Socialistische School van Aalst.
Protest eeren wij allen
legen den Oorlog
Professor Hendrik De Man.
BRIEFWISSELING.
Y'erg;iderinir
H#t valt moeiëlijk te begrijpen, dat de
ganse he beschaafde wereld niet een hevig
verzet aanteekent tegen de oorlogen in 't al
gemeen, maar nu in 't bijzonder op dezen
oogenblik, tegen den oorlog die is ontstaan
tusschen Turkije en Italië.
Opmerkenswaardig is het, dat het weeral
eens de Socialistische partij is, internationaal
verbonden, die ook internationaal hare
hevige protestatiën ten toon spreidt, en op
komt tegen do roofzucht der kapitalisten,
die de oorlogen verwekken.
Verleden Zondag waren door de zorgen
van het Internationaal Socialistisch Bureel
verschillige groote meetingen ingericht in
verscheidene landen van Europa, om te pro
test,eeren tegen den oorlog, die op dit oogen
blik wordt gevoerd.
Waar zijn de katholieken, die zich de be
schermers van het volk noemen Waar zijn
de liberalen, die hunne protestatie laten
kennen tegen den oorlog f Waar blijft het
redes-Comiteit van den Haag, die daar
reeds zoolang eeneellendige comediespeelt?
an al die mannen hoort men niets het
zijn kapitalisten Het is hunne eigene klasse
die den oorlog wilt, het zijn de kapitalisti
sche belangen die de oorlogen veroorzaken
en het geeft hun weinig dat de werkersjon
gens er hun leven bij inschieten, dat zij bij
honderden worden vermoord.
OVER DE GRUWELEN VAN DEN OOR
LOG knippen wij uit een Italiaansch blad
het volgende
De wagens van het Roode Kruis rollen
met de opgeraapte dooden nader. Hoog op
eengestapeld liggen de lijken der bersa-
glieri.
Boven den hoop ziet men het lichaam van
een jongen soldaat, dien do vijanden de
kleed eren van het lijf rukten. Het jeugdig
lichaam is door messteken doorkorven. Dit
bloedend lichaam werkt op do Italianen als
een noodsein. De wraaklust overmant zo.
Zij werpen zich op de eindeloos elkander
opvolgende rijen gevangenen. Zij willen
wraak nemen en kunnen slechts met moeite
tegengehouden worden.
In de rangen der gevangenen wankelen
zwakke grijsaards, vrouwen en kinderen.
De meesten zyn gansch ontkleed, want men
heeft hun de sluiers afgenomen onder welke
men steeds wapenen en patronen vond. De
vragen der officieren en soldaten worden
door die inboorlingen met een koppig zwij
gen beantwoord. Zij zuchten niet, doch sta
ren voor zich uit, in afwachting dat hun lot
volbracht worde. Hier en daar smeeken zij
met gelatenheid om eene sigaret. Hetbovel
om zich te ontkleeden, was voor hen de
grootste beproeving. Zij hebben een sterk
schaamtegevoel en zij sidderen meer uit
schaamte dan uit vrees.
Alle rassen zijn in dezen stoet der doods-
kandidaten vertegenwoordigd. Bedoeïenen,
Berberen, Arabieren, Soedaneezen, enz.,
Onder de woedende kreten der Italiaansche
soldaten worden zij naar de kazernen ge-
sleept. Het is hun laatste nacht. Bij zons
opgang zullen zij voor den muur staan, om
voor den kop geschoten te worden.
Eindelijk komt de nacht aan en bedekt al
die tragische heelden met zjjii donkeren
mantel. De laatste geweerschoten stervon
wegde laatste gevechten verstikken in de
duisternis gaat zelfs de haat slapen.
Nu schitteren de vlammen van lantaar-
nen. Hun weerschijn slaat op de blinkende
bajonetten. Het is een nieuw geleide met
een nieuwen stoet van gevangenen 200
naakte menschen. die reeds ter dood ver-
oordeold zijn en nu bij het onzeker lan
taarnlicht naar liet Turksch hospitaal geleid
worden, waar zjj hun laatsten nacht zullen
doorbrengen.
