NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST.
BID VAN Di SCHOUT.
Hulpgelden.
Donderdag 28 Januari 1892, 10 centiemen per nummer 46s* Jaar, X° 2641
Een boek dat te pas komt.
Een en ander.
DE DEN DER BÖDR
ARONNEMENTPRMS
Jit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars
fr. 3,25 voo zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen.
De inschrijving eindigt met 31 December.
Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat,
N° 31, en in alle Postkantoren des lands.
ANNONCENPRIJS i
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, fr 1,00 Vonnissen op
3' bladiijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdagavond. De onkosten der kwitantiën door de Pos
ontvangen, lijn ten laste van den schaldenaar.
Calque
AELST, 27 JANUARI 1892.
Politiek overzicht.
Frankrijk. Nog de verklaring der
Cardinalen. De Fransche republikeinen
zijn toch al vieze potentaten Doet voor
die menschen al het goed dat ge kunt,
ze zijn nog niet tevreden en voor bedan
king zullen ze u, als ze dat kunnen, nog
wat... stampen toedienen.
De verklaring der Cardinalen is daar
het sprekende bewijs van. Voorde eerste
maal sedert 1870 herkennen hunne Hoog-
weerdigheden den republikeinschen
staatsvorm. Nu zult ge denken dat al de
republikeinen hun gaan in de armen val
len
Ge zijl er niet half
Weet ge wat ze doen Ze vragen heel
eenvoudig dat men de Cardinalen, ver
volge, zooals men reeds den Aartsbis
schop van Aix vervolgd heeft; niets meer
en niets minder.
Zooals we reeds zegden, heeft M. Hub
bard in de Kamer reeds het ministerie
daarover gepolst.
En waarom die vervolgingen Omdat
de Cardinalen de vrijheid nemen in dit
manifest door AB te bewijzen, dat de
tegenwoordige republiek reeds 20 jaren
lang de geestelijkheid en de katholieken
heeft gejudast.
Maar de Cardinalen kunnen toch niet
gaan zeggen dat de republiek altijd goed
is geweest voor hen, als men van het
tegenovergestelde nog dagelijks honder-
de blijken ziet. Iemand kan toch niet
zeggen dat hij warme voeten heeft, als ze
zoo koud zijn als ijs
Men kan heel goed zien waarom de
republikeinen zoo handelen. Zij vreezen
dat, door de republiek te erkennen, de
Cardinalen eenen overwegenden invloed
zouden kunnen krijgen op de stemming
van alle gematigde kiezers en er, bij de
algemeene kiezingen van 1893 wel eens
eene conservatief-republikeinsche meer
derheid in de Kamer zou kunnen komen.
En moest die majorité centre-gauche, zoo
als men dat in Frankrijk noemt, tot stand
komen, dan zou het gedaan zijn met het
gezag der radicalen.
Daarom gaan ze met zooveel hevigheid
te werk en schreeuwen ze houdt den
diefofschoon men niemand anders zou
moeten aanhouden dan hen zeiven.
Wij verwedden tien tegen één dat het
gematigde ministerie de Freycenet
onder den pantoeffel zal blijven liggen der
radikalen en aan de schreeuwers gelijk
geven, zooals dit overigens altijd in
Frankrijk gebeurt.
Londen, 26 januari,
De Morning Post zegt dat, indien de
Paus, die diplomaal geboren is, er in
gelukt eene toenadering te bewerken tus-
schen de Kepubliek en de Kerk in Frank-
(12e Vervolg).
VI.
Het ging Markm als duizend andere eigenbaat-
tuchtigen. Volgens dc eisclien van den godsdienst,
wellicht ook van eene soort van slaperige men-
ichenliefde zijn zij genegen, aalmoezen te geven
maar met de menschen in aanraking te komen,
die moeten geholpen worden, neen, dat niet I Zij
houden zich op behoorlijken afstand geen draadje
uit het weefsel van het lot der vreemde menschen,
moet aan hunne kleercn blijven hangen zij zetten
de taak stil en voor goed aan cencn kant, maar
komen plotseling te voorschijn, wanneer hunne
eigenliefde in het spel komt.
Of was het niet de eigenliefde, die hem aanzette
den boschman met zijne menschlicvende bedoelin
gen kost wat kost te dwarshoomen
Hij had onmiddellijk naar de pachthoeve willen
ga»D, om zich aan den ouden verkwister, den
rijk, zulks een der schoonste triomfen
van zijn pontificaat zal zijn.
