Zondag 26 Februari 1863.
10 centiemen per nummer.
\TX" Jaar N. 27115.
NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VIN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST
Politiek overzicht.
MIJNHEER JUDAS
Noodzakelijkheid van liet Onder-1
wijs der Natuurkunde
wetenschappen inde humaniteit n
Het einde der 19e eeuw.
Trichinose.
ABONNEMENTPimS
Oil blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagleekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 Irank 's jaars
fr. 3.25 voor zes maanden lr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betaien
De inschrijving eindigt met 31 December.
De onkosten der kwilanliën door de Post ontvangen, zijn ten laste van
den schuldenaar
Men schrijft in bij C VAK BE PUTTE-C1COSSENS, Korte-Zoutstraat,
N. 31, en in alle Postkantoren des lands.
DVERTENTIENPRIJS
Per drukregel. Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond. Voor de advertentiën uit vreemde landen
zich uitsluitend te wenden lot de Agencie Havas, te Brussel,32, Magdalena
Straat en te Parijs, 8 Beursplaals. (Puris, 8 Place de la Bourse.
Cuique suum.
Aalst, *-£-» Februari 1 SOIt.
Frankrijk.Pananicisohandaal.
M.Carnol getuige.—Volgens den Figaro
slaat aan liet hoófcl der lijst van getuigen,
om gehoord te worden bij het proces we- j
gens omkooping in «le Panama-zaak, de j
president der republiek.
M. Carnol is echter niet verplicht per
soonlijk voor het hol' van assisen te ver
schijnen. De voorzitter van het hof kan
zich naar het Elyseum begeven, verge
zeld van een griflier, om aldaar Carrot's
getuigenis te vernemen en het door den
griffier te lalen opteekenen.
M. Carnot zal gehoord worden over de
vraag, of hij de lijst der omgekochte par
lementsleden heeft gekend, gelijk de oud-
minister Yves Guyot ten aanhoorc van
cenige personen in de couloirs der Kamer
verklaard heeft.
Jules Fern/ boven water. Het ont
slag van M. Le Royer, voorzitter van den
Senaat, brengt in Frankrijk eene sedert
eenige jaren verdwenen figuur terug bo
ven water, namelijk den oud-minister
Jules Ferry.
De verschillige linkergroepen van den
Senaat daar zijn er 4 hielden dins
dag eerst afzonderlijke vergaderingen om
hunne kandidaten te benoemen.
Daarna had eene algemeene vergade
ring plaats waar er gestemd werd over de
kandidaturen.
Jules Ferry bekwam 87 stemmen,
Magnin, 53; Challemel Lacour 7; Jules
Simon, 2
De rechterzijde, die -15 leden telt, zal
den doorslag geven, wanneer M. Magnin
zijne kandidatuur staande houdt, anders
is de kiezing van M. Ferry verzekerd.
Jules Ferry zegepraalt thans omdat
zijne hevigste bestrijders Clémenceau,
Floquet, enz. wegens het Panamaschan
daal tot machteloosheid zijn gebracht.
De republikeinen van den Senaat zijn
eensgezind om eenen krachtdadigen poli
tieker aan zijn hoofd te stellen.
Duischi.and. Het socialism le Ber
lijn. Het socialism heeft te Berlijn eene
nieuwe en beteekenisvolle overwinning
behaald.
Bij de verkiezingen voor het Gewerbe-
gericht of Goedenmannenraad tc Berlijn,
waartoe uit 42 stadsdistricten 210 werk
gevers en 210 arbeiders moesten worden
gekozen,hebben de socialisten niet slechts
in alle klassen van arbeiders, maar in 2
stadsdistricten ook In de klasse van werk
gevers de overwinning behaald.De uitslag
is dat de socialisten over 't geheel gere-
j kend, bij liet Gewerbcgericht over 219
i stemmen beschikken, tegenover 201 niet-
socialisten.
Italië. Lofrede op eenen mar
telaar. Het moderne Italië heeft
eenen nieuwenmartelaar Het ge
kende parlementslid di Zerbi, onlangs
aangehouden wegens de Panamino-knoei-
erij, is overleden aan eene hartziekte
alvorens zijn proces in behandeling kwam.
zoodus juist op tijd, gelijk den berucluen
baron do Reinach.
