Visehmarkt. De nieuwe Visclimarkt. Kaatsspel, Houtmerkt. Allerhande nieuws. De geuzenbladen hebben geene beleedi- gingen genoeg, als eene gemeente, uit spaarzaamheid, eene nutteloozo school afschaft. En nu ziet men de geuzen, die de be zuinigingen ook noodig hebben, die zoe ken op het schoolgebied, dat zij zoo lang als onschendbaar wilden doen eerbiedigen. Tc Thuin heeft een deel van den libe ralen gemeenteraad voorgesteld het colle ge af te schaffen, dat 18 leerlingen telt en aan de stad 7,200 frank kost. Gelukkiglijk is de meerderheid stand vastig gebleven en zij heeft geoordeeld, dat het gemaakt is om verkwist te wor den. Het volgende fragment uit het leven van den vermaarden Edison, door hem zeiven verhaald, vinden wij in De Hor logemaker. Bij het begin van den burgeroorlog was ik gazettenverkooper en werkte van 's morgens vroeg tot 's avonds laatzon der het ver te brengen. Mijn kapitaal was zeer gering eenerzijds kon ik niet meer bladen koopen dan ik weer dacht kwijt te worden, anderzijds moest ik ook geen ge brek aan exemplaren hebben. De noodza kelijkheid om een cijfer der exemplaren te bepalen, deed mij vroeg de waarde der nieuwstijdingen schatten. Ik maakte een accoord met den drukker der Free Press, die mij eiken morgend eene proef van zijn blad liet zien. Ik vloog dan den in houd door en schatte daarnaar de ver koopwaarde. Gewoonlijk verkocht ik tusschen de 200 en 300 exemplaren. Op een goeden morgend zag ik op de proef in vette letters een beschrijving van den slag bij Pittsburg. Dadelijk begreep ik den toestand. Hier viel iets te verdie nen, maar alleen wanneer langs de spoor- weglijn, die ik bediende, het publiek kort te voren op de hoogte gebracht werd van het gebeurde. Ik kreeg een gedacht en liep naar het telegraafbureel. Daar deed ik den dienst- doenden ambtenaar het voorstel aan alle statieoversten langs de lijn het bericht van den slag te telegrafeeren, met het verzoek dit te doen schrijven op het zwar te bord, waarop gewoonlijk de berichten betreffende de treinen werden vermeld. De telagrafist nam het voorstel aan, onder belofte dat ik hem een halfjaar de gazet voor niemendal zou leveren. Nu ging ik naar den bureeloverste der Free Press en vroeg hem, of hij mij 1500 exemplaren wilde afstaan, ie betalen binnen acht dagen. Hij sloeg het af, wat mij volstrekt niet verwonderde. Toen raapte ik al mijn moed bijeen en ging de trap op naar den uitgever zei ven, de heer Storey. Ik werd toegelaten en legde hem uit waarom ik 1500 exem plaren wenschte op krediet. De heer Storey was een lange ma gere man, droog als een lucifer. Hij keek mij scherp aan, nam toen een stuk papier, schreef er iets op en gaf het mij. Laat dat beneden zien, dan zullen zij u alles geven wat gij wenscht. - Nooit in mijn leven was ik zoo blij. Nu was ik dan in het bezit van 1500 bla den ik nam twee jongens om mij te hel pen vouwen, en ging op den trein. I)e vraag was, of de telegrafist had woord gehouden. Ja wel, op de eerste statie, waar wij kwamen verkocht ik gewoonlijk twee gazetten. Toen ik mijn hoofd uit het portier stak, zag ik het perron volinenschen. Men wachtte op den trein. Ik verkocht 100 exemplaren aan 25 centiemen het. stuk. Op de volgende statie hetzelfde tooneel. Ik verhoogde nu den prijs tot 50 centiemen en verkocht er 300. Zoo ging het voort tot ik aan de laatste statie mijne exemplaren voor 1 frank en meer kwijt raakte. - Een der