NELLY'S SNOEPREISJE
IZI
DO
764
ONS LAND IN WOORD EN BEELD
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllliiiiiiil
door Willemien Jans
De kale heer hoodschudde die jeugd, die jeugd. Hij
glimlachte en keek weer in zijn dagblad.
Plotseling proestte Nelly het weer uit Nora vertelde,
dat zij op den tuinman van het klooster verliefd was
geweest.
Je weet wel, hij was groot en had donkere oogen.
En vuurroode wangen, als tomaten...
Ja, ja Wat heb ik dikwijls naar herp staan loeren.
En als hij dan opkeek, bukte ik me gauw onder de ven
sterbank.
En je kreeg wel eens een bloem van hem. Wij wa
ren telkens jaloersch op je en hebben je toen nog ge
plaagd omdat je die bloemen droogde in je boek... Wij
haddeni allemaal zoo 'n stille liefde, geloof ik. Als wij
door het dorp mochten wandelen, was dat een' genot
voor me. Dan zocht ik achter de gordijnen van de hui
zen naar jongensgezichten.
En als de studenten van het gymnasium ons tegen
kwamen, zeg Dan werden wij als de schapen van twee
verschillende kooien, aanstonds een anderen weg opge
dreven.
En' 's winters had ieder zijn eigen ven om op te
schaatsen. Toch wierpen de studenten ons briefjes, weet
je wel Er waren dan altijd elzenproppen ingewikkeld
om raak te gooien.
- 't Was wel een lollige tijd!... Zeg, heb jij nog
geen verkeering
Och Zoo 'n beetje scharrelen als er een avond
partijtje gegeven wordt.
Evenals ik op het ijs. Maar mijn broer is zoo 'n
mispunthij bemoeit zich met alles en wil niet, dat ik
met dien jongen omga. En 't is zoo 'n leukerd Maar
zie, hij is een zoon van een slager.O Die Gerard,
zoo heet mijn broer, is... is een stekelvarken
Beiden begonnen weer onbedaarlijk te gierén', dach
ten aan het speldenkussen aan zuster Angele's voeten.
Ik kan niet meer, hijgde Nelly. Ze keek met water-
oogen naar haar overbuur, die eveneens genoot, doch
zijn gezicht achter het dagblad verborg.
Neem een snoepje, stotterde ze, Nora de enveloppe
voorhoudend.
Nora nam een kers van chocolade en toen zij die in
den mond wilde steken, hield ze enkel het steeltje in
haar hand.
Weer nieuw gelach, dat gestoord werd door een
beambte, die om de bewijzen van Nederlandschap vroeg.
Nelly's gelaat stond plotseling strak als een masker.
Daar had ze niet aan gedacht. Als ze nu eens niet ver
der mochtEensklaps viel het haar in, dat zij haar
bewijs voor eenige maanden noodig had gehad om met
haar ouders naar Turnhout te gaan. En hoopvol begon
ze tusschen de papieren1 te scharrelen, die in een afdee-
ling van haar valies staken. Ze herademde. Haar gelaat
plooide tot een glimlach en overbeleefd gaf Zij het be
wijs aan den beambte.
Dat wasteen hachelijk oogenblik, fluisterde ze, toen
Nora, die naar haar vader was gegaan, daar deze de
papieren bij zich droeg, terugkwam.
Nu nog de kommiezen.
Ik heb niets te smokkelen, dus laat die maar komen.
Kalmer nu zetten zij hun gesprek voort en snoepten
hopjes van Nora.
In Antwerpen knikte Nelly even tot den heer, die
haar vis-a-vis was geweest, toen deze den trein verliet.
Wat 'n vreeselijke oogen, huiverde ze. Ik zou niet
graag met hem alleen reizen.
Toen vertelde ze van hun carambole, dat weer aan
leiding gaf tot nieuw gegier.
Drie beugelballen schaterde Nora.
Drie Edammer kaasjes!... proestte Nelly.
Jonkheid, gaf een heer zijn vrouw te kennen, die
met minachting op de meisjes neerzag.
Zij waren in Antwerpen ingestapt en hadden zich elk
in een hoekje genesteld.
Nelly zag het boosaardig gezicht van haar nieuwe
medereizigster, die waarschijnlijk vergat, dat ze jong
was geweest en duidelijk te kennen gaf, hoe dat bakvis-
schengedoe haar hinderde.
Zie je die tronie vroeg Nelly. Net een walvisch.
Ze moet er uit, er uitWacht ik zal haar in de zijgang
De dame keek met geringschatting neer op de ver
fomfaaide enveloppe, trok haar lippen tot dunne lijntjes
en staarde weer naar buiten.
Nelly schokschouderde licht, wierp Nora een paar
praline in den schoot en at de rest op.
