Hef passief
van de regering
Vanden Boeynants
Declercq
HET VRAAGSTUK
BRUSSEL
a
19e jaargang - Nr 44
Zaterdag 4 november 1967
De voorzitter van de BSP,
Leo Collard, leverde in de
vervroegde zitting van de
Kamer het bewijs dat er
juist geteld voor zowat 7
miljard 988 miljoen frank
nieuwe belastingen werden
ingevoerd.
Dat is dan het resultaat
van een politiek die door
de PVV gevoerd werd onder
het motto: «Geen nieuwe
belastingen!»
Men kan er nog bijvoegen
dat intussen de PVV ook
haar beloften vergat inzake
de belasting op de samen
voeging der inkomsten van
man en vrouw!
Nog een andere luchtbal
lon werd doorgeprikt, na
melijk deze van het begro
tingsevenwicht. Dit even
wicht bestond voor de be
groting van het jaar 1966.
Daaraan heeft deze CVP-
PVV-regering geen enkele
verdienste, want deze be
groting werd opgemaakt
door de regering Harmel-
Spinoy.
De heren Vanden Boey
nants en Declercq komen
nu, inzake de begroting
voor het jaar 1968, voor ra
dio en TV hun spelletje
herhalen dat gespeeld werd
voor de begroting van 1967.
Ook die begroting was in
evenwicht, echter slechts
voor korte tijd, want plot
seling werd door diezelfde
heren vastgesteld dat er zo
wat 5 tot 10 miljard frank
tekort zou zijn.
Bij dat alles bereikt de
openbare schuld rekordcij-
fers.
Men kan zich nog de
vraag stellen waar de be
perkingen gebleven zijn die
door die heren bestendig
werden aangekondigd, wan
neer men vaststelt dat zij
in 1968 zowat 40 miljard
frank meer gaan uitgeven.
Wat de levensduurte be
treft, kregen wij op onze
TV-schermen een nummer
tje van M. Van Offelen, de
PVV-minister van Ekono-
mische Zaken. Volgens hem
gaat alles goed, de levens
duurte stijgt, maar niet zo
erg.
Deze minister wist te ver
tellen dat de prijzen van
een aantal produkten «ge
blokkeerd» werden. Welnu,
er werd juist niets «geblok
keerd» en zo bijvoorbeeld
het vlees dat tot deze pro
dukten behoorde, bleef
voortdurend in prijs stij
gen.
Meer nog, de regering-
zelf heeft de levensduurte
in de hand gewerkt, de
regering zelf verhoogde de
prijzen van de sociale abon
nementen, van post, tele
graaf, telefoon.
De PVV beloofde tijdens
de verkiezingen op de
grootst mogelijke aanplak-
brieven dat zij een eind
zou stellen aan de stijging
van de levensduurte. Intus
sen is een PVV'er verant
woordelijk voor de politiek
van de prijzen; welnu het
resultaat is duidelijk: de
levensduurte steeg meer dan
ooit.
Wat nu met de ekonomi-
sche toestand van ons
land?
In zijn tussenkomst in de
Kamer heeft onze voorzitter
Leo Collard de toestand op
dat plan in eenvoudige taal
maar klaar geschetst. Hij
zei:
Ik stel vast dat wanneer
de ekonomische toestand
goed is, het aantal werk-
lozen vermindert en dat
i het de private onderne-
mingen goed gaat.»
Na deze vaststelling ging
Leo Collard verder:
In één jaar is het aantal
werklozen gestegen met
30.000 eenheden. Voor de
eerste maal sinds de gro-
te vooroorlogse krisis
worden de jonge arbeiders
door de werkloosheid ge-
troffen. Dat is een zeer
ernstige aanduiding.
Ik stel vast», zei Collard,
dat er 105.000 werklozen
zijn en dat er in de laat-
ste maanden 210 onder-
nemingen failliet zijn ge-
gaan!»
Ziezo, het is duidelijk, de
tee barometers voor onze
ekonomie, werkloosheid en
toestand van de onderne
mingen, duiden beiden een
ongunstige situatie aan.
De beoordeling van deze
CVP-regering kan dan ook
worden samengevat in één
zinsnede: ongunstig over
gans de lijn!
De sociale achtergrond
van onze eisen
Geen uitbreiding van
van «de olievlek
(Vervolg laatste bladz.)
voor
allen
EH
REDAKTIE EN ADMINISTRATIE ST.-PIETERSNIEUWSTRAAT 61
GENT Tel. 25.57.95 (1 lijnen) Postelieckreltenin» 567.83 sliet
Licht» Voor de abonnementsprijzen zie gewestelijke bladzijden.
Ver. uitgever DEKEYEN R., Koningstraat. Menen.
I
Vlaams socialistisch
k o n g r e s heeft te
fBj2. Klemskerke stelling
genomen tegenover
het probleem van de hoofd
stad.