Toen dinsdag de Kamervoorzitter Za-
nardelli met bewogen stem Zerbi's over
lijden meedeelde, en de minister-voorzit
ter Giolitti er een soort van lijkrede aan
toegevoegd bad, vroeg de afgeveerdige
Casale liet woord om met overdrijving te
verkondigen, dat Zerbi, de groote Zerbi
eigenlijk gestorven w as aan onverdiend
leed als slachtoffer voor hel onder
verdenking gebrachte parlement, als zon-
denbok, neen, als martelaar
Dat er kreten van verbazing opgingen
kan men gemakkelijk begrijpen, maar
Casale schreeuwende boven alle pi otesten
uit en hield nog eene extra lofrede op den
moed van di Zerbi.
Nog andere lofredenaars stonden op
maar Bovio stuitte den stroom der huldi
ging met den dwazen wensch, dat de
justiciè zich door dit zoo merkwaardig
sterfgeval niet van een verder onderzoek
in de bankschandalen zou laten weerhou
den
En Bar. ilai sloot zich daarbij aan en
bracht in, dal die overdrijving geheel on
gepast was.
Hiermee was de verheerlijking van den
Panaininoknoeier in eens uit. Er stond
trouwens nog meer sensatie te wachten.
Met spanning voorzag het publiek, dat
alle tribunes geheel vulde, eene interpel
latie betreflende een interview van Crispi,
door de Fan/ulla openbaar gemaakt. De
voorzitter merkte echter op dat de tijd tot
het doen van vragen verstreken was
Daarom verzocht hij den afgeveerdigden,
die nog vragen hadden te doen, deze uit te
stellen, waaraan allen voldeden. Het pu
bliek verliet daarop de tribune.
Leo XIII. De Figaro verneemt ui-
Rome dat D' Laponi; verontrust over de
vermoeienissen die de Paus heeft te on
derstaan, aan dezen streng de rust heeft
voorgeschreven.
De Paus is een weinig verkoud en zwak
en op bevel van Dr Laponi heeft Z. II. zich
in zijne vertrekken terug getrokken.
Alle ontvangsten, zelfs dye der bui
tengewone gezanten, zijn verschoven
tot maandag.
14e Vervolg.
Ik heb u reeds verstaan, '/egde Judas haastig. Die
twee pillen, die er te veel zijn. werden door eene on
bekende in de doos gevoegd. Zij hielden vergif in De
arme Melstane nam er eene en stierf Nu zijt gij naar
Dr Japix gegaan om liem de andere tc doen roeken.
Volkomen nauwkeurig zegde Fanks, geheel
verwonderd over den spoed, waarmee de apothekers-
leerling heel de zaak vatte.
Wel, mijnheer, ik hen niet blind, antwoordde
Judas, die de verwondering op hét a ingericht van den
detective las. En nu zoekt gij naar den onbekende die
het vergif In de doos plaatste
Ook juist. En om daartoe tc komen heb ik eerst
noodig dat gij mij al n-gget wat gij neet over het leven
van Mclstane, antwoordde Fanks, terwijl bij zijn no
tabockjc voor den dag haalde
Monsieur Guinaud zag peizende naar het vuur, daar
na na de zoldering, opende dan weer heel wijd zijne
pogen cu bleef zo gericht houden op M. Fanks.
Het is moeilijk ora te beginnen, zegde hij, stil
sprekende en als woog hy ieder woord. Laat mij toe
dat ik mijne geschiedenis doe op mijne manier.
Die arme Sebastian was een kunsicnaar, niet wat gij
lieden noemt een kunstenaar voor den Lodener Salon,
maar toch een goed schilder, met veel talent. Nu zes
maanden geleden, te Londen, ontmoet hij eene lieve
jonge dame, .Miss Marson, de dochter van een rijken
heer dezer stad. Mijn vriend wordt smoorlijk verliefd
op de jonge miss hij komt naar deze st d ora tiaar
zijne liefde te bekennen en.... daar hoort hij dat de
vader heeft besloten zijne dochter uit te huwelijken
aan den rijken M. Sp Sp och met uwe cngel-
sche namen hoe is het nu weer
Spolger
Juist dat is het. Ja, zij was beloofd aan dieu mil-
lionairmaar onze Sebastian laat zich niet ontmoedi
gen. Hier in dees huis komt hij in den kost en maakt
v mij zijnen vriend. Hij vertelt mij heel de Ijefdcgeschie-
denis. De vader der lieve miss wordt kwaad cu ver
biedt mijnen vrieud zijne dochter te zien en haar te
spreken. M ar het meisje heeft een hart, z(j is een en
gel, zjj betuigd wederliefde aan mijnen vriend zij
schrijve en spreken elkaar in het grheim, zander dat
mijnheer de vader iets weet. Nu komt in dees kosthuis
M. Axton
Roger Axton riep Fanks. ofschoon hy oogenblik
kelijk dezen uitroep betreurde.
