Visehmarkt.
De nieuwe Visclimarkt.
Kaatsspel, Houtmerkt.
Allerhande nieuws.
De geuzenbladen hebben geene beleedi-
gingen genoeg, als eene gemeente, uit
spaarzaamheid, eene nutteloozo school
afschaft.
En nu ziet men de geuzen, die de be
zuinigingen ook noodig hebben, die zoe
ken op het schoolgebied, dat zij zoo lang
als onschendbaar wilden doen eerbiedigen.
Tc Thuin heeft een deel van den libe
ralen gemeenteraad voorgesteld het colle
ge af te schaffen, dat 18 leerlingen telt en
aan de stad 7,200 frank kost.
Gelukkiglijk is de meerderheid stand
vastig gebleven en zij heeft geoordeeld,
dat het gemaakt is om verkwist te wor
den.
Het volgende fragment uit het leven
van den vermaarden Edison, door hem
zeiven verhaald, vinden wij in De Hor
logemaker.
Bij het begin van den burgeroorlog
was ik gazettenverkooper en werkte van
's morgens vroeg tot 's avonds laatzon
der het ver te brengen. Mijn kapitaal was
zeer gering eenerzijds kon ik niet meer
bladen koopen dan ik weer dacht kwijt te
worden, anderzijds moest ik ook geen ge
brek aan exemplaren hebben. De noodza
kelijkheid om een cijfer der exemplaren
te bepalen, deed mij vroeg de waarde der
nieuwstijdingen schatten. Ik maakte een
accoord met den drukker der Free Press,
die mij eiken morgend eene proef van
zijn blad liet zien. Ik vloog dan den in
houd door en schatte daarnaar de ver
koopwaarde. Gewoonlijk verkocht ik
tusschen de 200 en 300 exemplaren.
Op een goeden morgend zag ik op de
proef in vette letters een beschrijving van
den slag bij Pittsburg. Dadelijk begreep
ik den toestand. Hier viel iets te verdie
nen, maar alleen wanneer langs de spoor-
weglijn, die ik bediende, het publiek kort
te voren op de hoogte gebracht werd van
het gebeurde.
Ik kreeg een gedacht en liep naar het
telegraafbureel. Daar deed ik den dienst-
doenden ambtenaar het voorstel aan alle
statieoversten langs de lijn het bericht
van den slag te telegrafeeren, met het
verzoek dit te doen schrijven op het zwar
te bord, waarop gewoonlijk de berichten
betreffende de treinen werden vermeld.
De telagrafist nam het voorstel aan, onder
belofte dat ik hem een halfjaar de gazet
voor niemendal zou leveren.
Nu ging ik naar den bureeloverste
der Free Press en vroeg hem, of hij mij
1500 exemplaren wilde afstaan, ie betalen
binnen acht dagen. Hij sloeg het af, wat
mij volstrekt niet verwonderde.
Toen raapte ik al mijn moed bijeen
en ging de trap op naar den uitgever zei
ven, de heer Storey. Ik werd toegelaten
en legde hem uit waarom ik 1500 exem
plaren wenschte op krediet.
De heer Storey was een lange ma
gere man, droog als een lucifer.
Hij keek mij scherp aan, nam toen
een stuk papier, schreef er iets op en gaf
het mij.
Laat dat beneden zien, dan zullen zij
u alles geven wat gij wenscht.
- Nooit in mijn leven was ik zoo blij.
Nu was ik dan in het bezit van 1500 bla
den ik nam twee jongens om mij te hel
pen vouwen, en ging op den trein. I)e
vraag was, of de telegrafist had woord
gehouden. Ja wel, op de eerste statie,
waar wij kwamen verkocht ik gewoonlijk
twee gazetten.
Toen ik mijn hoofd uit het portier
stak, zag ik het perron volinenschen.
Men wachtte op den trein. Ik verkocht
100 exemplaren aan 25 centiemen het.
stuk. Op de volgende statie hetzelfde
tooneel. Ik verhoogde nu den prijs tot 50
centiemen en verkocht er 300. Zoo ging
het voort tot ik aan de laatste statie mijne
exemplaren voor 1 frank en meer kwijt
raakte.