staties was vlak bij eene kerk. Ik stapte uit en riep mijn nieuws langs den trein, waarna alle menschen uit do kerk kwamen, met den predikant inbegrepen, om eene gazet machtig te worden. - Op dien dag, zoo eindigt hij dit verhaal begreep ik de macht der elec- triciteit. Dendergalm van zondag deelt een schrijven raeé van M. Eugcen Levêgue. Dat heerschap wil met den eerlijken Den- derbode in geene betrekkingen komen en daarom verzoekt hij een plaatsje in 't liberaal orgaan om aan ons schrijven eene klinkende logenstraffing te geven. Zoo, zoo, dit heerschap wil met den eerlijken Dendei-bode in geene betrek kingen komen Op 't punt van eerlijkheid, M. Levêgue, mag De Denderbode zich over al ver- toonenHebt gij goed begrepen 1 Gij, die u hier te Aalst zijt komen neèr- zetten omdat de daghuren hier kleiner zijn dan te Brussel, ja, gij durft ons de les voorspellen I Gij geeft ons eene logenstraffing, eene klinkende zegt gij. Ehwel, op onze beurt geven wy u eene klinkende logenstraffing wanneer gij be weert dat al uwe werklieden gemiddeld fr. 2,50 daags winnen, gedurende de 8 of 9 maanden in 't jaar dat zy aan den arbeid zijn. Gij zegt dat Denderbode geen woord weet van 't gene er in uwe fabriek om gaat. Neen, Denderbode .weetalles niet wat er omgaat, maar wat hij toch weet, 't is 1° Dat uwe eerste werklieden werden weggezonden omdat er geen werk was in 't begin van juni 11. 2° Dat uwe fabriek stil ligf, sedert den 8 juli 11., dus sedert vier maanden, en er nog geen hoop is voor de werklieden van terug aan 't werk te kunnen gaan. 3" Dat de verwers en arbeiders aan de caclioukuipen maar 11,12, 13, 14 en 15 centiemen per uur winnen en de overige werklieden op 't stuk werken. 4° Dat de vlcesch trek kers, stukwerkers, fr. 2,50 daags kunnen verdienen, wanneer zij dertien uren daags arbeiden, dus tegen 19 centiemen per uur, en dat dit werk zoo vuil is dat de kleederen der arbeiders er grootelijks door beschadigd worden. 5" Dat uwe werklieden ten meerderen deele wanneer zij zonder werk loopen ten last-» van ons Bureel van Weldadigheid blijven. Ziedaar wat Denderbode zoo al weet... G'hcbt Denderbode goed te logenstraf fen, de hier hooger aangehaalde feiten zijn overbekend. Wat de briefjes betreft die het wekelijksch loon aanwijzen deze wer - den meer dan eens ten Bureele van Wel dadigheid te voorschijn gebracht en dat kunnen alle de heeren Leden en bedienden bevestigen. Denderbode beging dus de dwaasheid niet van te spreken over zaken die hij niet kent, en indien er hier iemand wetens en willens, opzettelijk gelogen heeftkijk eens in een spiegeltje,'M Levèque. Maar zeg eens, gij die er zoo hebt op geboft, dat gij u niet bekommert over de politieke denkwijze uwer werklieden, is het waar dat er vijf zijn die.bij 't hernemen van 't werk, nimmer zullen aangenomen worden, omdat zij voor de Dompers heb ben gekozen Toen uwe fabriek alhier op de Moorselschebaan gevestigd was, mochten uwe werklieden nogthans voor de Dompers kiezen en Denderbode weet ook al waarom, M. Levèque! Wonder niet waar Onze oude Visehmarkt is thans voor goed verlaten en zal weldra geslecht wor den. Even als reeds zoovele andere gebou wen van het oude Aalst, zal zij weldra verdwijnen om nog slechts te blijven voortsleven in de verbeeldingonzer lieden- daagsche medeburgers. De geschiedenis onzer Stad door de hee ren van F. De Potter en J. Broeckaert, zegt ons weinig over de oude Visehmarkt