EEN SIERLIJK ROND
KLEEDJE
dank
SLECHTE UITSLAGEN BIJ
KUNSTMATIG BROEDEN
FIET... DE ONVOOR*
ZICHTIGE KANARIEPIET
Leest en verspreidt «VOOR ALLEN»
het degelijks! Vlaamsch weekblad
is wonderbaar/
P ikke t Baby.
LUX,GEEN
1 "S.-GELOSTE ZEEP! Zij
wol zacht en
IET LUX, GEEN ONOP-
.OSTE ZEEP! Zij houdt
de wol zacht en mollig.
En tóch
kon hij gaan
kegelen
Wollen goed, viltachtig geworden door
Ik Verklaar Het!^
"DIT BIOCEL VOEDSEL/
VOOR DE HUID
Het bewijst dat de huid kan eten
TEN LANDE
Een verhaal voor onze kinderen
Had zij geen gelijk ?j
VV70L moet koud gewasschen worden, dat
w lijdt geen twijfel. De voor warmwasschen
bestemde waschmiddelen lossen echter moei
lijk op in koud water. Ontelbare onopgeloste
zeepdeeltjes drijven in het water, kleven aan
de fijne wollen vezels en laten zich door het
spoelen met verdrijven. De wol wordt ruw en
prikkelt Baby's teere huid. Voorkom dit euvel:
gebruik steeds LuxLux lost oogenblikkelijk
en volkomen op, zelfs in koud water. Haar
overvloedig schuim wascht vlug, verdwijnt ter
stond bij het spoelen en
houdt de wol dus zacht
en soepel.
Met die venijnige hoofdpijn? Neen, die hij liet
177/ thuis. Zoo hij eens overspannen is, of hoofd-
y pijn heeft of niet in zijn schik is, dan neemt hij
79 een "AKKERTJE". Moderne menschen laten
hun leven niet vergallen door zulke kleine ongemakken,
Afwisseling in
het menu
ELLDEE ZILVERWERK
ELLDEE COUVERTS
Vragenbus
m
4F
W*0&0fy
fro!d\
8 - Voor Allen - 14 Mei 1939
Per doos van 12 stuks fr. 9.50. Per doos van 6 stuks fr. 5.—. - Verkrijgbaar bij alle Apothekers.
We hebben onze kanariepiet
«Fiets, genoemd, omdat hij altijd
in z'n kooitje van het eene stokje
op het andere springt, z'n kopje
in de lucht steekt, z'n staartje
heen en weer beweegt en dan zegt:
Fiet, Fiet
Fiet is een mooi geel vogeltje en
we houden allemaal heel veel van
hem. Hij zingt de heele dag door.
's Morgens zet moeder het deurtje
van zijn huisje open en dan maakt
Fiet zijn ochtendwandelingetje.
Hij slaat zijn vleugeltjes uit, flad
dert een beetje in het rond, maakt
zijn dagelijksch zitje op de klok
en komt, als moeder in de kamer
is, altijd even op haar schouder
wippen, lustig kweelen. Een reuze-
pret hebben ze dan samen.
Een paar dagen geleden nu
vloog Fiet weer de kamer rond,
maar vergiste zich en wipte in
plaats van op de klok, het raam
uit Eenmaal buiten haalde hij
eens diep adem en kweelde op de
vensterbank een lustig lied. Moe
der dacht, dat hij wel weer terug
zou komen, maar Fiet bleef bui
ten
Wat nu te doen De poes van
onze buren had al heel gauw een
ontdekking gedaan en onze Fiet
was niet veilig meer. Of we hem al
riepen en met broodkruimels, sla
blaadjes en andere lekkernijen
lokten, het hielp allemaal niets.
Fiet was w,eg en bleef weg. Steeds
verder en verder fladderde hij.
Eindelijk zagen we hem neerstrij
ken op de bovenste tak van een
van de boomen aan het einde van
de straat. Doodmoe leek hij.
