Voor 'tVolk Geofferd De Sociale Verzekeringen 4 4 NOVEMBER MIJN HOEKJE 25e Jaargang N° 46 Prijs per nummer 30 centiemen I 1 November 1928 Socialistisch Weekblad voor het Arrondissement Aalst AAN DE Nationale Maatschappij van Spoorwegen Waarom Waarom 1 De Rationeele Inrichting Recht en Geen reohten zonder plichten Geen plichten zonder rechten POSTCHECK-REKEHIMG Belgische W e r k 1 i o d e 11 - P a r t ij Arrondissements-Federatie Aalst Nr. 8 1686. Telefoon S 7 2 nijverheid gedurende de eerste maand ziekte Het groote vraagstuk van den dag is vast en zeker aat betreffende de verplichte verzeke ring tegen ziekte en vroegtijdige werkonbe kwaamheid. Onze lezers weten dat een spe ciale kommissie, door den minister van Nijver heid en Arbeid ingesteld, gelast is geworden te onderzoeken welke de geschikte vorm zijn zou om tot de verplichte verzekering over te gaan. In die kommissie is er al meermalen ge wezen geworden op wat er bij de Nationale Maatschappij van Spoorwegen is gedaan ge worden. Wij willen onze lezers daar dus nader mee bekend maken. Vooraf weze het gezegd dat wat er aan de Spoorwegen ingericht wordt niet het werk is der Nationale Maatschappij maar wel de vrucht van de Nationale paritaire kommissie die in opdracht van de wet waarbij de Nationale Maatschappij werd gesticht, last heeft gekre gen een statuut op te maken voor het perso neel, statuut waarvan de sociale verzekeringen een zeer belangrijk deel uit maken. De sociale verzekeringen omvatten in hoofd zaak a) de verzekering tegen ziekte, vroegtijdige werkonbekwaamheid, beroepsziekten en werk ongevallen, b) de pensioenen voor de agenten, c) de pensioenen voor de weduwen en wee zen. De sociale verzekeringen zijn van toepassing voor het personeel, werklieden, bedienden en beambten. Inrichting. Al de diensten worden ingericht en beheerd door a) een nationaal bestuur van 20 leden waarvan 10 aan te duiden door de Nationale Maatschappij en 10 door de vakbonden in evenredigneid hunner getalsterkte in de Natio- naleparitaire kommissie. Een dokterzal't voor zitterschap waarnemen. b) tien gewestelijke besturen van 10 leden ook paritair samengesteld naarvolgens boven- staanden regel, en onder 't voorzitterschap van een dokter-opziener. Genees- en artsenijkundigen dienst Al de dokters en apothekers van heel het land die aanvaarden aan de voorwaarden of tarieven door het ministerie van Nijverheid en Arbeid voor de mutualiteiten vastgesteld, te werken zullen belast worden met den genees en artse nijkundigen dienst. In geval van ziekte heeft de agent de vrijë keus tusschen de dokters en apothekers en be taalt 26 o/'o van het eereloon. Specialiteiten moge» niet ten laste der kas afgeleverd wor den. De maatschappij zal in de bijzonderste Cen trums van het land moderne dispensarias in richten alwaar de geneeskundige behandeling heelemaal kosteloos zijn zal. Voor speciale ziekten zullen bijzondere spe cialisten werden aangeworven. De heelkundige bewerkingen gebeuren ko steloos in de hospitalen door den dienst aan ge nomen, terwijl de agenten die hunne toevlucht zullen nemen tot private hospitalen eene tege moetkoming zullen ontvangen op den basis van den kostprijs in de aangenomen gasthuizen. Toevluchtsoorden voor teringlijders en her stellenden zullen worden opgericht. In geval van ziekte geniet de werkman, van ook volle loon moet ontvangen). Zoo de ziekte langer duurt dan 12 dagen wordt de 75 0/0 van het loon uitbetaald van af den eersten dag der ziekte. De genees- en artsenijkundige dienst dekt den agent in alle hoedanigheden waarin hij tot de maatschappij behoort, hetzij als voorloopige genoemde, of alsrustgeld geplaatst zijnde. Deze dienst kan uitgebreid worden tot de fa milie van den agent ('t is te zeggen tot de vrouw, de kinderen en de bloedverwanten die met den agent