Lees en verspreidt de WAARHEID 6 fe fro 9 9 cooooooooooooooooo» Kan het land vertrouwen hebben in de C.V.P.-regering, waarvan sommige leden, die er thans nog deel van uitmaken, worden aan geklaagd door nieuwe ministers, als hebbende verraad gepleegd Thans nemen zij samen het beleid van het land in handen. Kan men vertrouwen hebben in de C.V.P., als het blad van de nieuwe minister, de acht bare heer Moyersoen, in datum van 9 Aug. 1950 schrijft "Op gevaar af verkeerd begre pen te worden, moet ik toch bekennen dat ik er echt blij om was dat in de voormiddag die rookbom werd gesmeten tussen de socialisti sche banken, en dat op het historisch moment dat de Kroonprins aanstalten maakte om zijn eed van trouw aan de monarchie, Grondwet en democratische instellingen af te leggen, geroepen werd Leve de republiek Omtrent de samenstelling van de nieuwe regering, die ons vandaag het vertrouwen vraagt, schrijft hetzelfde blad Over wat achter de schermen gebeurde en tot deze plotse omwenteling in de samenstelling aan leiding gaf, zal misschien slechts door ge schiedkundigen opgediept kunnen worden. Wel blijkt dat de achterhandse onderhande lingen op volle toeren hebben gedraaid. Dat legt uit waarom de heer Pholien, een Waal, die echter enkele woordjes Nederlands kent, opgedrongen werd als eerste-minister, (om de Vlamingen tevreden te stellen). De bedoeling is loffelijk, maar met de heer Seghers als ondervoorzitter waren de Vlamingen beter gediend geweest. Ook valt het op dat de heer Roppe, volksvertegen woordiger uit Limburg, wiens naam Dinsdag geciteerd werd als mogelijk minister, niet op de lijst voorkomt. Hij moest op het laatste ogenblik vallen daar men, om onbegrijpelijke redenen, slechts acht Vlamingen in de rege ring wilde. In de huidige omstandigheden, men denke aan de internationale toestand, aan de inspan ningen voor landverdediging, aan de geschokte binnenlandse verhoudingen en de crisis in de economie, hadden velen een sterkere regering gewenst. De Vlaamse ministers zullen vermoede lijk een goed figuur slaan na de noodzakelijke aanpassingstijd, maar bij de Franssprekenden is het niet zo gesteld. Minister Brasseur, die de binnenlandse zaken moet behartigen, is pas sinds de vorige verkiezingen in het parle ment, en heeft nog geen bewijs van kundig heid kunnen leveren. Om te sluiten komt hier de kroon op het werk, want het blad van de achtbare heer ooooefrogooifrooganpooooooaiaa minister Moyersoen schrijft immers Een sterk bewind is nodig, tenzij de huidige rege ring slechts bedoeld is om het land te regeren tot na het C.V.P.-congres van September. Als dat de bedoeling is, kan de keuze van sommige personen, die nog geen ondervinding hebben, gemakkelijk uitgelegd worden. De h. Buisseret. II y a de l'espoir pour ceux qui ont été exclus De h. De Stobbeleir. De C.V.P. heeft gefaald om de nodige eendracht in het land, rond de Koninklijke Prins, te bewerken. De C.V.P. heeft jaren en maanden met een onver minderde kracht alle wijze raadgevingen van woordvoerders der liberale partij, in het par lement, van de hand gewezen. De persoon lijke vrijheid werd in de C.V.P.-kringen aan banden gelegd. De C.V.P.-parlementsleden mochten geen uiting meer geven aan hun persoonlijke gevoelens en opvattingen. Zelfs tegen de belangen in, en van het land, en van de Koning, hebben de C.V.P.-verte genwoordigers van de natie, posities moeten innemen, stemmingen uitbrengen, verzoenende voorstellen van de hand wijzen, op een manier die integenstrijd was met hun eerlijkste en meest eerbiedwaardige gevoelens. Het C.V.P.-blad La Relève brengt ons daaromtrent zekere onthullingen. Zij komen te laat, want sommige redacteurs van La Relève zetelen op de banken van de C.V.P.-parle- mentsgroepen, en zij evenmin als de anderen hebben de moed gehad, te handelen volgens hun geweten. In zijn zo bezadigde rede van 26 Juli j.l. heeft de acht bare heer Gillon de aandacht gevestigd van de Hoge Ver gadering, op al de maatregelen, die te laat werden getroffen, in verband met de moeilijkheden waarin ons land op 26 Juli reeds verkeerde. De Nieuwe Gids van 17 Augustus 1950 geeft, naar mijn bescheiden oordeel, een antwoord van die gezonde uiteenzetting van de achtbare heer Gillon. Het is echter een laattijdige bekentenis en tevens een droeve laattijdige vaststelling. Onze tweede overweging zegt de Nieuwe Gids is deze Wanneer wij nagaan welke politieke slijtage ons het koningsvraagstuk heeft gekost, dan moe ten wij toch opletten dat wij er onze laatste reserve aan goede elementen niet aan slachtofferen. De politiek van de laatste jaren is een vreselijk spel geweest. Er zijn er niet veel meer die nog de lust voelen er zich aan te wagen. Dit alles gezegd zijnde, zult gij toegeven dat er een ge wettigd wantrouwen heerst onder de Vlaamse en de Waalse ministers en dat de keuze van de C.V.P.-leiding geen vertrouwen inboezemt. Gij zult ook begrijpen, acht bare collega's, dat aan de hand van wat in de C.V.P.- pers is verschenen en van de striemende artikels die voor komen, zelfs na de samenstelling van de nieuwe regering, in bladen van C.V.P.-parlementsleden die deel uitmaken van de huidige regeringscombinatie, het land, de kieze ressen en kiezers, alle vertrouwen aan dergelijke partij ontzeggen en dat wij a fortiori de vertrouwensmotie in deze nieuwe regering niet kunnen stemmen. (Toejuichin gen op de liberale banken en op sommige socialistische banken).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Waarheid | 1950 | | pagina 3