600.000 Frank
- PER MAAND -
De Overeenkomst
60Q.OOQ frank per maand
Opstelletjes van Lezers
600.000 frank per maand
ONS LAND IN WOORD EN BEELD
807
't Was anders een heel net en aardig vrouwtje, Lize
van Spang, maar een beetje streng voor haar Dorus.
Niet als zou ze hem tiranniek en met ijzeren hand be- ook voor de vrouw. Beiden ondervonden ze even smar-
Geen droppel meer, hoor. plotseling cp en haalde het koffiegerief van zijn vrouw
De overeenkomst was gesloten. Lize nam de rook- voor den dag. Deze zette groote oogen op, maar Dorus
nru-wtirtrtkorior, zei niets, maakte het vuur aan, zette water op en ging
koffie malen. De geur van den gemalen koffie drong het
vrouwtje overheerlijk in den neus. Zij keek haar man
benoodigdheden van haar man in ontvangst en sloot ze
weg in haar kast. Hetzelfde deed Dorus met het koffie
gerief van zijn Lize.
Nu begon er een treurige tijd voor den man, maar 'n oogenblik verbaasd aan en vroeg
heerschen, integendeel haar regeering was zacht en
honingzoet, maar toch altijd een regeering.
Ze was namelijk een vleister en wist zoo aardig te
wenschen en te verlangen, dat Dorus gelukkig was al
haar wenschen te bevredigen.
Als zij bijvoorbeeld zei
telijk het gemis van den troost huns harten, en beiden
zagen ze in den ander de oorzaak van hun gemis. Twee
dagen later hadden ze alle twee de overeenkomst al te
niet willen doen, maar geen van hen wilde de eerste
zijn. Na een week bleven van beide zijden de vriende
lijke woorden weg en nog twee dagen later spraken zij
Dorus, lieve man, als ge u dit of dat zoudt willen geen enkel woord meer tegen elkander. Ze keken elkaar
afwennen, zou ik niet meer weten hoe lief ik u had
Dan antwoordde Dorus
Wel vrouwtje, dat had ik al lang willen doen,
maar telkens heb ik het vergeten; goed dat ge me eraan
herinnert.
Op deze wijze had Lize haar Dorus al
menig ding ontwend. Zoo dronk hij geen
sterken drank meer, ook geen bier of wijn,
hij bezocht geen herbergen of feestavondjes,
ja hij had zijn afkeer van kippen in gene
genheid veranderd. Verder had hij het
kaartspel opgegeven en de kaarten in het
vuur geworpen, hij spuwde niet meer op
den vloer, trok zijn klompen voor de deur
uit, enz.
Tenslotte wist Dorus niet meer wat zijn
vrouwtje hem nog afwennen zou. O ja
het eten. Dorus zou ook daarop wellicht
gezegd hebben Dat had ik al lang wil
len doen maar het eten gunde Lize haar
Dorus wel. Ze had echter op iets anders
reeds lang haar ietwat misnoegde blikken
geworpen en dat met zachte toespelingen
aangeduid de tabakspijp en de tabakszak
van Dorus, de akelige rook, die in de klee-
ren drong en de schoone gordijnen bedierf,
en het alles behalve naar rozenolie rieken
de overblijfsel in de pijp werden haar
steeds onverdraaglijker.
Nu was echter Dorus even onafscheide
lijk van de pijp, als van de ooren aan zijn
hoofd. Vaak neuriede hij het liedje
Ik en mijn pijp hebben gezworen,
Dat niets onze vriendschap kan verstoren.
Op de toespelingen zijner vrouw gaf hij
geen acht hij was Oost-Indisch doof aan
dat oor en snapte maar niet wat zij be
doelde. Wel brak hij zich het hoofd met
de vraag, hoe hij een ernstigen aanval
zou afslaan.
Op zekeren dag was zijn Lize zoo poes
lief dat Dorus dadelijk lont rook en zich
schrap zette.
Toen nu zijn vrouw zei
Dorus wat ziet ge tegenwordig bleek
scheelt er wat aan
Toen antwoordde hij
- Ik ben nooit zoo flink geweest,
vrouwtje.