Bij het voorbijgaan, beginnen plots de
schijnwerpers der pantserschepen te "jariën
Zij glijden over liet donker landschap en
treffen ook do processie van die kinderen
van den dood. Geen woord ontsnapt die ge
vangenen, die reeds weten wat hun te wach
ten staat, Stom tijgen-zij, midden hunne
wachters, vooruit. Nu en dan hoort men een
onderdrukt gesnik. Het is 10 uren 's avonds.
Do rust is volledig en zal blijven duren tot
in het morgenkrieken, wanneer de geweer
schoten zullen knallen en honderden zullen
neervallen by den kerkhofmuur.
Over dezelfde gebeurtenissen schrijft een
modeopsteller van de Secoio van Milaan.
- Onze soldaten hebben onmeedoogend al
do oproerlingen gedood, die meenden als of
fer van hunne godsdienstige overtuiging te
sterven. Uit plicht iieb ik eenige strafuit
voeringen bijgewoond.
Een man en eene vrouw werden in liet
bezit van wapenen gevonden en ter dood ver
wezen. Zij hielden zich liefdevol aan de han
den en toonden geen spoor van vrees. De
officier gaf iiet bevel te schieten. De vrouw
hield nog de hand van haar dooden man
vast en wachtte moedig den dood a'f. Een
tweede salvo weerklonk en de hersenen vlo
gen haar uil het hoofd.
Dan werd een grijsaard en na hem een
jonge knaap doodgeschoten.
Eindelijk w as het de beurt van eene grijze
vrouw die naakt verscheen omdat zij patro
nen in hare kleederen verborgen had.
Onze soldaten zyn dronken van wraaklust.
De officieren moeten al hun gezag aanwen
den om de strafuitvoeringen te beperken.
Twee Grieken werden bij misslag dood
geschoten, omdat zy een revolver gedragen
hadden.
En het zijn die wapens, die door den Paus
van Rome, door de geestelijkheid van Italië
zijn gezegend, die al die gruwelen volbren
gen
Waar is de Kerk die leert, DAT ALLE
MENbCHEN BROEDERS ZIJN, om te proie-
skeecei» aij is dsar •ra de wapenen te
zegenen, om de moorden, om de gruwelen
goed te keuren
Eens te meer blijkt het, dat het alleen de
Socialistische Partij is, diè durft opkomen
tegen het moordon, tegen de oorlogen, tegen
de kapitalistische roofzucht, en toch zijn'er
nog zoovele arbeiders, die de partij van de
ware Wereldvrede, de Socialistische partij
den rug toekeeren
'i Is jammer en onverstaanbaar, want de
werklieden die zich bij de kapitalisten bende
aansluiten, keuren hunne rooftochten goed,
en helpen mede om de oorlogen te doen uit>
barsten, waarvan zij de gebroken potten
hebben te betalen, niet alleen mot hunne
penningen maar ook met hun bloed.
Het is een duurzamen plicht voor alle ar
beiders zich goed te organiseeren, zich goed
te vereenigen, en eensgezind te protesteeren
tegen de oorlogen en te eischen dat alle ge
schillen door een Vrede-Comiteit zouden ge
slecht worden.
HET VERSLAG OVER DE EERSTE LES.
Ik veronderstel dat ge allen overtuigde
strijders zijt voor de vakorganisatie, en liet
is dus ook noodig, om er goede propagan
disten voor te zijn, dat ge weet wat eene
ware vakorganisatie is, wat zij moet zijn,
wat zij wilt.
Vooral voor bestuurleden is zulks zeer
noodig te weten, en ons doel is ook van
besturen en leiden eener vakorganisatie, u
goed op de hoogte te stellen, u te overtuigen
welke organisation de beste zijn, en welke
de beste taktiek is, die moet gevolgd wor
den in de vakbeweging.
