Socialistisch weekblad voer het Arrondissement Aalst.
DE KALVARIEBERG
Van Alles Wat.
Mijn Hoekje.
23«' Jaar N° 47.
Prijs per nummer 25 centiemen
21 November 1926.
Eerbied aan
den Arbeid
Bron van
allen Rijkdom
GEEF ONS KOLEN, GEEF ONS
PATATTEN
Noodzakelijk
De betooverdc Pol.
Het I0.()00ste schip te
Antwerpen.
RECHT EN VRIJHEID
Wat we hier neerpennen, zal voorze
ker voor vele partijgenooten geen
nieuws meer zijn. Maar toch dunkt het
ons, is het van het grootste belang, er
van tijd tot tijd eens aan te herinneren,
aan wat vroeger WAS en nu IS, vooral
de jonge partijgenooten hoeven zulks
te weten.
Wij waren nog bitter jong, als we
iederen morgend vanaf ure de kloefen
over de straatsteenen hoorden klabet-
teren. 't Was in den tijd, dat het wer
kende volk, verstoken van alle recht,
nog i2 uren werkte, als men kinderen
wier plaats nog op de schoolbanken
was, reeds aan de moordende meka-
nieken plaatste, 't Was het gulden tijd
perk voor de fabrikanten, voor de uit
buiters, het tijdstip van awarte ellende,
zoo geestelijk als stoffelijk voor de
zwoegers. Oh, het klinkt nog in onze
ooren, het liedje dat ze zongen, toen ze
moe getergd en gesard, wanhopig hun
ne armen omhoog staken, onder elkaar
raad schoren, en in een vlaag van woe
de de straat opstoven, bereid tot alles,
t.t het uiterste, zelf tot ruw geweld,
toen zongen zij WIJ VRAGEN BO
TER OP ONS BROOD.
t' Was de harte kreet van een volk,
dat gebrek leed, een volk, dat zijn gade
en kroost zag kwijnen en als een teu-
gelooze massa in opstand kwam.
Maar die wanhoopsuiting zou alras
zijn gebluscht, ging het niet goed
schiks, dan maar kwaadschiks.
Het leger dat onze zonen nam, want
het leger bestond dan alleen, uit werk
manskinderen, wierd tegen zijne eige
ne broeders, zijn eigene vaders afge
zonden, om samen met de gendarme
rie, de door smart en ontbering iazende
massa terug te dringen en de kreten
van honger en recht te smooren in het
bloed, of te straffen met broodroof en
gevang. Stilaan evenwel, is het zwarte
rouwfloers dat over onze rampzalige
gewesten lag gespreid, zich gaan ver
scheuren, om nu en dan een verlich
tende zonnestraal te laten gloren. Uit
de vervolging, broodroof en bloed,
stond de werkende klasse meer strijd
vaardiger dan ooit op.
Het socialisme, met zijn nieuw evan
gelie, van Vrijheid, Gelijkheid, Recht
en broederlijkheid, baande zich een
weg, het begon zijn beklimming van
den Galgotha, en alles keerde zich te
gen hem. Het werdt een onverbidde
lijke strijd, een strijd op leven en dood.
Zij, de uitbuitersbende, had alles in
handen. Verstoken van alle recht, zon
der onderwijs, zonder geld, was het
den strijd van den aarden tegen den
ijzeren pot. Bij iedere beweging bijna
werden de werklieden verslagen.
En toch hielden ze vol. Geladen met
het-zware kruis, beklom het zijn Kal-
varieberg, soms vallend, maar toch
weer moedig opstaand, geleid als de
moderne Messias, door zijn geloof in
zijn ideaal, DE ONTSLAVING VAN
DE WERKENDE KLASSE.
Zal men wel ooit genoeg dezen kun
nen roemen, die van in den beginne,
dezen Titanenkamp streden Zal onze
jeugd, die van dat alles zoo weinig af
weet, wel ooit al beseffen wat de pion-
niers voor de goede zaak hebben geof
ferd
Zij bewandelen thans breede banen.
