Socialistisch weekblad voor het Arrondissement Aalst.
Gezel Alfred NICHELS,
Mijn Hoekje.
ÜO .laar i\° 3.
Prijs per nummer 15 centiemen.
21 Januari 1923.
ondervraagt in de Kamer Minister Moyersoen,
T
VRIJHEID
ANNONCEN
Rechterlijke 4 fr. per regel.
Keklamen 0,25 fr. per regel.
Vermindering van prys voor annoncen die meer
maals verschijnen.
Alle briefwisselingen moeten olke week vóór
Woensdagavond, 8 ure, ingezonden worden.
De strijdpenning die dezelfde week moet ver
schijnen, moet ingediend zyn, vóór Dinsdag
middag.
REDACTIE EN ADMINISTRATIE
Weidestraat, 14, GENT
Verantwoordelijke uitgever,
J. BEKAERT, Weidestraat, 14, GENT.
Ongeteekende brieven wordon niet opgenomen.
Berichten over werkstakingen en grieven moe
ten door de Vakbonden gestempeld zijn.
ABONNEMENTSPRIJS
3 maanden fr. 2,20
6 4,00
I jaar 7,50
BUITEN BELGIE.
1 jaar fr. 15,00
Men abonneert zich op alle postbureelen.
over het uitbetalen van het Ouderdomspensioen.
Gezel Nichels. Mijne boeren,
wij behandelen op dezen oogenblik
een der belangrijkste zake i ?oor
wal het arbeidende volk betift ik
heb do kostelooze oudi rdomspen-
sioenen genoemd.
Ik druk er op, kostelooze
ouderdomspensioenen, want do lieer
minister Moyersoen zal zich nog wel
herinneren,toen hetkosteloos ouder
domspensioen is gestemd geworden,
hoe hel met vreugde hij de werken
de klasse is onthaald, en wanneer
zijn geheugen niet kori is. «Ion ook
zal hij nog weten hoe liet Aalster-
schevolk in zijn schik was, lio»- het
juichte en feestte wanneer het de
gelegenheid heeft gehad, onzen
vriend Waut< rs in zijn midden te
hebben. Wauters, destijds minister
van nijverheid en arbeid, en aan
wien het terecht zijn kosteloos
ouderdomspensioen heelt te dan
ken.
Dien belangrijken post is thans in
uwe handen, heer minister Moyer
soen, tnik meende te mogen vorho
pen dat ge, als Aalslenaar, en voor
do eeiste maal dat de stad Aalst oen
zijner inboorlingen tot het minis-
tersambt ziet verheven, dat we toch
van hem ten minste niet te schrik
ken hadden, dat hij de kosteloosheid
der ouderdomspensioenen zou heb
ben prijs gegeven lk dacht ten min
ste dat ge, evenals wij sociaal demo
kraten, van het gedacht zoudt heb
ben uitgegaan, dat een afgesh ofdo
werkersvrouw, een afgetobd en
werkman, eens 05 jaar oud, recht
heeft op een kosteloos en mensch-
waardig pensioen, dat hen ten min
ste toelaat in hunne oude dagen bij
een hunner kinderen of familieleden
te kunnen opgenomen worden, zon
der dat ze daarom het stukje brood
der kleinkinderen hoeven af te ne
men.
Gij die u laat kennen als christen
demokaat, gij moest toch onze be
volking die geruststelling gegeven
hebben, maar we hebben ons ten
zeerste bedrogen gezien, toen we
het wetsontwerp dat we gisteren
liebben ontvangen die kosteloosheid
te niet doet.
't Is oprecht jammer, dat zulks
komt van een Aalstenaar, van een
christen demokraat.
Gez«l Dierkens. Natuurlijk,
de heer minister verdedigt de belan
gen zijner klas.
De hesr Moyersoen, minister
van Nijverheid en arbeid. Indien
men dat zegt, dan heeft men het
ontwerp niet gelezen.
Algemeene klachten.
Gezel Nichels. Dit gezegd
zijnde, heer mioister, moet ik zog
gen dat de klachten aangaande het
laattijdig uitbetalen en toekomen
der ouderdomspensioenen zoo wat
algemeen zijn.
Waaraan zijn ze toe te schrijven
De heeren controleurs zeggen ons
dat het mot hunne schuld is, maar
dat hun werk meestal tegengehou
den wordt, doordat ze de noodige
stukken, die hen door het ministe
rie van ny verheid en arbeid moeten
afgeleverd worden, te laattydig ont-
j vangen.
Zoo gebeurt het meestal dat een
I ouderling, dit jaar pen pensioen
Y wordt toegekend, onvolledig, bij
f voorbeeld het jaar nadien vqran
j dert zijn toesland, hij vraagt ver
meerdering van pensioen, en hierom
moet de heer controleur zijn vroeger
dossier of vroegere aanvraag aan
I het ministerio terugvragen.
