nooit gezien
Bertus is een heilige 1 prevelde Arcturus met eer
biedige stem.
De witte vogels vlogen zingend door den sterren-
zwerm heen en verdwenen achter het zwarte gordijn.
Ingetogen zagen de sterretjes de witte vogels van Ber
tus zijn gebed aankomen en naar God in den hoog sten
hemel zweven.
Dan schaarden ze zich zwijgend in hun rijen, en dans
ten eerbiedig den Weesgegroet. Om Bertus te hel
pen zei Sirius.
In de schuur bad Bertus op zijn beide knieën in het
stroo en bad den eenen Weesgegroet na den andere.
Zijn twee vuile handen had hij voor zijn oogen gesla
gen, en de tranen liepen tusschen zijn ving/ers door in
zijn mouwen en over zijn ruigen stoppelbaard.
Het Kindeken Jezus komt vannacht, snikte hij tus
schen zijn Weesgegroeten in, ik weet het..., ik voel
het..., het meet zoo zijn..., het kan niet anders... Dezen
nacht komt het cp aarde. En och Gottekens, 't is overal
toch zoo koud-! Ik zie het aan de sterren die tintelen
zoo hevig, en dan vriest het dat het kraakt Arm
Kindeken Jezus, wat zijt gij toch goedIk wieet niet
wat er mij overkomt, maar o!... het wordt zoo licht in
mijn kop, zoo licht... 't Is alsof er de zon in scheen...
Ik ben zoo gelukig omdat het Kerstmis is, ik zou willen
zingen en dansen zcoals de sterren.
Hij keek op en zag naar den hemel.
O de sterren dansen den Weesgegroetfluisterde
hij verrukt, wat zou ik willen dat ik daarboven met hen
was, en mee ken dansen op dezen schoonen Kerstmis-
avond den groet aan Maria op muziek van den hemel
Hij vleide zich langzaam neer op zijn stroobed, en
keek star met groot-open oogen naar den majestatischen
dans der ontelbare sterren.
De sterren wiegden en zweefden op lichte muziek,
plechtig en langzaam met verheven gebaar en statige be
weging der rijen... den dans van Kerstmis. Ze volgden
elkaar op in eindelooze schapen die aanbiddend kwamen
neigen voor den groep die de Goddelijke Geboorte ver
beeldde. Eindeloos was die schareDe koninklijke mu
ziek ronkte feestelijk den rythmischen stapmarsch van
het ontzaggelijk leger der ontelbare sterren die voorbij
logen in golvende deining als een groote zee. Pauken
roffelden, en koperen klaroenen schetterden triomfante
lijk Aveaan den Koning die ging geboren worden.
Bertus zag het en hoorde de feestelijke bazuinenmu-
ziek. Zijn ziel zwol ervan tot de krop hem in de keel
kwam zoo godsgelukkig had hij zich nog nooit tevoren
gevoeld.
Och, snikte hij met oogen die in tranen zwommen,
waarom ben ik toch geen van die sterren die daarboven,
zoo dicht bij den hemel, danslen voor God en Onze
Lieve VrouwLief Kindeken dat vandaag geboren
wordt, neem mij bij u zoo gauw ge een ster aan uwen
schoonen hemel noodig hebt
Een heele tijd lag hij wezenloos te staren naar de
wcelige sterren hoog boven hem in den inktzwarten
hemel.
Er sponnen zich onzichtbare draden tusschen Bertus
en de sterren hoog boven hem. Van elk der millioenen
lichtjes ging een zilverdraad uit, en al die millioenen
draden liepen samen door het kleine stofferige raam
tot in Bertus' cogen. Langs die draden werd de hie mei-
sche muziek voortgeplant als langs telefoondraden, ea
Bertus luisterde er naar, opgetogen van geluk. O die
Goddelijke muziek waarop de sterren dansen Zijn ver
langen zwol hooger en hooger op het onuittespreken
verlangen van een kinderziel om in de eindelooze velden
der begeestering zichzelven te vergeten als in een droom,
en zonder zorgen of kommer te kunnen spelen het on
vermoeibare spel der Uitverkorenen. Kon ik daar toch
maar gerakenprevelde hij, met die ontelbare sterre-
engeltjes de ruime banen van den hemel doorloopen.
dragend een fakkel als banier, en zingend den eeuwigen
lef van God den Gever van alle goed.
Zco bleef hij liggen bidden en schreien op zijn stroo
zak van overdaan geluk en onbegrijpelijk schoon ver
langen.
Middelerwijl dansten de sterre-engeltjes boven de
menschen hun hoofden den Engelendans der Boodschap.
De zachte muziek der hemelsche violen ruischte als een
lichte waterval van louter parelen op een gouden schaal.
Harpen tokkelden met plechtig rythme, en hobo's zon
gen daartusschen een lichte melodie als een fijne gouden
draad in zilverwit borduursel.
Teen de dans geëindigd was, kwam Sirius naar Venus
getrippeld op lichte veerenvoetjes, en zwaaide reeds van
verre haar blauw lichtje in een kring rond om te be
duiden Kom eens bij mij
Venus was juist bezig aan een paar nieuwelingen de
danspassen te leeren van den dans Adeste, dien ze op
klokslag twaalf zouden uit te voeren hebben.
Sirius kwam naderbij
Hé, zuster Venus, riep ze haar toe, hoe laat is het
al Ik denk zco maar, weet je, het wordt tijd eraan te
denken dat het haast Kerstmis is, en dat dezen avond
het Steneken van Bethleem moet gekozen worden
Onze Lieve Heer komt om elf uur juistzei Venus
kortaf, want ze was druk in de weer met haar kleine
leermeisjes die maar met den besten wil geen deftige
kniebuiging konden maken.
Hum zei Sirius een beetje wrevelig, is dat een
antwoord voor de Morgenster'k Had het je beter
niet gevraagd Of meen je dat je zal gekozen worden
tot Ster van Berthleem omdat je de Morgenster bent
Venus liet haar twee leerlingen staan en schoot uit
Jij zal zeker gekozen worden Men zegt immers
dat jij de schoonste van heel den hemel bentNou dan,
wees tevreden met je schoonheid, en val me niet lastig
als ik een dans aan 't leeren ben aan jonge sterretjes
Nieuwsgierige engeltjes op vlugge voetjes trippelden
samen rond de kibbelende sterren. Van alle kanten kwa
men ze roet dansendé lichtjes aangerend, en de krioe
lende warheop groeide aan, dichter en dichter, tot weldra
bijna al de sterren van den hemel opeengepakt stonden
als graspijlen in een beemd.
Sirius zag rood van opgewondenheid en schold Venus
uit, ten aanhoore van al de engeltjes die verbaasd en
angstig toekeken, voor fleemer en mouwstrijker van
Onze Lieve Vrouw.
't Is niet voor niet dat je de eerste mag uitvliegen
van ens allemaal, en de laatste mag blijven wierp ze
Venus tee, ietwat nijdig en jaloersch.