De waterzuiveringsproblematiek en Aquafin
J
4 23 november 2001 - "Voor Allen"
Gemeentebesturen moeten volledige bevoegdheid krijgen voor
buitengebied
In een vorige editie van ''Voor Allen" heb ik reeds de discussie
aangehaald inzake de kritiek op het beleid van Aquafin. Vooral
de aanleg van kilometerslange collectoren in het buitengebied,
zorgt terecht voor contestatie. Kleinschalige zuiveringsinfrast
ructuur moet meer kansen krijgen. Daarom moeten o.a. het mo
nopolie van Aquafin doorbroken worden, de gemeentebesturen
volledige bevoegdheid krijgen voor zuiveringsinfrastructuur tot
2000 I.E. (inwonersequivalent) in plaats van 500 I.E. en moeten
de gemeenten hiervoor J00% betoelaging ontvangen van het
Vlaamse Gewest. Daartoe werd door de Commissie Leefmilieu
en de openbare vergadering van het Vlaams Parlement de vol
gende resolutie goedgekeurd over de heronderhandeling van de
beheersovereenkomst met Aquafin.
Het Vlaams Parlement,
- gehoord de vertegenwoordi
gers van de VMM en Aquaf
in;
- vraagt de Vlaamse regering
om de kostprijs voor de im
plementatie van de nota
Aquafin strategische visie sa
men met een voorstel voor de
financiering hiervan voor te
leggen en dit ten laatste op 30
juni 2002;
- vraagt de Vlaamse regering
om, in voorbereiding van de
heronderhandelingen, die
loopt tot 31 december 2005,
gestalte te geven aan een ver
nieuwd en coherent waterzui-
veringsbeleid en hierover zo
snel mogelijk te berichten aan
de Commissie voor Leefmi
lieu, Natuurbehoud en Ruim
telijke Ordening;
-vraagt de Vlaamse regering
de heronderhandeling tussen
de Vlaamse Gewest en Aqua
fin op basis hiervan aan te vat
ten en dit ten laatste op 1 sep
tember 2002;
- vraagt de Vlaamse regering
om zich ook te buigen over de
situatie na 31 december 2005
en daarover gesprekken aan te
vatten tijdens de heronderhan
delingen met de NV Aquafin;
-vraagt de Vlaamse regering
daarbij werk te maken van
een resultaatsverbintenis, kos
tenefficiëntie en regulering,
conform het Vlaamse regeer
akkoord. Inmiddels zal via het
uitschrijven van procedures
bij een aantal artikelen uit de
huidige overeenkomst gestart
worden met de omvorming
van de huidige middelenver
bintenis tot een resultaatsver
bintenis;
- vraagt de Vlaamse regering
daarbij prioritair werk te ma
ken van een maximaal zuive
ringsresultaat tegen de laagste
kosten, binnen de randvoor
waarden van het integraal wa
terbeheer, dat doelstellingen
oplegt inzake waterkwaliteit,
waterkwaliteit en biodiversi
teit;
- vraagt de Vlaamse regering
nogmaals om hoogdringend
in de commissie de bespre
king op te starten van een ont
werp van decreet integraal
waterbeleid, waardoor tevens
op korte termijn een omzet
ting mogelijk wordt van de
Europese kaderrichtlijn water
en de betrokkenheid van alle
waterbeheerders wordt verze
kerd;
- vraagt de Vlaamse regering
tegelijk dringend uitvoering
van de Europese richtlijn ste
delijk afvalwater, wat impli
ceert dat de opvangstelsels en
zuiveringen van stedelijke af
valwaters zo snel mogelijk
gerealiseerd worden gelet op
de reeds verstreken vervalda
tum van 3 december 1998,
voor de waterzuivering met
nutriëntverwijdering voor de
agglomeraties boven 10.000
IE., en gelet op de snel nade
rende datum van 31 december
2005, om een biologische zui
vering te verstrekken aan alle
agglomeraties boven 2.000
I.E. en een toereikende behan
deling van het afvalwater voor
de kleinere vraagconcentra-
ties;
- vraagt de Vlaamse regering
om binnen deze beleidskaders
zijn afvalwaterzuiveringsbe-
leid in een vernieuwende aan
pak bij te sturen, waarbij de
afvalwaterzuivering uitgaat
van de behoeften en moge
lijkheden van de huishoudens
en het kleinbedrijf (klantge
richt) en niet van een groot
schalig technologie-aanbod,
waarbij techniek- en schaal-
keuzes gebeuren in een opti
male afstemming tussen eco
logische resultaten en kosten
en waarbij ongelijkheden in
de financiering van concurre
rende oplossingen worden op
geheven;
- vraagt de Vlaamse regering
om, door deze vraaggerichte
planning tot uitbouw en opti
malisering van het collecto
ren- en zuiveringsstelsel, te
vens duidelijkheid en rechts
zekerheid te bieden aan de
burgers door een definitieve
afbakening van de zuiverings
zones, op basis van vraag
dichtheid, aansluitingsmoge
lijkheden op het collectieve
stelsel en aansluitingskosten.