Kr is nog veel te doen, den strijd is
nog niet ten einde, maar zij hebben
toch dit voor, dat de baan, hoe gebrek
kig ook, is gemaakt. Stuk voor stuk,
brok voor brok, werdt het beetje Recht
het beetje meer onderwijs en Ontwik
keling aan de bezittende klasse afge
dwongen, war.t het past hier wel het
te zeggen nooit schonk de bezittende
klasse uit eigen beweging het minste,
't was altijd door strijd, soms door ruw
geweld. Wat de werkende klasse nu
heeft, dat heeft ze zich zelf geschonken
Zijn onze vakbonden, onze zieken-
beurzen, onze coöperatieven tot eene
zekere macht geklommen, dan dankt
de werkende klasse dit alléén aan haar
zelve. En thans. Wij hebben het reeds
gezegd, de strijd is nog niet ten einde,
Na den verschrikkelijken wereldbrand
waarin de werkende klasse het meest
geslachtofferd is, men het eindelijk
gaan inzien is, dat het een dwaasheid
zoo geweest zijn, te willen besturen
tegen dat Volk, dat zich zoo heldhaftig
had gedragen, 't Was niet uit goedheid.
niet uit rechtvaardigheidszinalléén, dat
de bezittende klasse een deel harer
voorrechten, dus onrechten afstond,
't was veeleer uit schrik voor dat moe-
gemartelde volk, dat misschien wel
zijn keten zou hebben willen breken.
Onder den drang der omstandighe
den, maar vooral dank aan de macht
van het georganiseerde proletariaat,
werden enkele hervormingen toege
staan.
De werkende klasse herleefde. Som
migen zagen daarin het bewijs, en de
bourgeoispers hielpen machtig mede
om die legende te verspreiden, de op
heffing van den klassenstrijd men kent
immers het legendarisch geworden
deuntje, van den ingenieur en de hand
werkman, omdat vriend Anseele er
zich over verheugde, dat de handwerk-
man bijna zooveel verdiende als de in
genieur.
De werkende klasse was op het top
punt gekomen van haar Kalvarieberg,
een zucht van verlichting ontsnapte
haar, zij kon thans eens diép adem ha
len. Maar hoezeer bedrogen zich deze,
die dachten of droomden, dat ze er
bovenop waren. Wat steeds werd voor
speld, wat tot vervelens toe, door de
leiders van al onze groepeeringen op
alle toonen werdt herhaald PAS OP
VOOR DE ONVERSCHILLIGHEID.
Wee U, werkende klasse zoo ge uwe
vereenigingen ontvlucht, of nieuwe
aanvallen staan U te wachtten, werdt
alras bewaasheid. Zagen w» niet op-
volgenlijk verschillige bourgeoisorga-
nismen, onder allerlei vorm tot stand
komen om de lattale rechten der arbei
ders te ontfutselen, of zelfs met geweld
te ontnemen
Zagen wa niet, dat die groepeeringen
welke steeds dan mond vol hebben van
patriotisme, er zeil niet tegen opzagen,
dat lieve vaderland naar den duivel te
helpen, als za daarmede maar het wer
kende volk konden nekken En wij
mogen gerust zeggen, zonder de ernsti
ge bewaking onzer organisatiën, zouden
zij ten volle zijn gelukt want gedeelte
lijk zijn ze dit toch. De werkende klasse
beklimt opnieuw, zwaar geladen met
haar kruis, van krisis en ontbering haar
kalvarieberg.
't Is winter, 't is koud, er is gebrek
aan brandstof. Er is gebrek aan aard
appelen. Alles is peperduur, de bevol
king lijdt opnieuw gebrek, en het is
juist, omdat we toen we de gegronde
jammer klachten van ons volk hoorden,
dat we terug dachten aan het stroofje
van wij vragen boter op ons brood, dat
we in onze kinderjaren hooren, dat we
thans wel zouden mogen zeggen.
In het VERLEDEN ligt het HE
DEN, in het Heden ligt de TOE
KOMST, zegt een otid spreekwoord.
Dat al onze kamaraden, dit indachtig
mochten wezen is onzeinnigste wensch.
Het verleden heeft ons geleerd, dat al
leen doorstrijd én opoffering, de wer
kende klasse iets wist te bekomen.
Ook wij moeten thans nauw aaneen
gesloten blijven, om schouder aan
schouder den grooten strijd te voeren.
Zij die voer ons de baan maakten, zien
op ons neer, zij hopen en met recht,
dat wij hun werk zullen voortzetten.
Daarom eensgezind aan 't werk Weg
j zijallelakscheonverschilIigheidlL'itons
midden al dezen welke twist en twee-
j dracht komen zaaien. Vooruit eensge
j zind ten strijd.
I Door onze eendracht onzen vasten
wil moeten wij er komen.
