REDEVOERING
Voor 'tVolk
Geofferd
25e Jaargang N0 57
Prijs per nummer 50 centiemen
9 September 1928
Socialistisch Weekblad
voor het Arrondissement Aalst
uitgesproken in de Kamer, door Gezel Nichels Alfred,
in zitting van 24 Oogst
over HET MILITAIRE WETSONTWERP
Arrondissemenls Federatie
Kloppen wij er op
Recht
Geen rechten zonder plichten
Geen plichten zonder rechten
POSTCHECK-REKENING
Belgische W e r k 1 i e d e n - P a r t y
Arrondissements-Federatie Aalst
Nr. 8 5 6 8 6. Telefoon 5 7 2
Mijne heep-en,
Het militaire wetsontwerp dat we thans be
spreken zal eene ware ontgoocheling teweeg
brengen bij de landelijke bevolking, zoowel
als bij onze nijverheidswerklieden der steden
en nijverheidsgemeenten, wanneer het wordt
gestemd, en de meerderheid, bestaande uit
katholieken, christcne werklieden en liberalen,
is wel besloten het te stemmen, omdat de re
geering het wil.
Het arbeidende volk is er op gesteld den
zes-maanden diensttijd te bekomen.
Inderdaad, onze oud-strijders hebben tijdens
den oorlog kunnen bestatigen dat er geen zes
maanden noodig waren, om een soldaat te vor
men, om hem zijn dienst aan te leeren, om hem
naar de loopgrachten te zenden.
Onze jongens die hedendaags tien en twaalf
maanden bij het leger ingelijfd zijn, weten dat
ze geen zes maanden noodig hebben om volle
dig hun dienst te kennen, en dat ze gedurende
al dien overigen tijd niets meer nuttig verrich
ten in de kazernen, en meestal degenen waar
mede ik heb gesproken, zeggen me dat zij be
ter hun dienst kennen wanneer ze zes maanden
zijn ingelijfd dan wanneer zij na tien en twaalf
maanden in de kazerne te zijn gebleven, naar
huis mogen keeren.
Waarom wil men dan mordicus een langeren
diensttijd dan zes maanden, wanneer zes maan
den volstaan om hun dienst volledig teken
nen
Zijn ei' niet ufficiecen
zelfs generaals, met de vleet, die erkennen dat
zes maanden voldoende zijn om een soldaat te
vormen
De zesmaanden diensttijd is een volkseisch,
en men dacht algemeen dat den oogenblik
aangebroken was om hem in te voeren.
En waarlijk, het volk macht zich aan die
demokratische hervorming m het leger ver
wacht omdat het ervan overtuigd is dat er hier
in deze Kamer eene meerderheid is om onmid-
delijk de zes maanden in te voeren.
De socialisten zijn in blok bereid de zes
maanden te stemmen. Zij zijn acht en zeventig
in getal. Voeg daarbij de fronters en twee
communisten en we komen reeds lot zes en
tachtig, dan wanneer het volstaat dat er vier
en negentig stemmen uitgebracht worden om
den zesmaandendiensttijd te doen triomfeeren.
De christene democraten hebben zich sedert
lang uitgesproken ten voordeele van den
diensttijd van zes maanden en tisM. Van
Hoeck, een der gekozenen van de christene
democraten, die in de legercommissie verklaar
de dat er in de Kamer honderd en drie voor
staanders waren van de democratische hervor
ming van den zesmaandendiensttijd.
Zulks wal seggew
dat de afgevaardigden der christene werklie
den zeventien mannen tellen, die allen voor
standers zijn van de zes maanden.
Hielden zij woord dan kwamen de zes maan
den er, maar wij weten dat zulks niet zal ge
beuren; ze houden zoo weinig van hunne kies-
beloften.
En toch zijn er nog menscaen die zeggen dat
ze niet allen meineedig zullen zijn. Indien er
enkel acht onder hen getrouw willen blijven
aan hun verpande woord, dan nog komen de
zes maanden er door. Zal zulks gebeuren i
Neen, zij zijn te zeer verbonden aan de heeren
reactionnairs opdat ze dezen zouden verlaten
om de ware democraten, de socialisten, te vol
gen, om eene democratische hervorming er
door te krijgen.
i Zij zullen volgen den heer de Broqueville en
de reactionnaire regeering en zullen stemmen
het militair wetsontwerp, dat niet zes maan-
den diensttijd voorziet, maar gemiddeld elf
maanden en twintig dagen, zooals de heer
i minister van landsverdediging zelf zegde,
j Inderdaad, hij zegde in zijne rede
i Rekening houdende van de wederoproe-
i pingen, is, onder het huidig stelsel, de gemid-
1 delde diensttijd twaalf maanden en vijftien
dagen; voortaan, met het voorgestelde stelsel,
zal hij gemiddeld elf maanden en twintig da
gen bedragen.
