1881.
Fr. 4-00
Aalst, 16 Juni.
iV 51.
Fr. 4-75
VOOE
JHEÏD
EID E
's jaars voor de stad.
15mBn den drukregel,
aankondigiogen
VOORUIT
verschijnt wekelijks
den Donderdag
in den namiddag.
's jaars voor heel het
land.
De abonnementsprijs
is voorop betaalbaar.
De aankondigingen
verzoekt men uiterlijk
des Woensdags voor
6 uren namiddag te
zenden.
Compagnie Générale dePublicité Etrangère G. L. Daube et C". Paris, Londres, Frankfort s. M.Berlin, Vienne, Zurich etc
REPARATION JUDICIAIRE.
Le tribunal de première instance
séant a Termonde, arrondissement
Judiciaire de la province de la Flan-
dre Oriëntale, première chambre, a
rendu lejugement suivant
En cause de Rodolphe Eeman, avo-
cat et conseiller communal a Alost,
représenté par Maitre Oscar Schelle-
kens, avoué licencié a Termonde, de
in an deur.
Cootre Monsieur Frangois De Wolf,
imprimeur, Alost, défendeur repré
senté par Maitre Eyerman, avoué li
cencié a Termonde.
Sur qooi le tribunal, le ministère
public entendu en son avis, rendit,
après avoir tenu la cause en délibéré
le jugement suivant
Oui les parties en leurs moyens et
conclusions.
Vu les pieces du procés.
Attendu que le défendeur a publié
dans le numéro seize de son journal
le Vooruit, paru a Alost le sept Octo-
bre mil huit cent quatre vingt, sous
titre «Het schoolenkwest un long ar
ticle oü l'on trouve entre autres le
passage suivant Dat M. Eeman
gemeenteraadslid, achter die heeren
«(volksvertegenwoordigers ahou ge-
roepen heeft, dit zal ook niet waar
zijn die heer is immers te goed op-
gebracht om zich te gedragen als
eenen bleekershond, hij zoowel als
Mijnheer de Burgemeester is im-
mers voor de rust
Attendu que le défendeur dénie
d'avoir porté dans ces lignes contre
le demandeur l'accusation précise dont
celui-ci se plaint, mais qu'il n'y a pas
lieu de tenir compte de cette dénéga-
tion, tout le monde connaissant la fi
gure de rhétorique appelée ironie ou
contre verité que le défendeur a em
ployee selon le précepte, pour donner
plus de force a sa pensée et mieux
pénétrer dans l'esprit de ses lecteurs.
Attendu que l'imputation d'avoir
outragé d'une fagon grossière les mem
bres de la commission d'enquête était
de nature a causer au demandeur un
dommage moral et matériel considé-
rable, d'autant plus que c'est le défen
deur qui le premier a imprimé la ca-
lomnie que toutefois, heureusement
pour lui, les circonstances sont venues
singulièrement atténuer les consé-
quences que l'article devait avoir fat
ten tion du public ayant été absorbée
toute entière par les attaques violen-
tes parues trois jours après dans un
autre journal libéral d'Alost Het Ver
bond attendu que le dommage maté
riel peut ètre considéré comme nul et
que le dommage moral sera réparé
par une insertion du présent Juge
ment dans le journal du défendeur
Qu'enfin il n'est pas sufisamment
prouvé que le défendeur a agi mé-
chamment, pour appliquer la con-
trainte par corps.
Par ces motifs le tribunal, faisant
droit oui en son avis conforme, Mon
sieur Durutte substitut Procureur du
Roi déclare le passage de l'article in-
titulé «Het schoolenkwest» repro
duit ci-dessus calomnieux et injuii
eux pour le demandeur condamne le
défendeur a ihsérer le présent Juge
ment dans le premier numéro de son
journal dans les mêmes caractères que
le passage incriminé, a la première
page et sons la rubrique Reparation
Judiciairei) ce sous peine de deux cent
francs a titre de dommages intéréts a
défaut d'insertion dans le premier nu
méro du journal a dater de cette si
gnification.
Déclare le demandeur non fondé en
ses autres conclusions condamne le
défendeur aux dépens taxés a
non compris le coüt de l'expédition du
présent jugement.
Ainsi jugé et prononcé a l'audience
publique de ce tribunal le six mai
mil huit cent quatre vingt un, pre
mière chambre, ou siegeaient Mes
sieurs Landuyt Juge, faisant fonctions
de pfésident, Angelet Juge, Martens
Juge suppléant a défaut de titulaire
Durutte, substitut Procureur du
Roi, Bogaert Greffier adjoint (signé)
Ch. Landuyt, T. Bogaert.
EEN BRIEF UIT BRUSSEL.
Brussel, den 9 juni 1881.
Nogmaals eene hoop voor *de kleri
kale partij verdwenen als damp in
den zomer. Zij had op den Senaat ge
rekend voor de verwerping der wet
op het middelbaar onderwijs, waarbij
het getal middelbare scholen verdub
beld wordt en 50 middelbare scholen
voor meisjes ingericht worden.
De droom is nu ijdel gebleken dat
eenige liberale senators de zwaheid
zouden gehad hebben de wet niet te
stemmen. Dat ware te schoon geweest
voor de geestelijke oproermakerspar
tij.
Gisteren woensdag heeft de Senaat,
na eene korte diskusssie, de wet het
middelbaar onderwijs uit gebreidende
aangenomen met 34 stemmen tegen
27 linker- tegen rechter zijde.
Na door den Koning bekrachtigd te
zijn, zal de wet uitgevoerd worden.
