DE USER
>E WRAAK VAN EEN KIND
ONS LAND IN WOORD EN BEELD
679
Een oude hoeve te
EENE DUIVEN GESCHIEDEN IS
't Was in 't bloedjaar 1917 in de maand April.
Vindevogel is ook een van die stommerikken, zei duid April 1917. Dagen..., weken..., maanden en jaren
Sandeï toen hij van de hoogmis thuis kwam. waren verloopen, sedert de duivenle vering, in een zelfden
En waarom vroeg de vrouw nieuwsgierig. alledaagschen slenter. Sander had Maria, zijn dochter,
Wel hij heeft zijn duiven ingeleverd. naar 't dorp gezonden om bij den blikslager een stukje
Maar man. opperde zij welwetend, moesten alle nettedraad te koopen. Na een kwart uurs kwam zij weer
liefhebbers doen geUjk gij, dan kreeg de Duitsch geen 'huis. beschaamd, met roodgezrchtje en neergeslagene
vogel in zijn korf. En dan..., wat dat dan kwamen ze en zonder nettedraad.
alle huizen doorzoeken en doorkoteren. Welnu..., wat scheelt er? vroeg Sander.
Gij hebt gelijk, vrouw, ik had zoo ver niet gedacht. 't Is dat ik mijn geld verloren heb, weenae t meisje.
Daarop ging Sander naar buiten, keek eens naar ,'t ver- Wat Geld verliezen... in zulken tijd Waar-
«e OOTlogsvioe laten duivenhokje van zV]n dak en lachte in zijn vuist, om hebt ge niet opgepast?... Ge hebt langs den weg
1 f vu,»... Slim tegen slim. bofte hij, een scheefgezakt kotje gespeeld, en driftig bekeef hij zijne dochtei en zijne
vond lichtte aan zware hand viel kletsend neer op haar gezichtje.
Moeder had deernis met het weenende meisje.
In Vlaanderen slingerde sinds 1914 ce oorlogsvloek
zijne donderende bliksems als wilde hij den IJzergrond
doen barsten en ineenstorten; ieder avond lichtte aan -
den horizont het vuur, dat dood en vernieling verwekte, binnentreden
'Maaiinani zei ic, het is t«h ge.n groot ongeluk...
1.1 '-' JV- d.eht H .elite.,.*. VmkM, hl] klo.*. bo.1 - -te «'I k« »™9-
drama zich ginds in de IJzervelden afspeelde en voltrok, weg. tot eene groote vogelmuit die zijn zeven goeieras- Sander bleef kwaad... en m t hartje van^Maria woe-
in alle aruweliikheid en dit in de XXe eeuw eeuw reisduiven gevangen hield, zichtbaar was. Met hun bekje kerde wrok, wrok tegenover Raar vader. Een boos ge-
van licht van wetenschap en voorspoed. pikten ze tegen de staafjes en ronkten en trippelden als dacht kwam haar kinderlijk gemoed storen en een nog
In iedere gemeente was eene Ortskommandantur vreugde-dronken dat ze hun meester zagen, die dan ook boozer voornemen verkropte zij in haar binnenste,
met veldpolitie ingericht Vrijheid was ook een de hand in den vestzak stak'en grepen maïs in de muite ging.... zonder overleg en in hare jeugdige onbe-
wcord waarvan het volk heden de beteekenis waar- strooide, daarna den ijzeren schotel met versch water zonnenheidt naar de Kommandantur eenen wacht-
deerde het was bewust van de eigenschap van 't oude vulde... en hun duivegedoe gadesloeg. I oen de vrouw hebbenden onderofficier meldde zij
recht waarvan het beroofd was en waarnaar het hun- riep: Sander, 't is noen plaatste hij weer de^hout- Sander Kreiwit heéft duiven.
kerde - nu in dezen ijzeren tijd. blokken zoo vernuftig dat M 'r, Schuw trok het meisje naar huis. Vader was op den
Vrijheid!... thans ijdel woord De Ortskomman- had kunnen onwaren en zeff vol,daan ltrok ^1™-
dantur was het nest der vrijheidsonderdrukk.ng, der huis binnen zette zich aan tafe, waar een melksoep
veel bedrijvigheid
aasmunster, die niettemin zeer belangrijk is en waarin
heerscht, niettegenstaande het kalme der omgeving.
willekeurige dwingelandij. Verordeningen met strenge dampen stond,
strafbepalingen werden dage
lijks aangeplakt en dcoi den
veldwachter uitgebeld.
