Afslag voor de 1e communie
Het besluit
van het Bazen-syndikaat.
Zouden er no nog gevonden -worden die
durven zeggen, het kan er niet af Als er dan
in eens 3 franken per week afgetrokken wordt
en men niet vereenigd is, dan moet het er wel
af kunnen, want ge zijl onmachtig, g'hebt
geen kas, geen leger van werkmenschen ach
ter u.
Voeg daarbij dat de gesvndikeerde wevers
uil hunne vakvereeniging gedurende die 13
weken strijd ieder eene som is uitbetaald ge
worden van 126 franken, wat beteekent dat
iederen wever zou moeten 8 1/2 jaar zijn
wekelijkschen inleg betalen van 30 centie
men, om de som weer te keeren die hij nu
heeft genoten
Vergeet ook niet, dat de hevigheid in den
strijd veroorzaakt is geweest door de ouder
kruipers die niet waren vereenigd en onder
voorwendsel van armoede en gebrek, het
werk hunner stakende broeders gingen inne
men.
Telkenmale er werkstaking is, hebben de
strijders af te rekenen met de onvereenig-
den, die geen 30 centiemen willen betalen,
maar er liever 3 groote pinten of borrels mede
drinken, om later dan de slechtste aller daden
te begaan te onderkruipen.
Oogen open, nietwaar onverschilligen
Struikelblok van onze welvaart. Van heden af
mag niemand onvereenigd blijven, de 30 cen
tiemen per week gaven aan de wevers van
Marchant i fr. per week meer loon.
Allen in uwe vakvereeniging, in Hand aan
Hand, Saskaai, moet het ordewoord zijn, de
eenige ware vereeniging uwer stad, die onver
poosd strijdt voor meer loon en betere werk-
voorwaarden, samengesteld alleen uit werk
lieden, bezorgd met het lot van allen en die
kan wijzen op verschillende verbeteringen die
zij al tot stand gebracht heeft, in 't voordeel
van allen.
Lnat u niet verdeelen in verschillende ver-
eenigingen bij ons kunnen opgenomen wor
den kristenen en niet geloovigen, daar vraagt
men u niet naar, volgt het voorbeeld uwer
patroons, ons lijden is één.
Onze strijd moet ook één zijn, verdeeld zijn
wij machteloos, vereenigd zijn wij reuzen
Die alles voortbrengen mogen niet langer
miskend worden, noch door de wet, noch
door het patronaat.
Wij verwachten u dus. broeders en Zusters,
slaven van 't fabriek zooals wij, gij die nog tol
hiertoe in ons vijanden gezien hebt, en die de
schuld zijt dat onzen toestand niet beter is.
Wij zijn het die al den rijkdom voortbrengen,
strijden wij dus voor ons aller doel.
Voor de Socialistische Vakbonden
D. B.
N. B. Men kan zich alle dagen laten
inschrijven voor de Vakvereeniging bij den
bode Bocqué, bij de brood voerders, gazet-
verkoopers en in het lokaal Hand aan Hand.
Fijne Bonbon en goede Wijnen te be
komen in Hand aan Hand, en in den
wijkwinkel, Onden Dendermondschen
Steenweg, aan buitengewone lage prij
zen.
Wij hebben in onze twee voorgaande
nummers van Rechten Vrijheid, het be
sluit van 't bazen syndikaat gehekeld,
waardoor M. Marchant Claessens niet
meer mag aanvaarden, en tevens ge
vraagd welke patroons dit besluit zouden
durven onderteekenen en verdedigen, want
Claessens heeft zich noch mogen, noch
kunnen verdedigen bij M. Marchant, noch
bij het bazen syndikaat.
Wij ontvangen nu hieronderstaanden
brief van M. De Naeyer, die wij onze
lezers mededeclen. i
Aelst, den 16 Maart 1909.
Mijnheer A. NICHELS, T/S.