Man of vrouw is dit jaar een pen
sioen toege kan d de andere bereikt
den ouderdom om pensioen te kun
nen genieten, doet zyne aanviaag,
zelfde gevalhet oud dossier moet
iiï 't ministerie gevraagd worden.
Welnu, in moestal die gevallen
moeten de menschen wachten en
blijven wachten naar eene beslissing
van den heef controleur.
Waarom Omdat bij de aange
vraagde stukkon van h<*t ministerie
niet ontvangt.
Het schijnt ongeloollijk, maar 'l is
zoo.
Ziehier een lijst va» den lieer con
troleur van Sottegem, en die lijst be
vat
10 namen van ouderlingen, wier
stukken in 't ministerie zijn aange
vraagd in den laatsten trimester van
't jaar 1921. en we ziin nu reeds
't jaar 1923 en nog zijn die bundels
hem met toegekomen.
4 heeft hij er gevraagd sedert Ju
nuari 1922.
8 sedert Februari 1922.
4 sedert Mei 1922.
3 sedert Juni 1922 en de andere
later. Al te zamen 29 Nu gaat ziin
lijst zoo tot 50 met namen, aai ge
vraagd in de. maand Juli en later
voor 'tjaar 1922.
Een tweede lijst is me overhan
digd door den heer Van de Velde,
Henri, onzen Secretaris van de Ge
westelijke Commissie der ouder
domspensioenen, waarop eveneens
8 namen staan vermeld, waarvoor
de heer controleur der belastingen
van Aalst ook reeds heeft aange
drongen in het ministerie om de eer
ste bundels te bekomen.
Ik zal U die lijsten ter hand stellen,
heer minister, in do hoop dat ge de
noodige maatregelen zult nomen, om
die gevraagde stukken te doen af
leveren.
"Verbeeldt U, heer minister, den
gemoed toestand van dieouderlingen,
die wachten en blijven wachten, ter
wijl zij leven in gebrek en armoede.
Ik heb me laten zeggen, dat de
pensioenendienst in het ministerie
van nijverheid en arbeid de bijzon
derste dienst is geworden dat er
hoogere ambtenaars van uwministo
riede pensioenen der ouderlingen
als een onwaardig iets zouden be
schouwen en er al huonen tyd en
werkkracht niet zouden aan beste
den waarover ze beschikken, en al
het werk overlaten aan do mindere
bediende».
Mogelijk ben ik slecht ingelicht
ik verkondig het dus niet als een
evangelie, maar mo dunkt dat er
hier toch een onderzoek dienaan
gaande zich opdringt.
Gezel Van Hoeylandt. De
feiten die zich voordoen zouden het
doen s^elooven.
Gezel Nichels. Wat er ook
van zij, er mangelt iets in uw dienst
der ouderdomspensioenen, want ter
wijl de heeren controleurs gedurig
aandrongen om de gevraagde stuk
ken te ontvangen, die zoovele maan
den achterbleven, ontvingen ze in
de maand Juli van 't jaar 1922 een
brief van den heer minister getee-
kend, die hen vroeg, oen nieuwe lijst
te willen opmaken van al de stukkon
die zo te vergoefs reeds hadden ge
vraagd.
Zulks zou, naar mijn bescheiden
oordeel, wel iets of wat beduiden, als
zou er slordigheid of wanorde aldaar
bestaan.
Het afzenden der ponsioentitels
duurt eveneens lang.
Mijn vriend Van de Velde ont
vangt gedurig brieven aanguando
het achterblijven der brevetboekjes.
En toen ik onlangs op zijn bureel
was, ontving hij juist twee brieven,
waarin hem de redenen gevraagd
j werden van het niet alleveien van
een pensioentitel van een ouderling
van Borsbeke en een van Velsique.
Ziehier een dier brieven
Borsbeke, 6 December 1922.
M. Van de Velde,
Ik kom het bezoek te ontvar gen
van Leonard Van Doslaege, die se
dert 31 {Januari 1922 bericht ontvan
gen heeft dat er hem een pensioen
van vijf honderd Jfrank werd toege
staan.
- Weet Ued. of daaromtrent verzet
gekomen i* of waarom hij tot heden
nog geen 'pensioenboekje heeft ont
vangen
Dank, enz.
En zoo ontvangen wij als volks
vertegenwoordigers zelf veel klach
ten en wanneer we ons dan inlich
ten, «Jan moeten wij de schuld toe-
wiizen aan 't ministerie.
Eenige dagen geleden ontving ik
een oud vrouwtje, 87 jaar oud, met
name weduwe De Brée Rouckliout.
