moiKiMiwiwijwM/iiiiMwrti/iw^ mmwrniiuiimirnim
H
u»n.n Ho Ho,H Hi„ Denk nu niet dat onze 9ast va" vanavoncT„de boodschap"
Mannen van de daad, die ICD-ers. En Vies Oilsjt zou Vies
Oilsjt niet zijn als het zich daar niet volmondig zou achter
zetten.
Bovendien zijn de ICD-daden nog geschraagd door ICD-theo-
rieën. Men kan ze lezen in hun geschriften en men kon ze ho
ren op de vergadering van 28 juni 1978, waarop het ICD zich
zelf aan de wereld voorstelde.
Op deze vergadering bleken die theorieën nogal eens te botsen
met deze van de „gevestigde" milieugroepen.
Primo het ICD ziet geen heil in het regelmatig overleg met
de overheid en in het aanleggen van goed gestoffeerde dossiers,
die echter zelden het groot publiek halen, maar wil direct aan
de basis en actiegericht werken.
Secundo de leefmilieuproblematiek in het algemeen en de
dode (ge kunt niet op uw vlot stappen of ge botst op een lijk I),
rottende Dender in het bijzonder wil het ICD niet los aanpak
ken van de socio-culturele en economische problemen van
onze streek.
Voor hen vormen deze deelproblemen één groot geheel, dat
waardevoller is dan de som van de samenstellende delen.
Max Wertheimer zou dit een „Gestalt" noemen.
Daarom wijst het ICD (nogal bitsig) de georganiseerde samen
werking met andere leefmilieugroepen binnen de Bond Beter
Leefmilieu (zoals gesuggereerd door Van Nuffel, secretaris van
RALDES) van de hand. Ook lossere vormen van samenwerking
krijgen weinig kans. RALDES reageert hier in een persmedede
ling van 4 augustus 1978 als volgt op
We hebben wel twee zeer konkrete voorstellen gedaan
- ofwel de vlotactie beperken tot welomschreven objectie
ven als waterzuivering en natuurbehoud
- ofwel RALDES toe te laten een eigen tekst uit te brengen
tijdens de vlotactie, specifiek handelend over de Dender-
sanering, en zich op dat vlak solidair te verklaren met ICD,
zonder evenwel bij de totale optiek van ICD aan te sluiten.'
Beide voorstellen werden, na beraad, door ICD op 27/7/1978
afgewezen.
RALDES betreurt dit en moet vaststellen dat het ICD slechts
bereid is tot samenwerking met andere verenigingen inzoverre
men haar standpunten overneemt en propageert, wat onaan
vaardbaar is
Tot daar een ontgoocheld en enigszins verbitterd RALDES.
Niet alleen inhoudelijk maar ook geografisch ziet het ICD de
zaken groots. Het situeert zijn actiegebied binnen de vijfhoek
Gent-Antwerpen-Brussel-Doornik-Bergen (de vijf hoeken niet
meegerekend), waar de Dender als een zieke ader doorheen
loopt en er eerder een scheidingslijn in vormt dan een levens
ader, een centrum van sociaal, cultureel en economisch leven
(o.a. door het ontbreken van een aangepaste verkeersinfra
structuur).
Door deze geografische afbakening zet het ICD als het ware in
één klap de voorlopige gewestvorming op de helling én smok
kelt de taalstrijd in de Denderstreek binnen.
Waarmee we alleen maar willen zeggen dat Vies Oilsjt Vies
Oilsjt niet zou zijn wanneer wij geen positief kritisch geluid
lieten horen over het teveel aan hooi op de ICD-vork.
Het moet niet altijd De Neve zijn die ervan langs krijgt.
Maar ondertussen heeft het ICD de Denderstreek toch al een
prachtige affiche en een mooie symbolische actie cadeau ge
daan. En cadeaus krijgen wij hier rond de Dender niet te dik
wijls...
EricSORGELOOS
ap
brengt of dat hij U zijn cartoons zal tonen.
Nee, vandaag doet hij mee aan deze kwis. Maar laten wij
meteen overgaan tot de eerste vraag Wat is uw naam
-WILLY PIETERS -
En dit is korrekt, beste lezers. Tweede vraag Wat zijn uw pu
blicaties tot hiertoe
- Wel, ik schreef in Louis Verbeecks tijdschrift „De Koerier"-
Nogmaals juist. Derde vraag Werd dit goed betaald
Geen antwoord. Laten wij onze kandidaat, de man met de
lach in de baard en de eeuwige pijp in de mond, dan toch een
trootsprijs schenken een publicatie van één van zijn cursiefjes
in de meest gelezen krant van het Aalsterse..., Hoe is de naam
alweer Och ja Vies Oiljst.
BOODSCHAP.
Ik had pas de deur geopend en nog voor hij maar één enkel
woord gezegd had, wist ik het al. Deze man bracht me „de
boodschap Dat bijna kale hoofd en de compenserende lange
profetenbaard hadden me alles vanaf het eerste ogenblik duide
lijk gemaakt.
In zijn ene hand torste hij een zwaar boek, de andere hand be
vond zich nog steeds in de omgeving van het belknopje.
