Standpunt
Over statussymbolen
en racisme
Beschouwingen bij
een nieuwe Federale
werkingsperiode
"Voor Allen" - 21 januari 2000 3
Een beetje sociologie
V.
In ons veertiendaags magazine Voor Allen, gaan we van start met een nieuwe rubriek
'STANDPUNTEN'genaamd.
Het is de bedoeling dat S-mandatarissen, militanten, bestuursleden en om het even wie, die
zich verbonden voelt met de socialistische beweging (partij, vakbond, mutualiteit, coöpe
ratieve) zijn/haar mening verkondigt over sociaal-economische en andere maatschappelij
ke problemen.
Niet iedereen moet immers dezelfde opvatting delen en kan gerust zijn/haar standpunt via
dit kanaal naar buiten brengen. Tendensrecht moet immers een vast gegeven blijven in on
ze socialistische beweging, die gelukkiglijk nog steeds een massabeweging is en waar de
stem en belangen van haar achterban dienen beluisterd te worden.
Wij hopen dat velen gebruik zullen maken van dit nieuwe middel dat hen wordt aangereikt,
om hun mening en opvatting te kennen te geven.
Wij steken van wal met een bijdrage van de hand van Herman VAN HERZEELE, die ja
renlang een verantwoordelijke functie vervult heeft bij onze syndicale organisatie ABVV.
Herman DE LOOR
Federaal SP-voorzitter
Koopt men een dure auto enkel om het groter comfort? Draagt de bankiersvrouw een gou
den ketting met grote briljanten alleen om de schoonheid. Woont de adel in kastelen (en
de koninklijke familie in een paleis) enkel om het genot van de vele kamers en zalen en
van de grote tuinen? Neen. Deze uitstraling van rijkdom, en daaraan gebonden ook van
invloed, gezag en macht, is vooral een statussymbool. Het is de illustratie van de klasse
waartoe men behoort.
En kijk. Minder gefortuneerden (de begoede klasse) hebben er heel wat voor over om nog
rijker te schijnen dan ze zijn.
Ook onder de gewone mensen (de burgers zegt men tegenwoordig) vindt men de drang te
rug om 'meer' te schijnen (en hier gaat het over bezit) dan in werkelijkheid het geval is.
Gevallen, waarbij mensen extreem spaarzaam zijn op voeding, verwarming, zelfs op ge
zondheidszorgen zijn legio. Overdreven aankopen op krediet kunnen de zelfde beweegre
den hebben. Men heeft er veel voor over om naar buiten de schijn te kunnen ophouden dat
men ook behoort tot een 'betere' klasse.
Zoals het verlangen voorkomt om via statussymbolen de indruk te wekken iemand van een
'betere'klasse te zijn dan de sociale groep waartoe men behoort, zo is ook vaak de neiging
aanwezig een zo groot mogelijke afstand te nemen van de sociale groep die men, vanuit de
eigen situatie, als 'lagereklasse ervaart.
Zo komen we tot het verschijnsel - en we mogen zeker niet veralgemenen, gelukkig maar
- dat bij de sociale groep van laaggeschoolden en economische zwakken niet weinigen de
'sociale groep van de migranten' gaan aanzien als een 'lagere'klasse. Het is vanuit die
groep dat men de migranten het gemakkelijkst tot mikpunt maakt van agressie, onver
draagzaamheid, aantijgingen, minachting.
Een courant voorbeeld is de bewering dat onder de migranten er het meest criminaliteit
voorkomt. Aan het feit dat de zware criminaliteit meestal niet door migranten wordt be
dreven maar door autochtonen (dus criminelen van 'eigen volk') - de Bende van Nijvel, de
KB-Lux-affaire, het mengen van met dioxyne besmette afvalolie in de voeding om meer
winst te maken - wordt weinig aandacht besteed. Evengoed gaat men voorbij aan het feit
dat kleine criminaliteit te maken heeft met de economische situatie waarin men zich be
vindt. Mensen die slecht behuisd zijn, soms in krotten of op te kleine kamers moeten sa
menhokken, die leven met minder dan het minimum voor levensonderhoud, en vooral, die
geen enkele hoop hebben op betere kansen, komen inderdaad gemakkelijk tot het plegen
van kleine criminaliteit'Niet het feit dat het om migranten gaat, om mensen met een an
dere huidskleur, is hier doorslaggevend maar wel de toestand waarin deze mensen moeten
leven. Wanneer autochtonen in dezelfde omstandigheden zouden leven zullen ze hetzelfde
gedrag vertonen.
De groep van laaggeschoolden en economisch zwakken in aldus de klasse die, als sociale
groep, het gemakkelijkst voor racisme vatbaar is. Het is niet voor niets dat de Vlaams Blok-
leiding zich vooral afstemt op de groep van laaggeschoolden en economisch zwakken. Bij
die groep maakt extreem-rechts de meeste kansen.
Toch is de vaststelling hiervoor zeker niet de enige reden waarom, nu juist, het racisme een
opgang kent. Er zijn diverse oorzaken. Op twee ervan, namelijk de mens in groepsverband
en de politieke lijn van de SP tegenover het verschijnsel 'klassen' komen we in een vol
gende bijdrage terug.