Dergelijke dienstvermindering is niet van
aard om het volk te bevredigen en het stelsel
van de zes maanden blijft dus gesteld.
Hooren we niet dagelijks het liedje der hee
ren nijveraars en fabrikanten, dat ze een lange
ren werkdag willen, dat den achturigen werk
dag hen de concurrentie met andere landen
onmogelijk maakt
Met de invoering van den zesmaanden
diensttijd geven we aan die heeren een aantal
werkkrachten, en dooven we hunne stem te
gen den achturigen werkdag, waaraan, overi
gens, de werkende klasse toch niet zal laten
komen.
D?. moeders
die met het hart vol hunne zonen naar de ka
zerne zien gaan, krijgen ze zooveel maanden
vroeger 't huis.
De huisgezinnen die nu een zwaren last te
dragen hebben, wanneer er een der hunnen
soldaat is, zijn zooveel vroeger van dien gelde
lijken last ontslagen, en den soldaat zelf zal
zich in zijn schik bevinden wanneer hij van
den soldatendienst ontslagen wordt na zes
maanden, zijn ouders, zijn broeders, zusters,
familie en zijn werk terug gevonden te hebben.
Voor de Staatskas zelf zal het eene groote
ontlasting zijn, want de uitgaven zullen met
millioenen verminderen terwijl nu volgens de
verklaring van den heer minister van lands
verdediging, er jaarlijks 7) milioen frank meer
zullen worden uitgegeven dan op dit oogen
blik.
Alles laat ons veronderstellen dat den heer
minister van landsverdediging hier ver onder
de werkelijkheid is gebleven, want volgens
beramingen van bevoegde personen zal de
meerdere uitgave aan het leger, met het voor
gestelde ontwerp, meer dan tweehonderd mil-
lioen meer uitgaven vergen
En dit alles zal gestemd worden tegen den
wil van de overgroote meerderheid van het
volk
Ets als wijt socialisten,
vragen om de lasten die op den werkman druk
ken wat te verlagen, wat te verminderen, dan
kan zulks niet omdat de Staatskas het niet ver
mag.
Als we vragen te denken om onze ouderlin
gen hun karig pensioen te verhoogen, dan is er
geen geld 1
Nochtans, mijne heeren, onze ouderlingen
verkeeren in nood; zij hebben de hulp noodig
van hunne naastbestaanden of ze .zouden leven
in de meeste armoede.
Zij eerst en vooral, hebben eene verhoogiDg
noodig, aan hen eerst moet er gedacht worden
want 't zijn zij toch die gedurende gansch hun
leven hebben gewerkt en gezwoegd en hunne
krachten aan het vaderland hebben gegeven.
Redt ze dus van den honger en de ellende in
hunne oude dagen, want dat toch hebben ze
niet verdiend.
Geld voor een langen diensttijd
geld voor het leger, geld voor forten, geld voor
bewapening zooveel ge wilt, dat is uwe leus.
Er is hier ook tijdens de algemeene bespre
king van dit militair ontwerp gehandeld over
onze gesneuvelde soldaten, over onze invalie-
den, onze opgeeischten, onze weduwen en
weezen
Men heeft ze er niet bijgehaald om den oor
log te verafschuwen, maar er op gewezen om
ons meer te wapenen, een langen dienstter-
mijn te verdedigen, de meer voorziene uitga
ven te wettigen.
Wij die dicht bij de menschen wonen, die er
dagelijks mede omgaan, wij mogen hier ver
klaren dat al die menschen den oorlog ver
vloeken, en zij steeds bereid zijn in de mate
van het mogelijke mede te helpen èn te offe
ren wat ze kunnen opdat er nooit meer oorlog
zoude komen.
Zij vragen dat België zich vredelievend zou
toonen door zoo weinig mogelijk aan het leger
geld te verspillen en den diensttijd zoo kort
mogelijk temaken.