Dat moet een beetje beroepsmisvorming zijn. Overal knopje
drukken, een beetje wachten en dan opnieuw bellen. Die vin
ger wil daar niet meer weg. Ondertussen hebben de mensen de
tijd een veilig onderkomen te zoeken op de slaap- of badkamer.
„We zijn lekker niet thuis vandaag" denken ze dan.
„Goeiemorgen meneer, hebt u soms twee kleine minuutjes
voor mij
Nu ja, had hij zomaar twee kleine briefjes gevraagd, dan zou ik
er eerst eens over nadenken, maar drie minuutjes kosten ten
slotte toch niet zo veel.
t Is heel belangrijk". Hij had de woorden nog niet uitgespro
ken of hij had zich reeds zodanig weten te bewegen dat ik me
moest omdraaien wilde ik hem verder zien. Gelukkig is de gang
groot genoeg gebouwd anders had hij me al op straat gekregen.
De architecten moeten er vroeger wel rekening mee gehouden
hebben. De oudere huizen hebben gangen die groot genoeg zijn
om een heel legertje deurkloppers in te plaatsen. Vroeger ston
den ze misschien in het gangetje in plaats van in het rijtje. Al
die drempel lopers.
„Meneer, de wereld deugt niet meer" zijn wijsvinger ging on
heilspellend de hoogte in. Mijn blik volgde de richting van zijn
vinger.
Neen, dacht ik, het plafond deugt ook niet, maar 't is een
huurhuis. Wat doe je eraan
„Het is nog niet te laat meneer. We kunnen er nog aan verhel
pen
Wij
U en ik, meneer. Ik laat het boek hier. U leest het uit en ik
ben zeker dat u voor onze zaak gewonnen bent".
„Dat boek Wat staat daar wel allemaal in
Ik neet het, het is maar een onnozele vraag, maar wat zeg je als
gewone sterveling tegen een wereldhervormer die misschien het
„uur der waarheid" zal overleven.
Daarbij getuigt het nog van interesse ook.
„Dat boek hier" zijn wijsvinger ging van het plafond terug naar
beneden.
„Dat boek brengt u de boodschap
Wat zei ik, daar had je het al.
„En moet ik het echt allemaal lezen Daar zou ik beslist
jaren over doen. Ik ben toch geen kloosterling.
„Dat komt later. Als u zich op de propaganda van onze bewe
ging zult toeleggen. Nu volstaat enkel de vette druk. Dat is
voor de debutanten".
„Dat is dan een soort catechismus De vette druk letterlijk
van buiten leren, de kleine tekst enkel trachten te snappen".
Mijn inbreng had niet het verhoopte succes.
„Catechismus, wat u daar uitspreekt meneer".
Als ik me niet bedroog, trok hij zich even aan de baard.
„De kern van de boodschap dringt nog niet tot u door.
ledereen kan de catechismus van buiten leren. Wordt de
wereld daardoor hervormd".
Zo erg had ik het nog niet te pakken. Ik was al tevreden als ik
vroeger zelf gevormd werd, en daarvoor moest ik de catechis
mus wel kennen.
Hij begon gebaren te maken, sprong van het ene been op het
andere. Tussendoor sloeg hij het boek open en las er me uit
voor.
Ik zei las, dat is heel zacht uitgedrukt. Hij riep, skandeerde,
huilde bijna. Door al die afleidingsmaneuvers wist ik eigenlijk
nog niet waarover het ging. Hij kon evengoed in een telefoon
gids beginnen bladeren. Het effekt zou hetzelfde zijn gebleven.
Ik geloof dat deze profeet niet met de vette druk begonnen is.
Het zal meer een versnelde audio- visuele methode geweest zijn.
Met storingen in de band dan, aan zijn uitspraak te oordelen.
Ik heb niet naar het uurwerk gekeken doch het moeten de
langste twee minuten uit de geschiedenis geweest zijn.
Op dat ogenblik had ik één grote zorg. Als mijn vrouw nu
moest binnenkomen, midden in de one man show, ben ik er
zeker van dat de boodschap voor ons gezin voor eeuwig zou
verloren zijn. Op het einde heb ik hem dan toch beloofd het
boek even in te kijken. Ondertussen had ik hem wel al twee
keer uit de woonkamer moeten trekken.
Ik ben wel gastvrij doch ik kan er niet zo goed tegen als er
plots een stoel van de grond wordt gelicht.
Het boek is daar acht dagen blijven liggen.
Toen kwam hij het terug halen.
Hij was zeer vriendelijk en maakte absoluut geen aanstalten
mijn woonhuis te komen teisteren.
„Ik heb het niet gelezen zei ik kordaat.
Hij haalde even de schouders op. „Dat dacht ik al". Hij glim
lachte zelfs toen hij het boek weer in ontvangst nam.
„Ik dacht het", herhaalde hij, .anders had u het boek al
weggeworpen.
Het zal aan de tijd liggen. Ik ben al een paar exemplaren kwijt
geraakt.
De tijd is er nog niet rijp voor".
Dat zal wel", mompelde ik en weg was hij. Gaan hervormen.