nogthans nemen wij er het volgende uit over Het is onbetwisbaar dat er alhier eene vischmyn bestond van in de 14® eeuw. Na de uitvinding van het haringkaken door Willem Beukelsz van Biervliet, in de tweede helft der 14° eeuw, bezat de Aalslersche vischnering hare keure. Deze keure bepaalde onder andere dat niemand eene ton haring mocht te wee ken leggen om te vorkoopen; dat Westcr- sche haring bij 't kaken niet vermengd mocht worden met dien van het Oosten ingevoerd; dat geen ongekeurde haring verkocht mocht worden. Twee keurders waren gelast met de keuring van den visch ter Mijn gebracht. De visch moest binnen eene omheining van staken verkocht worden en al de visch die de keurders afkeurden en buiten die omheining wierpen, was visch achter staak. Wie met verschen visch te Aalst kwam moest hem in de Myn verkoopen. Wanneer in onze volkswijken een kra keel tusschen de gebuurvrouwen ontstaat en men elkander conen vloed van verwij tingen naar 't hoofd slingert, dan hoort men gemeenlijk zeggen Ze gingen te werk lijk echte vischwijven. I)e vischwijven moesten zich naar het schijnt, reeds van in de 14* eeuw, aan schelden of verwyten dikwerf plichtig maken dan dal men verplicht was maat regelen te nemen om dit kwaad te be vechten. Zoo leest men in de hoogere beroepene keure dat die scholde up de visch- marct oft harinckmarct, oft deen den anderen logenslreepte uut occoi- soene van haerder neiringhe ende coopmanschappedat waere up de verbeurte van zyne neiringhe een gheheel jaer, ende de boete van 10 pond parisis. Wie de keurders in de uitoefening hun ner bediening onwelvoeglijk toesprak, liep de zelfde straf in. Den 25 mei 1405,werden eenige nieuwe nadere bepalingen voor het mijnen van den visch vastgesteld. Op 24 juli 1527 werd er een nieuw re glement op het vischmijnen afgekondigd. Dees reglement bepaalde onder andere dat van eene vracht zee visch, te Aalst, in korven, met paarden aangevoerd, ieder lid der nering niet meer dan éónen korf mocht koopen, op straffe van schorsing des bedrijfs gedurende zes weken; dat niemand meer dan eene portie mocht koo pen van elke met wagens aangebrachte vracht; dat geen zalm hoe versch ook, langer dan twee dagen aan den vent mocht gesteld zyn enz. Deze keure van 1527 verleende den abt van Affiigem het voorrecLt, om door zijne leekebroeders aan de mijn van Aalst te j doen koopen zeexnscheom dealimen- talie van sijnen godshuuse ende cou rt vente, te welenso wanneer dat er vier manden visch icesen sullen, oft meer, de derdede vierde en de an dere naervolghende lomaqen, maar niet de eerste en de tweede, De wetshouders wezen op april 1535 den vischkeurders eene vergelding voor hunnen dienst toe. Zij hadden het recht te eischen Voor ieder voer zeevisch te Aalst aan gebracht; 8 schellingen parisis Voor elke mande uit Antwerpen ge bracht 4 schellingen; Voor iedere ton aberdaan of anderen gezouten visch, 2 schellingen, Voor eenen zalm insgelijks 2 schellin gen Voor eenen elft, 3 deniers Voor iedere ton witten haring, 4 harin gen; Voor eiken hoop drogen haring,2 stuks. Bij het keuren moesten er telkens ten minste drij keurders zijn. In 1731, op 3 februari, werd er weêr een nieuw reglement op den verkoop van visch afgekondigd en hoevele nieuwe re glementen er sedertdien werden gemaakt hebben wij niet kunnen onderzoeken. De oude Visehmarkt werd hersteld, ge lijk zij thans bestaat in 't jaar 1770, dus over 122 