P. V.
Het is niet verantwoord den vijand
te helpen in den grond boren, als gij
niet regelmatig onze bladen leest,
want 't is de hefboom uwer geestes
ontwikkeling, en die u de noodige do
cumentatie bezorgt om met sueces uwe
tegenstrevers af te slaan.
Leest dus regelmatig de socialisti
sche bladen, en gij kunt de werkers
zaak met succes dienen.
fn Italië heerscht een oprecht
tJt schrikbewind. Die met de fasei-
sten niet mede huilt, heeft er van en
'tis reeds zoover gekomen, dat ze
ge.ne andere syndikaten meer
dulden dan de hunne, dat er geen an
der dagblad meer mag verschijnen dat
niet fascistisch is.
Vroeger waren de socialisten er eene
groote sterkte en de communisten heb
ben de ontmoediging gebracht en de
macht der werklieden op niets ge
bracht.
Het fascisme is er boven opgeraakt,
want de werklieden waren door hunne
verdeeldheid zóó zwak, dat ze zelfs hun
ne volkshuizen lieten verbranden, hun
neleiders veimoord.n, hunne drukpers
vernielen. Nu zijn ze zonder macht,
staan ze verdeeld en de fascisten den
baas en van rechten voor de werklieden
niet de minste spraak.
Ziedaar de vrucht van het werk der
Communisten.
JA, Jfi
't koppel is getrouwd. Polle en Astrid
zijn goed onthaald, en hebben veel en
kestelijke geschenken ontvangen.
Zoo gaat het gewoonlijk sij die
't minst noodig hebben, krijgen het
meest.
'k Ben zeker, dat ze geen schrik heb
ben van kolen en aardappelschaarschte.
EEK WERKMAN
die niet gesyndikeerd is, is een dom
kop. Hij verraadt gewoonlijk zijne ka
meraden en speelt het spel van zijn
baas.
'T ZAL
er nu toch van komen. Ja, 't wordt een
beetje tijd, dat men eindelijk aan de
vraag der socialisten zal gaan voldoen.
't Is nu van in Juni, dat onze mannen
in ds Kamer hebben aangedrongen, om
onze oudje» hun pensioen wat te ver-
hoogen. Nu schijnt het, dat men er 36o
franken zal bijdoen.
't Leven is duur genoeg, en men moest
het reeds lang gedaan hebben. Beter
laat dan nooit.
EENE AARDIGE fiffANiER
om vooruit te gaai) hebben zeker wel
de Aalstersche liberalen.
Na hunne nederlaag met de gemeen
teverkiezingen, bannen zij hunne chef-
fen uit de partij.
De Heeren de Windt en De Blieck
hebben een aanbevolen brief ontvan
gen, vanwege de liberale jeugdorgani
satie, waarin ze gemeld worden, dat ze
niet meer als liberale mandatarissen
worden aanzien.
Die heeren mogen het dus aftrappen,
na, hun veel jaren dienst.
Wij hebben ons in die geschillen niet
te bemoeien, maar het schijnt dat het
nu eenige eerste broekmannen zijn,
die de eerste viool spelen bij de libera
len, en de andere aan de deur doen
walsen.
Wij hadden liever M. De Windt zien
buiten walsen in 1221, toen hij verraad
pleegde en voor de katholieken stemde
in de gemeenteraad.
Dan had hij het voorzeker goed ver
diend.
DE TAAK
de huidige Regeering loopt ten einde,
zij was gevormd 0111 den frank te Stabi
i liseerer. Dat werk is nu achter den
1 rug en onze regeeriagkan hetnu aftrap
pen.
Zij beantwoord niet aan de politieke
gevoelens van het volk. Op 5" April is
er uitspraak gedaan is democratische
I zin er het volk moet in dien zin ge
regeerd worden.
Dat de reactionairen het dus maar
aftrappen, wij zullen ze door democra
tische elementen vervangen.
ÏSie eon lezer
aanwint voor onze bladen wint een
propagandist voor onzen politieken en
econoraischen strijd.
't Is toch Wauler9
zijn schuld als er geen kolen voor
handen zijn, en als de pataten duur
kosten.
De roepers op den vrijhandel zouden
nu in hun schik moeten zijn, omdat
den vrijhandel ons zoo ver heeft ge-
gebracht.
Woekeraar» en uitbaiters hebbe» nu
vrij spel, de prijzen zijn hoog en nog
zij* ze niet kontent. Nu roepen ze op
Wauters om den vrijhandel te kort
vleugelen.
