V VOOR VRIJHEID WAARH EIDENRECHT. 1882. Fr. 4-00 Fr. 4-73 aan kondigiu gen ï)c abonnementsprijs CLKUICALE NEÜZi-.N. De bisschop aan bet Hof. 's jaars voor de stad. 45 den drukregel VOORUIT verschijnt wekelijks den Donderdag in den namiddag. 's jaars voor heel het land. OORUIT is voorop betaalbaar ,De aankondigingen erzoektmenu'terlijk '-'es Woensdags voor (3 ure namiddag te zenden. M. 1ÏARA EN DE VREEMDE PlllS-E TERS. Zooals het ongetwijfeld door onze lezers zal gekend zijn, heeft M. de mi nister van justitie aan een zeker getal vreemde priesters doen welen dat zij sedert October J.I. geen traktement op staatskas meer genieten. Zooals het te denken was heeft die maatregel dc clerieale dagbladen in het harnas gejaagd het woordenboek van scheldwoorden waarvan zij in het be zit zijn, is opengeslagen en de schoon ste beleefdste en aantrekkelijkste(?)uit- drukkiugen, zijn op den rug van M. Bara ais eene liangelbui neergestort. Het Journal de Bruxelles dat onder de ordentelijksle der clerieale bladen mag gesteld worden vindt, dat M. Bara de Grondwet ontaardt en verminkt, door eene opvalling, welke x de letter en den gee-l van onze char- ter veroordeelt. Hij doet nog meer j> langs Bestuurlijken weg schaft hij y,Grondwettelijke schikkingen af die hij x niet langs wetgevenden weg zou dur- ven afschaffen. Het Handelsblad van Aniwerpen geeft de rede op der handelwijze van onzen minister van justitie. <r Ah de. eatholieke scholen blijven Lloeiea, zoo spreekt M. Rara, wacht, x deugnieten van onderpastors, gij zult het mij betalen,ikgabeginnen met uwe tiaktementen aftescbaffen Ziedaar heel het politiek van den priesl.erha- x tenden minister. En welk is het doel dier lievige uit vallen De waarheid aan hunne le gers verbergen, tea einde den maatre gel door M. Rara genomen in een hate lijk daglicht te kunnen voorstellen, zie daar wat de clerieale gazetten beoogen, Zij doen het met zooveel te meer stout heid, daar zij verzekerd zijn dal hunne lezers de verreclitveerdiging der handel wijze onzes ministers niet zullen te welc komen, omdat zij de liberale dag bladen niet lezen M. Rara verminkt de Grondwet zegt hel Journal de Bruxelleshij schaft langs bestuurlijken weg af, wat hij langs wetgevenden weg niet zou durven afschaffen.» Indien het weigeren der traktemen ten aan vreemde priesters eene vermin king of afschaffing der grondwet is, dan mag dit M. Bara niet ten laste gelegd worden, maar wel de Kamer van volks vertegenwoordigers en den Senaat die in 1881 eene wet gestemd hebben welke luid als volgt De bedienaars der Catholieke, Pro- testantsche. Anglicaansche of Israëliti sche eerediensten, zullen geen recht hebben op eene jaarwedde 1" Indien zij onderworpen zijn aan patentrecht,uit hoofde van een bedrijf, eenen handel of eene nijverheid, uitge oefend zonder toelating van het gouver nement. 2. Indien zij vrëemdeungen zijn en gebruikt worden in de bedieningen van het geestelijk ambt zonder de toe lating van het gouverment.x De clerieale bladen wachten zich wel die wetsbepalingen aan hunne lez«i: mede te deelen want zij behelzen hun ne veroordeeling. Deze zouden op den eersten oogslag zien dat onze Minister vaïi Justitie zich bepaald beeft bij het uitvoeren der wet. Zij zouden daarbij met de grootste verwondering aanmer ken boe bet Journal de Bruxelles r.u eerst gezien beeft dat die wet eene ver minking der Grondwet daarstelt, ter wijl ze reeds twee jaren gestemd en door den koning bekrachtigd is. De interpretatie door liet Handels blad gegeven, doet van eenen anderen