Maar uw kleur, Dorus, uw kleur...
Ik kan er soms 's nachts niet van slapen,
als ik denk, dat ge de tering zoudt kunnen
krijgen.
Ja, vrouwtje, ik heb het niet willen
zeggen, maar ge ziet ook bleek, of eigen
lijk geel. Daarover maak ik me al lang be
zorgd. Als ge maar geen geelzucht of levertering krijgt,
ge hebt wel eens last van de gal gehad, niet waar
Lize was ontsteld, op zulk een tegenwerping had zij
niet gerekend. Dat was zij van haar Dorus niet gewoon.
Zoo iets had hij nog nooit geprobeerd.
Na een poosje begon zij weer heel lief en vleiend
Dorus, lieve man, ik had een verzoek.... dat zult
ge me toch niet afslaan
Wel neen, zeker niet. antwoordde Dorus, maar ik
had ook 'n verzoek, dat ge eveneens moet inwilligen.
Zeker, zeker, lieve man.
Dus, als ik aan uw verzoek voldoe, zult gij ook het
mijne inwilligen, niet waar, vroeg Dorus.
Natuurlijk, mijn hand er op, sprak Lize plechtig.
Nu, laat dan maar eens hooren.
Dorus, sprak zij toen op vleienden toon, wees zoo
goed en geef mij uwe pijp en uwen tabakszak en wat
daar nog meer bij hoort -- ik ben zoo bang, dat ge van
het vele rooken de tering zult krijgen.
Boven verwachting bereidwillig antwoordde Dorus"
Heel graag,Lize,hadt ge dat maar eens eer gezegd.
Dus dan rookt ge niet meer, hé
Geen enkelen trek meer, hoor.
Ge zijt een beste man, Dorus.
Ja Lize, maar gij zijt ook 'n heel best vrouwtje,
vleide Dorus nu op zijne beurt. Wees nu zoo vriendelijk
en geef mij uw koffiemolen, den koffiepot en wat er nog
meer bij hoort. Ik ben bang dat gij van het vele koffie
drinken nog eens de geelzucht krijgt.
Het lieve vrouwtje werd vuurrood. Een oogenblik nog
aarzelde zij, maar ze schaamde zich om haar woord te
breken. Bijna haastig sprak zij
Heel graag, Dorus.
En ge drinkt dus geen koffie meer, hé
echter wel aan met allesbehalve vriendelijke blikken,
doch na nogmaals veertien dagen gebeurde zelfs dat niet
meer, al zetten ze dan ook beiden een gezicht als drie
dagen slecht weer.
Het werd Dorus eindelijk te erg. Op deze manier zou
Een kranig- stukje, zooals men het maar zelden te zien krijgt.Voor gymnasten
om van te smullen, zoo'n onberispelijk uitgevoerde acrobaten-toer.
Wat gaat ge doen
Koffie zetten zooals ge ziet, vrouwtje
Voor wie
Voor mij. Gij moogt dat niet hebben.
Gij ook niet.
Hoho, waarom niet Mij is alleen het tabakrooken
verboden.
Niet lang daarna dampte de koffie in een groote kom.
Dorus slurpte ze met welbehagen op. Zijn Lize keek
hem als het ware eiken slok uit den mond en snoof
begeerig den heerlijken geur op.
Na een poosje vroeg Dorus
Ook 'n beetje
O, bewaar mij, zuchtte het vrouwtje.
Ik word er akelig van.
Dorus dronk met nog meer smaak een
tweede tasje en smakte met de tong. Lize
kon zich bijna niet meer bedwingen. Die
kostelijke geur werkte overweldigend. Toen
stond zij eensklaps op en snelde naar de
voorkamer. Heel spoedig kwam zij terug
met een pijp en den tabakszak. Zij stopte
eene pijp, stak ze aan en begon te paffen en
te dampen als een huzaar. Nu begon Do
rus te snuiven en zocht elk rookwolkje met
den neus op te vangen. Daarbij lachte hij
als een boer die kiespijn heeft.