Zo kon hij na n iet meer gaan ze
woont te Sottegem., Aelbrechtlaan,
22, aan wien liet pensioen van 720
frank is toegekend sedert 30 Mei
1922 en die me kwam klagen dat ze
nog haar pensioenboekje niet had
ontvangen en, gezien ze inwoont bij
hare aangenomen dochter, moet ze
haar pensioentje inbrengen om in
haar onderhoud te helpen voorzien.
Bij koninklijk besluit van 9 Octo
ber 1922 is het nu afgeschaft, dat er
bij verandering van gemeente, dus
van woonst, er geene nieuwe aan
vraag moet ingediend worden.
Dit is een zeer gelukkige maatre
gel. die vele ouderlingen liet lang
wachten naar hun pensioen zal ont
nemen, hetzij men in het ministerie
er niet naar omkeek om do boekjes
de noodige veraderingen te doen on
dergaan.
Dien maatregel is nu genomen
voor de woonstveranderingen zou
de lieer minister ook dienzolfden
maatregel niet kunnen nemen voor
de ouderlingen die in bet bezit van
hun pensioen zijnde, verblijvende in
het, 'geslicht, on er uitgaan, ofwel
omgekeerd
Nu moet er voor al dezen die in
een hospice gaan of er wegtrekken
e^ne nieuwe pensioenaanvraag go-
daan worden en wanneer ze op een
jaar voldoening bekomen, mogon ze
heel tevreden zijn.
Nu nog een andere grief
In Aalst wordt er aan een ouder-
linge een pensioen toegekend van
3GO fr. voor het jaar 1921.
Zij meent rechtte hebben op meer,
en teekent beroep aan. Het toege
kende pensioen van 360 frank wordt
behouden en haar pensioentitel komt
haar toe in Juni 1922, enkele dagen
na dat de aanvraagster is overloden.
Er wordon inlichtingen gevraagd
in't ministerie. Het pensioenboekje
moet teruggezonden worden, en
noch het pensioen van 1921, noch
den le noch den 2e trimester van 1922
worden uitbetaald.
Door de i alatigheid van het minis
terie zelf, dat zoo laaitijdiff het pen
sioenboekje aflevert, wordt hier het
gansche pensioen verloren. Zulks is
toch niet redelijk.
Denk nu niet, heer minister, dat
dit een afzonderlijk geval is er zijn
er zoo met de vleet.
Daar moet verandering aange
bracht worden, en ik denk dat de
heer minister het met ons eens zal
ziin, om zulks te bekennen
Verschillige andere feiten.
Gisteren nog komt men mij klagen
over verschillige gevallen
I. De Backer. Alexander, Peper
straat, 27, geboren den 28 December
1850, dus zijn 67° jaar ingetreden
op 23 Mei 1922 is zijne aanvraag op
nieuw ingediend, daar hij sedert
die/i volledig werkloos is gevallen
en tot heden is er nog geen beslis
sing kunnen genomen wordon, om-
dat het dossier, in 't ministerie be-
rustende, er niet uitgeraakt.
2. Keunof, Virginie. is te Wette-
ren een pensioen toegekend van 720
frank zij verhuist naar Erondegem
bij hare dochter, on dit reeds sedert
een jaar.
Tot heden nog geen nieuw pen
sioenboekje En 't pensioen der
ouderlingen is hun dagelyksche
boterham, 't Is erg. heer minister.
3. De Maeseneer, Petrus, te Ni-
nove, sterft op 12 November 1922
hij heeft nog te ontvangen 22,50 fr.
achterstellingen van verhoogd pen
sioen per trimester heeft in 't jaar
1922 enkol twee ttimesters van zijn
pensioen ontvangen.
En de zoon ontvangt bericht, go-
zien den pensioengenieter overleden
is, die achterstallige pensioenen
niet zullen uitbetaald worden.
Zulks is toch niet aannemelijk,
niet waar, heer minister
4. De pensioentitel n. 7411, serie
D, van Joos Anna Marie, echtgenoo-
te van Raes, Severin, geboren te
Wiezeden 11 Mei 1852, nu woonach
tig te Moorsel, Kapittelstraat, 26, is
van Lebboke opgestturd naar 't mi
nisterie den 6 Mei 1922 (verandering
van woonst), en nog is het boekje
niet teruggekeerd.
5. Van Geyt, Camiel, geboren den
3o Januari 1851, te Bambrugge, wo
nende Landhuisstraat, Bambrugge.
6. De Baere, Leoptine, geboren te
Otter&om. den 13 1856, wonende te
Bambrugge, zelfde straat.
7. Van Hemelryck, Philomena,
geboren den 7 Februari 1855, wonen
de te Bambrugge, zelfde straat.