jaren. Wij denken onze geachte lezers aange naam te zijn door de ineedeeling dezer wetensweerdige bezonderheden. Gelijk wij het hebben aangekondigd,werd onze nieuwe Vischmyn, donderdag lest, 3 november, om 10 ure voormiddag zonder eenige plechtigheid, ingehuldigd. Het gebouw, door den ondernemer M. Leo De Vos, volgens 't plan van M. Julius Goethals, opgebouwd,schijnt ons onder de beste voorwaarden voltrokken te wezen. Wij moeten er bijvoegen dat M. Leo De Vos eer haalt van zijn werk. Op klokslag 10 ure wordt de voornaam ste deur, of liever, de poort der Viseh markt, geopend door M. J. Van Ghyse- ghem-De Kegel, Gemeenteraadsheer, het eenigste lid van ons Stedelijk Bestuur aldaar tegenwoordig. Eeue talrijke me nigte stroomt onmiddellijk binnen. Er is tamelijk veel visch aan de markt., maar meest al van tweede en derde kwa liteit. De bedienden nemen hunne plaatsen en men gaat over tot de lottrekking van wie eerst aan de beurt is om zijnen visch te laten verkoopen. Het lot is gunstig aan M. II. Arys-De Paepeden alom gekenden facteur en koopman in visch, enz. Een mand visch wordt door Denisius Bonner, knaap, binnen gebracht en uit gegoten eenige fledders van rogskens en kleinen pladijs komen te voorschijn. De eerste koop, twee rogskens, worden eerst opgeroepen en gewaardeerd door den oproeper M. De Loose Albert, op 15 pond. Nauwelijks heeft de oproeper de woor den uitgesproken Aan 15 pond of twee stemmen klinken bijna te gelijk, 7 Mijn!... De koop wordt toegewezen aan M. Arys-De Paepe voornoemd;.... M. Jan Verleysen fungeert als bestier en teekent aan, herhalende M. Arys, 15 pond De ontvangst der gelden wordt gedaan door Petrus Van Aerdenbrugge, met die bediening voorloopig gelast, sedert den dood van den Deken, M. Jaak Eemans. Spijtig waarlijk dat onze Jaak, de ope ning der nieuwe Vischmijn nimmer heeft konnen bijwonen. Talrijke opmerkingen hebben wij over de schikkingen der Visehmarkt, in betrek met de regeling van dienst en verkoop hooren maken. Velen dezer opmerkingen schijnen ons gegrond, doch het zou ons te verre leiden moesten wij er van gewagen. Het is onbetwistbaar dat de plaats be stemd voor het eigenlijke mijnen van den visch te eng is, indien men in 't klein blijft verkoopen. Er is geene voldoende plaats voor het uitstallen. Slechts eene mand kan uitge schud worden,en dan ligt de visch nog tot aan de voeten der personen op de eerste banken van het amphitheater gezeten. 't Zal daar aangenaam om zitten zijn, wanneer er wat reuk zal by wezen. En wat zal het zijn, wanneer er van die Hollandsche beslijmde roggen en vlo ten zullen verhandeld worden 't Zal ook aangenaam zijn als men zijne kleederen met dien vuilen droesem zal bespat of be vuild zien. Wanneer men zich te midden op het amphitheater bevindt is er bijna geene mogelijkheid meer er af te geraken. Ook nog,een enkele mande wordt uitgego ten,doch zijn er ld ter mijn,'t publiek weet niet wat de overige 9 manden inhouden, en daar men het niet weet en veelal geen 2 of 3 uren tyd heeft om het afwachten, trekt men er van door tot schade van de verkoopers. Hieraan zou gedeeltelijk kun nen verholpen worden indien men op voorhand den visch in platte manden uit giet; dan zou men kunnen zien of men zijn gerief vinden kan. Spijtig ook dat er geen kelder gemaakt is. Wat men ook bewere, wij zeggen, en hier zijn wij de algeineene tolk, de eigen- lijkeVischmijn is tc bekrompen indien men den