Tiens, kent gij die ook al vroeg Juü «s, met on-
[Vervolg.)
Hoe kan men gemakkelijk den tijd vin
den om in de humaniteiten een voldoende
natuurkundig onderwijs in te richten 1
Deze vraag zullen wij beantwoorden
naar dc inlichtingen gegeven doorM.de
Burlet, minister van Openbaar Onderwijs,
in zijne redevoering der Kamerzitting .van
24 Januari j. 1., en die inzonderheid drij
punten betreffen, namelijk: liet Grieksch,
de mathesis en de geschiedenis.
Vooreerst zal iedereen die rechtzinnig,
onpartijdig en zonder vooringenomenheid
redeneeren wil,met ons moeten bekennen,
dat tegenwoordig de studenten, noch in de
vrije, noch in de offlcieele gestichten, de
Orieksche taal genoegzaam machtig zijn
om de schoonheden harer letterkunde, en
de eigenaardigheid van haren schrijft rant,
bij middel van don oorspronkelyken tekst
te besludeeren. Iedereen weet, dat men te
dien einde min of meer goed gemaakte
vertaling bezigt. Bijgevolg is het niet
noodig,om te -.veten wat en hoe dc* Grieken
geschreven hebben,uren en uren op de an
tieke vormen van Homerus, Demosthenes,
Plutarchus, enz., te zitten knoeien men
kon evengoed hunne Fransche of Vlaam-
sclie vertaling uitleggenen aanleeren.
Om deGrieksche taal behoorlijk te ken
nen en uit hare studie het gewensclite nut
te trekken, zou men er veel meer tijd moe
ten kunnen aan besteden hetgeen m dc
tegenwoordige omstandigheden gansch
onmogelijk geworden is.
Hier stooten wij op de klassieke oude
opwerping niettegenstaande dat alles,
ontwikkelt toch het Grieksch, op wonder
bare wijze, de verstand vermogens derge
nen die er zich op toe leggen. Bemerk wel,
wij loochenen zulks in 't geheel niet. Doch,
men zal ons toelaten eens te vragen.welke
juist dc vereischte hoedanigheden zijn die
een vak moet bezitten,om op die versland-
ontwikkelende eigenschappen te mogen
aanspraak maken; en dan, na eene duide
lijke bepaling derzelve, zullen wij eens
onderzoeken of soms andere vakken,zooals
de natuurkunde of de moderne talen, ook
deze hoedanigheden niet in zich besluiten,
end-«zelfden heilzamen invloed op 'tver
stand niet zouden kunnen uitoefenen. Maar,
zal men zeggen, de studie van 't Grieksch
heeft hare proef onderstaan, en eene
eeuwenlange ondervinding heeft baar nul
bewezen, 't Zij zoodoch de wetenschappen,
die nog onder zooveel andere oogpunten
nuttigen aanbevelingswaardig zijn,zouden
die ook aan die proef niet eens mogen on
derworpen werden Anders is de weder
legging van dit punt onmogelijk, en de
opwerper beeft noodzakelijk gelijk. De
uitslag, wij zijn er van verzekerd, zou ten
minste even gunstig wezen.
Ziehier hoe M. Heynen, afgeveerdigde
van Neufch&teau, in de Kamerzitting van
16 December 1. 1. zich over den huidigen
toestand van de humaniteiten uitdrukt
•- Hel is droevig om zien hoe de kinde
ren geplaagd worden met droge en nutte-
looze oefeningen over woorden, woord
vormingen en klanken, die tegenwoordig
heel en gansch buiten gebruik zijn. 't Is
het verstand vermoeien't is eerder de
zenuwcentrums verlammen en afmatten
dan ze oefenen en ontwikkelen. Het is te
verstaan dal men ten tijde der - Renais
sance," wanneer alles le lierinrichlen was,
de overblijfsels der Grieksche sohijvers
bijeen verzameld, en zich sterk op de
studie dezer letterkunde toegelegd heeft
maar sedertdien zijn de wetenschappen
ontstaan en nog alle dagen komen er nieu
we te voorschijn. Waarom, zegt M. Hey
nen, sprekende van de Geschiedenis, uren
en uren den geesi der kinderen opproppen
met legenden, fabelen en verdicli'sels uit
den duisteren,onzekeren, ouden tijd, wan
neer er zooveel zekere, nuttige en belang
rijke hedendaagsclie zaken aan te leeren
zijn, dat 's menschenleven er niet toerei
kend voor is De studiën wat gemoder
niseerd",en onze jongeliugen zullen tot
alles bekwaam zijnzij zullen op de hoogte
wezen van dien tijd dien zij beleven, en
doordekennissen die zij opgedaan hebben,
geen honderd jaar ineer achteruit staan in
de tegenwoordige samenleving. Want,
men mag met rede zeggen, dat zij die aan
de natuurwetenschappen gansch vreemd
zijn, niet meer tot hunnen tijd hehooren,
maar honderd jaar te laat op de wereld
zijn gekomen.»