Jullie begrijpen wel, dat al m'n
vriendjes me meehielpen, toen ik
een ladder ging halen en die te
gen de boom opzette. De een voor
den ander wilde Fiet pakken, maar
dat ging heelemaal niet zoo ge
makkelijk
Op school leeren we allemaal
klimmen en op allerlei soorten
ladders en planken loopen, maar
dit was er eentje, die heel erg
heen en weer bewoog. Niemand
van ons durfde tot heelemaal bo
ven in de boom te gaan.
Toen kwam er een heel groote
mijnheer aan en die zei
Gaan jullie maar eens van
die ladder af, ik zal het kanarie
pietje wel. pakken.
Met vier groote passen was hij
bij Fiet, stak zijn hand uit en had
hem bijna gegrepen, toen... onze
Fiet zijn vleugeltjes uitsloeg en er
vandoor ging Hij had ons alle-
'maal gefopt, de oolijkerd.
Daar stonden we nu. We dach
ten allemaal, dat het nu wel heel
moeilijk zou zijn, om ons 'huisge
nootje terug te krijgen. De heele
morgen liepen we te zoeken, ner
gens was hij te vinden. Arme Fiet,
als die leelijke poes hem nou maar
niet opat
Plotseling, om drie uur 's mid
dags, riep mijn vriendje Kees
Jongens, kijk eens, daar
zit-ie
En jawel, hoor, daar zat onze
Fiet midden op de straat, heele
maal in elkaar gedoken. Stilletjes
liepen we naar hem toe, maar hij
maakte gauw nog een paar hipjes
en probeerde weg te komen. Maar
opeens viel hij omver en bleef
liggen. Moeder pakte hem op, liep
er gauw mee naar huis en hield
z'n snaveltje onder de kraan. Gre
tig slokte Fiet het water naar bin
nen en kikkerde weer heelemaal
op. De volgend dag deed hij, of. er
niets gebeurd was en... maakte
zijn morgenwandelingetje.
TO BROKKEN. I
Liesje's vader heeft kippen.
Op zekere dag heeft een vos een
van de kippen opgegeten. Die kip
was, ofschoon ze dikwijls terugge
jaagd was, toch weer door het
gaas gekropen en het bosch inge-
loopen.
Zie je wel zegt moeder, die
hieruit een goede les voor Lies je
wil trekken, de vos heeft de kip
opgegeten, omdat ze stout is ge
weest
Maar moeder, antwoordt
Liesje, als ze altijd braaf was ge
bleven, dan hadden wij naar op
gegeten
zeep
je-
f'j Iji-V
W *e o ie£e n ae f,i° „O"- MÈÈrAÊ'JM MP* lift*
LUX WORDT NOOIT LOS VERKOCHT
EISCH DE
OORSPRONKELIJKE DOOZEN
LX. 134-079 BFL. SAVONNEWES LEVER FRÉRES. BRUXELLES
(1111 i 111 i I i 1111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111H1111111111111111111111111113!1111111111iIi111111111111111111111II1111i1111i11111111
Al heeft de lente ons ook zon en
bloemen gebracht, in den moestuin
is er nog lang geen overvloe-i.
Zeker, men kan al jonge groenten en
fruit krijgen, maar tegen zulke buiten
sporige prijzen, dat de zuinige huis
vrouw er niet aan denken kan zien
een dergelijke luxe te veroorloven.
Zonder twijfel zal zij ons dankbaar
zijn voor het volgend menu, dat haar,
voor weinig geld, in de gelegenheid
stelt haar huisgenooten Iets fijns en
bijzonders voort te zetten.
Een goede raad: Neem een "AKKERTJE", óók bij griep,
kou, influenza, verschot in den rug, lendenpijn, nare
dag, spierpijn, rheumaliek, zenuwpijn, enz. Het helpt I
GROENTENSAP: Maak een bouillon
klaar van vleesch of beentjes. Hak heel
fijn de peterselie, kervel en een ajuin-
tje. Voeg bij den kokenden bouillon.
Leg er een klontje Solo in en dien
onmiddellijk op.
KALFSZWEZERIKEN A LA CHEVA-
LIERE: (Kunnen ook vervangen worden
door schaapszwezeriken)Leg de zwe
zeriken twee tot drie uren in koud
water, dat men dikwijls vernieuwt.