visch in 't klein blijft venten. De dagelijksche ondervinding zal meer en meer aantoonen dat, in dit geval, ern stige veranderingen aan onze nieuwe Visehmarkt moeten toegebracht worden. Doch naar wij vernomen hebben, heeft ons Stedelijk Bestuur, het vooruitzicht dat, door den drang en gang der zaken, den verkoop in 't klein langzamerhand zal moeten afgeschaft worden om aldus den kleinhandel in visch te bevoor- deeligen, iu andere woorden, dat men hier zal invoeren wat te Antwer pen, te Brussel, te Gent, enz. bestaat, namelijk, dat de visch ter mijn in 't groot zal verkocht worden en de burgers zich dan bij de uitverkoopers of kleinhande laars zouden bevoorradigen. Ten andere het plan is gansch in dit vooruitzicht gemaakt geworden, dat ziet men ter oogen uit. Dit stelsel wordt door velen bijgetreden en door eenigen afgekeurd. Wat ons be treft, wij stemmen erookmeêin, doch wij denken dat die radikale verandering nog zoo rap niet in de gewoonte van ons volk zal doordringen. Van den anderen kant, indien het zoo verre gebracht wordt, dan zullen de ban ken aan prijs verpacht worden en zal het Stadsbestuur er later eene nieuwe bron van opbrengsten in vinden. lietVlaanisch Taalgilde - onzer Stad ondergaat een pijnlijk verlies door het afsterven van Mr Gustaaf Van Damme. Wij deelen hier op verzoek des Bestuurs een uittreksel van de gewoonlijke zitting mede, gehouden op Zondag 25 October.Het zal onze lezers nog meer de deugden en ver diensten van den achtbaren overledene doen kennen. M1' L. Geeroms spreekt alsvolgt Mijne Heeren, Mr Van Van Damme is dood Die akelige mare verspreidde zich gisteren morgen hier ter stede met de snelheid des bliksems, en menigeen vroeg zich af of dit nieuws wel waar kon wezen!.... Helaas de droeve tijding werd echter maar al te vroeg bevestigd gansch onver wacht, na eene kortstondige ziekte van twee dagen, had de onverbiddelijke dood den levensdraad afgeknipt van hem, die, volgens 's menschen broze berekeningen, nog lange jaren moest leven voor zijne familie, voor zijne ontelbare vrienden, voor de Aalstersche bevolking Mr Van Damme is dood Gij allen, Mijne Heeren, die hem in ons midden zoo dikwijls hebt gezien, kunt waardeeren hoe groot het verlies is, dat wij komen te doen. Inderdaad, voor ons allen was hij steeds een toonbeeld van iever en oppas sendheid.Nimmer zou hij eene zitting ver zuimd hebben, indien gewichtige redens hem daartoe niet noodzaakten. Met hart en ziel, was hij ons Vlaamsch Taalgilde genegen onvermoeid streed hij steeds voor het doel, dal wij beoogen de heropbeuring van het Vlaamsche Volk door zijne taal. In alle zaken van aange legenheid, in alle moeilijke omstandig heden, hebben wij ruim gelegenheid ge vonden om zijne schitterende hoedanig heden te leeren kennen. Met eenen helderen en doorziclitigen geest begaafd, bezat hij, benevens eene wijze voorzich tigheid, de krachtdadigheid bij het hande len. Ook zijn wij gerechtigd hier te ver klaren, dat zijn afsterven in ons midden eene leemte openlaat, die wij niet gemak kelijk zullen aanvullen. Indien wij Mr Van Damme als Lid en Bestuurlid hoogschatten, wat al goeds zouden wij dan van hem kunnen zeggen als vriend Wie van ons heelt niet immer iu hem de kostbaarste deugden bewon derd Zijn omgang was zachtaardig en ten hoogste aangenaam, zijne gedienstig heid overgroot, do genegenheid, welke hij ons toedroeg, ongeveinsd. In het onderwijs had de heer