De oude heer philosopheerde
Ja, zoo zijn de vrouwen katten... poeslief eerst
krabben dan streelen... Wordt er maar wijs uit.
Ik geloof, dat wij dicht bij Brussel zijn, zei Nora.
Brusseljuiohtte Nelly. Wat zal ik genieten Maar
jij te Parijs nog meer, Noor. Toen minder enthusiast
Ik zal me toch best amuseeren, dat weet ik zeker.
Doch na een hartelijk afscheid van haar vriendin, in
het Zuidstation, gevoelde Nelly zich eenzaam en keek
wel een weinig bedrukt nu ze daar zoo alleen stond en
zelf haar weg moest zoeken.
Ze volgde werktuigelijk de reizigers na ar den uitgang
MANON LATOUR
zal door het Bestuur van Folies Bergère en hare
confraters op 9n Maart aanstaande gevierd worden.
Deze knappe artiste en rijk begaafde zangeres zal
dien avond optreden in de Lustige Boer, de welbe
kende operette, waar zij in uitmunt door haar lief
en natuurlijk spel. De liefhebbers van schoone
kunst zullen dien avond niet ontbreken omdat deze
kunstenares door haren eenvoud en kameraad-
schappelijken omgang de sympathie en van de
toeschouwers en van hare medespelers en speel-
sters geniet.
en toen ze daar een rij bedienden van verschillende ho
tels zag staan, vroeg ze zich af, waar ze zou logeeren
Ze las de namen op de petten Grand Hotel, Métro-
pole, Palace...
Palace, dacht ze met blijdschap, daar logeerde
vader ook altijd.
En weldra zat ze in den auto van het hotel en keek
naar de drukte en het geharrewar aan het station.
Nog enkele reizigers voegden zich bij haar en de
auto reed over de breede lanen in de richting van
Palace.
Verrukkelijk, vond Nelly. Wat 'n gezellige drukte
laten gaan zwemmen, daar heeft ze ruimte. Ze stak' een Dat moest de Beurs zijn. Ze herkende het gebouw van
Sigaret op, rookte als een Turk de eene na de andere. een ansicht... Allemachtig Wat 'n magazijn Leuk,
De dame mopperde over hedendaagsche meisjes en
vroeger tijd, terwijl ze met haar zakdoek den rook van
haar afhield. Nelly dampte, de oogen half gesloten,
blies, als een snuivend ros, rook door haar neus.
't Is ongeoorloofd, zuchtte mevrouw.
Haar man wees op het aschbakje onder het venster.
die bloemenverkoopsters. Fijne mimosaÈn daar
Grand Bazar las ze. Daar zou ze gaan kijken. En
wat 'n menschen overalDrukker dan in de Kalver-
straat was het.
Qm den hoek van de Adolf Maxlaan en de Rogier-
plaats komende, las ze Palace. Wat 'n hotelZe zou
Ze begreep, dat ze in een rook-coupé verzeild waren, gauw een kamer vragen, zich wat opknappen en een
Zc kuchte, nam pepermunt. Met een woedenden blik flink middagmaal bestellen.
op Nelly stond ze op.
Toen doofde deze haar sigaret.
Gemeen van me om het mensch zoo te "plagen,
vond ze. Ik zal haar een snoepje presenteeren.
Om geweigerd te worden, Nel.
Dan kan ze daardoor revanche nemen en zijn wij
quitte.
Nelly ging naar de dame, vroeg vriendelijk, of me
vrouw lust in eèn praline had
Toen haar het vreemdelingenbcek werd voorgelegd,
overwoog ze of ze een valschen naam zou schrijven,
doch toen teekende ze Nelly van Haren, 48, Belstraat,
Amsterdam.
Beroep Neen, dat .had ze geen. Verbeel je
Kort nadien stond ze op haar kamer, sloeg even de
drukte op het plein beneden gade en begaf zich-naar de
eetzaal.
Dicht bij een venster nam ze plaats. Ze bestudeerde
de spijskaart en nam zich voor, zichzelve nu eens fijn
op haar lievelingskostjes te tracteeren.
Ze zocht uit Hors d oeuvre. Heerlijk Kreeg ze thuis
niet dikwijls. Ida, de keukenmeid was nog van den ouden
stempel. Consommé, dat was best. Jammer, dat ze wei
nig nog pasteitjes namen bij een diner, nou, die zou ze
dan maar eens voor de lunch bestellen... Visch, neen,
kreeg zè thuis genoeg. Een entrée Ook niet, Brusselsch
lof, lekkerMet ossenhaas. Sorbet Neen, vandaag niet.
Gevogelte met compote? Neen... Zondagsche kost
thuis... Entremet Ook niet. Dessert? Ijs! Goddelijk!
Ze werd zenuwachtig de kellner liep bij haar tafeltje
te draaien om haar orders in ontvangst te nemen. Andere
heeren begluurden haar. Ze zat daar als dame alleen.