Zij hebben hun leven voor het vaderland
geofferd, zij hebben hun man, hun vader, hun
kind verloren; zij hebben geleden, zij zijn ge
marteld en verminkt teruggekeerd, en terwijl
zij helden worden genoemd, is hun steun, is
hun pensioen te gering en lijden zij gebrek in
hun vaderland, dat zich terecht op hen be
roemd, maar hen een pensioen weigert om be
hoorlijk er mede te kunnen leven.
Als pp dus millioenen
in de Staatskas te vinden zijn, kunnen die best
gebruikt worden om het lot der slachtoiters
van den oorlog zoo draaglijk mogelijk te ma
ken, want velen van hen verkeeren in de groo
ste armoede.
Wij, socialisten, voeren van bij ons ontstaan
niet alleenlijk een strijd om het volk een beter
bestaan te bezorgen, maar onzen strijd is inter
nationaal en trachten de verbroedering der
volkeren te bewerken, om aldus de internatio
nale moeilijkheden uit den weg te ruimen en
de oorlogen tot het verleden te doen behooren
want alle menschen zijn broeders en Christus
heeft toch wel bevolen
Gij zult niet dooden.
En het is dit ideaal dat wij graag zouden zien
ingang vinden bij alle volkeren.
De kerk
leert ons dat we allen kinderen zijn van dezelf
den vader waarom moeten we dan boeder-
moorders worden
Waarom zegent de geestelijkheid dan de
wapenen der soldaten vóór ze naar den oorlog
trekken
Beter zou ze 2anstuwen om niet te vechten
en het volk voor te houden dat er niet mag ge
dood worden.
Helaas, die taak wordt alleen overgelaten
aan de socialisten en deze scheldt men dan
uit voor vaderlandsloozen, omdat ze de leer
van Christus verkonden.
Wij zullen steeds voortgaan op dien weg,
omdat het voor ons, socialisten, een heiligen
en duurzamen plicht is het steeds in de hoof
den der menschen te prenten dat men Diet mag
dooden.
Wij hebben destijds gehoord dat er men
schen waren die uit gewetensplicht weiger
den naar 't slagveld te trekken, omdat ze wei
gerden te dooden.
Hierin de Kamer, tijdens deze bespreking,
hebben wij van die verstokte patriotards ge
hoord. christene menschen. katholieke man
data! issen, die ons volk zouden wapenen van
kop tot teen, maar zelf niet gaarne gewapend
zijn, dus niet gaarne hun vaderland verdedi
gen, en dit kraweitje aan anderen overlaten.
Voor hem was het onmogelijk zijn vaderland
te verdedigen, want als de oorlog uitgebroken
is op 4 Oogst 1914, dan kon hij geen soldaat
worden, want op 23 Oogst moest hij bij zijne
moeder zijn, die ziek alsdan te bed lag.
Als in 't vervolg er soldaten het voorbeeld
zullen volgen van dit katholiek Kamerlid bij
het uitbreken van den oorlog, en later tot hun
verdediging zullen inroepen dat zij hunne moe
der, hun vrouw, hun kinderen niet konden ver
laten, omdat ze ziek waren, dan zullen zij door
de katholieke patriotards als lafaards worden
uitgescholden, terwijl deze die hier, in deze
Kamer, dergelijke taal voerde, eenvoudig weg
door diezelfde vaderlanders toegejuicht is
geworden.
Zulks bewijst ons eenvoudig dat de vader
landsliefde bij de katholieken veel meer in
woorden bestaat dan in daden.
De zee maanden diensttijd
zullen dus niet gestemd worden, omdat de
christene volksvertegenwoordigers door hunne
bazen, de reactionnairen, verplicht worden er
tegen te stemmen.
De kwestie blijft dus gesteld. Wij, sociali
sten, laten ze niet los, wij zullen ze doen zege
vieren trots uen tegen u, evenals wij de boer-
kens hun pachtwet zullen bezorgen, die nu
door uwe meerderheid van kant wordt gescho
ven.
Het volk wil dat de zes maanden er komen
het volk wil dat onze ouderlingen een degelijk
pensioen wordt toegekend, en wanneer de
landbouwers ons willen helpen, dan zegevie
ren we in 't kort op gansch de lijn.