- Een der staties was vlak bij eene
kerk. Ik stapte uit en riep mijn nieuws
langs den trein, waarna alle menschen
uit do kerk kwamen, met den predikant
inbegrepen, om eene gazet machtig te
worden.
- Op dien dag, zoo eindigt hij dit
verhaal begreep ik de macht der elec-
triciteit.
Dendergalm van zondag deelt een
schrijven raeé van M. Eugcen Levêgue.
Dat heerschap wil met den eerlijken Den-
derbode in geene betrekkingen komen en
daarom verzoekt hij een plaatsje in 't
liberaal orgaan om aan ons schrijven eene
klinkende logenstraffing te geven.
Zoo, zoo, dit heerschap wil met den
eerlijken Dendei-bode in geene betrek
kingen komen
Op 't punt van eerlijkheid, M. Levêgue,
mag De Denderbode zich over al ver-
toonenHebt gij goed begrepen 1
Gij, die u hier te Aalst zijt komen neèr-
zetten omdat de daghuren hier kleiner
zijn dan te Brussel, ja, gij durft ons de
les voorspellen I
Gij geeft ons eene logenstraffing, eene
klinkende zegt gij.
Ehwel, op onze beurt geven wy u eene
klinkende logenstraffing wanneer gij be
weert dat al uwe werklieden gemiddeld
fr. 2,50 daags winnen, gedurende de 8 of
9 maanden in 't jaar dat zy aan den arbeid
zijn.
Gij zegt dat Denderbode geen woord
weet van 't gene er in uwe fabriek om
gaat.
Neen, Denderbode .weetalles niet wat
er omgaat, maar wat hij toch weet, 't is
1° Dat uwe eerste werklieden werden
weggezonden omdat er geen werk was in
't begin van juni 11.
2° Dat uwe fabriek stil ligf, sedert
den 8 juli 11., dus sedert vier maanden, en
er nog geen hoop is voor de werklieden
van terug aan 't werk te kunnen gaan.
3" Dat de verwers en arbeiders aan de
caclioukuipen maar 11,12, 13, 14 en 15
centiemen per uur winnen en de overige
werklieden op 't stuk werken.
4° Dat de vlcesch trek kers, stukwerkers,
fr. 2,50 daags kunnen verdienen, wanneer
zij dertien uren daags arbeiden, dus tegen
19 centiemen per uur, en dat dit werk
zoo vuil is dat de kleederen der arbeiders
er grootelijks door beschadigd worden.
5" Dat uwe werklieden ten meerderen
deele wanneer zij zonder werk loopen ten
last-» van ons Bureel van Weldadigheid
blijven.
Ziedaar wat Denderbode zoo al weet...
G'hcbt Denderbode goed te logenstraf
fen, de hier hooger aangehaalde feiten zijn
overbekend. Wat de briefjes betreft die
het wekelijksch loon aanwijzen deze wer -
den meer dan eens ten Bureele van Wel
dadigheid te voorschijn gebracht en dat
kunnen alle de heeren Leden en bedienden
bevestigen.
Denderbode beging dus de dwaasheid
niet van te spreken over zaken die hij niet
kent, en indien er hier iemand wetens en
willens, opzettelijk gelogen heeftkijk
eens in een spiegeltje,'M Levèque.
Maar zeg eens, gij die er zoo hebt op
geboft, dat gij u niet bekommert over de
politieke denkwijze uwer werklieden, is
het waar dat er vijf zijn die.bij 't hernemen
van 't werk, nimmer zullen aangenomen
worden, omdat zij voor de Dompers heb
ben gekozen Toen uwe fabriek alhier
op de Moorselschebaan gevestigd was,
mochten uwe werklieden nogthans voor
de Dompers kiezen en Denderbode weet
ook al waarom, M. Levèque!
Wonder niet waar
Onze oude Visehmarkt is thans voor
goed verlaten en zal weldra geslecht wor
den.
Even als reeds zoovele andere gebou
wen van het oude Aalst, zal zij weldra
verdwijnen om nog slechts te blijven
voortsleven in de verbeeldingonzer lieden-
daagsche medeburgers.
