GERAARDSBERGEN
OP DE DREMPEL VAN DE 20e EEUW
Ten geleide door Louis-Paul Boon
De opkomst van het socialisme
in het Geraardsbergse
Uit het voorwoord
EEN UITTREKSEL OVER DE STRIJD IN
DE «STEKJESFABRIEK» VAN BYL-CAMPEN
Iets over «De Bloedwet» te Geraardsbergen
GERAARDSBERGEN
OP DE DREMPEL
VAN DE 20e EEUW
^VERZORGD DOOR DE CENTRALE VOOR SOCIALISTISCH CULTUURBELEID
DE PATRONALE
MOEDWIL GEBROKEN
3
«w ITi
BESTELLEN, HOE?
Door onze kameraden ABRAHAM RUIZ, gewestelijk sekretaris Algemene Cen
trale en GEORGES SPITAELS, gewezen federaal sekretaris B.S.P., werd een
bescheiden maar zeer interessant boek uitgegeven onder de titelGeraardsbergen
op de drempel van de 20" eeuw».
In onderstaande bijdrage stellen we u graag dit boek even nader voor.
Het is ter beschikking vanaf einde dezer maand.
Reeds meer dan eens is betoogd dat
Geraardsbergen één der lichtpunten is
geweest in de strijd voor de ontvoog
ding van de werkende klasse.
In Oost-Vlaanderen mag Geraardsber
gen aangewezen worden als een van de
belangrijkste kernen van de socialisti
sche strijd. Het is na Gent, met Aalst en
enkele andere steden een soort baker
mat van de socialistische arbeidersbe
weging in ons land.
Het is niet de officiële stichting van een
politieke partij, die de ganse geboorte
geeft van zijn politieke doctrine. Neen,
het is algemeen zo, dat een politieke
beweging veel later uitmondt in de
stichting van 'n politieke partij. In Bel
gië was dat de oprichting van de Belgi
sche Werkliedenpartij. Het ligt niet in
onze bedoeling de geschiedenis van de
voorlopers van het socialisme in Ge
raardsbergen te gaan beschrijven. Laat
ons enkel vaststellen dat in alle tijdper
ken van de menselijke geschiedenis,
zowel te Geraardsbergen als elders ter
wereld in zekere zin voorlopers van het
socialisme te vinden zijn. Aan het bezit
was steeds de macht verbonden. Toch
heeft de vraag van verdeling van de
rijkdom steeds de geesten wakker ge-
De Coöperatieve beweging heeft in 't Geraardsbergse veel bijgedragen tot de ontplooi
ing van het socialisme in wat een der ermste streken van het land was en helaas nog is.
houden en de klassestrijd doen ont
staan. Honger en onrecht dreven de
brede massa op straat, klaar voor de
revolutie.
Ook te Geraardsbergen
Wij dragen dit boek op aan alle socialis
tische pioniers uit Geraardsbergen.
A. RUIZ en G. SPITAELS
Hoeft het te verwonderen dat deze so
ciale ellende reakties uitlokte? De ar
beiders uit het Geraardsbergse, reeds
verschillende jaren terug bezield met
een socialistisch ideaal en eveneens
reeds in vakbonden gegroepeerd, zou
den verenigd tegen deze wantoestanden
ten strijde trekken. Hier volgt een be
langrijk aandeel in de bijdrage van de
strijd in de socialistische syndikale be
weging, die zich afspeelde in de luci
fersfabriek Byl-Campen waarover wij
het hier reeds hadden. Strijd die zich
afspeelt in 1910. Onderstaande be
schrijving van dit konflikt geeft een
duidelijk beeld van de hardnekkigheid
en de overtuiging alsmede de manier
waarop in die dagen de arbeiders voor
hun goed recht streden.
STAKING TEGEN
HET HONGERLOON
In de lucifersfabriek Byl-Campen be
ginnen de arbeiders onder impuls van
socialistische militanten te protesteren
tegen de bestaande werkwijzen en te
gen het hongerloon waarvoor zij 12 uur
per dag dienen te werken, zodat er een
werkstaking uitbreekt. Er was echter
geen geld voorhanden om de stakers
vergoedingen uit de betalen zodat er
besloten werd een hongermars in te
richten.
In dagblad «Vooruit» werd dit initiatief
van Geraardsbergse socialisten op de
frontpagina afgedrukt. Op zondagmor
gen 7 september ging een contingent
werkstakers vertrekken. Reeds vanaf
9.30 uur was het volkshuis proppens-
vol, en alles deed voorzien alhoewel
er geen bijzondere oproep was gedaan
dat het vertrek van dit eerste contin
gent stakers zou gepaard gaan met een
manifestatie zoals er nog nooit ge Ge-
.Sardsbergen werd gezien.
Om 10 uur stelde de fanfare zich in rang
op en op ongelooflijk korte tijd was eert
prachtige stoet gevormd. Zonder moei
lijkheden stelde deze zich in gang en
wanneer de kop van de stoet boven de
Grotestraat was, bemerkte men nog het
einde boven de Brugstraat. Voor het
huis var! Ryl die in de Lessensestraat
woonde had een talrijke menigte
postgevat en zelfs de tegenstrevers
Roesten toegeven dat er op dit ogenblik
ruim 5000 mensen in de stoet opstap
ten, uit volle borst zingend vaqjphand
aan hand, gans het land.
Louis Byl moet waarschijnlijk enkele
kwade momenten beleefd hebben toen
deze mensenzee voor zijn deur samen
het refrein eindigden «of 't zit erop bij
den dikke kop
EEN LEGENDARISCHE
HONGERMAAG»
Velen trokken mee naar «Planken»
waar de sekretaris Kd. De Mey een
krachtige afscheidsrede uitsprak. Enige
laatste handdrukken, enige laatste tra
nen vlug weggewist en de ganse troep
ging op stap, de trekzak op de rug naar
de richting Ath. Minstens 500 kamera
den vergezelden de stakers tot Lessen
waar enige tijd gerust werd. Na de rust
werd definitief afscheid genomen en
werd er opgestapt naar Ath waar zij op
vele kilometers van deze stad werden
opgewacht door de Waalse vrienden.
Verwelkomd op hartelijke wijze voelde
niemand de moeheid van de zes uur
lange mars, en krachtig zingend werd
door Ath getrokken waar aan de groep
Geraardsbergse stakers 87 fr. werd
overhandigd.
De dag daarop lag een even lange mars
in het verschiet. Van Ath naar Soig-
nies. In Maffles aangekomen werd het
een echt feest. Door deze kameraden
werd een groot diner aangeboden. Maf
fles gaf daarbij nog 63 fr. Na het af
scheid aldaar ging het naar Soignies,
naar de kermis. Zingend, lachend ging
het goed vooruit, en 's avonds om
streeks 20 uur stonden allen doodver
moeid maar toch dansend in het Volks
huis. Na een welverdiende rust werd de
volgende dag gebruikt om Soignies te
bewerken, spijtig genoeg moest er 's
middags gestopt worden wegens de
enorme regenvlagen. Doornat werd er
ontmoedigd naar het Volkshuis getrok
ken, maar die ontmoediging was vlug
verdwenen wanneer door partijgenoot
De Mey kenbaar werd gemaakt dat se
dert zondagavond reeds 388,08 fr.
werd samengebracht.
Bij de terugkeer van de stakers te Ge
raardsbergen zag het Stationsplein
zwart van het volk. Men kon op de
koppen lopen. Het socialistisch muziek
speelde, het volk danste en zong. Er
werd geweend bij het terugzien van al
deze vrienden, het was een aandoenlijk
schouwspel. Na dit terugzien werd er
naar het volkshuis getrokken waar er
een meeting plaatshad, maar ongeluk
kig genoeg was de grote zaal van het
Volkshuis veel te klein om al het volk te
bevatten. Hier werden de stakers ont
vangen door de sekretaris van de fos-
foorbewerkers die hen in hartelijke
woorden bedankte voor hun bewijs van
moed en opoffering, die er mede toe
bijgedragen had om L. Byl te doen toe
geven. Nadien kwam Fred Nichels aan
het woord die een klare uiteenzetting
gaf van de overeenkomst die inmiddels
was gesloten tussen L. Byl en Nichels.
Verder wenste hij de stakers geluk en
vertrouwde hun het solidariteitsgevoel
de Waalse vrienden altijd indachtig te
zijn.
Na Nichels sprak ook nog De Mey. De
stakers zongen op het einde van deze
meeting de internationale, en tot laat in
de avond stak het Volkshuis barstens
vol, en op de Grote Markt was het een
nooit geziene drukte.
Deze staking duurde 7 weken, maar de
overeenkomst die toen was gesloten
werd door Byl niet nageleefd, slechter
nog, de stekjesdoosjes die vroeger per
daguur moesten gevuld worden dien
den thans per stuk gevuld te worden,
zulks aan 28 centiemen per honderd
doosjes.
De meisjes beweerden aan zo een tarief
Groep stakende arbeiders (Geraardsbergen, juli-september 1910) in staking voor een
menswaardig bestaan.
tot hun bepaald dagloon van 2,60 fr.
niet te komen en eisten met recht de
uitvoering van de vroeger gesloten
overeenkomst, t.t.z. de doosjes te vul
len aan 2,60 fr. per dag.
Dit werd door Byl geweigerd en alle
onderhandelingen bleven vruchteloos.
Byl was een woordbreker. Partijgenoot
Nichels werd gelast een onderzoek in te
stellen en er greep een eerste zitting
plaats van het bestuur der fosfoorbe-
werkers van Geraardsbergen, de on
derhandelaars van L. Byl in tegen
woordigheid van de partijgenoten De
Mey van Geraardsbergen, en de vrien
den Flips en Bocqué van Aalst.
Op die zitting werd de oorzaak van de
strijd breedvoerig besproken, waarna
Nichels zich schriftelijk tot L. Byl heeft
gewend om hem een onderhoud aan
gaande de strijd te vragen om aldus
langs patroonszijde de oorzaak van de
strijd te kennen. Het kwam tot een ak
koord en onder toezicht van een opzich
ter ging men 8 of 14 dagen in dagloon
werken, om daarna het tarief te kunnen
vaststellen op grond van 2,60 fr. per
dag.
Na deze proef gaf Byl eindelijk toe. De
vulsters konden voortaan werken gan
een dagloon van 2,60 fr. per dag.
Dit nieuws liep als een vuurtje door de
stad. De strijd waarbij meer dan 200
arbeidsters betrokken waren werd door
de socialisten gewonnen. Men kon de
voldoening op ieders gezicht lezen.
Onmiddellijk werden de muzikanten
verwittigd, en voorafgegaan door de
fanfare trokken lange slierten arbeiders
door de straten van Geraardsbergen.
ARBEIDERSSOLIDARITEIT
IN BITTERE ARMOEDE
Als hier de grote staking van de arbei
ders van de fabriek Byl-Campen be
schreven wordt is dit om aan te tonen
hoe op de drempel van de 20e eeuw de
werkende klasse zich moest opstellen
om haar rechten te doen zegevieren!
De stakers zongen toen: «Een, twee,
drij, dat halfken moet erbij!».
En als nog een woord mag gezegd wor
den over deze staking dan is het wel
het feit datnaast al de moeilijkheden
om in die dagen met zwakke vakbon
den de ekonomische toestand eerder
naar de slappe kant was in de stekjesin
dustrie
Niet enkel het arrondissementeel socia
listisch weekblad «Recht en Vrijheid»
wijst op deze toestand, doch ook het
socialistisch dagblad «Vooruit» laat
zich niet onbetuigd.
Sedert het begin van 1910 heerste gen
buitengewone hevige krisis in de allu-
mettenfabrieken. Wekelijks werden
honderden werklieden werkloos, zodat
de mensen aldaar grote ellende kenden.
In vele huisgezinnen heerste bittere ar
moede. In de arbeiderswijken was een
algemene verslagenheid ingetreden.
Niet zonder nadrukkelijke fierheid
schreef het blad «Recht en Vrijheid»
dat temidden van deze ontberingen en
verslagenheid de socialistische vak
bonden hun plicht deden!
«Sedert januari betaalde de socialisti
sche phosphoorbewerkersbond meer
dan 11.000 fr., zegge elfduizend fr., uit
aan haar leden». Er wordt zelfs aan
toegevoegd dat daar waar geschillen
oprezen het energiek optreden van deze
vakbonden het ergste voor de werkende
bevolking kon vermijden!
In die donkere dagen steunde de ene
beroepsvereniging de andere. Het was
een prachtwerk van solidaritteit dat
respekt afdwong.
Men hoeft geen geleerde te zijn om vast
te stellen dat het juist in deze sombere
omstandigheden is dat de werkende
klasse zich het meest aaneensluit, om
gezamenlijk op te treden en zich onder
ling te ondersteunen. Welk een grote
moraal, al is het temidden van misken
ning! Maar het patronaat laat zich ook
niet onbetuigd
De sociale strijd blijft een steeds boei
end en fascinerend onderwerp, een glo
rierijke bladzijde die aan de Europese
geschiedenis werd toegevoegd, ge
schreven als het ware met het bloed, het
zweetende tranen van de arbeider zelf.
Toen kort na het boek «Een terugblik»,
de geschiedenis der Gentse Socialisti
sche Partij, ook nog het onmiskenbaar
geworden boekje «Jan Bijl of de eerste
socialisten van Aalst» verscheen,
schreef Edward Anseele hiervoor een
inleidend woord, waarin hij met nadruk
de wens uitte, dat verdere werken hier
over zouden verschijnen en elk indus
triestadje haar eigen arbeidersgeschie
denis zou te boek stellen als een rode
bloem die weer werd toegevoegd aan
de geschiedenis der arbeiderspartij.
Dit is nu ook gebeurd voor het Ge
raardsbergse. In samenwerking brach
ten Abraham Ruiz en Georges Spitaels
in hun boek over de sociale strijd in het
Geraardsbergse allerlei belangrijke we
tenswaardigheden aan het licht, die an
ders vrij spoedig voor immer zouden
verloren gegaan zijn.
We weten het, vele en moeizame op
sporingen, waarvan de lezer zich geen
denkbeeld kan vormen, gaan aan derge
lijk boek vooraf. Het meeste is reeds,
jammer genoeg, verloren en vergeten
geraakt. De arbeider der negentiende
eeuw wist niet dat hij door zijn strijd
geschiedenis aan het maken was.
Weinig of niets hebben ze opgeschre
ven oPbewaard. Trouwens, veel moest
in het begin ondergronds gebeuren,
verenigingen werden meestal in stil
zwijgendheid opgericht en zo weinig
mogelijk werd op verraderlijk papier
gezet.
Echte dokumenten zijn nog zeer
'schaars te vinden: van de in allerhaast
gedrukte en verspreide manifesten en
vlugschriften werden geen exemplaren
bewaard voor een mogelijk archief.
Stakingsliederen aan de poorten der fa
brieken verkocht aan één cent tot steun
van de stakers zijn niet meer te vinden.
En als men toch nog een vergeelde en
versleten nummer ervan in handen
krijgt, stelt men vast dat het jaartal ont
breekt en zelfs meestal de naam van de
drukker niet wordt vermeld.
Een ander en tot nog toe niet belicht
aspekt van deze strijd is bovendien, dat
in de wildste jaren van het opkomend
socialisme dit nog nauw verwant is met
het revolutionaire en alles omverwer
pend anarchisme. Men had immers het
roekeloze, fascinerende en begeeste
rende voorbeeld der Parijse commune
voor ogen. Heel wat dezer allereerste
socialisten, in feite «communards» en
veelal daadwerkelijke anarchisten,
gingen de gevangenis in. Hierdoor ver
zwijgen nazaten vrij dikwijls de glorie
rijke daden hunner vaderen, omdat on
eer, schande en gevangenschap er het
bittere loon van was. Een ander hinder
paal zijn de beide wereldoorlogen ge
weest, waar bij de komst der vreemde
legers alles inderhaast werd verbrand,
om aan vervolging en terreur te kunnen
ontsnappen.
Toch slaagden RUIZ en SPITAELS
erin nog heel wat over de sociale strijd
ook in het Geraardsbergse te achterha
len Het blijkt dat ze bo ve ndien ook nog
onschatbaar fotomateriaal wisten te
ontdekken. Het boek dat ze ons bren
gen had niet de bedoeling of de preten
tie, er een literair waardevol gedrocht
van te maken. Hoofdzaak was, vast te
leggen wat nog aan anders reddeloos
verloren gegane feiten en gegevens kon
teruggevonden worden. Hierin slaag
den ze. Dank zij hun werkwijze, waar
bij naast de blik op het Geraardsbergse
steeds het ganse land betrokken raakt,
krijgt de lezer het nodige historische
overzicht. Ook de indeling in aparte
hoofdstukken, waarbij afzonderlijk het
ontstaan van de partij, vereniging, zie
kenbonden dergelijke wordt geschetst,
maakt alles duidelijk over
zicht tbaar.
Als pioniers in het achterhalen van wat
in het Geraardsbergse gebeurde, heb
ben ze een eerste noodzakelijke weg
gebaand, de kans gevend aan latere on
derzoekers en geschiedschrijvers al het
bijeengezamelde materiaal verder uit te
werken. Tevens wordt uit hun boek
eens te meer duidelijk, dat de arbeiders
onzer eigen «Drie Zustersteden»
Aalst, Geraardsbergen, Ninove in
deze sociale strijd steeds zijde aan zijde
stonden, en tot een gemeenschappe
lijke en niet meer van elkaar te scheiden
sociale strijd der «Denderstreek» werd.
De weg naar nog diepgaander en alge
mene studie dezer Denderstreek ligt nu
open.
Louis-Paul BOON
De Socialistische Jonge Wacht van Geraardsbergen.
Het was in oktober 1867 dat sterke be
roering ontstond rond de militiewet.
Als vanzelfsprekend waren het de an
timilitaristische kernen en groepen die
zich heftig verweerden tegen deze wet.
Overal, in de steden en gemeenten
werden meetings georganiseerd om de
«bloedwet» aan de kaak te stellen. Niet
enkel het oorlogsbudget en de krijgslas
ten moesten worden ingekrompen,
doch de bloedwet ongedaan gemaakt.
In dit verband sprak Coenen Philip
(1842-1892) een van de grondleg
gers van de socialistische syndikale
beweging, en schoenmaker van beroep
tesamen met een andere arbeider
Labaer op 18 oktober 1867 te Antwer
pen volgende woorden: «Het volk eist
meer, het wil de afschaffing van de
bloedwet en van de loting die de krijgs
last bijna uitsluitend op de arbeiders
klasse laat wegen; de werkman heeft
gaan vaderland; er bestaat voor hem
geen gelijkheid, bij de stembus evenmin
als ergens anders. Wij moeten goed en
bloed van anderen verdedigen, maar
zelf bezitten wij geen vrijheid
Tot in het jaar 1914 was er een militie-
wet die men de «loteling» noemde,
waardoor de rekrutering van het Be
lgisch leger, op het systeem van de lo
ting met mogelijkheid tot afkoop, be
rustte.
De rijke lieden wiens zoon een onpare
nummer trok uit de beruchte trommel,
diende ook soldaat te worden Had
men dart 200 a 3000 F ter beschikking,
dan werden deze op de tafel van het
hoodlijdendc arbeidersgezin neerge
teld, de plaatsvervanger was gevon
den en «aangekocht»!
Politiek gesproken kon men dus stellen
dat op die manier een leger ontstond
van «bezitlozen» om het vaderland van
de «bezittenden» te verdedigen! Van
daar ook de bewering dat de arbeider
geen «vaderland» bezat!
Zelfs door de nadruk te leggen op de
werving van vrijwilligers, bracht de
nieuwe militiewet van 21 maart 1902
geen oplossing aan de bestaande be
narde toestand. Bepaald omdat deze
niet raakte aan het lotelingensysteem.
De herziening van deze militiewet
kreeg een aanvang in de parlementaire
diskussies in het jaar 1908. Wat later
werd door de socialistische voorman
nen Vandervelde en Anseele een
amendement ingediend waarbij de
dienstduur van 20 op 15 maanden
moest worden verminderd.
In al die jaren en nog vele jaren nadien
zou de leiding van het leger in handen
zijn van franssprekende officieren!
Bij de Vlamingen lokte dat hoe lan
ger hoe meer vinnige reakties uit!
Vooral aan het front tijdens de eerste
wereldoorlog van 1914-1918... Dat
alles was voedsel voor de Vlaamse Be
weging!
Of de Vlaamse Beweging hiermede de
juiste opties nam, is een andere kwes
tie.
Het was de tijd van: «pour les fla-
mands, c'est la même chose»!
Aldus bevestigde de heersende klasse
ook zijn heerschappij in het leger. De
bourgeoisie had de sleutelposities in
handen en liet zich naar eigen recht
gelden, zonder aan iemand rekenschap
te moeten geven!
Wij hebben gemeend deze enkele aan
duidingen te moeten neerpennen opdat
de moedige uitroep van Camiel Mau-
dens «weg met de bloedwet» beter zou
begrepen worden.
Net zoals overal elders was ook te Ge
raardsbergen de militiewet, die men in
de volksmond de loteling noemde, van
toepassing. Wanneer de datum van
deze «loting» te Geraardsbergen werd
bekendgemaakt, heerste er bij de arbei
ders, en vooral bij de jonge mensen die
hun «lot» moesten gaan trekken grote
neerslachtigheid. De jonge mensen die
reeUs vanaf hun kinderschoenen tussen
de lompe muren van de stekjesfabrie-
ken vertoefden om aldus centen te ver
dienen, liepen de kans om verplicht
soldaar te worden. Dit betekende dat
voor een bepaalde periode een jonge
ling die een onpaar nummer trok, en
dus onder de wapens moest niet meer
kon gaan werken, zodat het gezinsin
komen merkelijk werd verminderd.
Te Geraardsbergen gebeurde deze
plechtigheid altijd op het stadhuis in
tegenwoordigheid van burgemeester en
schepenen en drie of vier officieren. Er
stond een trommel opgesteld die men
deed draaien en elke dienstplichtige
moest een nummer trekken. Deze «lo
ting» bracht steeds heel wat volk met
zich. Diegenen die moesten komen «lo
ten» waren meestal vergezeld van ou
ders en familieleden die met de schrik
in de schoenen en een benepen hart het
lot van hun vriend, broer of zoon zagen
voltrekken.
Toen één van de toenmalige socialisti
sche voormannen aan deze trekking
moest deelnemen, en de burgemeester
aan partijgenoot Camiel Maudens
vroeg of hij nog grieven had, riep deze
uit volle borst: «WEG MET DE
BLOEDWET!» Deze uitroep werd
door de vele omstaanders op gejuich
onthaald en sindsdien noemde men
Camiel Maudens in het Geraardsbergse
«den bloedwet».
De socialistische turnkring
streek.
Rust Roest» behoorde tot de aktiefste verenigingen uit de
U kan het boek bestellen:
Door storting van 250 fr. op rekening 870-0001030-26 van de
centrale voor Socialistisch Cultuurbeleid te Aalst.
door kontante betaling op het federaal sekretariaat te Aalst.
via de plaatselijke B.S.P. en C.S.C.-verantwoordelijken.
Zorg ervoor dat u deze unieke studie in uw bezit krijgt.