Wat nu de wederoproepingen betreft die in
uw leger-ontwerp worden voorzien, die zijn fel
overdreven. Inderdaad, gedurende de eerste
tien jaren van hunnen militietermijn, zullen de
miliciens gehouden zijn tot eene wederoproe-
ping onder de wapens van zes weken.
De zes weken kamp
die dan nog aangevuld worden door twee
wederroepingen van acht dagen gedurende
denzelfdeü termijn, zoodat onze soldaten twee
volle maanden bij hun gewonen diensttermijn
zullen te kloppen hebben.
Wij, socialisten, vermeenen, dat de twee
oproepingen van acht dagen volstaan en de
zes weken kamp gerust kunnen daar gelaten
worden, want het zijn meestal afmattende en
nuttelooze verrichtingen, die bovendien in
zeer vele gevallea onze teruggeroepene solda
ten hun werk doen verliezen.
Zij hebben dan hun vaderlaüschen plicht
volbracht en onze patriotards zorgen er veelal
voor dat er hun daarna werkloosheid en met
dit honger en ellende staat te wachten.
Indien dus de christen democraten daar ook
een einde willen aan stellen, hebben ze maar
het amendement, dat door de socialisten is in
gediend, te stemmen.
Onze soldaten vragen, eens hunnen militai
ren dienstplicht volbracht, gerust aan hun
werk te mogen blijven en te zorgen dat vrouw
en kinderen geen gebrek moeten lijden, daar
ze op tijd en stond wel hun plicht zullen weten
te vervullen.
Artikel 12 van het militaire wetsontwerp
voorziet ook eene maandelijksche vergoeding
van 400 frank voor al dezen die gedwongen
worden meer dan acht maanden dienst te ver
richten.
Daarenboven zal er ook eene wekelijksche
vergoeding betaald worden van 150 frank aan
de militianen die aan de wederroepingen moe-
ten voldoen.
Hierdoor erkent de regeering dat haar mili-
tair wetsontwerp eene te zware pil is voor ons
volk en bij middel van eene geldelijke vergoe
ding tracht men de slikking van die pil te ver
zachten.
Er was een tijd
dat de kinderen der rijke menschen zich vrij
kochten voor 1600 frank en aldus hun vader-
landschen plicht lieten vervullen door arme,
ongelukkige drommels.
Helaas hoevelen van die ongelukkigen lig
gen er niet ginder ver gesneuveld, bij h t ver
vullen van vaderlandschen dienst van anderen
van burgers, waarvoor zij die kleine som geld
hadden ontvangen, en midderwijl konden die
heeren hier op hun gemak geld verdienen met
de macht.
Ja, de burgerij heeft altijd een groote voor
liefde gehad om ons land te laten verdedigen
door anderen.
En toch zijn wij niet gekant tegen die voor
ziene vergoedingen.
Wat wij bekampen is het feit, is dat ook de
rijke menschen zullen betaald worden voor
dien meerderen dienst, en ook hierom is er
van onze zijde een amendement ingediend dat
enkel aan de kleine burgers, landbouwers en
werklieden die vergoedingen toekent.
De christene werklieden zullen zeker toch
zoo aan den muilband niet liggen dat ze dit
amendement ook niet zullen mogen stemmen
In alle geval, we zullen zien of ze zich mogen
of durven roeren.
En om te sluiten, mijne heeren, zeg ik u
ge kunt en ge zult het militaire ontwerp er
door drijven; gij hebt cr uwe meederheid voor.
Hedoch de overgroote meerderheid van de be
volking wil er niet van. Wees er van verzekerd
deze zal het u met de aanstaande verkiezingen
betaald zetten.
Morgen, Maandag 10 September, om
2 1/2 ure namiddag, vergadert het Be
stuur der Arr. Federatie in het AehtureD-
huis te Denderleeuw.
DAGORDE
De Verkiezingen
De leden van het Federaal Bestuur
ezen op post.
Nooit is er een beter en schooner santen-
treflen, om de werklieden ran ons arrondisse
ment in de gelegenheid te stellen, eene zoete
wraak te koelen.
In 't Parlement verraden op dit oogenblik de
Christen democraten hun programma want
z'hebben nu gelegenheid den zes maanden
diensttijd voor onze soldaten te doen triom
feeren en ze stemmen er tegen.