In België is de tijd der hervorming van
de vakbeweging gekomen vroeger stonden
meest al de vakorganisatiën afzonderlijk
hunne macht was dan betrekkelijk klein,
hun weerstandsvermogen niet groot, hunne
macht en aanzien om zoo te zeggen nul.
Thans is men volop bezig, de bonden
te centraliseeren, ze aldus meer macht,meer
eenheid en meer aanzien schenkende.
Welke vormen hebben de vakbonden in
verschillige landen aangenomen
Er zijn verschillige leidingen. België is
een klein landeken en 't is door zijne klein
heid onderworpen aan de voorbeelden van
andere grootere landen, en zoo zien wij dat
voornamentlijk in 't Walenland, de Fran-
sche actie meestal is binnen gedrongen.
De internationale vakbeweging heeft drie
typen
De oude Engelsche vakbeweging, onaf
hankelijk van de politiek, die zuivere-be-
roepsorganisatien, organisatiën van geleer
de en ongeleerde arbeiders hadden.
Deze vakbonden meenden gansch afge
scheiden te moeten leven van de politiek, zij
zagen geen nut voor hunne vakorganisatie
in de politieke actie.
Organisatiën van geleerde en ongeleerde
werklieden, waren de vereenigingen, waar
in de werklieden van een bepaald vak wier
den opgenomen, waarvoor er eene zekere
bekwaamheid in hun vak noodig was.
De andere waren losse arbeiders, corvée-
mannen, voor wien geene vakkennis be
stond.
De Duitsche vakbeweging is samenge
gaan met do Socialistische partij, vereenï0*-
de zich niet lokaal, maar nationaal, en be
vatte de arbeiders van een en hetzelfde
beroep.
De Fransche vakbeweging is onverschil
lig aan de politiek, heeft gebrek aan dici-
pline, aan tucht, is lokaal en gebruikt de
middelen der direkte actie, de sabotage
(vornieling van gebouwen, machienen,
grondstoffen, enz).
De vraag stellen wat eene vakvereeniging
is, kan voor velen van u, overbodig schij
nen, doch is daarom niet waar.
Hier in Aalst zijn ook liberale en christe
lijke vakvereenigingen, en er kan wel twij
fel bestaan, of zij wel degelijke vakvereni
gingen zijn.
Er zijn christelijke vakorganisatiën maar
er zijn er ook die zulks niet zijn.
Deze waar er strijden worden georgani
seerd, waar men strijdt om meer loon, om
betere werkvoorwaarden, zijn wel vakorga
nisatiën.
Andere, die gesticht worden met mede
hulp der patroons, die dienen om strijden te
breken, om de patroons diensten te bewij
zen, dat zijn geene vakorganisatiën.
Waarom kunnen we de gele syndikaten,
niet als vakorganisatie aanzien
Omdat ze niet het doel hebben, een strijd
te voeren in 't belang der werklieden, maar
handelen in 't belang der patroons.
Ziekenfondsen, spaarfondsen, kunnen als
geene vakorganisatiën aanzien worden.
De Socialistische Werkersbonden, Propa-
zandaclubben, strijden niet zooals de vak
bonden tegen de patroons, maar strijden
langs politieken weg, tegen de bezittende,
in 't belang der werkende klasse, en zijn
hierom klasse vereenigingen, maar geene
vakbonden.
Eene vakorganisatie is eene klasse van
arbeiders, die strijd voert, om de arbeids
kracht der werklieden, in de meest voordeo-
ligste voorwaarden te verkoopen aan do
patroons.
Do verkoop der arbeidskracht van den
werkman aan den patroon, geschiedt op de
plaats waar den patroon arbeidskracht gaat
zooken, of waarden werkman zijn arbeids
kracht aanbiedt, en daar ook is de eigent-
lijke markt van den verkoop der arbeids
kracht.