Van Damme eene eervolle plaats ingenomen,en alles deed gelooven, dat hij eene eervolle loopbaan mocht te gemoet zien. Met een levendig geloof bezield, aarzelde hij niet aan het officieel onderwijs vaarwel te zeggen, toen de ongelukswet van 1879 de lagere staatsscholen wilde verwereldlij ken. Wij zagen hem liier in Aalst komen om plaats te nemen als hoofdleeraar in het vrij katholiek onderwijs. Dertien jaren lang, heeft hij gezwoegd om aan de jeugd, benevens de onmisbare wetenschappen, eene godsdienstige opvoeding te verschaf fen. Met trots mocht hij op zijn werk nederzien, want de school, aan zijne wak kere leiding toevertrouwd, staat aan de spits der lagere onderwijsgestichten onzer stad getuigen, de schitterende uitslagen, welke zijne leerlingen telken jare in de algemeene wedstrijden hebben bekomen. Doch wanneer het afsterven van onzen vriend onze harten zoo diep bedroeft, wie zal het wagen den rouw te schetsen, die zijne echtgenoote en kinderen, welke hij zóó innig lief had, treft Neen, Mijne Heeren, voor dergelijke taak zyn wij niet opgewasssen. Om zulks enkel te beproe ven, schieten woorden to kort. Doch, indien er iets is,dat zijne zoo zeer beproefde bloedverwanten en zijne talrijke kennis sen eenigszins kan troosten, dan is zulks wel de verzekering van 's Hemels gerech tigheid. Ja, dierbare Vriend Gustaaf Van Damme, Gy hebt den goeden stryd gestreden, en voorzeker geniet Gy reeds de heerlijkheid des zegepraals. Is Uw afsterven ons bitier, wij zullen ons zonder morren,gelijk het eenen Christen betaamt, aan Gods Wil onderwerpen, en zeggen met volle vertrouwen tot wederziens hierboven MrP. Da ens bedankt den heer Geeroms voor zyne treffende en aandoenlijke woor den, tot verheerlijking van hot diepbe- treurde Bestuurlid. Dertien jaren,zegt hij, heb ik Mr Van Damme gekend als Vriend en Gebuur, en altijd heb ik ondervonden en moeten bekennen zijne ervaren wijs heid, zijnen blijmoedigen iever en zijne heldhaftige werkzaamheid. Met wonder bare zelfsopoffering heeft hij het volkson derwijs in Aalst behertigd en onzeglijk goed gedaan aan vele werkendo huisge zinnen. Daarvoor is men hem den alge- meenen eerbiedigen dank schuldig, die laat ons hopen, gereedelijk zal volgen Mr Daens stelt voor eenen brief van rouwbeklag te sturen aan Mevr. W® Van Damme. (Aangenomen). Hij drukt tevens de hoop uit, dat het verlies, 't welk het Taalgilde lijdt, door het afsterven van een zijner verdienstelijkste leden, zal inge wonnen worden, door meer iever en het bijtreden van jonge Vlaamsche borsten. Mr Geeroms, den heer Voorzitter ver vangende, stelt voor de zitting op te schorsen ten teeken van rouw. (Aang.) Rechterlijk kronljk. De anarchistenpers voor het assisen hof. Albin Villeval, letterzetter en apostel der anarchie verscheen Woensdag voor het assisenhof van Brabant, om in het blad La Misère eene reeks artikels te hebben afgekondigd, die de werkliê tot diefstal, plundering en oproer aanstook ten. Villeval is een klein, 2Ijarig kereltje, met lang krullend hair, bleek gezicht en levendige trekken. Hij werd van Belgische ouders in Frankrijk geboren, en oefende zijn ambacht het eerst uit te Parijs, waar zijne anarchistische theoriën hem reeds 6 maanden gevangenis bezorgden. De artikels, voor welke hij thans ver volgd wordt, zegt de Courrier, zijn geti teld Les Grèves (de werkstakingen), Pini, l'Ancien et le Nouveau (het Oude en het nieuw e), Signe des