Indien de Republiek oprecht de voor
stellen, haar door de Kerk gedaan, aan-
veerdt, voegt het blad er bij, dan zou men
zien dat het grootste gedeelte der fran
sche katholieken niet beter wenscht dan
loyale burgers te zijn, mits de Republiek
haar eigen dogma, verdraagzaamheid, in
praktijk stelt. Handelsblad
Ter gelegenheid der bespreking van
de begrooting van binnenlandsche zaken
en openbaar onderwijs,badden de heeren
Woeste en Heilepulte een amendement
voorgedragen, waardoor 100,000 fr.
hulpgelden, aan de vrije scholen zouden
worden uitgedeeld.
Dit voorstel wierd door het gouverne
ment bestreden. Gelukkige beweegreden
kon echter de heer minister niet inroe
pen, ook wierden zij dapper door de
strenge dialektiek van M. Woeste en
Heilepulte weerlegd. Zijne bewijsvoering
was gesteund op de wet van 1884, op
liet voorbeeld zijner voorzaten, op de
onmogelijkheid der toepassing, op den
finaniiëelen toestand die de tegenkanting
van M. Beernaert meebrachten de ge
ringheid der toelage, die voor iedere
school, op eene gansch onbeduidende
som zou uitloopen.
Moet ik zeggen dat deze beweegre
den geen steek kunnen houden
Ook gevoelde de linkerzij, onder andere
de heeren Bara en Ma^is.de noodzakelijk
heid den heer Minister ter hulp te vlie
gen, niet uit genegenheid, maar omdat
zij verklaarde vijanden van het vrij
onderwijs zijn, dat hier door den Staat
zou ondersteund worden. De heer Magis
wilde ook de onwettelijkheid van het
amendement doen uitschijnen en ter
zelfdertijd bewijzen, dat dit voorstel
door partijbelang was in 't leven geroe
pen, daar de katholieke partij alleen in
siaat was, zich op de diocesaausche kof
fers steunend, een onderwijs in te rich
ten.
Al die beweegreden, schenen M. Bara
nog niet gegrond genoeg. De man van
't gekend dal is diensvolgens deed in
deze bespreking de Grondwet tusschen
komen. Het voorstel Woeste was niet
alleen onwettelijk, 't is te zeggen, tegen
de schoolwel van 1884 maar zelfs tegen
strijdig aan de voorschriften der Grond
wet. Ten andere, het voorstel moest
nog verworpen worden, om de slechte
gevolgen die liet na zich sleepte, want
it moest iedereen toelaten, onder t'een
of t'ander voorwendsel, in de staatskas
te grijpen.
Dit zijn al de porringen, die men in de
Volkskamer, tegen deze zoo rcclilvccrdige
zaak heelt doen gelden. Ook heeft M.
Woeste in twee meesterlijke redevoe-
slocffer, den speler en brasser en de zijnen voor te
slellen, om hun allen te vragen, toch in Gods naam
geen kwaad van hem te denken.
Niets anders dan ijdclheid, verecnigd roet een
gevoel van lastigheid op den groenrok, die zoo
trouw als goud zijn moest, had het meisje dal nie'
gezegd V en toch slechts den opoiferenden held
speelde, om te kunnen visschen op zijn getij...
Lastig als hij was, baande hij zich spoediger
dan te voren cenen weg door het kreupelhout, cn
stapte voort op een der smalle paden, die op den
rijweg Inngs liet goed uitliepen, cn toen bjj er uit
kwam, zag hij juffrouw Griebel van den molen
komen.
Zij droeg ook een vischnet aan den arm. Het
zag er nu op deze plaats niet zoo dichterlijk uit
als onlangs toen de meid er stond ook spartelde
eene veel grooterc vracht tusschen de mazen
dan toen.
Ja, nu komt gij mij wel wat overvallen, M.
Markus! riep zij hem min of ineer verstoord toe.
Kondt gij niet zoo lang in het bosch zijn gebleven,
tol ik goed en wel thuis was cn mijne forellen had
schoon gemaakt Nu moet gij wachten en u aan
gedekte tafel vervelen ik kan u niet helpen.