De prijs die men er voorgeeft, is het loon.
De arbeider heeft niet anders te verkoo
pen dan zijne arbeidskracht en hier geldt
dozolfde wet-, van vraag an aanbod, evenals
op alle andere markten, alwaar men boter,
eiërs, vleesch, enz. aanbiedt.
De arbeider tracht zijne waar, zijne ar
beidskracht zoo duur mogelijk te verkoo
pen, en den patroon tracht die zich toe te
eigenen aan den minst mogelijken prijs.
Hier komt men tot de verhouding van uit
buiting door den patroon met den werkman,
hier is er verschil van belangen, hier is de
klasse tegenstelling.
De vakorganisatie vertegenwoordigt
nu de belangen van den werkman, door zijne
arbeidskracht zoo duur mogelijk te verkoo
pen, door het loon van den werkman zoo
hoog mogelyk te doen stijgen.
En hier verovert de vakorganisatie door
zijne macht dat wat een enkeling niet kan
verkrijgen, want het spreekt van zelf: om
invloed te-hebben op den verkoop der ar
beidskracht moet men gezamentlijk optre
den, want allen wijst men u gemakkelijk de
deur, omdat men niet alleen kan opslag vra
gen voor zichzelf, maar voor allen die het
zelfde vak uitoefenen.
Onder staathuishoudkundig oogpunt be
schouwd, is het dus de vakorganisatie die
tracht de arbeidskacht zoo duur mogelijk-te
verkoopen en de gunstigste voorwaarden
van arbeid voor den arbeider tracht te ver
overen.
En juist omdat het de vakorganisatie is,
die strijd voert om meer loon, betere werk-
voorwaarden, daarom ook is het eene strijd
organisatie, terwijl ziekte en crisisfondsen
geene strijdorganisatiën zijn, maar toch het
hunne bijbrengen om de werklieden te be
letten, verplicht te zijn, hunne strijdkrach
ten goedkooper aan te bieden.
Zoo ook is het met de reisondersteunin-
gen die ook geene strijdmiddelen zijn, maar
toch beletten dat het getal werkeloozen zich
ophoope, want veel werkeloozen leveren
altijd gevaar op, de arbeidskracht goedkoo
per te maken.
Het gebeurt ook, en zulks is meestal bij
de christenen het geval, dat men de Gilden
of ambachten der Middeleeuwen, verwart
met de hedendaagsche vakorganisatie.
liet waren wel is waar, beroepsvereeni-
gingen, maar hadden niets gemeens met de
moderne vakvereenigingen.
De christenen wijzen meest altijd op den
geest van broederlijkheid die in de Gilden
heerschtetusschen meesteren werkman.
Wat waren de Gilden of ambachten
Vereenigingen, organisatiën van kleerma
kers, schrijnwerkers, beenhouwers, bak
kers, enz., waarin er noch nijd noch strijd
was tusschen den patroon en den werkman,
omdat den werkman alsdan geen arbeids
kracht te verkoopen had, maar de volle op
brengstvan zijn arbeid wierd vergoed.
De bedrijven waren heel klein; meestal
werkte den meester met een of twee volleer
de gasten zij woonden onder het zelfde dak
en daar zij meestal werkten op commande,
voor de verbruikers der stad zelf, dus hunne
waar konden leveren, rechtstreeks aan de
verbruikers, zoo ontvingen zij ook recht
streeks van dezen, de volle waarde van hun
produkt, dat door meester en gasten in ge
lijke deelen wierd verdeeld.
Het gereedschap dat de meesters noodig
hadden, was niet talrijk,en soms (niet altijd)
wierd er iets van de opbrengst afgestaan,om
de sleet van 't gereedschap te vergoeden.
Heden kent den werkman dezen niet, voor
wien zijn produkt zal zijn, zelf kent den
patroon hem nietheden werkt men met
vele werkmenschen, in werkhuizen en fa
brieken de voortgebrachte waar, gaat niet
rechtstreeks totden verbruiker; indemeeste
gevallen word ter zooveel kennis niet meer
vereischt als in de Middeleeuwen, door dat
de machienen het werk verrichten.