Zeit de zwezeriken op het vuur in koud
water dat lichtjes gezouten is; laat op
komen en giet het water af. Giet ei
weer kokend water op en laat stille
tjes koken gedurende 3/4 uur. Als ze
genoeg gekookt zijn, laat ze afdruipen,
doe er het vel en de zenuwen af en
laat koud worden. Snijd in sneetjes.
Laat Solo smelten in een braadpan.
Leg er de sneetjes in. Laat bakken zon
der bruinen. Neem intusschen de ste
len uit groote champignons. Hak de
stelen met kleine restjes van zwezerix.
Bewerk met een weinig broodkruim ge
weekt in melk en een ei. Vul de cham
pignons met die bereiding. Eenige
minuten voor het opdienen, bruin Solo
in een braadpan, schik er de opgevulde
champignons in, leg op iedere cham
pignon een klontje Solo en laat zacht
jes in den over bakken. Bereid een
saus met 50 gr. Solo, voeg er 2 lepels
bloem bij en een deel van den bouillon
der zwezeriken. Laat al roerende
koken. Doe er peper en zout bij. Schik
de sneetjes zwezerik op een warmen
schotel. Giet de saus erover. Leg ron
dom de opgevulde champignons en wat
aardappelpuree.
AARDAPPELPUREE. Kook aard
appelen en laat het water goed ver
dampen. Steek ze door een teems. Zet
ze weer op het vuur met een weinig
melk. Roer goed dooreen, voeg er peper
en zout bij en ook een grooten klont
Solo. Dien zeer'warm op.
Afijn dokter zegde
11 mij dat het
Biocel, dat in dit
spéciale voedsel voor
de Huid bevat is,
getrokken werd uit
zorgvuldig uitgeko
zen jonge dieren. Hot
dringt diep in de
huid en geeft ze het
ware voedsel dat zij
noodig heeft om ze vast, frisch en jong
te maken. Het werd ontdekt door een
groot Professor van de Universiteit van
Weenen. Het is thans vermengd met de
Crème Tokalon(Rooskleurig), in de vol strekt
juiste verhoudingen om de huidweefsels te
voeden. Gebruik deze Crème des avonds en
de Crème Tokalon, (Witkleurig) 's morgens
In drie dagen tijds zal er een begin gemaakt
zijn om U te ontdoen van de onvolmaakt
heden uwer tint en de slappe en hangende
gelaatspieren. Bij proeven, gedaan in het
iospitaal van de Universiteit van Weenen
door Professor Dr Stejskal bij vrouwen
van 55 tot 72 jaar, verdwenen de rimpels
in 6 weken tijds.
CARAMEL VLA: Klop hard vier eieren
Laat intusschen een 1/2 liter melk
koken met 4 soeplepels suiker en een
weinig vanlljesuiker despewensch*..
Neem van het vuur en giet de kokende
melk stilaan in de geklopte eieren, al
roerende. Boter kleine hooge vormpje.s
met Solo. Vul ze met het mengsel. Zet
de potjes een 1/2 uur op het vuur in
kokend waterbad; vervolgens 10 minu
ten ln een warmen oven. Laat koud
worden en doe de vla uit de vormpjes
op een kouden schotel. Laat 4 lepels
suiker koken met 4 lepels water. Als
het mengsel bruin wordt, voeg er een
klontje Solo bij en een beetje water
Giet over de vla en dien koud op.
(So24
zijn een leven lang
gewaarborgd.
Te koop bij ROGER OSTYN, n. 27,
Bruggestraat, te M E E N E N
Verantwoordelijke ultgtve:
Vercammen. St. Pietersnleuwstr 84
GENT
Het maken var
dit kleedje is een
prettig werkje,
want het gaat vlug
en gemakkelijk; ge
hebt daarbij met
veel materiaal
noodig, want een
half kluwentje wit
haakgaren nr. 40
zal reeds voldoende
zijn.