AL WIE
denkt dat de liberalen voor den vrij
handel zijn hebben het mis op, want
het liberaal bladje huilt nu mede, om
dat er kolen en aardappelen over de
grenzen zijn gegaan. Als die menschen
hun pregramma verwezentlijkt zien,
dan eerst bestatigen zij, dat hun vrij
handel enkel dient om de menschen
te stroopen.
Nog een «tapje ea zij komen bij de
socialisten. Waarom nog langer ge
wacht, nu zij toch aan 't uitsterven
zijn
Om de Appalen
gebraden in onzen mond te doen vallen
moet enkel Vlaanderen als vrijstaat
uitgeroepen worden, 'k Weet niet,
waarom men daar langer om talmt
Dat men de Fronters hun wil doe, en
alles gaat lijk een fluitje van een cent.
Er was eens een arm meisje, zoo
braaf, zoo eerlijk, als er nergens een i
tweede te vinden was. Maar ann O, j
zoo arm, dat het zekeren dag niets metr
te eten had. Nu was het wel ongeluk
kig. Maar als de nood het hoogst is, j
komt er wel vaak hulp. En dat was nu
hier ook het geval. Terwijl het kind zoo J
teurig voor het huisje zat verscheen in- j
eens een klein, drollig ventje, met «en j
kookpot in de bandon.
Lief meisje, zei het manneke, hier j
breng ik U een potje. Denk nu maar
niet aat het een gewoon is. O, neen. j
Als ge honger hebt zet gij het op de ta- j
fel en zefct dan Potje, kook en j
oogenblikkelijk begint het te dampen
en vult het zichzelf met heerlijke jiap. j
Is het genoeg gevuld, roent dan: «Potje,
halten het koken eindigt.
Natuurlijk dat het kind hoogst geluk- j
kig met dit geschenk was en het kabou
terje wel duizendmaal bedankte. En
voortaan zou het dus geen gebrek meer
hoeven te lijden.
Dat ging zoo al een heel poosje, j
Niet voor zich zelf alleen, maar ook
voor andere hongerige sukkelaars, liet
het meisje haar potje koken. En telken
male vulde zicli het wonderpotje met
voedzame, gezonde brei.
Maar in hetzelfde dorp woonde er i
een oude vrouw, die erg jaloersch op i
het meisje was. Zekeren avond sloop ze
stil in het huis en terwijl het meisje ge
rust sliep,, stal ze het tooverpotje. Ze
vluchtte er mee naar heur hut en wilde
oogenblikkelijk beproeven of het ook
voor haar zoo koken. Ze zette het op
tafel en sprak Potje, kook Jawel,
ons potje begon te dampen en geraakte
«ogenblikkelijk gevuld met een geurige,
smakelijke pap. Toen deeudenumeende
genoegtehebben voor hour avondmaal,
zei ze «Genoeg pap I »Maar die woor
den hadden geen vat op ons potje, dat
blijgemoed bleef doorkoken. Welhaast
stroomde de pap over het potje en liep
over de tafel verloren.
Nu begon de oude op het potje te
sakkeren, om het op te laten houden
met koken, maar het potje bleek ge
woonweg doof voor al het lawaai van
de oude dievegge en stoomde maar
verder. Buiten was er een hevige wind
opgestoken en hoe de vrouw zich ook
inspande om de deur van haar huis
open te krijgen, ze kon er maar niet in
gelukken.
De pap overdekte reeds den geheelen
vloer en nog immer kookte ons potje
verder. Nu begon de vrouw schrik te
krijgen en begon om hulp te roepen.
Maar wie kon er hare stem in zulk
noodweer hooren
De pap bereikte reeds de hoogte van
de tafel en eer het middernacht was,
stond de pap tot boven ile deur. Ein
delijk kon de vr uw er zich niet meer
boven houden en verstikte erbarmelijk
in den zoeten overvloed.
Iedereen wist 'sanderendaags algauw
wat er met de oude vrouw gebeurd was.
Heel het dorp werd ter hulp geroepen
om ze te verlossen. Maar toen men ze
vond, was ze reeds dood.
Nu hoefde het meisje geen schrik
meer te hebben dat iemand heur potje
zou willen ontfutselen en het bleef ver
der dienst bewijzen aa* al de armen uit j
den omtrek, hoeveel jaren aehtereen,
weet ik zelf niet.