In de werkstaking van 't fabriek Torley die
negentien weken heeft geduurd, was er een
comploot gesmeed, tusschen de leiders van de
Christene, Fronters en Liberale syndikaten,
om de Socialisten in 't zand te doen bijten,
slachtoffers te maken met de vleet en het
voornaamste punt oorzaak van den strijd, te
doen afwijzen.
Gansch de Aalstersche bevolking stelde zich
aan de zijde van de socialistische strijders, en
de stakers der andere verraders syndikaten
volgden hunne leiders niet, zoodat zij ver
broederden met hunne socialistische zusters en
broeders.
Nooit is er meer socialidariteit betoond door
de werkersbevolking van Aalst, dan verleden
we? *n s°lidariteit is nog vermeerderd,
nadat M. Moyersoen als burgemeester zich
aan de zijde schaarde van de verraderskliek
door van zijne macht als hoofd der politie mis
bruik temaken en den Staat van beleg in Aalst
uit te roepen.
Deprotest meeting gehouden in den Hof
van Hand in Hand, ivierd bijgewoond door
meer dan 3000 toehoorders, I
Welnu, het is niet genoeg dat de verraders
den terug toegekeerd worden van een aantal
hunner leden, zij moeten hun verraad ook be
taald gezet worden binnen veertien dagen.
Hoe dat?
Wel de Bestendige Deputatie heeft de kie
zing verbroken van J' Juni 1.1. voor wat do su
pleantenvoor den Werkrechtersraad betreft en
roman door B?d- «nseele
VooTtvootd van den Schrijver
Mijn vriend De Backer, der Samenwerkerie
Volksdrukkerij verzoekt mij een voorwoord te
schrijven voor de derde uitgave van mijn eer
sten roman.
Ik voldoe gaarne aan dit verzoek, en meen
niet beter te kunnen doen dan kort te vertellen
hoe en waarom Voor 't volk geofferd geschreven
werd Dit zal een licht werpen op den moeilij
ken strijd der gentsche socialisten m vroegere
iaren.en deredenen opgeven waarom sommige
deelen van het boek niet genoeg werden afge
bet'was in het jaar 1880. De socialistische
nartii te Gent was zwak en arm. De Socialisti
sche Propagandaclub had weinig inkomen en
veel onkosten voor do propaganda, die lnj
grootendeels betaalde door beroemde romans
m wekelijksche afleveringen uit te geven.
De opbrengst was niet groot, maar toch wa
ren de winsten voldoende om een onzer beste
en meest getroffen partijgenooten een onat-
hankelijk bestaan te verzekeren en nog wat
voor de propaganda over te laten.
Ten dien tijde gaf de Socialistische Propa-
I gandaclub uit De Mysteriën van het volk door de
J eeuwen heen, door Eugeen Sue. Op zekeren dag
kwam onze partijgenoot-ronddrager der afleve
ringen, in de zitting verklaren dat het werk van
Sue ten einde liep, en er malgré bongré een
nieuwen, goeden, boeienden roman moest ge
vonden worden of dat hij anders zijn brood
verloor en de Socialistische Propagandaclub
een schoon deel zijner inkomsten zou moeten
ontberen
Bij het vernemen dezer treurig tijding waar
aan wij ons toch wel een beetje verwachtten
werd goede raad duur. Een goed roman vinden
boeiënd, meeslepend en met socialistische
strekking, was niet gemakkelijk. Wij dachten
allen eens na, aanzagen elkander, maar nie
mand vond een goed boek.
Terwijl ik zelf zocht, dacht ik bij mij zelf
«Maar indien ik eens een boek schreef
Wel, waarom niet Ik zou dit ook wel kun
nen 't Was niet zoo gauw gepeinsd of't was
er uit en ik zegde Mannen, wil ik een ro
man schrijven
Toen de vrienden zulks hoorden waren de een-
en kwaad en noemden het droeve lollekens
in zulk een moeilijk geval terwijl anderen in
eenen lach schoten 'K lachte meê, doch her
haalde mijne vraag, steeds stelliger en stelliger
verklarend dat ik een roman zou schrijven.
Geef mij veertien dagen, 3 weken ik zal
met mijn plan komen en gij zult zien dat het
goed zijn zal.
De eenen geloofden mij, den anderen niet,
maar toch werd mijn voorstel aangenomen.
Ik begon dan aan het boek te denken, zette
mij aan het schrijven en zoo verscheen kort
daarna Prospectus van Voor 't Volk geofferd, ro
man door E. Anseele, uitgegeven in wekelijk
sche aflevering aan 0,10 centiemen.