De geschiedenis onzer Stad door de hee
ren van F. De Potter en J. Broeckaert,
zegt ons weinig over de oude Visehmarkt
nogthans nemen wij er het volgende uit
over
Het is onbetwisbaar dat er alhier eene
vischmyn bestond van in de 14® eeuw.
Na de uitvinding van het haringkaken
door Willem Beukelsz van Biervliet, in
de tweede helft der 14° eeuw, bezat de
Aalslersche vischnering hare keure.
Deze keure bepaalde onder andere dat
niemand eene ton haring mocht te wee
ken leggen om te vorkoopen; dat Westcr-
sche haring bij 't kaken niet vermengd
mocht worden met dien van het Oosten
ingevoerd; dat geen ongekeurde haring
verkocht mocht worden.
Twee keurders waren gelast met de
keuring van den visch ter Mijn gebracht.
De visch moest binnen eene omheining
van staken verkocht worden en al de
visch die de keurders afkeurden en buiten
die omheining wierpen, was visch achter
staak.
Wie met verschen visch te Aalst kwam
moest hem in de Myn verkoopen.
Wanneer in onze volkswijken een kra
keel tusschen de gebuurvrouwen ontstaat
en men elkander conen vloed van verwij
tingen naar 't hoofd slingert, dan hoort
men gemeenlijk zeggen Ze gingen te
werk lijk echte vischwijven.
I)e vischwijven moesten zich naar het
schijnt, reeds van in de 14* eeuw, aan
schelden of verwyten dikwerf plichtig
maken dan dal men verplicht was maat
regelen te nemen om dit kwaad te be
vechten.
Zoo leest men in de hoogere beroepene
keure dat die scholde up de visch-
marct oft harinckmarct, oft deen
den anderen logenslreepte uut occoi-
soene van haerder neiringhe ende
coopmanschappedat waere up de
verbeurte van zyne neiringhe een
gheheel jaer, ende de boete van 10
pond parisis.
Wie de keurders in de uitoefening hun
ner bediening onwelvoeglijk toesprak,
liep de zelfde straf in.
Den 25 mei 1405,werden eenige nieuwe
nadere bepalingen voor het mijnen van
den visch vastgesteld.
Op 24 juli 1527 werd er een nieuw re
glement op het vischmijnen afgekondigd.
Dees reglement bepaalde onder andere
dat van eene vracht zee visch, te Aalst, in
korven, met paarden aangevoerd, ieder
lid der nering niet meer dan éónen korf
mocht koopen, op straffe van schorsing
des bedrijfs gedurende zes weken; dat
niemand meer dan eene portie mocht koo
pen van elke met wagens aangebrachte
vracht; dat geen zalm hoe versch ook,
langer dan twee dagen aan den vent
mocht gesteld zyn enz.
Deze keure van 1527 verleende den abt
van Affiigem het voorrecLt, om door zijne
leekebroeders aan de mijn van Aalst te j
doen koopen zeexnscheom dealimen-
talie van sijnen godshuuse ende cou
rt vente, te welenso wanneer dat er
vier manden visch icesen sullen, oft
meer, de derdede vierde en de an
dere naervolghende lomaqen, maar
niet de eerste en de tweede,
De wetshouders wezen op april 1535
den vischkeurders eene vergelding voor
hunnen dienst toe. Zij hadden het recht
te eischen
Voor ieder voer zeevisch te Aalst aan
gebracht; 8 schellingen parisis
Voor elke mande uit Antwerpen ge
bracht 4 schellingen;
Voor iedere ton aberdaan of anderen
gezouten visch, 2 schellingen,
Voor eenen zalm insgelijks 2 schellin
gen
Voor eenen elft, 3 deniers
Voor iedere ton witten haring, 4 harin
gen;
Voor eiken hoop drogen haring,2 stuks.
Bij het keuren moesten er telkens ten
minste drij keurders zijn.
In 1731, op 3 februari, werd er weêr
een nieuw reglement op den verkoop van
visch afgekondigd en hoevele nieuwe re
glementen er sedertdien werden gemaakt
hebben wij niet kunnen onderzoeken.
De oude Visehmarkt werd hersteld, ge
lijk zij thans bestaat in 't jaar 1770, dus
over 122 jaren.
Wij denken onze geachte lezers aange
naam te zijn door de ineedeeling dezer
wetensweerdige bezonderheden.