Ja, vrouwen 't ii tot u dat ik me lie
den eens wil wenden.
'k Weet het wel, ge zijt de huisvrouw
on velen onder u meenen, dat zij zich
enkel en alleen met hun geain, met den
kookpot hebben bezig te houden.
Ik zal nu niet onderzoeken of dit wel
zoo is, en zoo zou moeten zijn, maar ik
wil nu eens uwe aandacht roepen, op
iets wat toch, naar mijn bescheiden
oordeel, deel uitmaakt van het gezin./
Ik heb het over de Gezondheidstoe
stand voor volwassen vrouwen.
Waarom
Doodeenvoudig, omdat door de zor
gen van onzen Socialistischen Vrouwen
bond en het Opvoedingscomiteit van
Aalst, een Kursus over dit onderwerp
wordt ingericht, en daarvan de eerste
las nu Woensdag toekomende plaats
grijpt in het lokaal Hand in Haud om
7 1 /e ure 's avonds.
Inderdaad, ik ben de meening toe
gedaan, dat de gezondheidstoestand
onzer vrouwen, deel uitmaakt van het
gezin, en het allernoodigstis, dat onze
vrouwen weten, wat ze moeten doen,
om hunne gezondheid te bewaren.
Het is dus noodig, dat dien kursue,
door vele vrouwen worde gevolgd, en
i dat de mannen hier e«n handje toe-
steken, om hunne vrouwen in de go -
I legenheid te stellen, die lessen te kun-
I nen volgen,
j Het spreekt van zelf, dat de vrouw
j moeiëlijk in 't gezin kan gemist wor-
de*, en dat de mannen er veel kunnen
toebijdragen, om moeder de vrouw,
dien avoDd te ontlasten, om ze toe te
j laten naar Hand in Hand te gaan, om
I hunne kennissen te verrijken en het
allernoodigste te leeren, op gebeid van
gezondheids levenswijze.
Gezellin Nelly Kluiskens, kent die
zaak op haar duimpje, en ze komt hare
j kennissen en wetenschappen op dit
gebied, onze Aalstersch vrouwen mede
deelen.
Zeg mannen, is het niet de moeite
waard, uwe vrouwen eens een avond
vrij te gunnen, om van dergelijke
wetenschap te genieten 1
En gij vrouwen, zult ge u niet aan
getrokken gevoelen, om Woensdag
naar. Hand in Hand ie komen, om onze
gezellin Nelly te hooren, en van hare
kennissen mede te dragen, wat u zoo
dienstig zal zijn, in uwen levensloop
Niets gaat boven de gezendheid en
die moeten we leeren waardeeren, be
minnen en liefhebben, maar daarom
moeten weer ook kunnen naar leven.
Als ge het op dit punt met ons eens
zijt, dan is er geen twijfel meer, of ge
zult Woensdag in groot getal aanwezig
zijn zooals we ook wcnschen, dat aide
voordrachten, die ingericht worden tal
rijk zouden worden bijgewoond, want
vergeet het niet, ons Opvoedingscomi
teit spaart zich noch moeite noch opof
feringen, om het arbeidende volk te
onderrichten en te onderwijzen.
De arbeidersklasse is vroeger meest
al verstooten geweest, van de weten
schap, opdat we nu, de gelegenheid
ons wordt aangeboden er niet zouden
van genieten.
Ons onderrichten, onze kleine ken
nissen verrijken, is een noodzakelijk
iels voor ons omdat we in onze jeugd,
de gelegenheid hebben gemist, aan de
bron van wetenschappen te putten.
Friederik.
Op i4 November to 11 uur is hot
lO.OOÜsto zeoschip van dit jaar de ha-
von van Antwerpen binnengevaren.
Het was het engelsche stoomschip
Melitakapitein A. H. Notley.
(hi.OOO ton), van de Canadian Pacific
komondo van Canada.
Ilot is do eerste maal sinds de ha
ven In staat dat dit cijfer in éón jaar
bereikt wordt. laderdaad de vorige
jaron liepen er in 1922 0*33*
1923 9.351
1924 9.709
1925 9.971
zeeschepen binnen, terwijl dit jaar,
op 14 November, dus op 10 maanden
en half de 10.000ste aankomst be
reikt wordt.
Het Gemeentebestuur van Antwer
pen heeft, om deze heugolüke ge
beurtenis te vieren een aantal feeste-
i rijkheden ingericht.