Herman Van Herzeele
Het is nog niet echt lente, maar - parafraserend op een bekend li
terair citaat - er komt allicht toch reeds een nieuw geluid. Met het
aantreden van een hernieuwd Federaal SP-Bestuur, met de ver
kiezing van een nieuwe Federaal SP-Voorzitter staan we, in het
licht van de komende verkiezingen (Gemeente- en Provincieraad),
voor nieuwe uitdagingen en opdrachten, allicht ook een andere
aanpak, verfrissende ideeën en opties.
Vandaar ook een beknopt document dat aan het Congres wordt
voorgelegd m.b.t. beleids- en werkdoelstellingen, in eerste instantie
voor het jaar 2000, zo mogelijk ook met een verlengstuk naar het
jaar daarop. Zaken die met het nieuwe Federaal bestuur en de
voorgestelde structuur- en actievormen de Afdelingen opnieuw
en/of nog meer moeten gaan motiveren en activeren. Verstarring
en immobilisme hebben immers directe nefaste gevolgen.
We kunnen niet ontkennen dat de weinig verheffende uitslagen der
voorbije Parlementsverkiezingen verlies van méér dan 4% op alle
lijsten, twee mandaten ingeleverd - in 1995 weliswaar verkozen bij
apparentering, maar toch - ook in onze Federatie hard zijn aan
gekomen, en zelfs her en der gevoelens van ongenoegen, wrevel en
frustatie hebben opgewekt. Dit kan echter niet blijven duren: er
dient op zeer korte termijn opnieuw eendrachtig aan het elektoraal
herstel gewerkt op elk niveau en in alle districten.
Een eerste grote federale opdracht is dus duidelijk: de intentie te
gengaan, het vertrouwen herstellen en de SP, waar nodig, uit haar
immobilisme Imlen. De primordiale taak van het Congres, m.a.w.
van alle goedmenende afdelingsverantwoordelijken en militanten,
is om, in een nauw samenwerkingsverband Federatie - alle Afde
lingen in een hechte structuur (eertijdse fusieperikelen moeten
eindelijk eens verteerd geraken!), voldoende verantwoordelijk
heidszin, werkkracht, solidariteit en ideeën op te brengen om de
Federatie als overkoepelend orgaan, als nog steeds essentiële
scharnier tussen de nationale en de lokale werking (in afwachting
van grotere provinciale partijentiteiten) bijkomende politieke im
pulsen te geven.
De mensen en de middelen daarvoor zijn er: drie uitstekende Par
lementairen, de inzet en het apparaat van het Federaal SP/CSC-
Secretariaat, 'Voor Allenals misschien thans wat oubollig bind
middel - maar ook daaraan wordt gesleuteld - en de talrijke mili
tanten.
In het verleden werd reeds heel wat bereikt, veel (beter) kan nog
gerealiseerd. Voorstellen en opbouwende kritiek (waarbij dan wel
fair de bal wordt gespeeld en niet personen van achteraan worden
getackeld) vanuit de basis zijn trouwens steeds welkom.
We hebben het reeds aangehaald, de instrumenten om inzet, parti
cipatie en militantisme te bevorderen zijn aanwezig. Uit de Con
gresnota citeren we: de SP blijft een ledenpartij met alle acties van
dien (de resultaten terzake blijven hoopgevend), afdelingsstructu
ren en -werking, vernieuwing (verjonging en vervrouwelijking)
van het politieke personeel maar dan wel zonder te verregaande
positieve discriminatie en van hogerhand opgelegde dwingende
normen en mits wederzijdse engagementen van betrokkenen (ook
in onze Federatie krijgen JS, ROSA en SV trouwens voldoende
armslag) en last but not least de noodzakelijke politieke en socio-
culturele activiteiten en acties om de SP uitstraling te bezorgen.
De Partij moet opnieuw aantrekkelijk worden, een dynamisch ima
go als in het begin der jaren '80 trachten op te bouwen. Er dient
dus vooruit gekeken, politiek, structureel en organisatorisch.
Maar willen of niet, het momentele politieke leven gebeurt reeds
duidelijk met op de achtergrond het steeds sterker wordende pré-
elektoraal klimaat van de Gemeente- en Provincieraadsverkiezin
gen (8 oktober 2000). Lijstvorming, eerste programma- en propa-
gandafacetten komen reeds ruim aan bod.
Dit betekent echter ook dat alle komende'acties en activiteiten tus
sen nu en de maand oktober, federaal én lokaal, moeten getoetst
worden aan hun nuttige relevantie t.a.v. deze stembusslag. Het
vroegere 'Actie 900.000'-objectief van Louis Tobback voor onze
Federatie voorzag dit een aangroei van 64.000 stemmen) was in de
veranderende politieke context te hoog gegrepen. Maar wat wel
moet is de klap van 13 juni 1999 zoveel mogelijk te herstellen,
winst maken waar kan. We zijn realistisch genoeg om onze doel
stellingen geenszins te overschatten, maar mits keihard werk kan
het tij gegarandeerd gekeerd.
Papier is geduldig, ook in dit geval. Op het terrein zelf kan men het
bewijzen.
Chris VANCOPPENOLLE
Federaal SP-Secretaris