De verslaggevej Mare Galle
had aan de hand van over
tuigend feitenmateriaal
aangetoond hoe de Vlaming te
Brussel wordt achteruitgesteld
en in welke mate de gemeen
tebesturen er de taalwetten
overtreden.
Wat Mare Galle naar voor
bracht wisten we reeds lang
of konden we alleszins ver
moeden. Het is de toestand die
de Vlaming in de hoofdstad
dagelijks ondervindt.
De besluiten van het kon-
gres liggen diensvolgens in de
lijn van datgene wat in de
brede kringen der Vlaamse
opinie wordt aangenomen.
We hebben deze niet geno
men ONDANKS we socialisten
zijn. maar precies OMDAT we
socialisten zijn.
Dat is voor ons zeer belang
rijk en dat moeten onze
franssprekende vrienden
trachten te begrijpen.
Wij hebben steeds als het
om taaiaangelegenheden ging,
de sociale ondergrond ervan
beklemtoond.
Mare Galle heeft in zijn
verslag wel degelijk aange
toond dat hij pleitte voor de
belangen van «de kleine man»
zoals wijlen Herman Vos
steeds heeft voorgehouden.
Inderdaad, wanneer er een
wanverhouding bestaat in de
struktuur van het gemeente
lijk personeel der negentien
gemeenten der Brusselse ag
glomeratie, denvijze dat de
hogere posten voor 88,7% aan
franssprekenden worden toe
vertrouwd en slechts 11,3%
aan nederlandstaligen, terwijl
dit voor het vierde niveau
(het werkliedenpersoneel) 54.7
voor de franstaligen en 45,3
voor de nederlandstaligen be
draagt, dan ligt het voor de
hand dat in hoofdstad het
vlaams nog steeds wordt aan
gezien als de taal van de huis-
vuilophaler.
Als Marc Galle in zijn ver
slag verwijst naar het feit dat
de Kommissies van Openbare
Onderstand in de negentien
gemeenten 206 franssprekende
dokters in dienst hebben en
geen enkele nederlandsspre-
kende, dan heeft hij in de
eerste plaats geüacht aan de
kleine man, die als hij in de
hoofdstad ziek wordt dikwijls
niet behoorlijk verzorgd kan
worden omdat hij (maar) een
Vlaming is
Deze toestanden, precies zo
als deze die op gebied van het
onderwijs bestaan, treffen ons
niet alleen als Vlamingen,
maar ook als socialisten. Wij
hebben dus een dubbele reden
om ze niet te aanvaarden.
Als we de zaken zo zien, dan
hebben onze taai-eisen enkel
een beperkt karakter. Wij wil
len geen «Brussel Vlaams» of
geen voorrang voor het Neder
lands in de hoofdstad. Wij
willen enkel gelijke rechten,
niets minder of niets meer.
Wij hebben evenwel moeten
ervaren dat men in de hoofd
stad ons deze gelijkgerechtig-
heid niet wil geven, dat men
het verfansingsapparaat on
gestoord wil laten verder wer
ken en dat men er zelfs niet
voor terugdeinst de taalwetten
te saboteren of plechtig aan
gegane verbintenissen eenvou
dig ie verloochenen.
Dat was zo voor de wetten
van 1932 en dat is zo voor de
ze van 1963. De ervaring heeft
ons geleerd dat we van de ge
zagdragers uit het Brusselse
zelf geen oplossing moeten
verwachten. Dat is van in
vloed geweest om te eisen dat
de wetgever aan de Neder
landstaligen in de hoofdstad
een gelijkgerechtigde behan
deling zou waarborgen en elke
sabotage op de taalwetgeving
zou sanctioneren.
Ook eisten we dat de agglo
meratie beperkt blijft tot de
19 gemeenten.
Waarom deze beperking?
Eenvoudig omdat elkeen ak
koord gaat dat men in ons
land naar een decentralisatie
moet gaan. Het centraal gezag
en het kapitalistisch beheer
hebben van Brussel een wa
terhoofd gemaakt, dat alle
krachten naar zich toetrok en
dit dikwijls ten koste van de
gewestelijke welvaart. Thans
moet men zich richten naar
een meer regionaal beleid, dat
heel wat energieverspilling
uitsluit en dat het voor Vla
mingen en Walen moet moge
lijk maken, meer dan tevoren,
zichzelf te zijn.
Als Vlamingen hebben we
een tweede reden om te wen
sen dat het «tweetalig gebied»
rond de hoofdstad geen uit
breiding neemt. Niet omdat
we tegen de tweetaligheid
zouden zijn, maar omdat we
bij ondervinding weten dat
deze tweetaligheid enkel een
draagretien is om de verdere
verfransing te bewerkstelli
gen en ze tenslotte uitmond*
op een francofone ééntalig
heid.