Nu ja, zie maar eens hier. Gij hebt ze nu toch ge-
van den avond krijgt gij forellen, dc schoon
ste, die de molenaar had. Louisje heeft boter ge
karnd, en voor een half uur kwanten ze aan
nieuwe aardappels namelijk. Et a van onze goede
ringen, al die drogreden vergruisd,
die strenge dialektiek die hem kenmerkt,
Het goede recht, de rechtveerdigheid
der zaak, van de hulpgelden is afdoende
door M. Heilepulte in de zitting van
Donderdag 21 Januari bewezen.
In het vrije België, heeft iederen huis
vader het recht, dat onderwijs aan zijne
kinderen te doen geven, 't welk met zijne
godsdienstige gevoelens en zijne poli
tieke overtuiging overeenstemt.
De burgers, de gegoede lieden, kun
nen het onderwijs dat hen bevalt,
betalen de arme werkman kan het
niet en voor hem, om hem de
gelegenheid te geven zijn kind die
opvoeding te geven die hem behaagt,
zijn de vrije scholen uit den grond
opgerezen, door de edelmoedigheid van
edele herten ondersteund. Dit is vooral
noodig in de groote sleden, waar het
lager onderwijs in de handen der vrij
metselarij is.
Dit is onloochenbaar.
Men moet ook het pyramidaal bos,
hebben van M. Bara om dit voorstel a
ongrondwettelijk te durven bestempelen.
Ik geloof dat dit van Dendergalm tot
zulke dwaze bewering ontoereikend zou
zijn.
In de Grondwet komt over dat punt
geen letter voor, volstrekt geen letter.
Het onderwijs is vrij zegt de Grond
wet. Dat op de kosten van den staat
geleverd is door de wet geregeld.»
De wet op het lager onderwijs is
tegenwoordig de wet van 1884. Deze in
haar artikels 9 en 10 heeft de vraag der
hulpgelden beslist.
De vrije scholen kunnen ondersteund
worden, zoo zij aan zekere voorwaarden
voldoen.
Wat meer is een koninlijk besluit van
September 1884, heeft die vraag ontegen
sprekelijk opgelost. Ook heeft M. de
Burlet, onze achtbare minister, aan M.
Woeste aanstonds moeten toegeven, dal
indien de wet het toelaat, de hulpgelden
aan vrije scholen toch niet toeschrijft,
niet gebiedt.
De andere beweegreden hebben aan de
scherpe en strenge weerlegging van on
zen achtbaren heer Woeste niet weêr-
staan. De tegenkanting van den heer
Minister, heeft hij toch niet kunnen
overwinnen, en zag zich in de zitting
van Vrijdag 22 Januari gedwongen, zijn
amendement terug te trekken, maar
spoorde de» heer Minister hevig aan, een
ontwerp neêr te leggen en verklaarde
indien het gouvernemen dien plicht niet
vervulde, aan de eischen van het land
geen gevolg gaf, hij zelf die leemte be
reidwillig zou aanvullen. Gansch de
rechterzij keurde dit goed.
Op de yerderc beweegreden komt Den-
derbode in een volgend nummer terug.
Het socialismus, zijne gronden onder
zocht en zijne onmogelijkheid bewezen
door V. Cathrein. S.-J. uit het hoog-
duitsch verhaald door Ernest Soens,
priester, candidaat in wijsbegeerte en
letteren.
Een priester, geboortig uit ons arron
dissement, thans student in de Hooge-
school van Leuven, de eorw. heer Ernest
Soens, van Aspelaere, heeft het uitmun -
tend gedacht gehad, eene Vlaamsclie ver
taling uit te geven van het merkwaardig
boek door den geleerden Duitschen
Jezuiet, Pater Cathrein aan het socialis
mus besteed.
Dit boek eerst in October 1890 in het
hoogduitsch verschenen, is alreeds ver
taald in de bijzonderste talen, en heeft
overal hel beste onthaal ontvangen. Geen
wonder; immers Pater Cathrein heeft
onzes dunkens de beste wetenschap
pelijk ontleding en de doeltreffendste
wederlegging der verderfelijke grondbe
ginselen van het socialismus geschreven.
Hij neemt hetsocialismus in zijn eerste be
grip, beschrijft in 't kort zijnen oorsprong
en zijne geschiedenis om dan den ver
keerden,den door en door valschen grond
zijner leeringen te bewijzen onder opzicht
zoowel der wijsgeerige en godsdienstige
stellingen als der huishoudkunde, zonder
te vergeten de innige betrekkingen van
liet socialismus met zijnen vader liet eco
nomisch liberalismus in het licht te bren
gen. Eindelijk wordt in eene reeks hoofd
stukken de onmogelijkheid van het socia
lismus met afdoende proeven bewezen
Dit kort overzicht zegt genoeg hoe be
langrijk de inhoud van P. Cathrein's ver
handeling is en hoezeer het gunstig ont
haal dat zij in alle europeesche landen
genoten heeft,verdiend is.