Deze rede werd door M. Nyssens, Iec-
raar aan de Katholieke Hooge.-chool van
Leuven, en door nog menige andere der
bijzonderste kamerleden,herhaalde malen,
in korte doch beteekenisvolle onderbre
kingen, goedgekeurd en bevestigd.
In zijn antwoord op de redevoering van
M. Heynen, heeft M. de Burlet, minister
van openbaar onderwijs, de volgende ver
klaringen afgelegd. Ten eerste, het ter
studie leggen der vraag, of het niet ge
raadzaam wezen zou het Grieksch te ver
schuiven tol in de derde Latijnsche klas
Persoonlijk, zegt M. de minister, houd ik
den maatregel voor gemakkelijk uitvoer
baar en zelfs nuttig.
Ons dunkens ware het dan even doel
matig liet Grieksch maar in eens af te
schaffen want indien men nu zelfs niet
in staat is iets aanmerkenswaardigs voort
te brengen, zou het er dan ongetw ijfeld
geheel en gansch meè gedaan zijn. 'tZou
de genadeslag wezen, tenzij men van plan
ware zich te bepalen bij het aanleeren der
w ortelvormen, en eeniger andere bijzon
derheden, die in verdere studiën kunnen
te pas komen of zelfs onmisbaar zijn.
Wat de mathesis en de geschiedenis be
treft, zegt M. de minister zou men de pro
gramma's merkelijk kunnen verminderen,
met hei natuurlijk gevolg dat hun onder
wijs veel meer nut zou opleveren de
bijzonderste stoffen zouden grondiger be
studeerd worden en beter in 't geheugen
derzockcnden blik.
Het is coed Het is goed Ik ken hem, sprak
Fanks, ongeduldig niet de band wuivende Ga voort.
Monsieur Guinaud.
Zooals gc wilt. Deze M. Roger bemint de schoone
Miss Varlins Eb verstaat ge mij Hij komt in hei
huis en is dc vriond van den vader met Sebastiacn is
hij daarentegen in vijandschap. Monsieur Roger zegt
aan Miss Varlins alles over de betrekkingen tiisschen
Miss Marson en mijnen vriend. Woede van M. Marson.
Dc dochter wordt in gezelschap van Miss Var.'ins naar
het eil lid Wight gezonden, waar ook Roger in augus
tus de vacant ie gaat doorbrengen. Sebistiau bekreunt
zich om niets en blijft hier. Als zy tcrugkccrcn gaat
Miss Marson niet meer uit zonder Miss Varlins, zoodat
alle ontmoetingen met mijnen vriend onmogelijk zijn
Daarop bcleedigt Sebastian M. Roger cn scheldt hem
uit voor verrader cn gerneene kerel, In, October, ver
laat M, Roger deze stad.
Hy vertrekt waarheen vroeg Fanks, terwijl by
nota naam van de maand.
Dat weet ik niet, antwoordde Judas geheimzin
nig. Monsieur Hoger is mijn vriend niet ln november
zegt nij Scbasliaan het is g'Cd.lk ga naar Jarlehester-
W. t bedoelde hij daarm. het is goed
Ziet ge, hier ben ik in de duisternis. Hij had een
bezoek gébracht in het huis van.... hoe heet nu weert
Gc meent bij Spolger t
Ja hij was met dien heer gaan klappen over zyne
liefde voor Miss Marson. Toen hij terug naar dees huis
kwam, zegde hij Het is goed ik ga naar Jarlcheslcr
Niets meer. De arme Scbastiaan verlaat deze slad
cn ik zie hem niet meer lenig
Eene samenkomst tusschcn Mclstane en Spolger
kan moeilijk iets goed betcckend hebben, zegde Fanks
lerwijl hij den Franschman scherp bezag.