Temps (Tee kenen des Tijds), Pourriture bourgeoise (Burgerlijke verrotting). In de vijf artikelen worden altijd dezelf de denkbeelden herhaald, dezelfde woor den gebezigd men leest er aanhoudend dezelfde uitdagingen, aanvallen, ophit sing van het volk tegen de bourgeoisie dezelfde beroepen op de revolutie,dezelfde aanvallen tegen de maatschappelijke instellingen en den eigendom. Villeval is terzelfder tijd opsteller, uit gever en drukker van La Misère en bekent de feiten,die hem ten laste worden Ziehier een deel der ondervraging V. Gij zijt het, die het blad La Misère uitgeeft A. Ja. M. de voorzitter geeft lezing van het artikel Les Grèves. V. Gij zet de werkliê door dit artikel aan tot geweld, om den eigendom van anderen te bemachtigen A. Dat is waar. V, Gij hitst dus op tot ongehoorzaam heid tegen de wet,dieden diefstal verbiedt A. Ja M. de voorzitter leest de andere arti kelen. V. Gy erkent, dat gij door deze artike len de werkliê aanzet, zich van eens anders eigendom meester te maken A. Ik verdedig het recht van bestaan. De mensch heeft het recht te nemen, wat voor zijn bestaan noodig is. Na het rekwisitorium van M. den procureur-generaal Servais en de pleidooi van M. Albrecht,die hen welke lijden, het recht toekent, een hulpmiddel tegen het kwaad te zoeken, maakt de beschuldigde gebruik van zijn verdegingsrecht, om een waar anarchistisch manifest voor te Hij spreekt met kalmte en valt nu en dan uit tegen de samenleving. Dan wordt zijne taal opgewekt, hevig, hij ziet er uit als ware hij in begeestering, zegt de ver slaggever. De wetten zijn schadeloos of nutte loos. Men moet ze dus afschaffen. Daaren boven, zij zijn gemaakt door eenigen en beantwoorden niet aan de behoeften van iedereen. Wij willen den diefstal, de plunde ring, den oproer beweert M. den advo- kaat generaal. Maar indien het kapitaal en het gezag uit de samenleving verdwe nen, dan zou de diefstal geene reden van bestaan meer hebben dan zou de mensch in geheel zijne zedelijke en verstandelijke voeding kunnen voorzien. Men verwijt mij het strafwetboek te overtreden.welk den eigennora beschermt. Maar het is juist de eigendom, die de ver drukking van den arme door den rijke teweeg brengt. Het strafwetboek is dus nadeelig, mits het den eigendom verdedigt, welke een werktuig tot verdrukking is... Vervolgens zich tot het hof wendend, roept hij uit Gij weet de misdaad te straffen, maar gij kunt haar niet voorzien, niet beletten. Dat zoudt gij moeten doen, door de ellende af te schaffen, die de oorzaak is van alle misdaden Men beschuldigt ons van tot oproer aan te zetten. Maar het geweld alleen kan tot de gelijkheid brengen, omdat de bourgeoisie niet van hare voorrechten wil afzien Eindelijk richtte hij zich tot den jury. Ik ben uw vijand, vijand van uwe klas. Ik zie in u slechts tegenstrevers en geene rechters. Ik ontken u het recht mij te oordeelen. Men kan niet tegelijker tijd rechter en partij zijn. De jury ging ten half 1 in de kamer der beraadslaging en kwam terug met een bevestigend antwoord op al de vragen, waarop het hof Villeval tol 2 jaren gevan genis veroordeelt, met bevel tot onmid- delijke aanhouding. Gedurende de beraadslaging der ge- zwoornen heeft de beschuldigde de zaal verlaten en de vlucht genomen, zoodat de aanhouding niet kon gebeuren. Bij het verlaten der zaal en van het justiciepaleis werden de gezwoornen door een vijftigtal personen op grove wyze