De prospectus werd goed onthaald, de in
schrijvers stroomden toe en met de uitgave
werd een nieuwe aanvang gemaakt.
Maar dan begonnen voor mij de moeilijk
heden... Een roman schrijven was zwaarder
werk dan ik gedacht had. Daarbij moest ik
wekelijks kopij aan de drukkerij geven en
zelfs kopij voor eenige afleveringen op voor
hand bezorgen. Ik moest als letterzetter mijn
brood verdienen, kopij leveren voor ons blad
De Toekomst, dat tweemaal in de week ver
scheen, propaganda maken, meetings, voor
drachten geven en ander propagandawerk
meer verrichtten.
In den beginne ging het nog al ik kon de
letterzetters goed bijhouden, maar op het einde
wat gejaagdheid en welke marteling 1 Ik kon
de zetters moeilijk volgen en daar ik zelf een
groot deel van mijn boek zette, zijn verschei
dene afleveringen verschenen die nooit ge
schreven worden.
Ik zette een deel van mijn boek uit het
hoofd, zonder kopij. Achter mij, op den groo-
ten steen, nevens pakken gezetsel, lag wat pa
pier en potlood, en telkens ik, onder het zet-
teu, een nieuw gedacht kreeg, schreef ik het
op aldus geraakte de aflevering ten einde en
verdiende ik mijn brood als letterzetter terwijl
ik mijn plicht als socialist volbracht.
Ik vertel dit alhoewel ik weet dat het de
waarde van mijn roman voor een deel kan
verminderen, om aan de jongere partijgenoo-
ten te tooneu hoe er vroeger gewroet en ge
streden werd en dat, als de Partij tot iets is
gekomen, het niet al spelend is gegaan.
Te Gent en in andere steden van Vlaanderen
bezit de Partij lokalen, en bladen, eenige
hulpmiddelen, en dit mocht sommigen onzer
jonge vrienden doen gelooven dat alles van zelf
is gekomen, hunnen strijdlust en hunnen op-
oneringsgeest verminderen.
Neen, jonge gezellen, er werd nijdig, hard
nekkig gewerkt, geleden, gestreden; daardoor
alleen hebben wij iets verkregen, en willen wij
nog hcoger klimmen, 't zal maar zijn door
strijd nog strijd en altijd strijd.
Te midden mijner veelzijdige werkzaamhe
den voor de Partij, heb ik het altijd betreurd
dat ik niet kon voortgaan volksromans te schrij
ven en geen enkele jonge vriend ooit den lust
of de behoefte gevoelde ook eens te beproeven
een volksboek samen te stellen.
't Is teurig om zien hoe, bij gemis aan de
goede verhalen in den volkstrant geschreven,
ons volk schier moet vergiftigd worden door
vertaling der fransche moordromans en meer
andere dwaze en onnatuurlijke geschiede
nissen.
Waarom stond in Vlaanderen nog geen ro
manschrijver op als Zetternam
Geen streek biedt een ruimer, vruchtbaarder
veld aan de zeehavens, de groote fabrieksteden
en fabriekdorpen; de kunstnijverheden ais het
kantwerk de luxe-nijverheden als het naaien
van handschoenen, het maken van passemen-
teriën, broderiên, die hare werksters niet kun
nen voeden; de moordende nijverheden als het
fosfoorwerk, de loodwitfabrieken, enz. eene
arme boerenbevolking zuchtend onder den
trotschen kasteelheer, en gansche streken
door den priester beheerscht.
Det een tweede Zetternam opsta en met zij-
ne pen keert hij Vlaanderen voorden helft om.
Mocht ik door mijn werk en door dezen op
roep aan de komst van den Vlaamschen
volksromanschrijver hebben meegeholpen, het
ware voldoende om mij voor de verdrukte
maar moedig strijdende vlaamsche werkers-
familië nuttig gemaakt te hebben.
En gij, Voor 't Volk geofferd voor de derde maal
uitgegeven in 'tvlaamsch na vertaald te zijn
geworden in 't fransch, duitsch, spaansch en
finlandsch, stort in de harten mijner arme broe
ders en zusters een woord van troost en een
straal van hoop in den eindelijken triomf der
arbeidende klasse. Ed. Anseele,