Als de champetter met rin
kelende bel zich in de straat
vertoonden..., dan gingen de
hoofden bijeen Wat moe
ten ze nu weerom aanslaan?...»
En aldus ileverden de menschen
op hooger bevel hun wol, hun
koper, hun rijwielen, hun vee
en hun vruchten.
En de durven
Reeds bij het begin der vijan
delijke bezetting waren deze
luchtklievers in beslag geno
men en afgeleverd wegens be
spiedingsgevaar. Iedereen her
innert zich nog die dagen, toen
de duivenliefhebbers met hunne
lieve diertjes ter Komman
dantur kwamen en ze moes
ten afstaan onschuldige duif
jes!... waarom ook zij droegen
het g'evolg van 't groot wereld
kon flikt
Pieter Vindevogel kwam
thuis met zijn ledigen korf. Op
't dak aan het duivenhok was
alles muizestil. Zou hij zich
kunnen gewennen aan 't niet
meer hooren van 't opgewekt
roeteke Dagen treurde
hij en zat eenzaam op t verla
ten duivenhok. Soms droomerig grepen zijn handen in
t bakje tursche tarwe..., dan weer grijzend en half-
vfloekend 't is een schande wierp hij het graan terug.
Zijn vrouw die naar boven kwam, trachtte haar man
te troosten
't Zijn toch naar duiven, zei ze.
Vrouw, wedersprak hij mistevreden, t zijn maar
duiven..., maar zij zijn mij meer waard als uw kot ko- j
nijnen.
Vrouw Vindevogel wilde niet verder aandringen en
haar man troostwoorden toespreken, ze trok naar bene
den bij haar knagende vierpooters en langooren wien ze
wat loof toewierp.
Konijnen zullen ze toch nooit aanslaan, dacht ze.
Ik eet ze liever op.
Pieter Vindevogel ontmoette, den Zondag na de dui
venie vering, Sander Kreiwit bij het kerkportaal.
Sander, zei Piet zijn pijp tegen den kerkmuur uit
kloppend, 't zijn toch dingen, nietwaar..., aldus onze
goeie prijswinners te moeten afstaan aan...
Ja, 't is een schande..., maar zie... liever of ze aan
de Kommandantur af te leveren..., ik hebbe ze in den
pot gedraaid, ik wil niet dat de Duitschers van mijn ras
zouden kweeken, antwoordde Sander, zijn tabakspruim
uit den mond in zijn broekzak stoppend.
Hewel..., ik zou het niet kunnen. Mijn duiven op
eten?... neen, podome, ik weet nu toch dat ze leven
en.wie weet ze vliegen misschien nog naar mijn
duivekot terug.
Elk zijn gedacht, zei Sander en ze trokken de kerk
binnen.
Na de hoogmis haastte Kreiwit zich naar huis. Hij
bewoonde met vrouw en twee kinders eene twaalf
jarige Maria en een negenjarigen Wilfried een bouw
vallige woning, te lande, ver afgelegen van hoeven en
hutten. Zijn dagelijksch brood verdiende hij met weven,
maar sinds den oorlog was de weefstoel stil en spinnen
weefden ongestoord tusschen balken en latten hun eigen
brooze webjes. Sander kreeg wekelijks ondersteuning
<t werkloozengeld en zoo leefde de familie zich ver
hel pend met weinig... levend op hoop, op betemis.
landwegel op, recht naai het
huizeken van Kreiwit.
De vrouw zag ze komen,
maar dacht vierder niets. Ma
ria ook zag ze naderen, haar
hartje klopte hoorbaar en op
de voute ging ze zich verschui
len.