Gelijk wij het hebben aangekondigd,werd
onze nieuwe Vischmyn, donderdag lest, 3
november, om 10 ure voormiddag zonder
eenige plechtigheid, ingehuldigd.
Het gebouw, door den ondernemer M.
Leo De Vos, volgens 't plan van M. Julius
Goethals, opgebouwd,schijnt ons onder de
beste voorwaarden voltrokken te wezen.
Wij moeten er bijvoegen dat M. Leo De
Vos eer haalt van zijn werk.
Op klokslag 10 ure wordt de voornaam
ste deur, of liever, de poort der Viseh
markt, geopend door M. J. Van Ghyse-
ghem-De Kegel, Gemeenteraadsheer, het
eenigste lid van ons Stedelijk Bestuur
aldaar tegenwoordig. Eeue talrijke me
nigte stroomt onmiddellijk binnen.
Er is tamelijk veel visch aan de markt.,
maar meest al van tweede en derde kwa
liteit.
De bedienden nemen hunne plaatsen en
men gaat over tot de lottrekking van wie
eerst aan de beurt is om zijnen visch te
laten verkoopen. Het lot is gunstig aan M.
II. Arys-De Paepeden alom gekenden
facteur en koopman in visch, enz.
Een mand visch wordt door Denisius
Bonner, knaap, binnen gebracht en uit
gegoten eenige fledders van rogskens en
kleinen pladijs komen te voorschijn.
De eerste koop, twee rogskens, worden
eerst opgeroepen en gewaardeerd door den
oproeper M. De Loose Albert, op 15 pond.
Nauwelijks heeft de oproeper de woor
den uitgesproken Aan 15 pond of
twee stemmen klinken bijna te gelijk,
7 Mijn!... De koop wordt toegewezen aan
M. Arys-De Paepe voornoemd;....
M. Jan Verleysen fungeert als bestier
en teekent aan, herhalende M. Arys, 15
pond
De ontvangst der gelden wordt gedaan
door Petrus Van Aerdenbrugge, met die
bediening voorloopig gelast, sedert den
dood van den Deken, M. Jaak Eemans.
Spijtig waarlijk dat onze Jaak, de ope
ning der nieuwe Vischmijn nimmer heeft
konnen bijwonen.
Talrijke opmerkingen hebben wij over
de schikkingen der Visehmarkt, in betrek
met de regeling van dienst en verkoop
hooren maken. Velen dezer opmerkingen
schijnen ons gegrond, doch het zou ons te
verre leiden moesten wij er van gewagen.
Het is onbetwistbaar dat de plaats be
stemd voor het eigenlijke mijnen van den
visch te eng is, indien men in 't klein
blijft verkoopen.
Er is geene voldoende plaats voor het
uitstallen. Slechts eene mand kan uitge
schud worden,en dan ligt de visch nog tot
aan de voeten der personen op de eerste
banken van het amphitheater gezeten.
't Zal daar aangenaam om zitten zijn,
wanneer er wat reuk zal by wezen.
En wat zal het zijn, wanneer er van
die Hollandsche beslijmde roggen en vlo
ten zullen verhandeld worden 't Zal ook
aangenaam zijn als men zijne kleederen
met dien vuilen droesem zal bespat of be
vuild zien.
Wanneer men zich te midden op het
amphitheater bevindt is er bijna geene
mogelijkheid meer er af te geraken.
Ook nog,een enkele mande wordt uitgego
ten,doch zijn er ld ter mijn,'t publiek weet
niet wat de overige 9 manden inhouden,
en daar men het niet weet en veelal geen
2 of 3 uren tyd heeft om het afwachten,
trekt men er van door tot schade van de
verkoopers. Hieraan zou gedeeltelijk kun
nen verholpen worden indien men op
voorhand den visch in platte manden uit
giet; dan zou men kunnen zien of men
zijn gerief vinden kan.
Spijtig ook dat er geen kelder gemaakt
is.
Wat men ook bewere, wij zeggen, en
hier zijn wij de algeineene tolk, de eigen-
lijkeVischmijn is tc bekrompen indien men
den visch in 't klein blijft venten.