beleedigd. Eenige juryleden keerden terug in het paleis, tot de bende uiteen is gedreven. Priesterlijke Benoeming. Is Pastoor benoemd te Welle, de E. H. Liefmans, pastoor te Smeerhebbe- Vloersegem. Is Coadjuotor benoemd te Ronsele. de E. H. E. De Maeyer, priester in het semi narie. Landbouweomice, Aalst (Zuid). De tentoonstelling van chrysanthenen, fruiten en Bieënteelt, welke zondag, 13 November; in de Feestzaal van 't Bis schoppelijk Collegie, Esplanade, moest plaats hebben, is verschoven tot op zon dag 27 November, om rede dat de bloei der chrysanthenen dit jaar buitengewoon achteruit is. Maatschappij De Bokkenrijders» ui Maandag aanst. 7 November, FEESTVIERING. Ten 10 ure, Solemnele Zielmis, ter St Martinuskerk, aan het Hoogaltaar,voor al de afgestorvene leden van den Katho lieken Rijdersbond. Vergadering in den Katholieken Kring Groote Merkt, om 9 1/2 ure, om zich van daar stoetsgewijze,Standaard aan't hoofd, ter kerk te begeven. Verplichting voor al de leden deze Ziel mis bij te wonen op boet van 50 centiemen. Om 7 ure 's avonds, Avondmaal, ten lokale, Kring - De Eendracht, Merkt, aangeboden aan al de leden. Na het Avondmaal, Luisterrijk Concert, gegeven door liefhebbers. Bokken opgepast ZONDAG 6 November 1892. Om 1 1/2 ure. GROOTE KAMPSTRIJD 100 FR. PRIJZEN. tusschen de overwinnende partijen. Fl. Meganck,(Aalst) en Alpli. Van Ighem, (Audegem.) Na het spel, uitreiking der gewonnen Prijzen. Botermarkt.Heden zaterdag werden 884 klonten boter ter markt gebracht, wegende te. samen ongeveer 6200 kilogr. Aalst. - Diefstal met geweld. In den nacht van donderdag' tot vrijdag werd alhier eenen stouten diefstal ge pleegd. Rond middernacht, drongen bij middel van overklimming en braak, twee dieven binnen bij de wed® Camu-De Blauwe, be wonende Gentschen steenweg, twee aan- eenpalende huisjes. Deze reeds bejaarde vrouw, eenigzins in hare verstandvermo gens gekrenkt, werd door de twee schel men op haar bed gebonden en bijna ver wurgd bij middel eener koord. Kassen en kisten werden opengebroken en doorsnuffeld en eene som van 317 fr. gestolen. Het zilveren uurwerk van den zoon in een zinneloozengesticht opgeslo ten, hebben de dieven laten liggen. De geburen hebben niets gehoord. Slechts om 7 ure des morgens werd de politie verwittigd. Een mes, lierman, is door de schelmen achter gelaten, 't Is langs 't open veld, langs den tuin, dat zij zijn binnen gedrongen, 't Is overigens de eerste maal niet dat er bij de wed* Camu dees jaar werd gestolen. Het Parket van Dendermonde, verte genwoordigd door MM. Poodts, procu reur dos Konings; Herssens, onderzoeks rechter en Broeckaert zoon, hulpgriffier kwam alhier en stelde een onderzoek in! De daders zijn tot hiertoe onbekend ge bleven. Een verschrikkelijk ongeluk is te Onkerzeele gebeurd. In de Kernmelk- straat wonen de echtgenooten Mange- linckx-Brootcoreus de man is 82 jaar en ligt ziek te bed, de vrouw telt 72 jaar en is blind. De ziekenoppasser was donderdag weg gegaan de blinde vrouw had eenige Stukken hout in de stoof geworpen en hare kleeren hadden vuur gevat. Onge lukkiglijk kon de zieke man zijne vrouw niet ter hulp komen deze liep huilende buiten, en de toegesprongen geburen doof den de brandende kleeren uit. De vrouw was echter zoo erg verbrand dat zij 's nachts is bezweken. Haar man was eenige minuten voor haar bezweken. 4

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1892 | | pagina 2