onder 't zelfde dak wonen) mits het betalen eener speciale bijdrage die door het bestuur der kas zal vastgesteld worden. Vergoeding voor bevalling Aan ieder agent wiens vrouw in 't kraambed komt wordt eene vergoeding van 25o fr. uitbe taald per geboorte. Vergoeding voor Sterfgeval Bij sterfgeval van een agent wordt aan de familie eene vergoeding uitbetaald gelijk aan een maand volle loon. Behandeling bij Werkongeval of beroepsziekte De genees- en artsenijkundige dienst is hier volledig kosteloos. Zoo het werkongeval of de beroepsziekte werkverlet medebrengt wordt er gedurende een jaar volle loon uitbetaald en naderhand 75 0/0 gedurende 2 jaar. Vroegtijdige Werkonbekwaamheid Zoo de zieke al zijn rechten heeft uitgeput en niet meer in staat is zijn dienst of een ander werk te vervullen wordt hij op rustgeld ge steld. Dit rustgeld zal bedragen 1 55 of 1 48 van zijn laatste wedde vermenigvuldigd met het getal jaren dienst. (1 55 wordt toegekend aan het zittend per soneel 1 48 wordt toegekend aan het rollend personeel) Aan dengene wiens werkonbekwaamheid voortspruit uit een arbeidsongeval of eene be roepsziekte, worden bovendien de voordeelen der wet van 1903 op de werkongevallen, toe gekend. Wie betaalt dit allemaal Buiten de tusschenkomst van 25 0/0 op bet eereloen van doktor en apotheker zijn alle bovenstaande diensten volledig kosteloos Yoor het personeel. De Nationale Maatschappij alleen stort hiervoor jaarlijks in de kas der sociale verzeke ringen eene somme gelijk aan 3 0/0 op het to tale bedrag der uitbetaalde loonen en wedden. Zoo het bestuur der sociale verzekeringen, na al hare diensten voorbeeldigtehebben inge richt geldmiddelen overheeft zoo zal in de eerste plaats gezorgd worden dat de vergoeding in geval van ziekte trapsgewijze wordt verhoogd; de mogelijkheid volle loon uit te betalen is dus niet uitgesloten. Hier wordt dus op de welwil lende medewerking van het personeel gere kend om door het uitroeien van misbrui ken, waartoe alleen en altjid dezelfde arbeiders hun toevlucht nemen, er toe te geraken een eisch van algemeen belang te doen zegevieren. De toekomst zal uitwijzen in hoever de syndikale aktie er kan toe bijdragen van de spoormannen zelfbewuste en onafhan kelijke werkers te maken. De pensioenen Op 65 jarigen ouderdom worden alle agen ten verplicht op pensioen gesteld. Vrijwillig kan het pensioen genomen wor- af den 4' dag eene vergoeding dje gelijk staat jen 0' 55 jaar voor het rollend personeel en op met de 75 o/o van zijn_loon. Deze vergoeding i 0O jiaKr voJor de andere agenten»; Het rustgeld zal voor ieder jaar dienst 1 55 of 1 48 van het laatste loon bedragen. Bovendien blijven de gepensioneerde agen ten den kindertoeslag genieten, zooals de agenten in werkelijken dienst. kan tot 3 jaar aanhouden. De bediende geniet volle loon gedurende de eerste maand ziekte en 75 o/o naderhand. (Dit verschil spruit voort uit de bestaande wetgeving waarbij de bediende van de privaat- Het pensioen is en blijft gansch ten laste der maatschappij 't is te zeggen dat het personeel er hoegenaamd niets voor stort. Zoo nu een agent vóór de gestelde datum het beheer verlaat of weggezonden wordt zoo zal hem een pensioentitel met de mathemati sche reserven worden opgemaakt juist als of hij in de privaamijverheid hadde gewerkt, (ouderdomspensioenen dus voor de werklieden en bediendenpensioen voor de bedienden en ambtenaren). Pensioenen der Weduwen en Weezen Hiervoor komt de Nationale Maatschappij niet tusschen. De agenten alleen dragen er dus voor af en wel-5 o/o op hunne loonen zoo lang ze beneden de 2o,ooo fr. winnen en 6 o/o voor de loonen boven de 20.000 fr. Jn geval van overlijden van den agent geniet de weduwe een pensioen van 2o o/o van het laatste loon van haren echtgenoot, percent die vermeerderd wordt met 1 