Hebt dank, o gij, drie zustersteden 1 Hebt dank. Antwerpen, Bmgge, Gent Gij hebt met heldenmoed gestreden Thans niemand meer die u miskent Gij gloort weer als in vroeger dagen Toen gij, in Vrijheids zonneschijn, Uw goed en bloed voor 't recht dorst wagen - O, 'k ben weer fier Vlaming te zijn Elk land, elk volk, groet u met liefde, O, Vlaanderen, oude vrijheidswet! Gij zijl "iet meer, wat hen zoo griefde Een hen bekuipcud papennest 'k moest vroeger me in de vreemde schamen Om uwen naam, dat deed me pijn Thans noemt m' ons weer de vrije lamen - O. 'k ben weer fier uw zoon te zijn Hoe vaak heeft Rome's heilig drijven Uw ziel gewond, o A laanderen Noch vrij noch groot mocht gij ooit blijven Gij waart aan 't Vaticaan verpaod - Het scheurde u, na den strijd met ^lanjc, Door godsdiensthaat en listen fijn, Van Nederland en van Oranje Toch hen 'k noch fier uw zoon te zijn Ook na den val van Bonaparte Toen Neerland weer verecnlgd was Schiep Rome, lot onze eeuwge smarte, 't Jaar dertigin een bloedgen plas In vreemde taal moet m u icgecien, Men wou u dooden, Vlaandren mijn Natuur zij dank, gij mocht dit keerer. O, 'k ben weer fier uw zoon tc zijn Ja, juicht en jubelt, vlaamsche mannen/ Ons land herneemt zijn vroegeren rang Laat kerk en dompers samenspannen Wij zijn voor Rome niet meer bang Toont u thans «aardig zulk een zege Dat Vlaanderland niet langer kwijn Roept weer inei mij de volken tegen: 'k Ben fier en trotsch Vlaming te zijn Rotterdam, 15 juni. Hendrik Van Offle. durft hij ouderlingen schelden, dan brengt hij hun scheldwoorden toe Maar wanneer de beledigde ouden man van diep in de zeventig jaren den kloekgespier- den Denderlode die 36 jaren jonger is dan bij, uitleggingen gaat vragen over het geschrevene, dan blijft hij in zijnen achterwinkelslaan, be vende en laf O. gi schee ven blefier M. V. O, G1 SCHEEVEN BLEFFER! Wanneei de Dmderbode op zijnen lessenaar zit, gansch alleen, is hij moedig en dapper dan kelijk I boe ijselijk En dit alles geschiedde in den naam van den liefderijken God, in den naam van den zachtrooedigen Jesus, die ook den martel dood slierf, omdat hij geen huichelaar wilde zijn, omdat hij de waarheid dierf verkondigen en den kleine en ongelukkige uit zijne vernedering wilde opheffen ja, dat alles gebeurde om de macht te bevestigen van de groeten dezer aarde, die zich geroepen waanden om de beheerschers, de eeuwi ge verdrukkers der menschneid te blijven. En wie bevocht die afgrijselijke moorderijen, die wraakroepende wanbedrijven Wie kwam te gen die dwingelandij ia opstand V Wie verdedigde met de wapens in de vuist de ongelukkige slacht- toffers-van het fanalismus - Het waren do libe ralen van dien tijd, welke menden spotnaam van Geuzen heeft gegeven zij waren bet die goed en bloed teu beste gaven om die beulen van t mensch- dora te bevechten, het waren de Geuzen, de libe ralen, die den banvloek trotseerden, zich tegen de hatelijke dwingelandij der priesters en kasteélhee- ren hebben verzet en zoo gelukkig waren dat alles omverre te werpen cn aan den minste der men sch en den vrijen stand te verschaffen, die hij nu DE KERMIS, heeft volgens de Denderiode allerpraehlichst ge weest en de neringdoende burgers der stad zijn len uiterste tevreden;zou de Denderiode om niet kunnen zeggen waarom zijnen vriend Die van op de botermarkt zijne demissie gegeven heeft van de jonge garde Of het was omdat zijne herberg geheel de kermis proppen vol geweest is of om 't tegenovergestelde DANK U LAND. Zie, Pieken lief, d?t ik u ouder mijne handen had mij dunkt dal ik u kussen zou zoo ben ik te vreden van u. Nooit heb ik er kunnen in gelukken u met mij in uwe gazet doen bezig te houden eu nu ben ik er toegeraakt O. mijn braaf goed Pieken, boe gelukkig maakt gij mij locli. De boeren die u lezen welen nu dat gij den Yker leest, ze zullsn ook nieuws, gierig worden en mij ook lezen zip, ze zijn al allen bedorven, al uw boeren moeten mei mij den ketel in. Ik moet u en uwe medesullen, de Francisca nen. goed naar natuur geshildera hebben om u zoo in eens te doen vergelen dat bet u verboden was op ons te antwoorden. Maar ik ben geenc ondankbare. Pie, gij zult beloond worden ovpr't vermaak dat gij mij aan gedaan hebt uw kopje is naar t pijpenfabriek, 'k heb er eene grosse besteld en het zal een waar genot voor mij zijn uw kopje achter mijne sloof door te looker.. V.B. DE POMPIERS hebben met de kermisdagen dagen bewezen dat zij de burgers tot nut kunnen strekken zegt het Land. Dit is nu geen nieuws, Landekenvoor de kermis wisten wij dit al. Wij wisten immers dat depompierskonkurrentie dedenaan de huis schilders die meestal gelast zijn met bet was- schen der gevels der huizen. ledereen heeft over veertien dagen wel gezien datzij in de achterstraat