We gebruiken
voor dit nummer
haakgaren een
haaknaald nr. 8 of
9 en beginnen met
een ring van 7 los
sen (hiervoor wor
den 7 lossen ge
haakt, die met 1
kettingsteek tot een
ring worden geslo
ten).
In dien ring ha
ken we vervolgens
12 keer 1 stokje.
Tusschen ieder
stokje wordt tel
kens 1 losse ge
haakt. Omdat we
bij het begin van
een toer nooit een mooi stokje kun
nen krijgen, maken we in plaats van
het le stokje van een toer altijd 3
lossen, dus ook bij de volgende toeren,
waarvoor we als volgt haken
le toer in ieder gaatje van den vo-
rigen toer 2 stokjes haken en daar-
tusschen telkens 1 losse.
1 vaste in de vaste van den vorigen
toer; 9 lossen; 1 vaste in dezelfde vaste
van den vorigen toer; 11 lossen en dan
van het begin af weer herhalen.
14e toer 4 stokjes in de ,3 stokjes
van den vorigen toer; 5 lossen; 7 dub
bele stokjes in het lossenboogje van
den vorigen toer; 5 lossen en van
het begin af herhaln.
2e toer als de le toer, maar nu 3
stokjes haken.
3e toer als de le toer, maar nu 4
stokjes haken.
4e toer als de le toer, maar nu 5
stokjes haken.
5e toer in ieder gaatje van den
vorigen toer wordt gehaakt2 stok
jes. 1 dubbel stokje, 3 lossen, 1 dubbel
stokje, 2 stokjes.
6e toer met kettingsteken tot aan
het midden van het gaatje haken.
Dan telkens haken 1 vaste om de 3
lossen. 5 lossen, 1 dubbel stokje in
het gaatje tusschen de 2 stokjesgroe-
pen van den vorigen toer. Dan weer
1 vaste om de 3 lossen, enz.
7e toer1 vaste in het dubbele
stokje van den vorigen toer; 6 lossen,
1 dubbel stokje in de vaste van den
vorigen toer; 6 lossen. Dan weer 1
vaste, enz.
Se toerals de 7e toer, maar nu
7 lossen haken.
9e toer als de 7e toer, maar nu
8 lossen haken.
10e toerals de 7e toer, maar nu
ook weer 8 lossen haken.
15e toer 6 stokjes in de 4 stokjes
van den vorigen toer; 5 lossen; 6 vas
ten (waartusschen telkens 1 losse)
tusschen de dubbele stokjes van den
tusschen tor haken; 5 lossen en van
het begin af herhalen.
16e toer 9 stokjes in de 6 stokjes
van den vorigen toer haken; 6 lossen;
tusschen de 2e en 3e vaste van den
vorigen toer nu 1 vaste haken; 6 los
sen; tusschen de 4e en 5e vaste van
den vorigen toer nu 1 vaste haken;
6 lossen en van het begin af herha
len.
17e toer in de eerste 4 stokjes van
den vorigen toer 4 stokjes haken; in
het laatste van deze eerste 4 stokjes
ook nog 1 dubbel stokje haken; 3 los
sen, 1 dubbelstokje en 1 stokje in het
5e stokje van den vorigen toer haken;
1 stokje telkens in de volgende 3 stok-
jes haken; 8 lossen; 1 vaste in het
Kleine lossenboogje; 8 lossen en van
het begin af herhalen.
18e toer In het gaatje tusschen de
stokjesgroepen van den vorigen toer
1 vaste haken; 1 lossen; 1 vaste in het
zelfde gaatje; 11 lossen; 1 vaste in
hetzelfde gaatje; 11 losserl; 1 vaste om
het lossenboogje van den vorigen toer;
7 lossen; 1 vaste om het volgende los
senboogje; 11 lossen en van het begin
af herhalen.
11e toerals de 7e toer, maar nu
9 lossen haken.
12e toer als de 7e toer, maar nu
10 lossen haken.
13e toer 3 stokjes in het dubbele
stokje van den vorigen toer; 11 lossen;
19e toer 1 vaste in het smalle hoo
ge boogje van den vorigen toer; 4 los
sen; 1 vaste in hetzelfde boogje; 15
lossen; 1 vaste in de vaste van den
vorigen toer; 7 lossen; 1 vaste in de
volgende vaste van den vorigen toer;
15 lossen en nil vaai het begin af her
halen.