Ziedaar het nuttig werk waarvan de
eerw. heer Soens eene keurige Vlaam-
sche uitgave komt te doen verschijnen.
Wij kunnen niet genoeg alle katholieke
Vlamingen zoowel wereldlijken als geeste
lijken, aanporren, om er kennis mede te
maken.Zij zullen er eene grondige kennis
in puiten van de grondbeginselen van liet
socialismus en terzelvertijd onwederleg-
bare bewijzen vinden van hunne valscb-
heid en van de volkomene praktische on
mogelijkheid van ze te verwezenlijken.
Een onzer vrieuden, aan wien wij het
boek van M. Soens te keuren gaven, deed
op de volgende wijze den indruk kennen
welke de/e lezing hem gelalen had rUit
boekje moet het brevier worden van alle
Vlaamsche anti-socialistische strijders.
Wij stemmen geheel met dit gevoelen
overeen,en wij voegen er bij dat iedereen
die het wel meent met den voortgang der
katholieke volkspartij moet helpen dit
verdienstelijk werk dat ook in het jaar
boek van hei Davidsfonds is opgenomen,
te verspreiden.
Heden is de afzonderlijke uitgave
slechts te verkrijgen bij den schrijver
vrienden, de hovenier van het kasteel, waar i
man tot voor drie jaren rentmeester was, hacft mij
uit oude liefde en vriendschap een maaltje voor u
afgestaan... Mijnheer Markus, nieuwe aaadappels
in dezen tijd I Zij viel zichtclve eensklaps in de
rede cn bleef staan.
Wel verbazend, daar bobben wc weer zoo'n
schoon bezoek op den straatweg I zeide zij vinnig
wees naar eene gestalte, die met den rug tegen
beuk geb-und, over bet spoor lag. *t Is tegen
woordig een ellendige tijd I L)c dronken ambachts-
liggen als vliegen op den weg, en men moet
oppassen dat men ze niet dood trapt. Dat was
vroeger zoo niet. En al zijl gij tiemnaai zelf iabrie-
kant, M. Markus, ik zeg het toch, dal komt van de
fabrieken cn van al .rat oorlog voeren. Daardoor
gaan er velen op den bol, al willen ze met. en ze
vervallen tot de schandelijke ondeugd, zonder te
weten boe. En dan wordt er later uitgevaren tegen
bet verderf ja, met volle maag is dat gemakke
lijk preeken.
Zij waren intusschcn bij den man gekomen en
Markus zag een bleek gezicht, dat met moeite
oogledeu opsloeg, om eeu hangen blik op de
sprekenden te werpen.
Maar die man is niet dronken zegde Al.
Markus, lerwijl bij den pols van den hangenden
arm vdeldt*.
Bij mijne ziel, dat zie ik nu ook Goede
hemel, ik spreek van nieuwe aardappels, en daar
(eerw. H. Soens, Heiligen Geest Collegie
Leuven) tegen den geringen prijs van 1 fr.
Bij 23 exemplaren genomen en voor
werkmansvereenigingen, wordt nog een
goede afslag toegestaan.
Wij achten het eenen plicht de ver
schijning van dit nuttig werk aan te kon
digen en verzoeken alle katholieke dag
bladen van er de aandacht hunner lezers
op te roepen.
Wij zijn immers overtuigd dat boeken
van dezen aard niet genoeg kunnen aan
bevolen worden.
BL. B.
Vasten. De dagbladen hebben
gemeld dal de Heilige Vader, evenals
over twee jaar, de geloovigen van
ons land van het houden van deu
Nasten en van de vleeschderving ontsla
gen heeft, tijdens gansch den duur der
influenza.
Dit bericht in bovengenoemde bewoor
dingen is onjuist. De H. Vader heeft al
leenlijk HH. Hoogw. de Bisschoppen ge
machtigd zelf de bovengemelde vergun
ning te schenken in de mate en zoo lang
zij dit zullen noodig achten.
Wij moeten dus wachten tot wanneer
de Bisschoppen gesproken hebben.