De dagelijksche ondervinding zal meer
en meer aantoonen dat, in dit geval, ern
stige veranderingen aan onze nieuwe
Visehmarkt moeten toegebracht worden.
Doch naar wij vernomen hebben, heeft
ons Stedelijk Bestuur, het vooruitzicht
dat, door den drang en gang der zaken,
den verkoop in 't klein langzamerhand
zal moeten afgeschaft worden om aldus
den kleinhandel in visch te bevoor-
deeligen, iu andere woorden, dat men
hier zal invoeren wat te Antwer
pen, te Brussel, te Gent, enz. bestaat,
namelijk, dat de visch ter mijn in 't groot
zal verkocht worden en de burgers zich
dan bij de uitverkoopers of kleinhande
laars zouden bevoorradigen.
Ten andere het plan is gansch in dit
vooruitzicht gemaakt geworden, dat ziet
men ter oogen uit.
Dit stelsel wordt door velen bijgetreden
en door eenigen afgekeurd. Wat ons be
treft, wij stemmen erookmeêin, doch
wij denken dat die radikale verandering
nog zoo rap niet in de gewoonte van ons
volk zal doordringen.
Van den anderen kant, indien het zoo
verre gebracht wordt, dan zullen de ban
ken aan prijs verpacht worden en zal het
Stadsbestuur er later eene nieuwe bron
van opbrengsten in vinden.
lietVlaanisch Taalgilde -
onzer Stad ondergaat een pijnlijk verlies
door het afsterven van Mr Gustaaf Van
Damme.
Wij deelen hier op verzoek des Bestuurs
een uittreksel van de gewoonlijke zitting
mede, gehouden op Zondag 25 October.Het
zal onze lezers nog meer de deugden en ver
diensten van den achtbaren overledene
doen kennen.
M1' L. Geeroms spreekt alsvolgt
Mijne Heeren,
Mr Van Van Damme is dood Die
akelige mare verspreidde zich gisteren
morgen hier ter stede met de snelheid des
bliksems, en menigeen vroeg zich af of
dit nieuws wel waar kon wezen!....
Helaas de droeve tijding werd echter
maar al te vroeg bevestigd gansch onver
wacht, na eene kortstondige ziekte van
twee dagen, had de onverbiddelijke dood
den levensdraad afgeknipt van hem, die,
volgens 's menschen broze berekeningen,
nog lange jaren moest leven voor zijne
familie, voor zijne ontelbare vrienden,
voor de Aalstersche bevolking
Mr Van Damme is dood Gij allen,
Mijne Heeren, die hem in ons midden zoo
dikwijls hebt gezien, kunt waardeeren
hoe groot het verlies is, dat wij komen te
doen. Inderdaad, voor ons allen was hij
steeds een toonbeeld van iever en oppas
sendheid.Nimmer zou hij eene zitting ver
zuimd hebben, indien gewichtige redens
hem daartoe niet noodzaakten. Met hart
en ziel, was hij ons Vlaamsch Taalgilde
genegen onvermoeid streed hij steeds
voor het doel, dal wij beoogen de
heropbeuring van het Vlaamsche Volk
door zijne taal. In alle zaken van aange
legenheid, in alle moeilijke omstandig
heden, hebben wij ruim gelegenheid ge
vonden om zijne schitterende hoedanig
heden te leeren kennen. Met eenen
helderen en doorziclitigen geest begaafd,
bezat hij, benevens eene wijze voorzich
tigheid, de krachtdadigheid bij het hande
len. Ook zijn wij gerechtigd hier te ver
klaren, dat zijn afsterven in ons midden
eene leemte openlaat, die wij niet gemak
kelijk zullen aanvullen.
Indien wij Mr Van Damme als Lid en
Bestuurlid hoogschatten, wat al goeds
zouden wij dan van hem kunnen zeggen
als vriend Wie van ons heelt niet immer
iu hem de kostbaarste deugden bewon
derd Zijn omgang was zachtaardig en
ten hoogste aangenaam, zijne gedienstig
heid overgroot, do genegenheid, welke hij
ons toedroeg, ongeveinsd.
