TE UEURNE De Oude Japon ONS LAND IN WOORD EN BEELD 663 Door L. v. A. een fraaie zijden japon te voorschijn haalde; zij hield hém voor zich en met glanzende oog en bekeek ze weer zich zelve in den spiegel. Ja, hij stond haar nog goed. Natuurlijk was de jurk Maar Leo, uw tante is zoon onmogelijk oud °"derwetsch geworckn maar ze was mooi en smaakvol mensch. We kunnen haar heusch niet op dat diner hebben Kom Elly, zijt ge nu niet erg onvriendelijk Ge weet neen ge weet 't niet niemand weet wat tante Anna voor ons kinderen heeft gedaan. Ze was een twee de moeder voor ons en als een slavin heeft ze voor ons gewerkt en paste beter bij haar dan de tegenwoordige modes. Met 'n kleine verandering hier en daar zou ze er weer uitstekend uitzien. Haar oog en werden vochtig toen ze de japon aan trok. Het was een «ieiilijke créatie van blauwe zijde en chiffon naar de mode van 'n dertig jaar geleden. En hij paste haar nog uitstekend. Tom vond, dat ik er beeldig in uitzag, droomde ze Eir was in den toon van Leo Smitters iets, dat de terug in lang vervlogen tijd. Wat was ze toen gelukkig jonge vrouw aanmaande tot voorzichtigheid, maar zij verkoos er geen notitie van te nemen. O, ik geloof best, dat ze erg goed was en zoo, maar ge kunt toch onmoge lijk zeggen, dat ze ook maar 'n snippertje elegance heeft. Laten we nu verstandig zijn en haar 'n wenk geven, we kunnen zeggen, dat we zoo weinig plaats hebben, bijvoorbeeld. Ik denk, dat dat wel voldoende wezen zal. Ge moet niet vergeten, Leo, wat dit diner betee- kent voor uw carrière. We hebben ons van dit bezoek van baron Rozenburg zoo veel voorgesteld. We moe ten een gced figuur maken Ik denk niet, dat tan- te's aanwezigheid ons zou kunnen schaden, antwoord de haar man. Ik ben blij dat meneer Rbzenburg onze in vitatie heeft aangenomen. Ik leid eruit af, dat hij er wel over denkt mij tot chef ingenieur te benoemen. Ik heb er ook hard genoeg voor gewerkt. Daarom mag er nu ook vooral niets bedorven worden. Denk ééns aan, Leo, wat een indruk uw tante maken zou in haar ouderwetsche kileeren en met 't haar opgemaakt als 'n keukenmeidZij mag uw kansen toch niet bederven? Maar Leo Smitters was niet over te halen. Praatjes Elly zei hij driftig. Ik geef toe, dat tante Schilderachtige kleine hoeven op de boorden der Schelde. Anna niet elegant is» Maar ze heeft een hart van goud geweestEn nooit had ze de japon meer kunnen dragen toen, door een beuzelachtig gekibbel, hun verloving was verbroken. Dat was nu dertig jaar geleden. Ze waren allebei te trotsch en te koppig geweest om den eersten verzoenen den stap te doen. Maar Anna had hem nooit kunnen ver geten en nooit had een ander de plaats bij haar kunnen U.UU nan vail uuuu dat weet niemand beter dan ik. Ik zou haar om altes mnemien ie hij gelaten had. ter wereld niet willen grieven. Als ze mijn eigen moeder was zou ik niet meer van haar kunnen houden. Haar heele jeugd heeft ze voor ons opgeofferd. En ik sta Het ziekbed van haar eenige zuster had Anna wegge roepen in een vreemd land en toen die zuster stierf had Anna haar beloofd, dat zij voortaan bij haar kinderen erop, dat zij mee aan zal zitten als we ons diner geven, de plaats der moeder zou innemen. Zij was trouw ge- EJly wist, dat er niet met hem te redeneeren viel, als bleven aan die belofte en 't was nu voor 't eerst, nu hij dezen toon aansloeg, maar ze wilde dan ten minste haar oudste neef hier getrouwd was, dat zij weer terug- nog het laatste woord hebben. Goed, zei ze vinnig, zet gij dan uw wil maar door en verspeel al uw kansen op promotie Leo kuste haar lachend en ging naar zijn werk. Baron Rozenburg was de directeur der groote fabriek, waarbij Leö Smitters als ingenieur werkzaam was. Hij had zich langzamerhand weten op te werken, tot dat hij nu, schoon nog jong, alle hoop had, in de plaats van den pas gestorven chef benoemd te worden. Hij had gesolli citeerd, maar had nog geen antwoord ontvangen en nu had zijn vrouw voorge steld om baron Rozenburg ten eten te vragen om hem gunstig te stemmen. En nu'zal die malle eigenzinnigheid van Leo alles nog bederven mopperde Elly, terwijl ze terug ging naar de eetka mer om het menu op te maken voor het gewichtige diner. Nu was tante Anna heel toevallig bo ven in den gang geweest, terwijl het jon ge echtpaar bovenstaand gesprek hield. 