o/o voor ieder jaar dienst van den echtgenoot boven de 10 eerste jaren en zulks met een maximum van 60 o/o. Blijven er alleen weezen over dan wordt het bedrag betaald tot op 18 jarigen ouderdom en bepaald op 2/5 van het pensioen dat aan de weduwe zou worden uitgekeerd. Dit bedrag wordt verhoogd met 1/5 per kind met een maximum van 5/5, dat in geen geval mag over schreden worden. Voor gepensioeneerde weduwen en weezen blijft ook de tegemoetkoming in zake kinder toeslag behouden voor de kinderen beneden de 21 jaar. Ziedaar de groote lijnen van het stelsel dat nu aan de spooragenten gaat toegepast wor den. In een volgend nummer zullen we er op terugkomen en dan met eenige voorbeelden de draagkracht van de bijzonderste schikkin gen toelichten. P. DE BRUYN. altijd zooveel reklamatie's van personen die niet mogen kiezen Omdat zij op de kiezerslijst niet staan WMHOM WAAR OM 1 staan zij er niet op Dat is de vraag die altijd wordt gesteld. De kiezerslijsten liggen nu ter inzage. WAAR OM WAAROM Omdat gij zoudt kunnen kijken of gij er op staat en dan op de kiezing niet zoudt moeten reklameeren. Waar kunt gij u overtuigen of ge wel inge schreven zijt Te AalstLokaal Hand in Hand Denderleeuw Achturenhuis Erembodegem Volkshuis, Brusselschestr. Geeraardsbergen Volkshuis, Markt Gijsegem Coppens Jozef, Dries Grootenberghe Fr. Steenhaut, Gemeente raadslid Herdersem Boelens Gustaaf Lede Volkshuis, Statiedreef Meerbeke Volkshuis, Brusselstraat Meire bij Coiffeur, Nieuwstraat MoorselTemmerman, Zaal Wilson Nieuwerkerken Lievens Edm., Kwalestr. Ninove Lokaal De Redding, Leroy Frans, Brusselstraat en bij Petrus Danou, Emiel De Molstraat Onkerzele Volkshuis, Neerstraat Overboulaere De Vlaminck, Groote Baan Santbergen Edgard Van den Bergh Sottegem Volkshuis, Beerens, Nieuwstr. Welle Van Vaerenbergh, Halt. Opgepastwant U hebt nog slechts 8 dagen tvjd om U |ce overtuigen. Na dien datum is het te Jaat Nog jaren, nog eeuwen zal die dag gevierd worden. En telkens zal ons hart bloeden en zullen wij met onzen geest bij hen zijn, bij de mil lioenen menschen, wier levensdraad zoo vroeg werd afgesneden en die tot speelbal dienden van enkelen, die aasden op eer- en heersch- zucht. Het offer dat toen de menschheid gebracht heeft aan het dom en woest geweld, is te groot, te ontzaggelijk,om het nog te vergeten. Neen, dat vergeten en kunnen of mogen we niet. Allen zullen wij den dag des vredes herden ken, den dag waarop het laatste moordend schot gelost werd van den Grooten Strijd. Maar wij, wij zullen dien dag niet vieren zooals patriotards en chauvinisten dat doen. Die dag zij voor ons een propagandadag voor den vrede, tegen de uitzinnige bewapo- ning, tegen de geheime diplomatie en tegen alles wat den oorlog dient. Want nu heben wij ondervonden wat oorlog is, en hoelang de wonden nog bloeden na zul ke groote ramp. Wanneer ik maar alleenlijk aan het woord OORLOG denk, schrijft Guy De Maupassant overvalt mij een verschrikking, het ic of men mij spreekt van tooverij, van inquistie, van een ver, afschuwelijk, monsterachtig en tegennatuurlijk ding, dat reeds lang tot hot verleien behoort. De menschen die voor oorlog ijveren, zijn de geesels der samenleving, gaat hij voort. Wij strijden tegen den natuur, tegen de on- wetenheid, tegen hindernissen van alle slach, om ons armzalig leven minder hard te maken. Geleerden en weldoeners offeren hun bestaan op om te zoeken wat ons helpen kan, wat ons ondersteunen en ons lot verlichten kan. Zij werken onaf- gebroken en met taaiheid aan hun taak. ons ontdekkingen bezorgende, vergrootenae en verbreedende den menschelijken geest en de wetenschap. lederen dag geven ze welzijn, confort en kracht aan hun land. Het wordt oorlog. In zes maanden hebben de generaals vernietigd MEER DAN TWINTIG JAAR KRACHTINSPANNING GEDULD EN