kant zien waar de schoen de geestelijk heid nijpt, Hee! de politiek van M. Rara strekt naar hetbestraffen der pries ters met hunne traktementen te ontne men ziedaar de gevoelige plaats. De weg naar de staatsgeldkas wordt die vreemde gezalfden afgesneden en dat is heiligschendend, monstrueus. En waarom toch zoo men dc vreemde priesters eene bezoldiging laten behou den welke iiet siambesiuur niet ver plicht is te geven, wanneer die geeste lijken, in plaats van dc plichten huns ambts waartenemen, waarvoor zij ei genlijk betaald worden zich onledig houden met het gouvernement hatelijk te maken en *s lands wellen en beslui ten te dvvarsboomen. De grondwet schrijft voor, zeggen de clericalcn, dat de' traktementen der geestelijkheid door het staadsbestuur moeten betaald worden en de Minister heeft in <le benoeming der geestelijk heid niet tnsscheu te komen. Dit komt neer oji te zeggen De bis schop noemt tol pastoor ol onderpastor wie hij wil, de slaat heeft niets anders te doen dan te betalen. Die thesis is inderdaad in de Kamer voorgebracht en verdedigd door M. de Lantsheere tijdensdc besprekingvan liet geval des pastors die alhoewel veroor deeld voor aanslagen op de zeden nog door den bisschop van Namen behouden was aan bet hoofd eener parochie. De ongerijmdheid van dit beweren is toen zegepralend bevochten gewor den en de centrale commissie, gelast met het onderzoek van het wetontwerp door M. Frere voorgesteld, juist om zulke benoemingen te beletten, heeft de pretentie der clericalcn omtrent dit punt niet durven staande houden. De maatregel door M. Bara strijdt niet alleen tegen de grondwet, bij is ook onreclilveerdig dit beweert bet Journal dc Bruxelles ook, doch bet blad onthoudt zich het bewijs dier onrecht- veerdigheid te leveren. Ware bet mogelijk geweest het ge drag der geestelijkheid te verdedigen, dan hadden de clerieale vertegenwoor digers zulks zeker niet nagelaten tijdens de bespreking van het schoolonderzoek. Dit enkwest is den beschuldigingsakt der belgische geestelijkheid en verreeht- veerdigd al de maatregels welke het staatsbestuur tegen haar neemt, maal- tregels die overigens gansch overeen komstig zijn melde beslaande wetten. (Opgedragen aan vriendin LISA, die mij uitiioodigi met haar meê te gaan naar Lourdes). Zangwijze De hoer zal 't al betalen 1. Uwbrieven zijn geen duit meer waard, Sinds gij naar Lourdes bedevaart Dat niemand kan genezen, Geen paus zelfs, bisschop ofjesuiet Zij sterven allen, zoo ge ziet. Hoera 1 voor 't Opperwezen!..(Bis.) 2. Neen, Lisa, schrijf mij dat niet meer, En gij, keer naar die grot niet weêr, Iloud u aan 't Opperwezen Aan God alleen. Geloof mij vrij, De rest is maar bedriegerij, Vandaag gelijk voordezen. (Bis). 3. Viel de oude paus niet van zijn troon, Met schepter en met vorstenkroon En, trots al 't bedewegen, Door 't kwezeldom voor liem gedaan, Bleef hij met geenen ncuze stann, Uw goede Pius negen (Ris). 4. Wat doet u toéh naar Lourdes gaan, Om daar met eenen neus te staan, Bij allerhande neuzen, Dje knielen voor gebakken steen, Oivoor een beeld, uit hout gesneên.— Godinnen van de Seuzen (Bis). 5. Ik zie van hier een andren neus, Geen grootor droeg er ooit een reus In de overoude tijden Hj pronkt te Rome, vol verdriet Als Humbert dezen neus beziet, Die vruchteloos nog wil strijden, (Bis). 6. Dm lacht hij, Lisa, buik sta bij, Eu keert zich om, en kijkt zoo blij Naar 't volk, d.it hij hoort zingen Ta- eere van Garibaldi, Die met den wakkren Mazini, itaaljes boei deed springen. (Bis). 