IMKERIJ
"AKKERTJES" kunt Ge elk
oogenblik noodig hebben.
Heb aus een doosje in huis.
Niettegenstaande de broodkassen ge
durende de laatste jaren een reuzen-
vooruiigang op elk gebied geboekt heb
ben büjven er toon nog sveeds broeiers
weUe bittere klachten uiten betreffen
de de oekomene uitsiagen.
Af en toe ligt de lout wei in de af
stamming der oroedeiers er. dan hoeft
men natuurlijk niet ver te zoeken naai
de oorzaak der slechte res'iitaten. Het
gebeurt ook wel, en dit bijzonder bij
weinig ervaren kweekers, dat ze heel
simpe. de broodkas verantwoordelijk
stenen. Dit is natuurlijk het gemakke
lijkst en zoo-doende kan men best eigen
fouten dekken. Of dit ecluer wel met
de waarneid overeenkomt is een heel
andere kwestie.
Het mislukken bij broeien hangt af
van zoo'n groot aantal faktors dat men
nimmer lichtvardig zijn wrdeel mag
vellen. Buiten de afstamming der
eiers, de kwaliteit der maohien en de
vakkennis van de broeier zijn er nog
andere faktoren waaraan we niet
steeds denken, dooh we'kt niettemin
van het grootste belang zijn.
Slecht uitkomen en sterven in de
schelp gebeurt nog vaak. De dood in de
schelp werd tot nu toe toegeschreven
aan zeer verschillende oorzaken we ke
niet immer de juiste waren. Heel te
recht merkte over enkele jaren de ge
kende «Geflugel-Zeitung» (waaraan we
een en ander ontleenen) op dat men
bij kunstmatig broeden maar al te
vaak twee voorname punten verwaar
loosde aanbrengst van vacht en aan
brengst van luchtstof. Daar men bij
ervaring weet dat de broedende hen
haar eieren in een bepaaloe vochtig
heidstoestand houdt, bevochtigt men
ook de eiers in de broedmachien. In
de meeste gevallen bekommerd men
zioh bitter weinig om de roodige hoe
veelheid water en laat dit dan maar
over aan het goeddunken van de
broeier. We hebben zrifs personen ont
moet die meenen opperbest te han
delen met bij het water wat keuken
zout te voegen.
Men is eveneens overtuigd dat de
verluchting in de broedkassen onvol
doende is, te meer daar een groot
gedeelte van de luchtstof opgeslorpt
wordt door het verwarmingstoestel ten
einde het verstikken der embryo's te
voorkomen heeft men zeer verschil
lende verluohtingssystemen uitgevon
den.
Maar noch de verluchting, noch het
aanbrengen van vocht zijn er in ge
slaagd het aantal sterfgevallen in de
schelp totaal te verdringen.
Sommige broeiers hebben van de
nood een deugd gemaakt en wijten de
sterkte in de sohslp of het onvoldoen
de uitkomen aan de broedkas of aan
wat men gewoon is te noemen zwakke
bevruchting ofwel ook nog beschuldigt
men de voeding der ouders.
Aan deze laatste redenen kan men
natuurlijk wel enkele sterfgevallen
wijten doch niet allen, verre van daar.
Een enkel bewijs hiervoor is wel dat
men in de best -geleide fokkerijen eer.
uitkomen van 100 t.h. kan bereiken en
in elk geval steeds de 97 t.h. over
schrijdt.
Wanneer men de schelp opent van
een kuiken dat daarin stierf zal men
opmerken dat het kuiken volledig ont-
wikke'd is en zelfs dat oijwijlen de
sohelp reeds doorboord werd.
Vele proefnemingen hebben bewezen
dat op het oogenbllik dat de kuikens
zich beginnen te bewegen ze juist
sterven. Alles samen genomen mag
men wel besluiten dat het broeien nor
maal verloopen is. maar dat het on
geval voorgekomen is wanneer het kui
ken de eerste bewegingen miek.