In de twee laatste nummers van Rechten
Vrijheid wendt ge u iot mij, naar aanleiding
der werkstaking bij M. Marchant. Gij verlangt
dat ik u daarover eenige regelen schrijve, en
ge verzekert mij dat ik de iidassching van mijn
antwoord niet per deurwaarder zal behoeven
te eischem Ingezien de goede voorwaarden die
ge mij aanbiedt, en in acht nemende onze
vriendelijke betrekkingen, waarop ge wijst,
wil ik volgaarne u aangenaam zijn met u dit
schrijven te sturen.
Het Bazen syndicaat verdedigen, wegens
deszelfs handelwijze in de staking Marchant,
moet ik niet doen, aangezien die taak mij
door dit syndikaat niet is opgelegd. Moest ik
zulks ondernemen, niets viel mij gemakkelij
ker, daar het sy;„4ikaat gehandeld heeft vol
gens de gezonde rede en volgens de voorschrif
ten van hel syndikaal koritract Daarom ook
zou ik niet aarzelen de besluiten der bazen te
teekenen, gelijk overigens al de patronen
het zouden gedaan hebben, vermits al die
besluiten eenpariglijk zijn genomen.
Volgens de syndikale voorschriften moesten
de patronen niet oordeelen tusschen M.
Marchant en zijn werkvolk bijgevolg moes
ten ze de beide par tijen niet aanhooren, om
te oordeelen wie van beide er gelijk had
daarbij was de werkstaking een voltrokken
feit, toen hel bazen syndikaat er kennis van
kreeg. Zoo ook is de werkstaking geëindigd op
de enkele veikiaring van M. Marchant. Nu, de
werkstaking bestaande, kon het syndikaat
niets anders doen dan M. Marchant onder
steunen, volgens de voorschriften van het
kontrakt.
Dusdanig is immers ook tot hiertoe de han
deling geweest der werkers syndikaten want
hoe dikwijls heb ik i n uw blad niet gelezen dat
er voorlaan geenen onderstand meer zou ver
leend worden aan de werklieden, die in sta
king zouden gaan zonder de roorafgaandelijke
toestemming der syndikaten de werkstaking
zonder toestemming moest dus den regel zijn,
en nochtans is het nog nooit gebeurd dat den
onderstand geweigerd werd. De werklieden
syndikaten hebben dus, op dit punt, aan het
bazen syndikaat niets te verwijten.
Doch het is eene leemte, alswanneer een
syndikaal kontrakt de verplichting niet voor
ziet voor alle leden, van het syndikaat te raad
plegen, bij elk vooruitzicht van moeilijkbeden.
Dat ge daarvan overtuigd zijt, is bewezen door
uwe menigvuldige berichten, die ik daareven
aanduide. De patronen hebben dit nu ook
ondervonden, en hebben dan ook hun kon
trakt in dien zin gewijzigd. De bazen hebben
dus gedaan wat de werklieden deden men
kan aan niemand den steen werpen, want
langs beide zijden worden gelijke verbeterin
gen ingevoerd. Nu dat de voorloopige raad
pleging verplichtend is, nu en nu alleen, kan
er spraak zijn van beide partijen te booren
vooraleer een vonnis te vellen.
De werkstaking Marchant is dus uitgebor
sten buiten de kennis van het bazen syndikaat.
Dan is er eene briefwisseling ontstaan tusschen
M. Marchant en het gemengd komiteit, met
inlasschingen in uw blad en verspreiding van
manifesten, waarover wij liever zullen zwij
gen, maar die niet van aard waren, om M.
Marchant tot toegevendheid te brengen. De
zaken duurden zoo voort, totdat M. Marchant
eensklaps bet besluit nam, de staking te ein
digen, door het afdanken van al zijne werk
lieden. Van dien stond had het bazen
syndikaat in de kwestie niets meer te
zien. Dit gebeurde omtrent 22 februari.
Van nu voort handelde M. Marchant voor
zijne uitsluitelijke rekening en alles deed ver
moeden dat de staking eindeloos zou wezen of
liever de twist tusschen M. Marchant en zijne
afgedankte werklieden. In dit verschiet is M.
