1 DE DRIE ZONEN
3J
«5»
ONS LAND IN WOORD EN BEELD
735
(Vervolg.)
„Daar moet ik meer van welen," overpeinsde Hans en toen het
's avonds donker was, sloop hij op handen en voeten naar 't venster
van den waard z'n huiskamer. Duidelijk zag hij de schimmen van
den herbergier en diens vrouw op 't gordijn schijnen, en heel
duidelijk kon hij tot z'n groote verbazing hen hooren spreken over
't geluksezaltje van langen Janus, over 't gelukstafeltje van dikken
Pieter -Ha, haha I" lachte de Sloome. «zoo, zoo." ouwe gauwdief,
heb jij dat ezeltje en die tafel van mijn broers gestolen Wacht
vader dat zal ik je eens inpeperen."
Den volgende ochtend vroeg sloome Hans met een doodleuk gezicht
aan den waard en waardin of hij dat aardige ezeltje en dat tafeltje,
waar zij den' vorigen avond zoo mee sjouden, eens mocht zien.
"M'n goein man," sprak de waard, dat ezeltje heb ik verkocht,
't Was een oud en gebrekkig beest en dat tafeltje bracht ik naar
den schilder om 't wat te laten opverven," „Man," brulde Hans,
terwijl hij vreeselijk met z'n oogen draaide en z'n knuppel zwaaide.
Je liegt I Zorg, dat binnen vijf minuten ezel en tafef hier zijn. Doe
je dat niet, dan knuppel ik heel je huis in elkaar,"
„Wat!" riepen de waard verwoed uit. Jij snijboon, durft ons in
ons eigen huis te dreigen, Dat zullen wij jou eens afleeren, vriend
Maar, o hemelJuist toen ze beiden op Hans wilden afstormen,
brulde deze „Knuppel, uit den zak!" en was hun ellende niet te
overzien. Als bezeten vloog de knuppel uit den zak en begon te
knuppelen met zoo'n snelheid dat de waard en de waardin Hans
gillend om genade smeekten en hem beloofden direct 't ezeltje en
't tafeltje te laten zien. Wordt vervolgd.)
MODERN HUWELIJKSAANZOEK
Zij. Wat heeft papa gezegd
Hij. Ik vroeg het hem door de telefoon, en hij
antwoordde Ik weet niet wie ge zijt, maar ik vind het
goed
ZELFBESCHULDIGING
Hoe komt ge toch aan die leugenachtige praatjes
Wel uit zoö 'n flauwe courant, die geen fatsoenlijk
mensch leest.
BEPROEFD MIDDEL
Heer (bij den drogist). Hebt ge ook een goed mid
del tegen likdoorns
Bediende. O ja, meneer, dit pleistertje. Het geneest
dadelijk. Een onzer klanten gebruikt het al twintig jaar.
Op Maandag 24 Januari, herdachten de echtelin
gen Mathieu Meyssen-Kerkhöfs hun gouden brui-
loftsfeest. De kranige ouderling, geb. den 30 Maart
1849 en zijne echtgenoote, geboren den 5 Augustus
T854, traden in het huwelijk den 23 Januari 1877 en
genieten beiden nog eene flinke gezondheid. Uit
den echt sproten twaalf kinderen.
DRIE REDENEN
Een kandidaat preekte eens op proef in een Schotsche
gemeente en las zijn preek voor tot ergernis van den
kerkeraad. Toen hij na afloop vroeg, of zijn optreden
voldaan had, gaf een der ouderlingen hem te hooren
Ge hebt slecht voldaan. Ten eerste gij laast uw
preek; ten tweede gij laast slecht, en ten derde uw
preek was geen lezen waard.
Foto der zeven werkende leden van den „Studiekring der Jeugdige Kruidenzoekers
van Roesselare", die beslist hebben toekomenden Zomer eene studiereis van acht
dagen te ondernemen naar het Groot Hertogdom Luxemburg, om bijzondere proe-
ven te doen op lichtgevende bacteriën.
T WAS TOCH BOTER
AAN DE GALG
De markies DeCorceil, die in een
kwaden reuk stond bij alle spelers
van zijn tijd, werd eens betrapt op
valsch spel. Zijn medespelers waren
woedend, namen hem op en wier
pen hem uit het venster der eerste
verdieping. De markies kwam ge
lukkig met een lichte wond aan een
been en aan het hoofd vrij, liep in
drift naar zijn vriend den baron De
Noailles en vroeg hem
„Noailles, wat raadt ge mij te
doen? Ik heb getuigen.
Noailles die den lagen hartstocht
van zijn vriend kende en hem reeds
dikwijls over zijn zucht tot valsch
spelen, maar te vergeefs, vermaand
had, antwoordde
Ik heb u slechts één raad te
gevenspeel voortaan niet anders
dan... gelijkvloers.
Wilt ge veel werk afdoen en spoe
dig? Haast u dan, als gij den tijd hebt.
dan hebt gij den tijd. als gij haast hebt.
Apotheose van het aandoenlijk drama „De Priester", opgevoerd door de Tooneelafdeeling van „Geen rijker kroon
dan eigen schoon van Grambergen.