jende zegt Benoit, de mannen van de Garde-Civicue wam ons da beltten en stoken heer bajonet op 't geweer on ons tegen tanven, moor weir van gien klein bet je ben art, wer wor m pompiers hein, weir pakten ons bijl, en 't schold gein hoor of 't was door gröbite battaille op do grote markt. 't Spel kwam veer de genienterood en 't resultoot was do Garde-Givique mocht veer de poiert van 't.landhuis ne mier stoon. Ten hemmen nog oen scheet gelachen zie... Met de rcizigersclub die dan onder do leiding stond van Kapitein De Pa.e- pe Philip hebben wij schone reizen gemaakt, wij hebben veel plezier gehad op die reizen en er is van alles gebeurd, daar zijn er die hun vrouw ver loeren hommen in Parijs, daar zijn vrouwen die op de trein hun broek ver loeren van te lachen, daar is van alles gebeurd. V/aar zijn die schonen jaren naartoe En zo vertelt Benoit, oude herrinneringen, weeds lang overleden vrienden worde'n genoemd, en met een beetje pijn zegt Benoit "ja ja wor weeren weir oud Sprekende over ons blad "de Aeüsterse Spuiter" zegt Benoit het bledgoed te vinden en het nog alle maanden te lezen. Aldus zegt hij heeft ne mens nog omgang net de pompiers en is men van alles op de hoogte. Maar zeg eens Benoit, uw vrouw, vond ze dat goed dat ge steeds weg waart voor brand, oefening, enz Ah, zegt Benoit, mijn vrouw dat was een echte ponpiersvrouw, ze was in dienen tijd noga.l fier op mij zulle, mijn uniform mocht ik niet reinigen, mijn knopen niet kuisen, dat noest zij doen, Ja ja mijn vrouw dat was een echte. En later als vier van mijn acht zonen eveneens pompier werden, was het terug "ons moeder" haar werk om te zien of haar oudste, en andere jon gens proper waren. o Zoals onze vrienden pompiers weten deed toriend Benoit op 7.9.48 zijn. gouden huwelijkshubileum. Ik heb benoit net zijn vrouw en grote familie, 12 kinderen en 13 kl'oinkinderen, gezien in de kerk. Spijtig dat er^ zo wei nig pompiers daar aanwezig waren om een van onze ouwe taaie proficiat te wens en» Doch die daa.r niet waren, konden toch hun wensen laten geworden, iets wat door veel van ons leden gedaan werd. Benoit en zijn vrouw zijn zeer tevreden, en maken nog eens langs deze kant hun dank. over aan de le den. - Het jubileum werd nogal gevierd zulle, tot laat in de dag of... nacht werd de gebeurtenis gevierd, en Benoit is niet, zoals vooir D Hondt in slaap gevallen zullen, hij hi*eld ferm voet bij stuk. Benoit ik heb u in de kerk gezien, die kerk die ge hebt zien oranden, brand waar gij, en met welk spijt, niet kon aan medohelpen om hem te be strijden, maar waar ge toch uw deel aan had met het bewaken van hei- arse naal, ik zeg ik zag u in de kerk, u met uwe vrouw en kinderen en klein kinderen, ik zag U flink opstappen gij arm aan arm met uw gade, die zo veel jaren met u de strijd van het leven heeft gestreden, beeld ian onze oude vlaamse Christelijke families. Ik was fier te behoren o - een korps die zulke gezinnen in haar rangen mag tellen. Benoit, aan U en uw achtbare vrouw, moeder van zonel po.^ie.s, 0eg ik oprecht proficiat, veel zou ik willen zeggen, veel zou lïwuun wensen en hopen en doen, maar ik ben ook maar "ne mens v - i toewensen dat ge nog vele jaren zoudt mogen genie om en ?^enr"e goede vrouw, van cl het goede dat hier op de aarde te inden is. Ik wens U dat ge binnen tien j aar' een diamanten bruiloft zou - g rJ1 niet met uw kinderen en kleinkinderen, maar ooi ne - <- - n- deren en met gans ons korps. Lansier 46. O O

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Aalsterse Spuiter | 1948 | | pagina 4