Wat was ze begonnen Ze haalde haar beste Fransch
voor den dag en bestelde haar diner. Toen nam ze een
onverschillige houding aan, overwegend, dat niemand
haar kende. Ze begon er genoegen in te vinden, dat de
heeren naar haar keken en nam hen eveneens brutaal op.
Mies had haar het leven in Brussel voorgespiegeld. Het
was zoo héél anders dan in Holland vrijer en daarbij,
de menschen waren niet zoo stijf in den omgang. Ze
zaten ook niet zooals in Amsterdam in de groote cafés
bij schemerlampen, maar overal was licht, licht, licht...
Ze dacht aan lunch en tea-room, dancings en pleizier.
Het eten werd opgediend.
Allemachtig wat 'n variatie Haring met schijfjes
tomaten en mayonnaise, witte boonen in 't zuursalami
salade met een half ei, tomaten en ook met mayonnaise,
gerookte zalm en wat nog al meer!...
Ja, best, een halve flesch roode, knikte ze tot den
bediende.
Het diner verliep naar wensch. Ze had heerlijk ge
smuld en genoot nu van haar ijsje.
Ze keek verrukt rond, de wangen hoog gekleurd van
den wijn en het stevige maal.
Wat had ze neg veel gezelligs in het verschietToch
zou ze niet langer dan twee dagen kunnen blijven, men
kon nooit weten.
Zoo gansch alleen op reis was steeds haar ideaal ge
weest vrij zijn, kunnen gaan waarheen men verkiest
niet aan vaders jaspand of moeder rok hangen en onder
de strenge blikken van Gerard uit.
Verlangt de juffrouw koffie werd haar gevraagd.
Ze keek verwonderd op Hollan'dsch
Zeker had men aan haar accent gehoord, dat ze een
Nederlandsche was Ze zou geen woord Fransch meer
spreken België was immers tweetalig Dom, dat ze
daar niet aan gedacht had.
jjj^e bedankte, liet zich de drukste winkelstraat wijzen
en spoedde zich naar buiten.
Er dreigde regen. De stad was grijs.
Nelly liep de Nieuwstraat in, stond verbluft over de
pracht der magazijnen daar.
Wat 'n groctsche winkels, dlacht ze. Maar in Amster
dam toch ook De Bijenkorf, Gerzon... Maar wat 'n
rijke, ongemeene uitstallingen
Ze ging A l'lnnovaticn binnen, slenterde langs de
toonbanken, kocht hier en daar een kleinigheid van het
geld door haar in Palace gewisseld. En aangelokt door
het strijkje boven, nam ze plaats en bestelde koffie. Na
een half uurtje, wandelde ze de galerijen langs, liep even
door d!e leeszaal, waar dames zaten te schrijven en te
lezen.
Ze dacht
Zeker naar geliefden. Zoo komt er thuis niemand
achter. Mies doet dat in De Bijenkorf ook. Even
was ze in beraad Bertha te melden, dat zij zich te Brus
sel bevond, maar ook even gauw verwierp ze haar voor
nemen. Ze ging op goed geluk de straten door en kwam
weer op hetzelfde punt terecht als had1 ze in' een cirkel
geloopen.
Ze ging in Palace soupeeren en liet zich een
schouwburg wijzen, waar een VLaamsch stuk werd op
gevoerd.
Men duidde haar den Vlaamschen Schouwburg aan,
waar juist dien avond een kunstvoorsreliing zou gegeven
warden en het toon eel stuk Looping the Loop voor
het eerst zou worden opgevoerd. Gelukkig vond ze in
een der loges vis-a-vis het toöneef nog een plaatsje. Ze
had1 wat snoepjes gekocht en zat in afwachting tot het
doek opging, de zaal rond te kijken en de menschen
gade te slaan, die binnen kwamen.
Vreemd, dat er zoo weinig dames in avondtoilet
zijn, dacht ze. Ze had daar heel iets anders van ver
wacht. Om verder haar tijd te dooden, sloeg ze het dag
blad open, dat ze meegenomen had om onder de pauze
te lezen. Haar oog viel op een beschrijving van Loop
ing the Loop Ze las Jean-Paul Hartman, de hoofd
figuur is romanschrijver en homme a femme
't Zal pikant worden, dacht ze. Hij legt de hand aan
een soort autobiographisch werk en denkt daarbij terug
aan de vrouwen, waar hij zich mee vermaakt heeft, zon
der veel emotie.
Alleen één meisje, Agnes, wekte in hem een weinig
ontroering. Kerstmisklokken luiden.Herinneringen uit zijn
jeugd wrellen op. Hij mijmert, slaapt en droomt.
Een beeld van het geweten, dat in een hoek staat,
beïnvloedt hem en hij denkt aan het verleden en het