SPORTSPROKKELS
Sport en HandUnp: de strijd om integratie
"Voor Allen" - 26 januari 2001 7
Verder moet aan een aantal
voorwaarden worden voldaan
voor wat betreft de coördina
tie van het beleid, de beleids
middelen en uitvoering van de
ontwikkelingssamen werking
tussen de verschillende ni
veaus en de coherentie met
het buitenlandse beleid in het
algemeen.
De gedefederaliseerde ontwik
kelingssamenwerking inscha
kelen in een globaal onderling
af te spreken beleid dat in staat
is in te spelen op de huidige
moderne tendenzen, betekent
dat bij voorkeur technieken
van begrotingshulp, de 'sector
wide approach' enzovoort
worden gehanteerd.
Tussen de verschillende part
ners moet een precieze taak
verdeling worden opgesteld op
basis van expertise, schaal
voordelen en complementari
teit waarbij overlappingen, be
voegdheidsconflicten en ter-
reinoorloghes worden verme
den.
Verder moeten afspraken ge
maakt worden om de over
heidskosten te beperken door
bvb. geen nutteloze aangroei te
dulden van plaatselijke verte
genwoordigingen. Een geza
menlijk en geen uitsluitend fe
deraal controle- en evaluatie
orgaan moet worden opgericht
dat moet waken over de kwali
teit van de geleverde hulp.
Ten slotte moeten alle partners
er zich toe verbinden een be
leid uit te stippelen dat cohe
rent is met het algemene bui
tenlandse beleid. Dat betekent
dat het federale niveau en de
deelgebieden hun beleid af
stemmen op bvb. de krachtlij
nen van de politiek die in Cen-
traal-Afrika wordt gevoerd.
Een doordacht groeipad
voor de financiering
van de ontwikkeling
samenwerking
De verschillende niveaus in
ons land die ontwikkelingssa
menwerking gaan uitbouwen
moeten er zich samen toe ver
binden dat de som van wat op
gefederaliseerde wijze aan
hulp wordt besteed, groter is
dan de vroegere federale be
groting voor ontwikkelingssa
menwerking en de andere
ODA-aanrekenbare uitgaven.
De hele operatie zou, nu ook
de deelgebieden bevoegd zijn,
moeten leiden tot een verho
ging van de eigen inbreng in
overeenstemming, uiteraard,
met de draagkracht van elke
partner. Daarvoor zijn ver
schillende formules mogelijk.
Federaal wordt momenteel ca.
0,32 percent van het bbp be
steed aan ontwikkelingssa
menwerking. Voor de komen
de drie jaar is een forse verho
ging van het budget overeen
gekomen om een stijging van
de middelen te bekomen op
weg naar de internationaal
aanvaarde norm van 0,7 per
cent van het bbp.
Men zou een groeipad kunnen
voorzien voor de overheveling
van een deel van de federale
middelen voor ontwikkelings
samenwerking naar de deelge
bieden dat én in overeenstem
ming is met de uitbouw van
het eigen beleid, maar ook in
functie staat van de aangroei
van de inbreng van de eigen
middelen van de deelgebieden.
Tegenover rechten, de volledi
ge bevoegdheid krijgen om
aan ontwikkelingssamenwer
king te doen staan ook plich
ten, nl. daadwerkelijke solida
riteit met het Zuiden.
Men kan hierbij denken dat de
deelgebieden zich ertoe enga
geren bij elke frank die fede
raal voor ontwikkelingssamen
werking wordt overgeheveld
er een bedrag wordt naastge
plaatst dat in overeenstem
ming is met de eigen economi
sche draagkracht.
Vlaanderen, dat één van de
rijkste regio's is ter wereld en
kan rekenen op aanzienlijke
begrotingsoverschotten, zou
niet mogen aarzelen bij elke
overgehevelde frank van het
federale niveau een frank
eigen inbreng te doen en zo te
komen tot een snelle verdub
beling van de middelen die
worden besteed aan solidariteit
met de Derde Wereld.
Een Pact voor het Zuiden
Alle bij de defederalisering
van OS betrokken partijen, nl.
de federale overheid, de deel
gebieden, de bij de staatsher
vorming betrokken politieke
fracties en onderhandelaars,
zouden volgens Van der Mae-
len niet mogen aarzelen om sa
men een soort Pact voor het
Zuiden af te sluiten, waarbij ze
zich ertoe verbinden de hoger
vermelde voorwaarden en ga
ranties te eerbiedigen.