GENIE». Indien die millioenen dooden terug konnen levend worden, al ware hetmaar vooreen uur,- hoe zouden zij met ons meé manifesteeren voor den vrede... Maar hun geest zal bij ons zijn, hun geest die ous sterken en ons moed en kracht geven zal. IJveren wij op dezen dag om in de geesten der menschen doen te dringen dat oorlog een kwaad is dat moet en zal vermeden worden iu de toekomst. Wat er moet gebeuren, dat is de mogelijk heid wegnemen om oorlog te voeren. Zulks brengt ons tot de algemeene ontwapening. Zoolanger geene algemeene ontwapening is, zoolang de oorlog niet raaténeel onmogelijk gemaakt wordt, zoolang ook blijft er ge vaar. Geschillen tusschen landen kunnen altijd opgelost worden, zooals de geschillen beslecht worden tusschen enkelingen. Een vaderland kan ons nooit zoo nauw aan 't harte liggen, dat we ons bloed er moeten voor vergieten. Een menschenleven is heilig en is het duur baarste, het kostelijkste op aarde. Verre, verre weg dus zij de oorlog... Geen broedermoord meer, eeuwige vrede. A. VIJVERMAN. Wie heden 't huis blyft, en niet mede manifesteert tegen den OORLOG énveor den VREDE, wel, Iaat het ens maar zeg gen, dit zijn oorIeg8zuohtigen en oor logswoekeraars. Weihoe, hebben wü heden tien jaap geleden, niet allen gejuicht, gefeest, ge danst, gesprongen en gexongen, omdat de wapenstilstand was geteekend, om dat er aan het moorden een einde was gesteld Hebben wij later niet gevloekt en ge tierd, als we vernamen, dat c' en oorlog die 52 lange maanden had geduurd ook minstens 10 mlllioen menschenlevsns had gekost en evenveel millioenen inva- lieden na gelaten, zonder te tellen de illiardeu schado en schuld die te beta lt a bleef En nu na tien ja~sn, voelen we nog de sporen van die lange Uitmoording en mo gen we nog betalen voor die gemaakte schulden. Kijkt rondom u, en ge ziet nog onze ongelukkige invalieden, blinde en ver minkte makkers, weduwen en weezen met de macht, en nog zijn er menschen die aan nieuwe oorlogen denken. Aan de galg met dit gespuis, maar hierom is het noodig dat we toonen, dat we vredelievend zijn gezind, dat we vast besloten zijn, te ijveren opdat alle geschillen die met de landen zouden kun nen ontstaan door een Scheidsgerecht zouden worden beslecht en dit Scheids gerecht moet verplichtend worden ge maakt, zoo voor groote als voor kleine landen. Daarom onze Vrodesbetooging daar om moet eenieder in den Stoetdaarom moet eenieder naar de meetingen die heden er voor ingericht worden, want die betoogingen moeten grootsoh en in drukwekkend zjjn. Geene kijkers, geene t'huisblijvers, al len naar de meeting, allen in den Stoet, met vrouwen en kinderen, want het doel is te edel, is te schoon, om er niet aan mede te doen. Socialisten, op u allen weegteen heili gen plichtverzuimt hem niet, want het ware eene echte misdaad tegenover u zelf, tegenover uwe vrouw en kinderen, tegenover de mensohheid in 't algemeen. FRIEDERIK. der verzekering tegen ziekte, Invaliditeit en Moederschap aldus is de titel van een klein boekje welke Partijgenoot Arthur Jauniaux, komt te schrijven voor DB WILDE ROOS op verzoek van een groot getal personen, welke ongeduldig wachten op al de gegevens betreffende dit vraagstuk. Het zal ongetwijfeld een succes ts meer zijn welke ons Nationaal Samen werkend uitgevershuis, op zijn aotisf zal mogen schrijven. 