Het land mag zich verheugen dat de
liberale partij zoo ijverig de hand aan
het werk slaat om het onderwijs der
bevolking tot den hoogsten trap te
voeren. Dat is de grootste eer voor
Belgie, de grootste kracht van den
lande voor den vooruitgang en het
welzijn des volks.
Vooral is de inrichting van het bur
gerlijk onderwijs der meisjes van het
hoogste belang Dat is de doorn, de
scherpe doorn in het har t der tegen
partij voor wie geene zaligheid bestaat
buiten het congreganisten onderwijs
der nonnen die niets van den wereld
weten nog mogen kennen. Belgie wil
onderwezen vrouwen en dochters
hebben «lie de mannen en broeders
met verstand kunnen bijstaan en on
dersteunen in de moeilijkheden des
levens.
Te lang reeds heeft het land er
ac'iters moeten wachten, en nu zal
zijnen wensch verwezentlijkt worden.
Bravo bravisimo
De Kamer heeft het budget van bui-
tenlandsche zaken gestemd, zonder
spreken bijna. De oppositie heeft on
derhouden, om te zeggen dat zij spijt
gevoelde over het afbreken der diplo
matieke betrekkingen met het Vati-
kaan. Zulke troost in nood zoeken is
niet kwalijk te nemen.Al bezit Brussel
geen nuncius ifteer, evenmin als Bel
gie een gezant bij den P»us, de we
reld draait algelijk voort mij dunkt,
en niemand spreekt nog een woord
van den nuncius, al voorspelde de
geestelijke partij ons vele ongelukken
en rampen in hare goedertierend-
heid die geene gelijke heeft.
Een waar woord van den heer Bara,
minister van justicie, deed de heer
Woeste en zijne tjeefkens-metgezellen
brieschen van kwaadheid. Er was
kwestie van de dagorde der Kamer,
de minister vroeg dat de nieuwe wet
geving op de naturalisatie dinsdag zou
onderzocht worden, i e lieer Woeste
ribp uit dat het eene partijwet was
om liberale kiezers te fabrikeeren.
Daarop antwoordde de minister dat
het geene partijwet was en dat in
zake van kiezerslijsten de klerikale
partij eene volleerde bedriegerspartij
is.
Dat kan niet gelochend worden. Die
schandvlekking is de waarheid en
moet de klerikale partij zonder eer
noch vaderlandsliefde eeuwig bijblij
ven. Verdiend.
De verwarring is ten hoogsten ge
klommen in het professorskorps en
bij die studenten der hoogeschool van
Leuven, die de katholieke is.
Sedert de veropenbaringen der
brieven van M. Perin, door Mgr.
Dumont, beziet iedereen in die Unie-
versiteit elkander met wantrouwig
oog en zegt bij zichzelven wordt
ik niet verklikt Kiss kiss
Eerst was het Mgr Naméche, rector
der Universiteit, die in gevaar ver
keerde aan de deur gezet te worden,
Nu meldt men den dreigenden
toestand van M. Cartuyveis, onder
rector, van wie, zegt men, de bis
schoppen een vrijwillig ontslag trach
ten te bekomen, die hij weigert
De broeders in christi zijn in twist,
erge verdeeldheid Goede God, het
is dan waar dat de wereld op krukken
springt Gust.
DE GEESTELIJKE BUDJETTEN.
Het Vertoog over den toestand van
hel koninkrijk, van 1861 tot 1875, be
vat eenige belangrijke documenten,
betrekkelijk den toestand der geeste-'
lijken in Belgie.
Gedurende de jaren 1831 tot 1875
zijn 19,108 bezette»! aan de geestelijk
heid of ten hunnen profijte gedaan,
tot een kapitaal beloopende van 41
milioen 502, 796 fr.
IFat de giften betreft die van hand
tot hand zijn gegeven, die moeten wel
drij maal zoo hoog beloopen.
De goederen aan de godsdienstige
gestichten behoore nde, hebben eene
opervlakte van 27,335, hectaren 44
aren 15 centiaren, een kapitaal voor
stellende van 172,165,000 fr.
Als men nu rekening houdt van de
mobilaire waarden en de actiën die
zij bezitten, dan mag men gerust de
fortuin der geestelijken van alle slach
op 700 milioen schatten.
Behalve die groote fortuinen ontvangt
de katholieke geestelijkheid jaarlij k-
sche subsidièn van het gouvernement,
de provinciën en de gemeenten. Wij
vinden daarover omstandige bijzon
derheden in de officiële documenten.
De opsomming daarvan is zeer
stichtend.
Volgens het Vertoog in kwestie,
hebben van 1861 tot 1875 de provin
ciën voor 7,755,964 fr., en de staat
voor 11,033,214,18 in alles f-.37,906,
098 41 bijgedragen.
Sinds 1876, zijn de jaarlijksche sub
sidien met 187,250fr. vermeerderd
dus onder het liberaal ministerie en
nochtans klagen de klerikalen dat zij
vervolgd worden.
Iedereen wenscht alzoo eene ver
ging te mogen ondergaan.
De jaarwedden der geestelijken, die
in 1832 tot fr. 2, 571,027 beliep, zijn
voor 1882, in hetbudjetvan M. Bara
op 5,396,400 franks geschat. Zoodat
het budjet dier ongelukkige vervolg
den de helft vermeerderd is.
Het is nog niet al. De geestelijkheid
bekomt nog schadeloosstelllingen van
de kerkfabrieken en van de gemeente
raden.Die subsidiën beliepen in 1879
fr. 1,161,211, in 1880 1,110,112,60
UIT