8. Bosman, Charles, geboren den
4 Oogst 1850, wonende to Meire,
Brookstraat.
Dit zijn allen personen, die ik in
do laatste dagen ontvangen heb om
zich te beklagen, gezien er van
hunne vernieuwde aanvraag om
pensioen te bekomen of te vermeer
deren, niets terecht komt.
Ziehier een nog erger geval
Hofman en zijn vrouw Piqueur,
wonen nu te Aalst, Katoenstraat, 27.
Ze komen van Hofstade. alwaar hun
volledig pensioen is toegekend.
De man is 70 en de vrouw 75 iaar
oud zo wonen in bij hunne dochter
en het is nu reeds bijna één jaar dat
ze op hun pensioenboekje wachten.
Van Caenegem, Jan-B. n. 35668/
669, Erwetegom. is van 11 Januari
1922 een pensioen van 400 frank toe
gekend.
Zijn boekje wordt hem gezonden
enkele dagen nadien wordt het hem
afgehaald zijn nummer moest ver
anderd worden, en tot heden wacht
hij nog altijd op zijn pensioenboekje,
In 'tjaar 1922 heeft hij geen pen
sioen ontvangen.
Ge zult dus toegeven, heer minis
ter, dat de bevolking terecht meent
dat men in uw ministerie speculeert
op de dood der ouderlingen, om geen
pensioen meer te moeten uitbeta
len.
Ik wil aannemen dat zulks het ge
val niet is, maar dan toch zou men
ten minste die vervallen trimesters
moeten betalen, die. men door de
schuld van uw» bedienden nietheefl
uitbetaald.
Ik sluit, in de overtuiging dat de
heer minister het noodige zal beve
len opdat er aan al onze overge
brachte klachten weldra voldoening
worde gegeven.
Partiigenooten
Leest en verspreidtRecht en
Vryheid, het eenigste blad van
het rr. Aalst, die de belangen der
werklieden verdedigt,
't Waren een paar landbouwers
die me kwamen opzoeken, en ze
kwamen niet in hunnen persoon
lijken naam, maar zy waren eene
afvaardiging van een aantal boe
ren, die zich te beklagen hadden,
over de schade die hen toege
bracht wierd, door de menigvul
dige wilde konijnen, die hunne
vruchten vernielden.
Zy overhandigden me, de copy
van een brief, onderteekend door
de betrokkene landbouwers, die
ze aan den Heer Vrederechter van
het kanton hadden gezonden, de
vraag om schadeloosstelling be
vattende.
Mynheer zegden ze, we zijn
samen geweest by den Heer Vre
derechter met do Heeren die de
jacht hebben in onze gemeente, om
tot eene minnelijke schikking te
geraken en 't dunkt ons. dat die
heeren, er niet willen van weten,
ons schadeloos te stellen, voor de
schade, dat HUN wild ons toe
brengt. Wy komen dus tot u, om
raad, wetende, dat ge den man
zijt die de minderen helpt.
Maar 'k ben geen advokaat.
- Dat weten we, maar toch
verwachten we van u, nuttige
wenken in die zaak.
Ge wenscht dus een proces
Waarom niet
'k Vrees dat ge er geld zult
aan inschieten,
Hoe dat'1 Wy hebben scha
de, onze vruchten worden ver
nield, wy mogen het wild niet
dooden, en degenen die het recht
hebben, zyn dan toch wel verant
woordelijk voor dit wild t
't Gezond verstand zegt, ja,
maar spreekt de wet wel zoo
Ge weet immers wel, dat de wet
ten gemaakt zyn, door de grooten,
door de ryken, dus door hen zelf,
die het recht op het wild zich heb
ben toegeëigend, en de wet zal
dus genoeg mazen bevatten, om
die jagers van hunne verantwoor
delijkheid jegens do boeren te ont
slaan.
Maar ia alle geval, 'k beloof u de
zaak te zullen onderzoeken en
'k zal u, den uitslag van myn on
derzoek, goed of slecht, mededee-
len.
En daarna was het een uitval
op de jachtwet, dat zy landbou
wers het wild mochten voeden
met hunne vruchten, het moesten
zien schieten door de heeren. die
dan nog van hen een hoogen
pacht eischten, en wanneer zy
een stuk wild moesten vangen, er
hun zware boeten en gevang te
wachten staat.
Ze begrepen heel goed, dat de
landbouwers hieraan grooteschuld
hebben, want, 1 zijn zy. die meest
al de ryke menschen als wetten-
makers naar de Kamer zonden.
't Is nu reeds veel veranderd
was hun antwoord, want nu be
ginnen de landbouwers hunne
vroegere misstappen te begrijpen
en ze leeren langs om beter hunn»
vijanden kennen
Het beste middel om ds land
bouwers voldoening te geven, is