Zie, daar weet ik niets van, antwoordde Judas
aan zyne ongen hunnen meest schuldcloozcn blik
gevend.
Maar waar rn, duivel, koos Melstanc Jarlehester
uil, tusschen alle andere plaatsen der wereld
Ik lub u alles verteld wat ik wist, wedervoer
Guinaud met een volmaakte nederigheid.
Fanks was in zich zeiven van het tegenover gestelde
overtuigd, maar liet niets blijken,
En dat is nu al wal ge weet, herhaalde hij. Dat
werpt niet te veel licht in de tnoord, mijn beste.
Wachl een oogeiiblik. zegde Judas ernstig. Den
avond vóórdat mijn vriend vertrok, hield Miss Varlins
inet haar rijtuig stil voor <h n winkel van W'osk, Zy
zegde mij dat /ij nergens een postzegel kon vicden
vroeg of ik er haar geen bezorgen kon. Ik antwoord
van ja. geef haar den postzegel en terw ijl rij den brief
op den toog legt om hem er op te |d Aken, zie ik...
Den naam 1 Hel adies V
Ja, antwoordde Judas rustig Monsieur Roge
Axton. - Jarlehester. Nu, wat deukt ge daar over?
In het geheel niets 1 gaf Fanks koelbloedig ten
geprent blijven aldus zou men ook veel
tijd winnen. De natuurlijke wetenschap
pen worden tusschen de verplichtende
vakken gerekend in alle de afdeelingen
der humaniteiten plantenkunde, een
jaar dierkunde met begrippen van ont
leedkunde, levens- en gezondheidsleer,
een jaar physika, twee jaren scheikun
de, delfstofkunde en aardkunde (minéra-
logie et géologie), een jaar.
Ziedaar den staal van zaken in dc scho
len van den Staat. Het natuurkundig pro
gramma, dat onder het beheer van mi
nister Van Humbeeck eene ongereimde
uitbreiding gekregen had, en men weet
waarom, heelt M. de Burlet lot het
juist noodzakelijke teruggebracht.
üp die manier kan men in de Colleges,
waar dit programma min of meer in
voege zou kouien door eene grondige stu
die der Latijnsche taal de oude klassieke
humaniteiten behouden en zelfs bevorde
ren en terzelfder tijd zouden zij aan de
hedendaagsclie noodwendigheden voldoen
door liet onderwijs der moderne lalen, en
liet inrichten van eenen beknoplen, doch
doelmatigen cursus van natuurkunde.
Soortgelijk programma is nog in voege
in al de gymnasium's van Duitschla;. in
al de lycees van Frankrijk, en in een
groot getal Colleges van seculiere pries
ters, der bisdommen van Doornijk, Namen
■n Luik. Niemand zal toch durven bewe
ren dat men daarom in al die gestichten
aan de humaniteiten eene verkeerde rich
ting heeft gegeven en ze van hun hoofd
zakelijk doel heeft afgetrokken in een
woord, dat men zich daar overal zou be
drogen hebben en dat liet maar alléén
in liet betrekkelijk allerkleinst getal Col
leges is, waar de natuurkunde niet on
derwezen wordt, dat men nog oprechte
humaniteiten zou bezitten.
Men gelieve wel in acht ie nemen dat
ons doel hoegenaamd niet is den tegen-
woordigen toestand van 't onderwijs te
beknibbelen, en nog veel minder hem te
willen hervormen, zulks laten wij aan
bevoegde mannen over. Wij zitten slechts
op eenen kijker van waar wij den gang
der wereld gadeslaan, en maar eenvou-
diglijk den loop der gebeurtenissen met
hunne noodzakelijke gevolgen aanleeke-
nen en bespreken. Valerius.
(Wordt voortgezet.)
Men mag zeggen dat het moorden,bran
den, doodslaan, echtbreken, vergiftigen
en stelen, bij het eindigen der 19e eeuw,
op eene groolsche manier gepleegd wordt.
Wij gelooven niet dat er ooit eenegroo-
ter en machtiger beweging in de wereld
der misdaden heeft bestaan, dan wel tegen
woordig.