In de Middeleeuwen was den werkman
eigenaar van zijn produkt, beschikte hij
over zijne eigene voortbrengst.
In den te^enwoordigen tijd, gebruikt den
werkman enkel het produkt van zijn patroon
en de voortbrengselen zijn dan ook den
eigendom van den patroon waarvoor den
werkman een loon ontvangt. En dit loon
tracht den patroon zoo laag mogelijk te hou
den, dus tracht den moderne patroon het
grootste gedeelte der voortgebrachte waar
voor zich te houden, terwijl in de Middel
eeuwen, den werkman de volle opbrengst
van zijn arbeid genoot.
In de Gilden was er dus broederliefde mo
gelijk, omdat er geen klassenhaat, geen uit
buiting bestond.
Om de huidige vakorganisatiën op den
zelfden leest der Gilden of ambachten te
willen schooien, zou men ook moeten zorgen
hetgeen overigens als 't mogelijk ware
zells misdadig zou zijn dat het klein be
drijf terug ingevoerd worde, wat onmoge
lijk is, gezien we het tijdperk der groot
nijverheid zijn ingetreden.
De moderne vakorganisatiën zijn dus iets
heel nieuw, daar de klasse tegenstellingen
zijn geschapen door den verkoop en aan
koop der arbeidskracht.
Mijnheer de Uitgever van Recht
en Vrijheid, St-Vincentiusstraat,
Aalst.
Wij eischen rechtop antwoord ingevolge
het artikel De Werkstaking hij don lieer
Marcliant - verschenen in uw blad van 5 No
vember 1911, nummer 45,
Wij houden er niet aan u de voordeelen te
laten genieten uwer onrechtvaardige be
schuldigingen lejjen onze flrma gericht. Gij
hebt u do spreuk herinnerd STOUT GE
SPROKEN IS HALF GEVOCHTEN en gij
betwist vermetel de cijfers der loonen aan
onze werklieden betaald en medegedeeld in
ons manifest.
Betwisten is eene heel gemakkelijke zaak
bewyzen is heel wat moeielijker.
Gij drukt dat de cijfers onzer plakbrieven
onjuist zijn.
Gij schrijft de waarheid niet en wij her
nieuwen bijgevolg onze uitdaging.
Wij schenken DUIZEND FRANKEN aan
hem die bewijzen kan, dat eene enkele der
vermeide sommen niet juist is, volgens de
afgekondigde werkdagen.
Wij stellen het duidelijk vraagstuk Ge
lieve het op te lossen. Hier hebt g-ij eene
schoone gelegenheid Ier hulp te komen aan
de ongelukkigen gij zij t-wij verhopen
het voor u— demokratisch genoeg om die
gunst niet aan de noodlijdonde te ontzeg
gen, die, dank aan uwe strijden, er zoo
veelvuldig te tellen zijn.
Wij drukken op liet punt dat gij onmach
tig zijt uwe beschuldigingen op een ernsti"
bewijs te laten rusten gij zegt dat indien
onze cijfers de waarheid daarsteiien onze
fabriek eene goudmijn zoude wezen voor
den werkman en deze geen reden zouden
gehad hebben het werk te staken.
Wij teokenen die kostbare bekentenis
aan
Die bekentenis is het recht dat gij uwen
strijd en uwe listen laat wedervaren zaken
die natuurlijk niet bijdragen om zoovele
familiën het noodige te verschaffen dat zij
daardoor moeten derven.
Wij verwachten u dus zonder wijken.
Uw eergevoel verplicht u dus te bewijzen
dat onze cijfers vaischzijn
Ter zake zonder dralen er zijn te veel
machtige belangen op het spel en uwe ver
antwoordelijkheid reeds zoo zwaar.