Het kan dus wel belangwekkend zijn
de omstandigheden te kennen welke
op dit oogenblik een ongunstige in
vloed kiunnen uitoefenen.
Vergelijken we even de embryo's met
doorwinterende dieren. Voor deze
laatsten bestaan om zoo te zeggen ge^n
bewegingen gedurende hun winterslaap
hun ademhaling is tevens tot het strikt
minimum beperkt. Zoohaast echter dt
bewegingen beginnen of herbeginnen
loopt het b oed sneller, is er een groo-
ter verbruik van luchtstof. Zoo heeft
ook het kuiken wanneer het de eerste
bewegingen maakt, meer luchtstof dan
vroeger noodig en nu is het juist op
dit moment, de 18e of 19e dag, dat het
meest sterfgevallen in de schelp voor
komen. Dus zou men moeten de hoe
veelheid luchtstof kennen welke op dit
oogenblik noodig is. Men kan dus ge
lijk geven aan dezen die beweren dat
men zou moeten zorgen voor een
extra-toevoeging van zuurstof. We die
nen er echter onmiddellijk bij te voe
gen dat zij die bij het broeien 100 t.h.
bereiken, volstrekt over geen flesch
zuurstof beschikken, welke zich o-p het
juiste oogenblik zou openen. Hetzelfde
geldt voor een broed-hen welke de
eiers totaa'. breekt wat zeker niet van
aard is om het, invoeren van zuurstof
te vergemakkelijken.
Hier dienen we op te merken dat hes
volstrekt noodig is dat de eierschaal po.
reus wsze zoo men wil dat de zuurstof
tot bij de embryo komt. De schelp nu
is gevormd uit een oneindig groot aan
tal kleine kristallen van koolzure kalk
waartussohen zich de porren bevinden
welke de verluchting mogelijk maken,
voor zooverre natuurlijk dat ze niet
verstopt wezen. Deze poriën kan men
niet vergelijken met het raatje door
een speld gemaakt. Deze Doriën slin
geren zich rondom de kristallen en
maken verschillende krommingen wel
ke verschillen volgens het ras. In feite
is de schelp nu een zeer gevoelige filter
welke gemakkelijk verstopt geraakt. Nu
is het .iuist deze filter met zijn mi-
kroskopisehe en zeer gevoel-ige poriën
welke men e^en dag met water be
sproeit en zelfs met hard water het
welk een heele reeks minerale zouten
bev?-t. Bij het besprenkelen nestelen
deze druppels zich in de poriën waar
de warmte ze verdampt, zcodat er in
een neerslag van nrnera'e zouten over
blijft welke de poriën kan verstoppen
Eerst zijn natuurlijk de fijnste poriën
verspot, de anderen volgen Zoo kan
het gebeuren dat deze poriën degelijk
verspot zijn, wanneer het kuiken het
meest zuurstof noodig heeft.
Om zioh een gedacht te vormen var
het kwaad dat hard water kan ver
richten denke men even aan de neer
slag welke zic-h vormt ln stoomketels.
Natuurlijk verschilt de stroktuur van
de schelp heel erg, ook kan de ver
stopping afhangen van de wijze van
besproeien... en niet het minst van
den aard van het water.
Uit dit alles moee blijken dat bil
het broeien geen enkele faktor, hoe
schijnbaar onbelangrijk ook, mag ver
waarloosd worden.
J M. TE ST. NIKLAAS-WAAS
Uwe konijnen lijden aan verkoudheid,
misschien zelfs in erge graad. Onder
zoekt even uw hokken. Waarschijn
lijk zijn er Tucht tochten, deze moet u
doen verdwijnen. Let ook of er ner
gens voohtigheid heersoht. Insgelijks
doen verdwijnen.
Verder zult u tijdelijk wat krachti
ger voedsel aan de betrokken dieren
geven.
Al onze lezers kunnen steeds koste
loos inlichtingen bekomen voor alles
ujat land- en tuinbouw betreft.
Let op dit
AKKER"-merk.