7. Da studiebeurzen neus wordt oud, En die der kerkhof kwestie koud Dch, Lisa, welke neuzen Endan de kiezing, die, pardaf De- Tjevn neus een vuislag gaf, Waarvan bij lang zal bleuzcn (Bis). 8. De neus der scholen zonder God. Akakt al de kwezels nog eens zot, iVant zie, van al die neuzen. Of't aangezicht dier brave lièn, Wad er geen grooter ooit gezien, Tot groot plezier der geuzen. (Bis). 9. Dar hebt ge neuzen al genoeg Ot vindt ge 't anders, Lisa, voeg Jw eigen neusje er neven Mar vraag niet dat ik meè zou gaan, On ook al met een neus te staan, fe Lourdes... bij de Tjeven. (Bis). 10. Al wie een beetje verder ziet Dar zijnen neus, begeeft zich niet jfaar die gewijde grotten, Wiar men verboden handel drijft, Er bijgeloof en domheid stijft tiet water... voorde zotten I (Bis). MARIE G. Wij vinden in een blad van Brussel, een (-.legende, over het verhoor dal Mgr Doiijreloux, bisschop van Luik.niet den Koning beeft gehad en die zoo goed naar de natuur is afgekeken, dat wij ze aan onze lezers willen niededeelcn. Men weet dat de bisschop van Luik, in zijn bisdom, een dertigtal duitsche en liollandsche jiastoors heeft benoemd, ten nadeele van belgische priesters en die het gouvernement moei betalen, zonder dat iiet iets in die benoemingen tc zien heeft, Maar dal ware misschien, neg zoo erg niet,dat eenige vreemde priesters plaat sen van pastoors en onderpastoors he- kieeden. waarop zij geen recht hebben, indien zij daarvan geen misbruik maakte om het gouvernement dat ze betaalt aan Ie vallen en de wetten van het land, in limine sermoenen en biechtstoel voor slecht uit te maken en als moetende niet nagekomen worden. Hel is daarom dat de heer minister van justitie gezegd heeft, dat hij niet verplicht was die beleedigers van wet en overlieden te betalen en zij geene jaarwedde meer van den Utaat zouden bekomen. De bisschop van Luik vond dat na tuurlijk slecht, en liet is daarom dat hij bij den koning is gegaan om zijn beklag te doen, zoools wij reeds vroeger ga- meld hebben. De bisschop vroeg een verhoor aan Z. AL, bekwam het en werd hij den ko ning binnen geleid. Ziehier wat er vol gens de legende tussclicn de twee perso nen moest besproken worden Sire, zegde de prelaat, het is onver draaglijk, en, ah, dat zoo voori gaat. zijn uwe raadsheeren bezig met de "kroon in 't verderf ie storten. Hoe dat, uiijn beste, bisschop Door de kerk te vervolgen zooals zij doen. Ik hoor wel van vervolgingen spreken zegt Z. Al,, maar ik zie er geen. Oil, sire Ik was er zeker van dat Uwe Majesteit niet op do hoogte is van wat er in uw land voorvalt. Wat valt er zonal voor Afschuwelijkheden Daar, sire, in mijn bisdom alleen, heeft uwe minister van justitie, de jaarwedde van een dertigr tal duitsche priesters afgeschaft, die door mij tot geestelijke bedieningen werden be noemd. Duitsche priesters Maar hebben wij die vreemde budgetcters noodig, als wij zoovele landgenoten bezitten, die zon der bediening zijn d Ik heb het gepast gevonden dio bij ons te plaatsen. Oh En zij bobben zich waarschijn lijk in de politieke zaken des lands ge- me ugd Zij hebben hunnen plicht gedaan, Sire. t> De plicht der priesters, Monseig neur de bisschop, is aan de wetten te ge hoorzamen en hut gezag te eerbiedigen do vreemdelingen zijn dubbel verplicht die te eerbiedigen. Maar het is eeno verplich ting, die gij sinds eeniger. tijd uit het oog verliest en die ik geloot mijnen plicht te zijn u dat te herinneren. Goeden dag, Mijnheer Doutreloux.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Vooruit | 1882 | | pagina 1