Met dergelijk pact ontstaat er
een win-winsituatie: de deel
gebieden krijgen eindelijk het
recht om volwaardig aan ont
wikkelingssamenwerking te
doen; de overgehevelde mid
delen zullen gegarandeerd op
een efficiënte wijze en daad
werkelijk aan het Zuiden be
steed worden, en ook het Zui
den wordt, door de verhoging
van de middelen die ons land
als geheel aan ontwikkelings
samenwerking besteed, er be
ter van.
De komende drie jaar kunnen
dan zinvol en constructief wor
den benut om op basis van der
gelijk pact een goede en door
dachte herstructurering voor te
bereiden, in plaats van een ge
hakketak over overdracht van
zoveel mogelijk bevoegdheden
en financiële middelen.
De Paralympische Spelen
die zich van 18 tot 29 okto
ber 2000 afspeelden in Syd
ney waren de grootste ooit
in de geschiedenis van deze
spelen en dit niettegen
staande de onverschillig
heid waarmee de sport voor
gehandicapten of "handis-
port" nog steeds wordt be
jegend.
Meer dan 6.000 gehandi
capte atleten die 123 natio
nale federaties vertegen
woordigden bekampten el
kaar gedurende 11 dagen in
een splinternieuw stadion:
niet minder dan 110.000
toeschouwers woonden de
officiële opening van deze
spelen bij. De Paralympics
hebben dus blijkbaar toch
hun eigen plaats veroverd,
maar toch lijkt het interna
tionaal publiek (of eerder
de televisiemaatschappijen
en de internationale spon
sors) niet voor deze proeven
warm te lopen. Helemaal
anders was het op de "ech
te" Olympische Spelen toen
12.000 journalisten in Syd
ney neerstreken. Niet te
vergelijken met de tiental
len miljarden aan televisie
rechten die door de ver
schillende zenders aan het
Olympisch Comité gestort
werden. En ook niets te ma
ken met de drie miljard te
levisiekijkers die de wed
strijden van de valide deel
nemers volgenden, soms
zelfs in het holst van de
nacht. Idem voor wat be
treft de steun van de spon
sors: de grote merken van
sportuitrustingen staan zeer
aarzelend tegenover het uit
lenen van materiaal of het
vermelden van hun logo op
het truitje van een gehandi
capt kampioen. De publici
teit zou immers geen weer
slag hebben want de televi
sie is afwezig. En zo staan
we terug aan het begin.
Het valt niet te betwisten
dat de Paralympics in ver
gelijking met hun olym
pisch broertje verwaarloosd
worden. Toch vormen, net
als de Olympische Spelen
voor de valide sportbeoefe
naars, de Paralympics voor
de gehandicapte atleten de
bekroning van vele jaren in
spanning en opoffering. Re
sultaat: wedstrijden die
vaak zeer spectaculair zijn
en prestaties die grenzen
aan het ongelooflijke; beel
den die ongetwijfeld een in
ternationaal publiek zouden
kunnen boeien, zowel van
valide als van gehandicapte
kijkers; beelden die op die
manier zouden kunnen bij
dragen tot de promotie van
de gehandicaptensport, een
middel bij uitstek tot socia
le (re)ïntegratie van de ge
handicapte mens. Inder
daad, wanneer een sport
wordt beoefend in een geest
van gedeelte verantwoorde
lijkheid en vreugde, van
zelfverwezenlijking en van
respect voor de ander, dan
zal die activiteit ook bijdra
gen tot de verspreiding van
menselijke waarden bij alle
partijen.
De visueel
gehandicapte en de
sport
Het beoefenen van een
sport vormt een belangrijk
element bij de persoonlijke
ontplooiing van de valide
mens en dit geldt in nog
sterkere mate voor de ge
handicapte. De blinde of
slechtziende zal door de
zintuiglijke handicap soms
een gebrek aan zelfvertrou
wen vertonen; hij keert zich
dan in zichzelf en miskent
zijn eigenwaarde als per
soon, om nog niet te spre
ken over de specifieke ge
volgen die door de visuele
handicap teweeggebracht
kunnen worden voor wat
betreft de relatie ten aan
zien van zijn eigen lichaam,
en dus ten aanzien van de
anderen.
Het is op dit vlak dat de in
vloed van de sport op de
persoonlijke ontplooiing
zich werkelijk laat voelen:
de beoefening van een sport
kan een overwinning op
zichzelf zijn en een belang
rijk middel tot integratie.
(vervolg zie pagina 10)