Na een poosje vroeg Lize
Ook eens stoppen
Dank u, antwoordde Dorus, ik word
al onwel als ik er aan denk.
Dat was nu bij Dorus het geval juist
niet, maar voor Lize begon al spoedig al
les te draaien. Ze werd doodsbleek, de
pijp viel uit haar handen en zij zelf zonk
bijna bewusteloos achterover. Zeer ver
schrikt sprong Dorus op en hielp haar
overeind. Ze kon echter niet staande blij
ven. Hij moest haar te bed brengen. Daar
zuchtte en reutelde zij of haar laatste uur
gekomen was. En Dorus riep
Lize, wat is het dan, wat is het toch
Moet ik den dokter halen
Daar schoot hem een reddende gedachte
te binnen. Hij snelde naar de keuken en
haalde een tas koffie. De vrouw liet zich
gewillig den bruinen drang ingeven en vroeg
nog een tweede tasje. Dorus bracht een
tweede en een derde, en toen viel Lize in
een diepen slaap. Drie uren later werd zij
wakker en vroeg weer cm een tasje en
toen ze dit genomen had. was zij tamelijk
wel.
Dorus echter ging naar de keuken en
stopte zich een pijp. Nu de overeenkomst
verbroken was, achtte hij zich ook niet
meer geboden. Hij klopte juist de pijp uit,
toen Lize nog tamelijk bleek de keuken
binnentrad. Een oogenblik keken zij elkaar
aan en begonnen teen beiden te lachen.
Wat zijn we toch dwaas geweest, hé,
vroeg zij.
Kom,
hij met zijn pijp ook nog zijn vrouwtje verliezen. Hij
bedacht een krijgslist en toen ze op zekeren dag weer
zwijgend bij elkaar in de keuken zaten, stond Dorus
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllll
is de titel van het nieuwe mengelwerk dat
in Nr 1, 9' jaargang van ONS LAND
zal verschijnen.
kom, vrouwtje, neem nog een
tasje.
Lize dronk nog een vijfde tasje en Do
rus stopte zich een tweede pijp en dampte als een loco
motief. De oude overeenkomst werd verbroken en een
nieuw contract gesloten. Volgens dit moest Lize dage
lijks vijf kopjes drinken en Dorus vijf pijpen tabak
rooken. En deze ovreenkomst is van kracht gebleven
en trouw opgevolgd tot op den huidigen dag.
BLANCHE en MARGOT.
Lezeressen van Ons Land
't Regent...
De druppels fonteinen neer in dikke streepen en tok
kelen op de straatsteenen en tegen de ruiten...
t Is donker en 't regent.
En het water zijpelt voort in eindeloos wegstervende
tranen, als die van een weenende maagd, tranen, die
zingen van nieuwe, toekomstige vreugde en lijden... Ze
refreinen hun eentonig lied en 't snijdt door het hart
van den laten straatwandelaar.
En in de duisternis parel fonkelden en neuriën de
telefoondraden een sleepende. melodie, hun liefdelied;
de druppels sterrenflikkeren in de lantaarnschemering,
en te midden der straten, hier en daar, op de voetpaden,
Vrij naar het fransch vertaald van Jean
Dreault door Tone Mersmans. is de groot
ste film-creatie van het jaar en waarvan het
uitgeversrecht speciaal aan "ONS LAND,,
slaapt een plasje water, gevallen wolkentranen, te vluq
voorbehouden werd. naar beneden gesnapt. De vensterruiten tranenlekken
van het nat; 't zijn als waterwangen van een weenend
kind-
Alles schreit en bittert, en alles is duister... En tus-
schen dat alles gulpt de maan haar licht, haar donkere-
nachbslicht op de daken, over de straten, langs de
muren der huizen, waar hier en daar een menschen-
schim opdaagt, wegdrijft en wegdonkert in regen-
vreugde en menschenwee... G. A. C.
in boeiende taal en op leuke wijze geschre
ven, bezorgd veel genoegen bij het lezen
en gaat een ongekend succes te gemoet.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHinniiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiii