Strikt leefmilieubeleid primordiaal voor Vlaamse socialisten Milieu weekend Zelfverdedi ging JCODEP CSC-Vormingswerk Gewest Aalst Kadervormingsavond: De sociale zekerheid in discussie «Voor Allen» -19 juni 1987 -5 van het Leefmiiieu En er moet dringend iets gedaan worden Elke vrouw, jong - oud - klein - zwak - sterk, kan zich leren verdedigen tegen ge weld. Niet alleen tegen het zware geweld van mishande ling of verkrachting, maar ook tegen de dagelijkse "van zelfsprekende" inbreuken op haar eigenwaarde: ongewen ste aanrakingen, schuine moppen op de rug van vrou wen, psychische druk en ver bale intimidatie. Nuttige informatie SPAARBANK Donderdag 2 juli 1987 om 20 uur Volkshuis, Markt 8 te Zottegem Cursusleider/inleider: Frank Vandenbroucke (Volksvertegenwoordiger). Programma: - inleiding door Willy Vernimmen - diamontage «Sociale Zekerheid» (H. Vos-instituut) - uiteenzetting door Frank Vandenbroucke - debat - documentatiemateriaal. Een must voor alle CSC-afdelingsverantwoordelijken en belangstellenden in de problematiek. vervolg van pag. 1 SP altijd een belangrijke plaats ge had: de strijd voor de verbetering van de arbeids- en woonomstandig heden van de arbeiders vormde mee de basis van de socialistische beweging zelf. Echter, in die periode, honderd jaar geleden, situeerden die leefmi lieuproblemen zich in de directe produktiesfeer, in de fabrieken en in de onmiddellijke omgeving er van waar de arbeiders gehuisvest waren. Uit de eerste acties tegen de mise rabele omstandigheden waarin de arbeiders werkten en leefden ont stond de socialistische beweging: zij slaagde erin om een juiste analyse te maken van de oorzaken van de miserabele omstandigheden en zij kon dus de arbeiders organiseren in een toch wel succesvolle strijd met het oog op betere werk- en beter woonomstandigheden De socialistische beweging is er in geslaagd aan die leef- en werkom standigheden veel te verbeteren en tegelijkertijd zich op te werpen als de verdediger van de arbeider van toen, van de kleine man. Vandaag, zijn de leefmilieuproble men veel belangrijker, veel groter in omvang en in impact geworden. Vandaag wordt niet alleen het le ven in en rond de fabrieken, maar het hele leefmilieu bedreigd. De waterlopen in Vlaanderen zijn sterk vervuild. De lucht- en bodem kwaliteit, die tot voor een tijd al leen wetenschapsmensen veront rustte, is er zo sterk op achteruit gegaan dat nu ook land- en tuin bouwers zich zorgen beginnen te maken. De industriële afvalstoffen vormen een onvoorstelbaar grote bedrei ging voor het milieu. Bovendien is het effect van al deze soorten ver ontreiniging cumulatief. Er ont staat een kringloop van vervuiling. Verontreinigende elementen in de lucht vervuilen de bodem en het oppervlaktewater, en komen na verloop van tijd in het grondwater terecht. De situatie wordt zo lang zamerhand kritiek. Voor de socialisten komt het er nu op aan een duidelijke analyse te maken van wat in deze evolutie oorzaak en gevolg is en ons ook nu op te werpen als de verdediger van de belangen, maar nu niet alleen van de kleine man maar van al die mensen. Concreet betekent dat twee dingen: 1. Wij moeten op erg korte tijd redden wat er te redden valt. 2. Wij moeten op iets langere ter mijn via een sensibilisatie van de bevolking, en dat moet vooral op het niveau van de gemeente gebeuren, kunnen komen tot een inzicht bij de bevolking van wat er in deze problematiek oor zaak en gevolg is en wie verant woordelijk is en aan welke kant staat. Als wij erin slagen dit bewustzijn, dit inzicht over te dragen zal dat leiden tot een grondige verschui ving in de politieke krachtsverhou dingen in Vlaanderen en ik denk eerlijk, dat er dan een kans bestaat om ten gronde de oorzaken van de leefmilieuvervuiling aan te pakken. Het hoeft geen betoog dat we er vandaag nog niet in geslaagd zijn dat tweede punt te realiseren. Daartoe zijn een aantal oorzaken, en ik denk dat de grote lijnen van onze politiek er moeten op gericht zijn die oorzaken ongedaan te ma ken om een aanvang te kunnen nemen met wat ik genoemd heb de bewustmaking, de wijziging van de politieke krachtsverhoudingen. Welke doelstellingen worden bedoeld? 1. Een socialistisch leefmilieube leid moet de feitelijke irrationa liteit van het beleid zoals het nu gevoerd wordt aantonen. Wij moeten aan de bevolking, aan onze eigen partijmensen, beginnen aantonen dat het be leid dat nu gevoerd wordt niet leidt en niet kan leiden tot een grondige oplossing. Wij moeten daartegenover een leefmilieubeleid voeren, het on ze, dat vertrekt van een duidelij ke sociale, morele en politieke visie. Honderd jaar geleden was ondanks de zogezegde economische noodzaak daartoe kinderarbeid voor ons niet aanvaardbaar. Vandaag, ondanks zogezegde eco nomische noodzaak tot vervuiling, is de vervuiling voor ons niet aan vaardbaar. 2. Wij moeten erin slagen de be voegdheidsopsplitsing, de op splitsing van verantwoordelijk heden inzake leefmilieu, onge daan te maken. Die opsplitsing, vandaag, tussen gemeente, pro vincie, gewestelijk niveau en op die verschillende niveaus, bv. het gewestelijke, tussen de ver schillende ministers, maakt het onmogelijk voor de socialisten, waar zij aan de macht zijn, een duidelijke profilering te realise ren. Altijd moeten maatregelen genomen worden in colleges, in groepen, in coalities. Altijd moeten compromissen gesloten worden. Bijna nooit kunnen de verantwoordelijkheden duide lijk gesteld worden, noch voor de goede, noch voor de slechte beslissingen in het verloop. 3. Wij moeten de inspraak, zoals die bijvoorbeeld op het vlak van de ruimtelijke ordening, onder druk van de problemen, onder druk van de mensen is tot stand gekomen, wij moeten die in spraakprocedures gebruiken om aan de bevolking duidelijk te maken waar de oorzaken zijn en waar de gevolgen. In de inspraakprocedures, -ron des en -structuren moet het be leid dat de leefmilieuproblemen veroorzaakt ter discussie staan. Dus niet alleen de gevolgen maar ook de oorzaken. Die oor zaken liggen meestal, alleszins zeer dikwijls, op andere domei nen dan die van het leefmilieu beleid. Ik denk dat het voorbeeld van de TGV, van autostrades duide lijk is. 4. Een zeer belangrijke doelstel ling is ook het verbinden van onze acties op parlementair en op gemeentelijke vlak (op het niveau van onze mandatarissen) met acties aan de basis, in de leefmilieugroepen. Het anti-par tijpolitiek karakter waarin van daag de meeste of toch zeer vele basisgroepen functioneren, is voor diegene die aan de macht zijn en die verantwoordelijk zijn voor de leefmilieuverloedering een geschenk van de hemel. Zo lang zij erin slagen dit anti-par tij-politiek karakter in stand te houden, kan er namelijk geen grondige wijziging komen van de politieke verhoudingen, en alleen zo kan in ons democra tisch bestel een wijziging in de gevoerde politiek nog altijd ge realiseerd worden. Ik denk dat het belangrijk is hier dan ook te onderstrepen dat het functioneren van een politieke partij zoals Agalev een stap vooruit is ten aanzien van die anti-partijpolitieke opstelling van veel basisgroepen. Maar wij moeten durven zeggen dat onzes inziens die eerste stap vooruit gevolgd moet worden door een tweede, een stap naar de socia listische beweging toe, omdat zij in haar ervaring van 100 jaar gevechten met diegenen die ver antwoordelijk zijn en die de macht hebben, bewezen heeft een strategie, macht en midde len te hebben ontwikkeld om écht iets te doen. Onder het CVP-PW-beleid, natio naal en gewestelijk, zijn ook op dit domein onherstelbare fouten ge beurd. Deze regering, en met name ook de man van deze stad, de Heer Lenssens, hebben zich beijverd om met dure reclamecampagnes en TV-spotjes imago's te creëren: «In Vlaanderen wordt geleefd» en «In Vlaanderen wordt iets aan het leef milieu gedaan». In Vlaanderen worden milieulabels uitgereikt aan alle denkbare bedrijven, aan de grootste vervuilers eerst. Tegen die vervuilers wordt echter zo goed als niets gedaan. Een paar voorbeel den: Philips Petroleum (ik denk dat niemand het belang van wat hier gebeurd is, op dit domein kan on derschatten). Wat gebeurd is rond het bedrijf B.A.S.F. in de Ant werpse haven is op een ander do mein even afschrikwekkend. Ten gronde wordt geen beleid gevoerd en gaat het van kwaad naar erger. En nochtans kan deze regering, kan Minister Lenssens, niet beweren dat er geen middelen zijn om een beleid te voeren. Tijdens de relatief korte periode dat de socialisten in 1980-81 de verantwoordelijkheid voor leefmi lieu hebben gehad, zijn wij erin geslaagd een heel arsenaal aan in strumenten ter beschikking te stellen. Deze instrumenten, door ons ter beschikking gesteld, betreffen alle domeinen van het leefmilieubeleid voor zover Vlaanderen terzake be voegd is. Zowel dus het natuurbehoud, de natuurvisserij, de jacht- en vogel bescherming, het bosbeleid, de landschapszorg, het drinkwaterbe- leid, het waterzuiveringsbeleid als het afvalstoffenbeleid. Ik zal hier vandaag geen toelichting geven bij wat wij op al die domeinen hadden ter beschikking gesteld en wat daar van is terecht gekomen. Eén voorbeeld moge volstaan, dat van het afvalstoffenbeleid, dat van de OVAM. Wanneer wij de OVAM hebben opgericht, in okto ber 1981, door middel van het de creet van 2 juli van hetzelfde jaar, waren onze ambities groot en de middelen in ons decreet van 2 juli 1981 ingeschreven waren navenant. In het decreet was de oprichting van de OVAM voorzien. Door het functioneren van deze maatschap pij moest een einde komen aan de versnippering van de bevoegdhe den en de broodnodige coördinatie mogelijk worden. Door de inrich- Marc Galle, «groen uithang bord» van de SP... of de verper soonlijking van de efficiënte aanpak van het leefmilieupro bleem door de Vlaamse Socialis ten. ting van de meldingsplicht moest de overheid te weten komen welke afvalstoffen geproduceerd werden. Die gegevens moesten in een data bank opgeslagen worden. Door de instelling van milieuheffin gen moest het principe «De vervui ler betaalt» toegepast worden. Door de invoering van de mogelijk heid om de produktie van stoffen te reglementeren en te voorkomen kon voortaan in Vlaanderen een effectief voorkomingsbeleid gerea liseerd worden. Door de creatie van een verorde nend afvalstoffenplan, een soort gewestplan met gebiedend karak ter, dat een beleidsvisie voor 5 jaar inhield, kon het Vlaams Gewest zijn globale afvalverwerking in goe de banen leiden. Wat is daarvan nu terechtgeko men? Ik stel met spijt vast dat mijn opvol ger, de Dendermondenaar Jan Lenssens, enkel een bepaald soort zaken heeft gerealiseerd, m.n. die die electoraal goed in de markt liggen en die geen confrontatie in houden met de echte verantwoor delijken voor het leefmilieubeleid. Wat is er gebeurd: er zijn een aantal vergunningen geordend en er zijn een belangrijk aantal sluik stortplaatsen gesloten en geregle menteerd. Alhoewel ik zelfs hier moet vaststellen dat de belangrijk ste verdienste in het decreet van 2 juli 1981 ligt, waardoor alle vergun ningen voorafgaand aan het decreet vervallen werden verklaard. Ik wil in de marge ook herinneren dat een belangrijk amendement, dat toendertijd werd ingediend om dat te verhinderen door niemand minder dan CVP-volksvertegen- woordiger Suykerbuyck, die het uiteindelijk, en pas na zeer scherpe discussies, heeft ingetrokken. Een aantal stortplaatsen werden dus gesloten, krachtens het de creet. Maar de belangrijkste doel stellingen van het decreet liggen politiek voor een CVP-er zo moei lijk dat ze niet uitgevoerd zijn of helemaal ontkracht. Er is tot op vandaag in uitvoering van art. 8 van het decreet dat het voorkomen van afvalstoffen moge lijk maakt geen enkel besluit ge troffen. Er is dus aan dit essentiële artikel geen enkele uitvoering gege ven. Het blijft bijgevolg noodzake lijkerwijze kurieren am symptom. Er zijn tot op vandaag nog steeds geen milieuheffingen. Onder druk van de S.P. in de Commissie Leefmilieu van de Vlaamse Raad, onder voorzitter schap van L. Vanvelthoven, heeft Lenssens toch een decreet voorge legd dat op 22 oktober van verleden jaar is goedgekeurd en waarin geen sprake meer is, zoals ik had voorge steld, van heffingen op produkten, de belangrijkste vorm van heffin gen uiteraard. Wat wel in_ dat decreet van 22 oktober voorkomt: de heffingen op de vergunninghouders (secundair) is tot op vandaag en wij zijn 13 juni 1987, nog steeds niet uitgevoerd. De vraag mag gesteld worden of deze niet-uitvoering van de eerste fiscale inkomsten voor het Vlaams Gewest doelbewust is of het gevolg van onbekwaamheid. Een derde belangrijk voorbeeld van niet-uitvoering van de essentië le zaken uit het afvalstoffendecreet is uiteraard wat gebeurd is met het afvalstoffenplan. In dit afvalstof fenplan zijn de financiële middelen ten indicatieven titel opgenomen, uiteraard is dat zo, er zijn immers geen financiële middelen gelet op wat ik daarjuist zei inzake de mi lieuheffingen. Uiteraard is het dan ook zo dat zonder de aanwezigheid, zonder de juiste stipulering van welke financiële middelen voor wat vrij gemaakt wordt, de realisatie van dit afvalstoffenplan ver onder maats zal blijven en niet anders kan dan dat blijven. Een laatste voorbeeld dat ik hier wil geven is het uitblijven van de oprichting door de OVAM van de klasse I-stortplaatsen. De OVAM is een parastatale A geworden en geen overheidsbestuur omdat het mijn grondige overtuiging was dat de overheid op dit domein actief moet kunnen gaan optreden. De Heer Lenssens heeft verzuimd daaraan gevolg te geven en op nieuw worden vandaag vergunnin gen uitgeleverd voor de verwijde ring van industriële afvalstoffen op stortplaatsen aan particuliere be drijven die nu in quasi monopoly- posities komen met alle gevolgen vandien uiteraard voor het leefmi lieu en voor de financiële situatie van het Vlaams Gewest. Ik denk dat dit ene voorbeeld van wat met de door ons ter beschik king gestelde middelen is gebeurd volstaat om aan te tonen waar het verschil ligt tussen een socialistisch leefmilieu en een zogezegd leefmi lieubeleid, dat van de CVP-PW- coalitie. Wij kunnen en moeten grondige maatregelen voorbereiden en ne men die de grote vervuilers, de oorzaken van de vervuiling aanpak ken en tegelijkertijd de bevolking inzake deze problemen sensibili seren. Zij kunnen, gelet op de verhouding met financiële en ander belangen groepen - ik citeer de rol van de Boerenbond in het Drijfmestschan- daal - nooit de echte vervuilers aanpakken en houden zich noodge dwongen bezig met het om de tuin leiden van de burger. Op gemeentelijk vlak is dit essen tieel verschil tussen ons socialisten en de CVP - PVV eveneens aan wezig. Vandaag zullen wij de SP-voorstel- len voor een gemeentelijk beleid inzake leefmilieu en ruimtelijke or dening zoals dit door een werk groep onder mijn voorzitterschap werd voorbereid, bespreken, aan vullen en verbeteren. Wij hebben er voor geopteerd dit te doen in deze open studiedag': im mers, alleen de grootst mogelijke openheid kan ons de veelheid aan initiatieven en aan dynamiek waar borgen die nodig is om in dit dos sier de krachten te mobiliseren om de confrontatie met de milieuver vuiler aan te gaan. Vakantie kan je ook op een nuttige en toch ontspannende manier door maken. Dit is de bedoeling van het milieu-edukatieweekend van Socia listische Vrouwen. Naast de nodige theoretische uitleg wordt er ruime aandacht besteed aan de praktijk door o.a. de bos wandeling en de Noordzeeuitstap. Dit alles zal in een zeer ontspannen vakantiesfeer gebeuren. Voor wie dus meer wil weten over milieu-edukatie in het gezin en het aktieterrein van Greenpeace kan best dit aanbo.d niet naast zich laten liggen. Op zaterdag 11 en zondag 12 juli 1987 in Vakantiecentrum Den Blekkaard, Torenhofstraat 2 te 8420 Klemskerke. Kostprijs: kinderen onder 3 j.: gratis Voor het ganse weekend: van 3 tot 7j. 1.000 fr. van 8 tot lij. 1.200 fr. volwassenen: 1.350 fr. In de kostprijs zit middagmaal en avondmaal voor de eerste dag overnachting de bootreis. Voor de tweede dag is alleen ontbijt voorzien. Op de boot kunnen broodjes, koude schotel en drank verkregen worden aan demokrati- sche prijzen. Kostprijs voor de edukatieve boot- uitstap: 500 fr. Vertrek om 9 u. stipt aan de vuur toren in Oostende (Bredene). Inschrijvingen zijn pas definitief na storting of betaling. Graag inschrij ven voor 3 juli 1987. Voor meerdere gegevens kan U steeds kontakt opnemen met het SV-sekretariaat op tel. nr.: 02/ 513.28.78, toestel 158. Als je: - jezelf de moeite waard vindt om je te verdedigen, - je niet op je kop wil laten zitten, - meer zelfvertrouwen wil krijgen en sterker wil worden op alle fronten, - handige tips en truuks wil leren, - wil afrekenen met je gevoelens van angst voor agressie, geweld, pijn en macht. Dan organiseren de Socialistische Vrouwen voor jou een basis- en een vervolmakingskursus"zelfverdedi ging: de daad bij het woord!" i.s.m. Katelyne Onderbeke. De basis- en vervolmakingskursus verlopen volgens éénzelfde pro gramma, doch de inhoud zal aange past worden naargelang het deel. Basis: zaterdag 22 en zondag 23 augustus 1987 Vervolmaking: zaterdag 3 en zon dag 4 oktober 1987. Plaats: Vakantiecentrum Den Blekkaard, Torenhofstraat 2, Klemskerke. Tel.: 059/23.32.81. Begeleiding: Katelyne Onderbeke, Anne Roelants. Kostprijs per deelnemer: Basiskursus 1.650 fr. Vervolmaking 2.030 ff. Partners en kinderen zijn ook wel kom (maar moeten hun handen thuishouden). De prijs omvat voor de deelne mers: verblijf, maaltijden, vor- mingsaktiviteiten, verblijfltaks, kinderopvang). Doelgroep: alle vrouwen, ongeacht lengte, konditie of gewicht. Inschrijvingen vóór 5 augustus 1987 (basis) en vóór 15 september 1987 (vervolmaking). Wil je meer weten over de kursus- sen dan kan je terecht bij Anne Roelants, Socialistische Vrouwen, Keizerslaan 13 te 1000 Brussel, tel.: 02/513.28.78, toestel 158. Waterbezoedeling tot en met; dergelijke toestanden zijn voor de SP absoluut ontoelaatbaar. Effectievere bestrijding dringt zich dan ook.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1987 | | pagina 5