de gevels van twee huizen gewasschen hebben. Het is waar dat de sprui ten derstad niet bestemd zijn om konkurrentic aande verwerste doen enddt de huisbazin van de familie van den kommandant is maar wat w ilt gij, onder een bokkenbestuur kan immers niets goed gaan i nog bezit. Burgers, landbouwers, wilt gij uwe vrijheid be houden, welke verovering' stroorneu van liet edel ste bloed heeft gekost wilt gij de vrijheid behou den, waarvoor zoovele onzer voorouders zich heb ben opgeofferd wilt gij over uwen eigendom, over uwe fortuin vrij blijven beschikken wilt gij niet terug in de klauwen uwer vijanden vallen en het ellendig leven van vroeger voor u en uwe kin deren vermijden... gij weet wat u te doen staat, stelt paal en perk aan de heerschappij der pries ters duwt de priester terug in zijne kerk, het moet voldoende zijn aldaar als heer en meester te handelen schrikt voor de kloosters, wier getal grooter en grooter wordt, wier macht zich meer en meer uitbreidt, wier vraatzucht nogmaals zulk een groot deel van onzen Vluamschen grond heelt opgeslokt en dagelijks n ogmiljoenen enmiljoenen der openbare fortuin verslindt. Ja, 't gevaar is groot en dreigend de ncod Vreest de kloosters, die uwen eigendom, uwen welstand beloeren vreest de priesters, die uwe vrijheid gansch willen vernietigen en u voor altijd aan ketens willen leggen zorgt voor uw eigen bestaan en voor dat, uwer kinderen verdedigt u tegen uwe vijandcb en ondersteund de liberalen, ja? stemt altijd voor de liberalen, om het even in welke kiezingen, hetzij voor de gemeente, voorde provincie of voor de Kamers laat de klerikale pastoorsknechten van kant en stelt overal liberale mannen aan 't bestuur, dat zijn de vrienden des volks, dat zijn uwe vrienden; zij waren het die het edelste schepsel Gods uit de slaveubandon verlos ten, aan de handen der beulen ontrukten en er waarlijk een mensch,een vrijen mensch van maak ten F' K- DE SERMONEURS. Allen mcnseli die hel geloof iu achting heeft en er geen winkel van politieke heerschzucht iu aanschouwt, moet zonderlinge gedachten in het hoofd gevoelen opwellen, als hij den stoel der waarheid onophoudelijk in een kwak- zalversgesloclte ziet vervangen worden. Weini ge dagen gaan er voorbij of er wordt tegen de trcffelijkste en deftigste menschen, gekend voor hunne burgerdeugdenen die de zeden en de w el- gevoeglijkheid boven alles stellen, gedonderd en geteueekt, (dal men ons liet Aalstersch woord verschoone) zij «orden van geuzen en slech ten behandeld de polichinel die aldus spreekt, maar te dikwijls om niet te zeggen bijna steeds, van achter de varkens of de koeien door den eene of ar.dere getrokken, om eeuigc stu diën te doen,zou moeten weten dat hij zijne zen ding niet begrijpteu zich het vei trouwen dal men hem geschonken heelt, iu hoop van later te die nen lot het verdedigen der goede zeden cn tot opbeuring van het got de cn liet onontbeerlijke der samenleving, op de leelijkste wijze onwaar dig maakt deze opmerking zal hem misschien ter harte niet gaan. niet te min zal eiken oiden- telijken mensch hem nemen voor wat hij is:voor een misk weekt kind, dat groot geworden zijnde, de vuigste handelwijze van eencn drifligen be drieger cn logenaar op het terrein dal hij bewan del:. in zijn geweten moet schrijven, voor zoo veel hij weet wat het geweien is. Welnu, welken eerbied slaat er aan zulke mannen te verwachten ntaken zij zich van iets waardig om in achting gehouden te worden. Ware hel niet in hel grootste belang der sa menleving dat er een einde aan die oneerlijke en bedriegelijke aanvallen gesteld werd en in dien de bisschoppen betamelijkheid en rede op hunne plaats zetleden, dit rijk van schelm stukken en lasteringen door de politieke clerezij uitgehangen, zonal lang ten voordecle der sa menleving opgehouden hebben te heslaan In derdaad. waartoe dienen die aanvallen legen politieke, tegenstrevers iu de tempels waarom die vermomde predikatiën tegen de geuzen, die duizendmaal meer geloof hebben en honderd duizend maal meer hunnen God beminnen en eeren dan zij, die scliuiinbeKken van gramschap en nijd om dat zij niet aanbeden w orden, en door die geuzen niet benevens den almachligen God geëerd en hooggeprezen worden. O de el lendelingen. Die twee pasten goed lij elkander. Een eehuwd man, zonder kinderen, die nog al opvlie gend en nog al voor 't breken is, had twist met zijne wederhelft, cn hij wierp eene tclloor door het venster. Madame, die zeer koelbloedig u, neemt net ta felkleed bij de vier hoeken en werpt het, metal wat er op lag door het venster. - Wat doet gij nu roept de man woedend uit Wel-, mijn haasken, zegde het vrouwken ■HBSMK.' ,3HUi—

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Den Yker | 1878 | | pagina 2