In het onderwijs had de heer Van
Damme eene eervolle plaats ingenomen,en
alles deed gelooven, dat hij eene eervolle
loopbaan mocht te gemoet zien. Met een
levendig geloof bezield, aarzelde hij niet
aan het officieel onderwijs vaarwel te
zeggen, toen de ongelukswet van 1879 de
lagere staatsscholen wilde verwereldlij
ken. Wij zagen hem liier in Aalst komen
om plaats te nemen als hoofdleeraar in het
vrij katholiek onderwijs. Dertien jaren
lang, heeft hij gezwoegd om aan de jeugd,
benevens de onmisbare wetenschappen,
eene godsdienstige opvoeding te verschaf
fen. Met trots mocht hij op zijn werk
nederzien, want de school, aan zijne wak
kere leiding toevertrouwd, staat aan de
spits der lagere onderwijsgestichten onzer
stad getuigen, de schitterende uitslagen,
welke zijne leerlingen telken jare in de
algemeene wedstrijden hebben bekomen.
Doch wanneer het afsterven van onzen
vriend onze harten zoo diep bedroeft, wie
zal het wagen den rouw te schetsen, die
zijne echtgenoote en kinderen, welke hij
zóó innig lief had, treft Neen, Mijne
Heeren, voor dergelijke taak zyn wij niet
opgewasssen. Om zulks enkel te beproe
ven, schieten woorden to kort. Doch,
indien er iets is,dat zijne zoo zeer beproefde
bloedverwanten en zijne talrijke kennis
sen eenigszins kan troosten, dan is zulks
wel de verzekering van 's Hemels gerech
tigheid. Ja, dierbare Vriend Gustaaf
Van Damme, Gy hebt den goeden stryd
gestreden, en voorzeker geniet Gy reeds
de heerlijkheid des zegepraals. Is Uw
afsterven ons bitier, wij zullen ons zonder
morren,gelijk het eenen Christen betaamt,
aan Gods Wil onderwerpen, en zeggen
met volle vertrouwen tot wederziens
hierboven
MrP. Da ens bedankt den heer Geeroms
voor zyne treffende en aandoenlijke woor
den, tot verheerlijking van hot diepbe-
treurde Bestuurlid. Dertien jaren,zegt hij,
heb ik Mr Van Damme gekend als Vriend
en Gebuur, en altijd heb ik ondervonden
en moeten bekennen zijne ervaren wijs
heid, zijnen blijmoedigen iever en zijne
heldhaftige werkzaamheid. Met wonder
bare zelfsopoffering heeft hij het volkson
derwijs in Aalst behertigd en onzeglijk
goed gedaan aan vele werkendo huisge
zinnen. Daarvoor is men hem den alge-
meenen eerbiedigen dank schuldig, die
laat ons hopen, gereedelijk zal volgen
Mr Daens stelt voor eenen brief van
rouwbeklag te sturen aan Mevr. W® Van
Damme. (Aangenomen). Hij drukt tevens
de hoop uit, dat het verlies, 't welk het
Taalgilde lijdt, door het afsterven van een
zijner verdienstelijkste leden, zal inge
wonnen worden, door meer iever en het
bijtreden van jonge Vlaamsche borsten.
Mr Geeroms, den heer Voorzitter ver
vangende, stelt voor de zitting op te
schorsen ten teeken van rouw. (Aang.)
Rechterlijk kronljk.
De anarchistenpers voor het assisen
hof. Albin Villeval, letterzetter en
apostel der anarchie verscheen Woensdag
voor het assisenhof van Brabant, om in
het blad La Misère eene reeks artikels
te hebben afgekondigd, die de werkliê tot
diefstal, plundering en oproer aanstook
ten.
Villeval is een klein, 2Ijarig kereltje,
met lang krullend hair, bleek gezicht en
levendige trekken. Hij werd van Belgische
ouders in Frankrijk geboren, en oefende
zijn ambacht het eerst uit te Parijs, waar
zijne anarchistische theoriën hem reeds
6 maanden gevangenis bezorgden.
De artikels, voor welke hij thans ver
volgd wordt, zegt de Courrier, zijn geti
teld Les Grèves (de werkstakingen),
Pini, l'Ancien et le Nouveau (het Oude
en het nieuw e), Signe des Temps (Tee
kenen des Tijds), Pourriture bourgeoise
(Burgerlijke verrotting).