'n Onmogelijk oud menschher haalde ze zachtjes in zich zelve. Ben ik dat werkelijk Stilletjes liep ze terug naar haar ka mer, die mooie, vriendelijke logeerkamer, die haar lievelingsneef voor haar in ordfe had laten maken, nu ze voor 't eerst in zijn huis was komen logeeren. Zij ging voor den grooten spiegel staan en bekeek critisch haar eigen beeld. Toen trok er een glimlach over haar ge zicht. Ik zal ze niet laten merken dat ik iets heb gehoord, dacht ze, maar ze zul len opkijken Zij opende haar grooten koffer en haalde daar onder uit een platte doos, waaruit ze met voorzichtige vingeren kwam in haar eigen land. (15 November 1914) ln Veurne waren lieden Van allen stand en staat; De zon bescheen de daken. De menigte in de straat. Geen eendie lachte of schertste Ons lieve vaderland. Ver nepen langp de zeekust, Werd woedend aangerand. En in de verte dreunde Alweer den ganschen dag De stem der veldkanonnen Met groven slag op slag. Het kleine Belgisch leger. De Scheldestad ontvlucht. Had aan den kant van Nieuwpoort Noch nood, noch dood geducht. Het had den eed gezworen. Den vaderlandschen eed. Den vijand neer te stooten ln de IJser, diep en breed. De helden stormden, staken. En hadden de overhand- Hun scherpe dolken redden Dien dag het vaderland (1). (1) Op den 25 October 1914. Nu staan zij fier in Veurne Rondomhun vaan geschaard Bewogen looft de Koning Hun moed voor have en haard Met tranen in de stemme. Zoo spreekt hij van den grond. Dien Duitschland in zijn hoogmoed Voor korte maanden schond Van puinen heinde en verre Vam rampen ongehoord, En van de zon der vrijheid, Die boven Veurne gloort Hij hecht aan 's legers vaandel Een blinkend kruis van eer. En grijpt het doek, geestdriftig. En zoent het lang en teer Men is zich zelf geen meester En trots het knallen van De Duitsche veldkanonnen, Verneemt men nu en dan De Koning leve, leve En leve ons Vaderland! Aan Vaderland en Koning Zij goed en bloed verpand Th. Sevens. II Elly had tevergeefs nog eens getracht, haar man te bewegen, om zijn tante buiten het diner te houden. Tot haar verlichting bood tante Anna ten minste niet haar hulp aan bij de voorbereidingen. Wat trekt u aan, tante vroeg ze als terloops. Tante Anna glimlachte even. Ik heb een oude japon, die me wel geschikt lijkt, zei ze. Ik hoop, dat hij u ook bevallen zal. Elly dacht van niet, maar ze verzweeg dit. Ik ga aanstonds wat rusten om vanavond frisch te zijn, zei ze. Gij zeker ook Ja, maar ik ga eerst even uit, zei tante. Elly verbaasde zich, want tante ging bijna nooit al leen uit. Maar ze zou zich nog veel meer verbaasd heb ben, als ze gezien had, dat de oude dame, na wat voor zichtige blikken om zich heen, een schoonheids-insti tuut was binnengestapt. Er toen zij daar gemasseero, geonduleerd en gemanicu- reerd was, keek ze met blij de verrassing naar heur ei gen spiegelbeeld. Later, toen tante Anna, na wat gerust te hebben, de mooie oude japon had aan getrokken, voltooide ze haar toilet met een medaljon, dat ze eens van haar vroe- geren verloofde had gekre gen en waarvan ze geen af stand had kunnen doen. Toen liep ze langzaam de trap af. En beneden bleef ze even staan op den drem pel van het salon. De drie menschen daar binnen keerden zich om. Met een verbaasd gezicht kwam Elly op haar toe. Wat ziet gij er snoe zig uit, tante, fluisterde zij aangenaam verrast. En Leo nam haar bij de hand om haar voor te stellen aan zijn gast. Maar eer hij nog een woord had kunnen spreken, stak die twee bevende handen uit. AnnaAnna En met diezelfde lieve jurk aan Tom riep zij tegelijkertijd. De blos op haar wan gen maakte haar opeens weer jong én in haar stem was een klank van blijdschap, zooals de jongelui hem nog nooit van haar gehoord hadden. Beider handen klemden zich ineen en ze stonden, alles om zich heen vergetend, elkaar aan te zien, terwijl Leo en Elly er verwonderd bij stonden. Kent gij elkaar vroeg Leo ten slotte vol verba zing. Ja, zei tante Anna, maar toen ik hem kende was hij nog maar heel eenvoudig Tom Rozenburg. De adellijke baron is ook nog niet van zoo heel ouden datuum, was het antwoord. En weer zochten de oogen van den hoogen gast die van de vroegere ge liefde. Het diner bleek een groot succes. Ba ron Rozenburg was een buitengewoon beminnelijke gast en tante Anna ver baasde neef en nicht door geestige en vroolijke conversatie, terwijl ze er in haar ouderwetsche japon buitengewoon bekoorlijk uitzag. En het slot van de geschiedenis? Tan te Anna werd gemetamorfoseerd in ba rones Rozenburg en Leo Smitters werd chef-ingenieur van de fabriek. Was het nu goed, dat tante Anna bij het diner was vroeg hij. En zijn vrouw was eerlijk genoeg om het te beamen. Het is een geluk geweest, dat gij uw zin hebt doorgedreven. Maar tante Anna, die nooit iets losliet van het afgeluisterde- gesprek, meende in stilde, dat zij Elly veel verschuldigd was. Want als zij haar niet een on mogelijk oud mensch genoemd had, zou ze waarschijnlijk nooit de energie gehad hebben om te doen wat ze nu ge daan had. En zou Tom dan niet hevig in haar teleurgesteld zijn geweest GENOEG GEZIEN Hebt ge dat prachtige ameublement bij de Willemsens gezien? vroeg een pas getrouwde vrouw op beteekenisvollen toen aan haar echtgenoot. Neen, lieve, gaf deze ten antwoord, maar ik heb de rekening gezien en dat mas mij genoeg.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Ons Land | 1927 | | pagina 7