ken, hetzij met dit of dat hetzij met de wacht te houden in het park, waar nog een fiets werd ontvreemd van een onzer beste pompiers, fiets die nadien echter teruggevonden werd door een dedectief in spe Ik breng hulde aan het inrichtend comité, aan het Erecomité en al de andere, ik breng vooral hulde aan één, die gewerkt en gezwoegd heeft als een paard, zoals de Commandant het zo goed zegde, op het Banketen - melijk aan onze Adjudant Ringoir Be- noniwij hebben hem zien werken,het is een ORGANISATOR,zoals wij er maar één hebben. Ik breng hulde aan onze Louis, die in die dagen grijze haren heeft gekregen, en die niet wist waar zijn kop stond, maar die toch alles IN ORDE wist te brengen ne waar Louis. 'Hulde aan ons Bestuur, en ■hulde aan al de pompiers van het Korps van Aalst. Nog eens hulde, maar nu aan al de echtgenoten der Pompiers, die dezer dagen nog eens bewezen hebben echte POMPIERSVROÜ EN te zijn, want ja, laat het ons maar zeggen, wij hadden een herhaling, een vergadering of iets anders en zij ja bleven nog al dikwijls eens thuis, dus ook aan hen mag hulde worden gebracht. En zo kom ik eindelijk aan het EINDE van onze feesten en van mijn verslag. Ik eindig met mij te ver ontschuldigen moest ik soms iemand vergeten hebben, of moest ik soms hier of daar iets niet juist hebben weergeven. Ik eindig met te zeggen, en ik geloof dat 'ik vertolk datgene wat wij allen hebben gevoeld tijdens deze feesten, ik ben fier deel uit te maken van het Pompierkorps van Aalst, zo'n korps dat gekend staat als een der beste van Belgiezo'n korps die de bewondering heeft weg gekaapt van al de vreemde bezoekers aan Aalst, zo'n korps zoals er maar eer is, het Korps van Aalst, en ik eindig met de woorden Lang leve het Pompierkorps van Aalst Lang leve onze brandweermannen in rauwe BROEDERBAND, tot heil en glo rie van onze goede stad Aalst. LANSIER 46. Aalst. 15 Juli 1951.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Aalsterse Spuiter | 1951 | | pagina 10