Do werklieden die uwe verderfelijke raad
gevingen hebben gevolgd, zullen thans
tweemaal omzien vooraleer te volharden in
eene staking, noodlottig voor hunne vrou
wen en hunne kinderen. Zij zullen zich af
vragen dat, voor de eerste maal sedert
zeven jaren, het socialistisch orgaan liet
met ons eens is om de groote loonen die wij
betaald hebben goed te keuren.
Deze getuigenis is voor ons van onschat
bare waarde.
Wij hebben besloten geene enkele uwer
onwaarheden onbeantwoord te laten en van
uw blad gebruik te maken als recht op ver
dediging.
Met zóó te handelen zullen wij nuttig zijn
niet alleen aan de zaak der nijveraars die
volgens ons, ook recht hebben op bestaan
maar eerst en vooral aan deze der werklie-
den, die zicli moeten op de hoede houden
tegen al.de slinksche werkingen van aan
voerders, die zoo schaamteloos de werklie
den uitbaten en loven op hunne kosten,
zonder den minsten kommer voor sombere
dagen, zomer en winter, jaar in jaar uit, in
slechte en in goede tijden.
Wij eischen, ingevolge de wet, opname
van bovenstaande en dit in uw eerst ver
schijnend nummer van Zondag, twaalfden
November 1900 en elf.
Hoogachtend,
C. MARCHANT en C. ST1CHELMANS.
ONS ANTWOORD.
Zeker hebben wij gezegd, moest men het
manifest der flrma geiooven (niet de ]>lak-
brieven zooals de Heeren schrijven) dat het
fabriek Marcliant eene goudmijn voor de
werklieden zou zijn.
De zegman die ons inlichtte, sprak ons
slechts van loonen van 4 franken per dag en meer,
iets dat wij zeer goed wisten onjuist te zijn.
De Heeren zullen wel begrijpen dat wij
niet zouden gesproken hebben van eene
goudmijn, waar liet loon van 19 op 33 wevers
loojlt tusschen 1,1a fr tot 1,63 fr. Per dag,
welke de Heeren onbeschaamd zijn in hunne
manifesten af te kondigen.
Het schrijven der Heeren zou ons doen
geiooven, dat Uwe firma zeer ingenomen is
om het noodige aan de werkers te verschaf
fen. Bravo Mijnheercn, voegt nu de daad
bij het woord, want in dit geval dienen de
loonen der wevers verhoogd te worden.
Met ons zult ge bekennen dat met zulke
ellendige kleine loonen, hierhooger vermeld,
de wevers der flrma Marcliant geene' vette
soep kunnen koken.
Wij dienen de Heeren te doen opmerken
dat onzen bond door katholieken, liberalen
en christene democraten, buiten deze bewe
ging gestold was, (of de werklieden hier
door beter zullen gediend zijn is wat an
ders
Ondanks dit feit staan wij aan de zijde dei
werklieden, eens de staking daar is. Wij
schieten de werklieden niet in den rug,
maar zetten hun aan tot eendracht in deii
stryd, om te bekomen betere werkvoorwaar-
den en loonen die zij wel verdienen, gezien
de kleine loonen door uwe firma aan de
wevers betaald, waarvan U ons zelf de bewij
zen in handen geeft.
Heeren, wat uwe lasterende beschuldi
gingen betreft, dat raakt ons niet. Immers,
wij zijn daar reeds zoo zeer aan gewoon, de
schoone complementen te ontvangen die Gij
nu herinnert, doch dienen wij hier bij Ie
voegen, dat erschaamtelooze uitbuiters zijn
die onbekommerd Jeven, door de schanda
lige kleine loonen die zij aan hunne werklie
den betalen, iets waarvoor men niet zeer
bekwaam, ja zelfs een groote uil mag zihi-
der Tabakbewerkers, op Zater ag is No
vember, 0111 S uren's avonds, in hel I ,;al
Hand aan Hand r.