In de vijf artikelen worden altijd dezelf
de denkbeelden herhaald, dezelfde woor
den gebezigd men leest er aanhoudend
dezelfde uitdagingen, aanvallen, ophit
sing van het volk tegen de bourgeoisie
dezelfde beroepen op de revolutie,dezelfde
aanvallen tegen de maatschappelijke
instellingen en den eigendom.
Villeval is terzelfder tijd opsteller, uit
gever en drukker van La Misère en
bekent de feiten,die hem ten laste worden
Ziehier een deel der ondervraging
V. Gij zijt het, die het blad La Misère
uitgeeft
A. Ja.
M. de voorzitter geeft lezing van het
artikel Les Grèves.
V. Gij zet de werkliê door dit artikel
aan tot geweld, om den eigendom van
anderen te bemachtigen
A. Dat is waar.
V, Gij hitst dus op tot ongehoorzaam
heid tegen de wet,dieden diefstal verbiedt
A. Ja
M. de voorzitter leest de andere arti
kelen.
V. Gy erkent, dat gij door deze artike
len de werkliê aanzet, zich van eens
anders eigendom meester te maken
A. Ik verdedig het recht van bestaan.
De mensch heeft het recht te nemen, wat
voor zijn bestaan noodig is.
Na het rekwisitorium van M. den
procureur-generaal Servais en de pleidooi
van M. Albrecht,die hen welke lijden, het
recht toekent, een hulpmiddel tegen het
kwaad te zoeken, maakt de beschuldigde
gebruik van zijn verdegingsrecht, om een
waar anarchistisch manifest voor te
Hij spreekt met kalmte en valt nu en
dan uit tegen de samenleving. Dan wordt
zijne taal opgewekt, hevig, hij ziet er uit
als ware hij in begeestering, zegt de ver
slaggever.
De wetten zijn schadeloos of nutte
loos. Men moet ze dus afschaffen. Daaren
boven, zij zijn gemaakt door eenigen en
beantwoorden niet aan de behoeften van
iedereen.
Wij willen den diefstal, de plunde
ring, den oproer beweert M. den advo-
kaat generaal. Maar indien het kapitaal
en het gezag uit de samenleving verdwe
nen, dan zou de diefstal geene reden van
bestaan meer hebben dan zou de mensch
in geheel zijne zedelijke en verstandelijke
voeding kunnen voorzien.
Men verwijt mij het strafwetboek te
overtreden.welk den eigennora beschermt.
Maar het is juist de eigendom, die de ver
drukking van den arme door den rijke
teweeg brengt.
Het strafwetboek is dus nadeelig,
mits het den eigendom verdedigt, welke
een werktuig tot verdrukking is...
Vervolgens zich tot het hof wendend,
roept hij uit
Gij weet de misdaad te straffen,
maar gij kunt haar niet voorzien, niet
beletten. Dat zoudt gij moeten doen, door
de ellende af te schaffen, die de oorzaak is
van alle misdaden
Men beschuldigt ons van tot oproer
aan te zetten. Maar het geweld alleen kan
tot de gelijkheid brengen, omdat de
bourgeoisie niet van hare voorrechten
wil afzien
Eindelijk richtte hij zich tot den jury.
Ik ben uw vijand, vijand van uwe
klas. Ik zie in u slechts tegenstrevers en
geene rechters. Ik ontken u het recht mij
te oordeelen. Men kan niet tegelijker tijd
rechter en partij zijn.
De jury ging ten half 1 in de kamer der
beraadslaging en kwam terug met een
bevestigend antwoord op al de vragen,
waarop het hof Villeval tol 2 jaren gevan
genis veroordeelt, met bevel tot onmid-
delijke aanhouding.
Gedurende de beraadslaging der ge-
zwoornen heeft de beschuldigde de zaal
verlaten en de vlucht genomen, zoodat de
aanhouding niet kon gebeuren.
Bij het verlaten der zaal en van het
justiciepaleis werden de gezwoornen door
een vijftigtal personen op grove wyze
beleedigd.
Eenige juryleden keerden terug in het
paleis, tot de bende uiteen is gedreven.
Priesterlijke Benoeming.