10 Póman door Cd. Anseole Men twijfelde en bleef dus besluiteloos. Er werd opnieuw geklopt, nog harder dan de eerste maal. Wacht, vrienden, ik zal de deur openen, sprak Hendrik. Hendrik, zeide Jan, ik ga mede; dat klop pen beteekent niets goeds en zoo het diegenen zijn, die ik verwacht, dan mogen zij voorzich tig zijn. Ik bid u, Jan, blijf hier. Ik laat u niet alleen. En wij ook niet, riepen de overigen. En allen stonden op het punt de trappen af te dalen, toen zij opeens de deur hoorden in stampen en een man de zolderkamer zagen binnentreden. Jules, riepen allen te gelijk. De nieuwgekomene, Hendrik bemerkend, richtte zich tot hem en vroeg Hendrik, htbt gij mijne vrouw niet ge- zien Uwe vrouw Ja, eu mijne kinderen Neen, Jules... En niemand van u, vrienden, heeft ze gezien Allen knikten ontkennend. Niemand riep Jules, als uitzinnig van smart. Wat mag er van hen geworden zijn Is het al lang dat gij ze niet gezien hebt, Jules vroeg Hendrik. Neen, Hendrik. Dezen namiddag is zij bij eene tante der Muide eene boodschap gaan doen. Ik ging ze daar zoeken ze was reeds een tijd weg, vreezend door hetonweder over vallen te worden. Zij kan ergens binnen gegaan zijn om zich voorden regen te bevrijden, Jules,merkte Jan op om hem moed te schenken. Neen, dat is niet waar. Ik ken haar te goed, ze zou reeds lang weer t'huis zijn. Het is onbetwistbaar, haar en de hinderen moet een ongeluk overkomen zijn. Waar mogen zij zich bevinden Waar mogen zij zieh bevin den 1 En door smart overstelpt, liet Jules het hoofd op Hendrik's schouders rusten. Vrouwen zieBjWeeneu dool medelijden ont staan, doch mannen hooren snikken doet pijn, want men denkt onmiddelijk aan diep gevoeld lijden. Al de aanwezigen waren diep geschokt en vreesden met Jules, dat eraan zijne vrouw en kinderen een ongeluk was overgekomen, doch durfden het niet zeegen, uit vrees hem nog meer te bedroeven. Er heerschte eene dood- sche stilte. Opeens hoorde men van omlaag eene zwakke stem roepen Baas Hendrik, baas Hendrik Hendrik ging beneden en bevond zich tegen over kleine Karei, welke vroeg Baas Hendrik, is de man van Anna hier Ja, mijn kind. Ik weet waar zijne vrouw is. Kom boven, kom boven En beide klommen de trappen op. Nauwe lijks had Jules de jonge* bemerkt die er zeer vermoeid uitzag, of hij vloog op hem toe Karei, waar is mijne vrouw Uwe vrouw... Mijne kinderen Ze zijn weg, stamelde de kleine. Weg 1 riep Jules. Mijne kiudereö, mijne vrouw weg 1 Waar weg 'i Met... met de politie I Met de politie 1 herhaalden al de aanhoor ders met Jules. Deze, in zijne volle lengte op rijzend, riep uit Wanneer men mij mijne vrouw en kinde ren niet wedergeeft, zal ik ze met geweld be vrijden 1 Jules was een schoone man. Verontwaardi ging en toorn maakteu hem nog schooner. Zijn gelaat verried geene vuige driften, maar er was iets vurigs en bezielends op te lezen, waar door het eene majestatische uitdrukking ver kreeg. Karei verhaalde wat op den Nederkouter en later was gebeurd. Anna was met hare kinde ren naar de Mamtntlokher gevoerd. Daar had hij den overste der patrouille tot de mannen der karren hooren zeggen Komt binnen een uur terug, gij moet naar het hospitaal en naar het gevang rijden. Toen Karei zijn verhaal geëindigd had, vat te Jules zijne handen en drukte ze hartelijk, zeggend Brave jongen, wat gij daar gedaan hebt zal ik nooit vergeten. En nu, ging hij voort, mijne vrouw gered alle hoop is nog niet ver loren. En bij wilde weg. Waar loopt gij vroeg Hendrik. Naar de Pekelharingbrug. De wagens moeten daar voorbij rijden eu ik zal mijne vrouw en kinderen aan de politiedienaars vra gen. Men zal u niet gelooven. Op mijn geroep zullen mijne vrouw en mijne aochter antwoorden dan zal men mij wel moeten gelooven. Men zal met u den spot drijven. Ik zal smeeken. Men zal u aanhouden. Ik zal mijne vrouw redden. Men zal u overrompelen. Ik zal mijne vrouw redden, zeg ik. En Jules vloog de trappen af. Hendrik, het onmogelijke inziende, hem op zijn wanhopig besluit te doen terugkomen, zeide, zich tot de mannen richtend Vrienden, ik denk dat wij Jules niet alleen mogen laten, wij moeten hem helpen. Ik meen het ook, zeide Jan. En ik ook, riepen de anderen. Wordt voorlgattjt

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Recht en Vrijheid | 1928 | | pagina 1