De politiemannen der Kom
mandantur duwden de deur
open en vroegen naar baas
Kreiwit.
Hij is... is op den koer,
kon de vrouw met moeite ant
woorden.
Ze vonden Sander die met
de hndbijl op de kneën zat en
houtklossen kliefde.
Baas Kreiwit waar zijn
uw duiven vroegen ze.
De vent, als versteend en
verstomd, schuw en verwilderd
zijn oogen draaiend, uitte van
't danig verschot géén toon.
De vrouw wilde hen met
handen en voeten klaar
maken dat dé duiven dood wa
ren, maar alras ontdekten ze de
zeven verscholene reisduiven.
Sander werd aangehouden.
Thans veelde Maria het
schrikkelijk gevolg van hare
booze daad..., nooit had zij
zich dusdanige wreedschok
Er. zoo voederde Sander dagelijks zijn duiven en nie- kendeontknooping voorgesteld. Maar het was te laat...,
1 1 I rsMiOltSinirtO IITCIT1 I IA I*
mand in het dorp kraaide erover, want geen mensch
buiten zijn huisgezin wist het geval.
Op den scheurkalender stond dik en zwart aange-
Ieder zong van Maas en Schelde,
Niemand van den IJservloed,
Toen de wereld plchtig meldde
IJserboorden, weest gegroet
Dc IJser vloeide traag en rustig
Door het land der Kerels voort;
Bonte koeien graasden rustig
In de weiden langs den boord;
Uit de dorpen, uit de stede
Klonk een lied van vreugde en vrede.
Duitschland zond zijn legertrossen
In ons kleine vaderland;
W estwaarts drongen knechts en rossen.
Stichtend heinde en verre brand
De IJser zag de horden zwichten.
Die hun tocht naar Kales richtten.
IJser, vloei weer traag en rustig
Door het land der Kerels voort;
Heerlijk klinkt uw naam en lustig
ln ons vaderlandsch akkoord
Fier verrijzen dorpen, steden.
Waar de zoons als helden streden 1
1924.
Th. Sevens.
in dé arme wening heerschte oneindige wanhoep. Haar
vader verscheen voor den krijgsraad, het oordeel luidde
twee jaren gevangenschap in Duitschland.
I® een gevangenlager van Hanover treurde Sander
Kreiwit, geen wrok voedde hij tegenover zijne dochter,
maar diep medelijden koesterde hij voor zijn gezin, met
al de kracht zijns wezens verlangend naar het einde der
straf.
Maar het stond geschreven... nooit meer zou hij zijn
dorp terugzien, zijne gezondheid had een beslissenden
knak ondergaan... en in Januari 1918 stierf hij op
vreemden bgdem, in de akeligheid van het gevangen
schap.
Een laatste brief werd de ongelukkige familie nog
overhandigd.
Maria, mijn lief kind, dat me zoo onbedacht in
't ongeluk hebt gestort, weet dat ik u nog bemin en u
sinds lang vergeven heb. Hard is de beproeving en de
scheiding. Troost moeder, zorg voor haar en voor Wil
fried zoo had nog voor 't stervensuur zijn zwakke
bevende hand geschreven.
In de schamele hut treuren thans nog vrouw en kin
deren om den op zoo tragische wijze henengeganen gade
en vader. Op Maria en haar geweten drukt nog als een
loodzware last de herinnering aan hare onbezonnenheid,
de wraak van een kind.
Leon DEFRAEYE.
GEWICHTIG MOTIEF
Gast. Kellner, breng me een biefstuk, maar een
groote hoor, ik ben zeer bijziende.
NADRUK VERBODEN
Vader. Emma, ge leest te eentonig, ge moet met
meer nadruk de woorden uitspreken.
Emma. Maar papa, vooraan in het boek staat nog
wel gedrukt nadruk is verboden
EEN STEMMINGS BEELD
Pianostemmer. De piano staat een halven toon
laag, juffrouw
Juffrouw. Zoo, dan zullen we iets zoeken om het
:c:er onder te leggen.