Is Pastoor benoemd te Welle, de
E. H. Liefmans, pastoor te Smeerhebbe-
Vloersegem.
Is Coadjuotor benoemd te Ronsele. de
E. H. E. De Maeyer, priester in het semi
narie.
Landbouweomice, Aalst (Zuid).
De tentoonstelling van chrysanthenen,
fruiten en Bieënteelt, welke zondag,
13 November; in de Feestzaal van 't Bis
schoppelijk Collegie, Esplanade, moest
plaats hebben, is verschoven tot op zon
dag 27 November, om rede dat de bloei
der chrysanthenen dit jaar buitengewoon
achteruit is.
Maatschappij De Bokkenrijders»
ui
Maandag aanst. 7 November,
FEESTVIERING.
Ten 10 ure, Solemnele Zielmis, ter
St Martinuskerk, aan het Hoogaltaar,voor
al de afgestorvene leden van den Katho
lieken Rijdersbond.
Vergadering in den Katholieken Kring
Groote Merkt, om 9 1/2 ure, om zich van
daar stoetsgewijze,Standaard aan't hoofd,
ter kerk te begeven.
Verplichting voor al de leden deze Ziel
mis bij te wonen op boet van 50 centiemen.
Om 7 ure 's avonds, Avondmaal,
ten lokale, Kring - De Eendracht,
Merkt, aangeboden aan al de leden.
Na het Avondmaal, Luisterrijk
Concert, gegeven door liefhebbers.
Bokken opgepast
ZONDAG 6 November 1892.
Om 1 1/2 ure.
GROOTE KAMPSTRIJD
100 FR. PRIJZEN.
tusschen de overwinnende partijen.
Fl. Meganck,(Aalst) en Alpli. Van Ighem,
(Audegem.)
Na het spel, uitreiking der gewonnen
Prijzen.
Botermarkt.Heden zaterdag
werden 884 klonten boter ter markt
gebracht, wegende te. samen ongeveer
6200 kilogr.
Aalst. - Diefstal met geweld.
In den nacht van donderdag' tot vrijdag
werd alhier eenen stouten diefstal ge
pleegd.
Rond middernacht, drongen bij middel
van overklimming en braak, twee dieven
binnen bij de wed® Camu-De Blauwe, be
wonende Gentschen steenweg, twee aan-
eenpalende huisjes. Deze reeds bejaarde
vrouw, eenigzins in hare verstandvermo
gens gekrenkt, werd door de twee schel
men op haar bed gebonden en bijna ver
wurgd bij middel eener koord.
Kassen en kisten werden opengebroken
en doorsnuffeld en eene som van 317 fr.
gestolen. Het zilveren uurwerk van den
zoon in een zinneloozengesticht opgeslo
ten, hebben de dieven laten liggen.
De geburen hebben niets gehoord.
Slechts om 7 ure des morgens werd de
politie verwittigd. Een mes, lierman, is
door de schelmen achter gelaten, 't Is
langs 't open veld, langs den tuin, dat zij
zijn binnen gedrongen, 't Is overigens de
eerste maal niet dat er bij de wed* Camu
dees jaar werd gestolen.
Het Parket van Dendermonde, verte
genwoordigd door MM. Poodts, procu
reur dos Konings; Herssens, onderzoeks
rechter en Broeckaert zoon, hulpgriffier
kwam alhier en stelde een onderzoek in!
De daders zijn tot hiertoe onbekend ge
bleven.
Een verschrikkelijk ongeluk is te
Onkerzeele gebeurd. In de Kernmelk-
straat wonen de echtgenooten Mange-
linckx-Brootcoreus de man is 82 jaar en
ligt ziek te bed, de vrouw telt 72 jaar en
is blind.
De ziekenoppasser was donderdag weg
gegaan de blinde vrouw had eenige
Stukken hout in de stoof geworpen en
hare kleeren hadden vuur gevat. Onge
lukkiglijk kon de zieke man zijne vrouw
niet ter hulp komen deze liep huilende
buiten, en de toegesprongen geburen doof
den de brandende kleeren uit.
De vrouw was echter zoo erg verbrand
dat zij 's nachts is bezweken.
Haar man was eenige minuten voor
haar bezweken.
4