Aansluitend op de definitieve
afbakening van de zuiverings
zones dient per gemeente een
gebiedsdekkend uitvoerings
plan te worden opgesteld en
getoetst aan de gemeentelijke
structuurplannen. In het bui
tengebied dienen door de ge
meentebesturen de marktme
chanismen inzake ontwerp en
uitvoering maximaal te wor
den aangewend;
- vraagt de Vlaamse regering
daartoe ook versneld de ken
nis van vraag- en aanbodsmo
gelijkheden uit te bouwen en
dringend werk te maken van
een dynamische en inventari
sering van lozingsgegevens
en -concentraties, aanslui-
tingsgegevens, infrastructuur-
gegevens, gegevens over de
conditie van infrastructuren,
debietgegevens op riolen (pa
rasitaire en regendebieden),
overstorten en afvoer van ver
harde oppervlakten,...;
- vraagt de Vlaamse regering
met het oog op het meer re-
sultaatsgericht en kosteneffi
ciënter maken van het afval-
waterzuiveringsbeleid, de re
spectieve actoren te responsa-
biliseren en de respectieve be
voegdheden en verantwoor
delijkheden van de actoren te
herschikken en beter af te lij
nen in homogene pakketten;
-vraagt de Vlaamse regering
om bij de uitwerking van haar
beleid terzake uit te gaan van
volgende principes:
1de overheidsdiensten moe
ten zich toeleggen op het
uitstippelen van een be
leidsvisie en een beleids
planning en het vaststellen
van kwaliteitsnormen voor
de diverse onderdelen en
functies van het waterstel
sel; de overheid moet stu
ren, niet roeien;
2. de sturing vanuit de over
heid naar resultaten (de
kwaliteit van het effluent
na zuivering) en kosten
moet doelmatig en doel
treffend georganiseerd
worden opdat in de toe
komst de risico's en ver
antwoordelijkheden over
resultaten en kosten een
duidig bij Aquafin kunnen
worden gelegd. Daarnaast
staan de gemeenten in sa
menspraak met de bewo
ners in voor de kwaliteit
van het aangeleverde influ
ent;
3. de activiteiten van Aquafin
moeten zowel economisch
als ecologisch tegen de
laagst mogelijke transac
tiekosten worden aange
stuurd (gereguleerd). Daar
toe zullen de nodige con
trolemechanismen worden
uitgebouwd;
4. het vergoedingsmechanis
me van Aquafin moet wor
den bijgestuurd zodat
Aquafin vergoed wordt op
basis van de effectief ge
zuiverde afvalwaterstro
men. Om dit mogelijk te
maken, dient de volledige
verantwoordelijkheid bij
dit bedrijf te worden ge
legd, inclusief de planning
van de bovengemeentelij-
ke waterzuiveringsinfrast
ructuur en activiteiten;
5. hiertoe dienen regulerings
systemen uitgewerkt wor
den waardoor de vergoe
ding van de aandeelhou
ders gekoppeld wordt aan
de prestaties van Aquafin
inzake optimale collecte
ring en zuivering van af
valwaterstromen;
6.a) de gemeenten bekleden
een sleutelpositie inzake
het maximaliseren van de
benutting van de groot
schalige rioolwaterzuive
ringsinstallaties en collec
toren door het maximaal
aansluiten van hun riole
ring op de bovengemeente-
lijke stelsels;
b) de gemeenten bekleden
wat betreft het buitenge
bied evenzo een sleutelpo
sitie in de planning en uit
bouw van een optimaal
stelsel van inzameling en
zuivering en in het voor
zien van kleinschalige wa
terzuiveringsinstallatie
voor woningen of IBA's
die niet op het collectief
stelsel moeten of kunnen
worden aangesloten;
t.o.v. de verantwoordelijk
heid van de gemeenten
staat de financiële aanmoe
diging;
iedere gemeente moet voor
31 december 2005 een ge
detailleerde hydronaustu-
die tot op het niveau van de
straatriolering (niveau 4)
laten uitvoeren. Waarbij
het Vlaamse Gewest een fi
nanciële inventieve geeft
en daarenboven toezicht
houdt op de bovengemeen-
telijke coördinatie;
het is verder nodig de be
staande subsidiëringsme
chanismen en de onder
steuning op creatieve wijze
te verhogen, zowel naar de
doelstelling van de water
zuivering als naar de daar
bij noodzakelijke vervan
ging van bestaande ge
meentelijke infrastructuur
(vooral wegenis);
bovendien is het evenzo
nodig de financieringsmid
delen doelmatiger en doel
treffender toe te wijzen;
ook voor de instandhou
ding en het onderhoud van
de gemeentelijke systemen
dienen middelen voorzien
te worden;
7. optermijn moet de praktijk
van het subsidiëren van in
vesteringen worden ver
vangen door een stelsel
van aansporingen dat de
aansluiting van effectieve
vuilvrachten bevordert en
derhalve ook voorziet in
afkoppelingen van regen
en parasitaire debieten,
verschillende mogelijkhe
den tot gedifferentieerde
financiering van door de
gemeente toegeleverde af
valstromen dienen onder
zocht te worden naar hun
financiële repercussies
voor de gemeenten en voor
het Vlaamse Gewest; deze
simulaties zullen het voor
werp uitmaken van een ge
meentelijke financieel ef
fectenrapport.
Jacques Timmermans
Voorzitter Commissie
Leefmilieu.
binnenland