"Veeziekten. In den laatsten
trimester van 't jaar 1891 was de ge
zondheidstoestand van den Belgischen
veestapel minder slecht dan in vorige
jaren.
In December woedde de longontste
king hevig te 's Gravenbrakel. In eenen
stal moesten 30 hoornbeesten afgemaakt
worden. In Brabant, Limburg en Luik
deden zich 14, 12 en 14 gevallen van
longontsteking voor.
De roodvonk St-Antoniusvuur of
varkensplaag woedt hevig in de pro
vincie Luik daar waren 120 gemeenten
besmet, in de andere provinciën geza-
mentlijk 50.
Ons gouvernement en dat van het
Groot Hertogdom Luxemburg zijn over
eengekomen elkander ie verwittigen als
ergens eene besmettelijke veeziekte ii
uitgeborsten.
Prinses Stephanie. De
Ftgaro beweert dal, ondanks de officieuze
logenstraffingen, het aanstaande huwelijk
van aartshertogin Stephanie, weduwe
van kroonprins Rudolf van Oostenrijk,
met den hertog van Bragance, eene be
sliste zaak is. De afkondiging der huwe
lijksbeloften /.ou plaats hebben na afloop
van den rouw van 't hof. De hertog van
Btagance was vroeger de beste vriend
van wijlen aartshertog Rudolf.
Wij deelen het nieuws van den Figaro
mede,onder alle voorbehouding.
Tliongert een mensch. Ja, het is, zooals ik altijd
zeg. de gaven Gods zijn op aarde wonderlijk ver
deeld.
Zij stak de hand in den zak en haalde er een
hroodje uit, dat zij den man aan den mond hield,
daar, goede vriend, Dijt er maar eens goed in
dat zal u zoo goed doen, als eene lamp, waarin
men nieuwe olie giet.
Een zwak rood verscheen op de wangen van den
uitgeputten vreemdeling, evenals zoo even bij het
woord verhongert, en zijne hand hief zich zwak
afwijzende op.
Kom, kom, houd u maar niet zoo groot I
riep juffrouw Griebel hoos. De honger ziet ude
oogen uit eu nu zoudl ge iemand nog willen wijs
maken, dat ge van middag lampreien geeëten
hadt. Eet maar eens van dit hroodje Dat
helpt u weer zoo ver op de ben, dat we u naar
huis kunnen brengen en ik heb nog eene kiach-
tige soep staan, en een goed bed zult ge ook heb
ben.
Beproef eens te eten sprak M. Markus
vriendelijk. Daarop nam de man het broodje aan.
iu, na de eerste beet was hij geen meester meer
zichzelvcn hij at roet gulzigheid en scheen al-
tc vergeten.
Het was een knappe, jonge man met een zwareu
rossigcu baard. Zijne kh-dren waren kaal, maar
men zag, dal hij van zindelijkheid hield voor
sneeuw witten halsboord had hij wellicht zijne
leste penningen gegeven.
Ja, ja, dat moest zoo'n arme vrouw thuis
eens welen zegde juffrouw Griebel met een be.
teekenenden hoofdknik op den etende. Zoo'n moe
der vindt menigmaal voor haar jongen geen
bed zacht genoeg en geen eten te krachtig, cn la-
«er.
Zij zweeg onwillekeurig want zoo haastig als
zijne zwakte het toeliet, tastte de jonge man naar
zijnen hord die hem bjj het vallen ontsnapt moeat
zjjn, en trok de brcede rand diep over het voor
hoofd, als w ilde hij zijn aaugczicht aan den blik
der omstanders onttrekken.
Nu, jouge man, daar hoeft ge mij niet zoo
scheel op aan te zien, hervatte juffrouw Gricbol
nset al hare kalmte. Menigeen is in den oorlog ge
weest of heeft met eene hongerige maag in de
grachten langs de straatwegen gelegen eu is later
thuis een knap man geworden. Zoo, nu zullen wij
zien, of we u op de been kunuen krijgen,
ik heb zes weken in hel hospitaal gelegen,
mompelde hij bijna onverstaanbaar, cn kom...
Dat kan men wel zien, dat ge ziek geweest
zjjt, viel dc vrouw hem in de rode, en waar ga
andaan komt en wat ge verder van plan zijl, dat
hoeven wij niet te welen, ge blijft dezen nacht
hier eon beelje slaap is even noodig als brood
en morgen zullen wij verder zien... Komaan',
moed Laten we eens probceren.
(Woidi ToortgMet.J