Frans Coppens, lid van het gemengd komiteit,
tot mij gekomen, ten einde de patronen bij
een te roepen alhoewel zij in het ge
schil niets meer te verrichten had
den, en slechts hunnen raad konden doen
gelden. Dan heb ik vele voetslappen gedaan,
en menige onderhandefing gehouden met
M. Marchant en andere Heeren van hel bazen
syndicaat en ook met Frans Coppens, dit alles
op verzoek van dezen laatste, en met het
vurig verlangen van aan het eindeloos geschil
een einde te brengen. Het dient ter eere van
Frans Coppens hier gezegd te zijn, dat hij
menigmaal zijn werk heeft laten staan om de
bevrediging te bewerken, en dat hij zich in
deze moeilijke taak, een wijze en tevens
krachtdadige bemiddelaar heeft getoond.
Deze pogingen zijn gelukt en niet zonder
moeite, en ik geloof dat de werklieden van M.
Marchant, en al de werklieden van de stad,
gelukkig waren te vernemen dat deze droeve
staking, op een uiterst ongelukkig oogenblik
uitgeborsten, geëindigd was.
Maar dit algemeen geluk werd niet gedeeld
door u M. Nichels, noch door uwe medehel
pers, want ge kunt u niet wachten van uit te
varen tegen deze die de rechtzinnigste pogin
gen aanwenden om het verschil te slechten en
om verder alle mogelijke verbeteringen te
brengen aan de inrichting der patronen. En
hier moet bet gezegd zijn en bevestigd dal het
bazen syndikaat niet is ingericht als oorlogs
tuig tegen de werklieden en dat het zijne
plaats niet vindt in het Russische tyrannen
land van den tsaar, gelijk ge het maar al te
geerne zoudt wenschen. Ongelukkiglijk voor
u, zijn de patronen bezield met edelmoedige
gevoelens en voelen ze zich alle dagen meer
bereid de billijke vragen der werklieden in te
willigen tot zooverre de mogelijkheid en de
rechtvaardigheid zulks toelaten. Dat zal men
best ondervinden.
Doch het is maar al te wel te voorzien dat
dit met uw genoegen niet zal gaan. Gij wilt
immers geenen vrede tusscheD werklieden en
patronen voor u moet het oorlog zijn gij
hebt het menigmaal gedrukt in uw gazet in
vredestijd denken de werklieden niet aan
uwen winkel ze voelen dan de noodzakelijk
heid niet van te loopen in uw gespan en onder
uwe roede. Gij moet de werkersscharen kun
nen dompelen in den nood, dan smijt ge hun
een korste brood om ze aldus in de begooche
ling te brengen dat ge hun redder zijt De
patronen, die ge onophoudelijk uitscheld en
belastert, zullen er voorzeker aan houden
van te toonen dat ze redelijker en menschlie-
vender zijn dan gij
Intusschen vriendelijk gegroet.
Th. DE NAEYER
ONS ANTWOORD
zal heel kort zijn M. De Naeyer.
Of het kontrakt der bazen het onderzoek
voorschrijlt of niet. uw geweten moest u
zeggen, dat het onrechtvaardig is, iemand
te oordeelen zonder hem te hooren spre
ken en zonder hem toe te laten zich te
verdedigen op de hem ten laste gelegde
beschuldigingen.
Dat heeft het bazen-syndikaat niet ge
daan in het geval Claessens en het heeft
ongelijk.
Wrat nu het veranderen van uw kontrakt
betreft, wij juichen dit van harte toe ea
zijn verzekerd dat dit veel zal bijdragea
oin geschillen te slechten en werkstakin
gen te voorkomen, wanneer het bazen-
syndikaat met zooveel verzoeningsgeest is
bezield als de werklieden-syndikaten.
Wat aangaat dat de werklieden-syndi
caten hunne werkstakende leden altijd
ondersteunden in geval van werkstaking
zonder onderzoek, daarin hebt ge 't leelijk
mis, M. De Naeyer, want nooit is er
iemand in trok gesteld zonder grondig
onderzoek.