Nochtans zou de 19e eeuw het uitvloei
sel moeten zijn van d o. gezegende on wen
teling, op het laatst der vcrledcne eeuw
voltrokken.
antwoord. Miss Varlins schreef naar Roger Axton te
Jarlcheslcr. Wat wil dal zeggen Ik wist «lat Axton
daar was ik heb er lu-ni gezien-
Is dat zoo zegde Judas, terwijl een dnivelacbti-
ge lach op zijn ge'aat zichtbaar werd. luster dan.
En zich voorover buigende, naar het oor van den
detective, sprak hij als een zucht.
Alvorens tc vertrekken hccfl Axton morphina
pillen gekocht Mclslane komt naar Jarlehester, de
twee mannen ontmoeten elkander Het zijn vijanden,
de arme Melstane sterft door morphina. Ilcgrepeu
Zoudt ge daan willen beweeren dat Axton Mel-
slanc heeft vermoord riep Facks uit. die zich vruch
teloos trachtte te bedwingen.
Mijnheer Judas spreidde andermaal de handen uit.
Ik zeg mets, mijnheer. Maar tusschen die man
nen beslaat vijandschap. Dc ccnc bezit morphina pil
len, de andere sterft er van... Maar nog eens, ik zeg
niets, ik weet niets.
Ik geloof dat gij genoeg hebt gezegd, viel Fanks
hem koud in de rede wat meer is, ik geloof u niet...
Monsieur
Springt niet op uw peerd. M, Guinaud -. ik meen
wat ik zeg en t<-n einde dil alles klaar le spinucn, zal
ik oniuiddc ijk Axton naar hier doen komen om de
zaak uit le leggen.
Hij /a: enkel kunnen zeggen wat ik verklaar.
Dat is een kwestie van opvatting.
Monsieur 1 riep den franschman woedend.
Toen beloofde men ons dat wij, eer wij
honderd jaar verder zouden zijn, een we
reldje van verlichting, beschaving, ver
zachting der zeden, uitroeiing van alle
misdaden zouden beleven kortom, een
aardsch paradijs.
Wij zouden scholen, maargeene gevan
genissen meer hebben de kazernen zou
den er niet meer noodig zijn, wanlde oor
log zou letterlijk zijn uitgedoofd.
Het ziet er inderdaad lief uit met die ge
lukzalige profetie 1
De volken staan van kop tot teen ge
wapend, gereed om elkaar broederlijk te
verscheuren en in het bijzonder leven
nemen de misdaden >.oo gruwelijk toe dat
men ernstig vraagt, of al die toegevend
heid voor schurken en dieven, geene val-
sche theoriën zijn.
Men vraagt of men geen ongelijk heeft
gehad, de strafwetboeken van een aantal
strenge bepalingen te ontdoen, en de hee
ren dieven en moordenaars zoo genadig
lijk te behandelen in de gevanissen, als
kinderen, die niet wisten wat zij deden.
Die genadige behandeling heeft niets
bijgebracht om de misdaden ie doen ver
minderen, en de mensch van fin de siècle
is in waarheid soms nog barbaarscherdan
de barbaren van Congoland.
't Is de mode, in onze eeuw, beleefd cn
toegevend te zijn met de schurken, zelfs
meer dan met fatsoenlijkemenschendoch
er zal een tijd komen dat men zien zal,
dat men ook hierin heeft gedwaald, en
men, in meer dan een geval, zal moeten
terugkeeren tot de meer vaste strengheid
van de oude wetgeving.
Fin de sièclehet einde der 19* eeuw.
toont aan dat eerlijke menschen, in alles
meer en meer de rol der bedrogenen spe
len.
De Moniteur bevat de behoedmiddelen
tegen de trichinose, de ziekte, aan welke
de mensch, ten gevolge van het eten van
aangetast varkensvleesch, op korten tijd
sterven kan.
Ziehier den minislerieelen omzendbrief
aan de gouverneurs, waarop wij de aan
dacht van het publiek vestigen
Bij omzendbrief van 28 april 1881,
heeft de heer minister van binnenlandsche
zaken die, te dezen tijde,den gezondheids
dienst in zijne bevoegdheden had, uwe
aandacht geroepen op liet gevaar dat het
verbruik oplevert van Amerikaansch
ingevoerd varkensvleesch, verdacht van
trichinen te bevatten.
Geen geval van trichinose op den
mensch was alsdan in het land vastgesteld
geweest, maar, in tegenwoordigheid der
vrees die zich elders openbaarde en der
maatregels die, namelijk in Frankrijk,
genomen werden, had de regeering den
hoogeren gezondheidsraad geraadpleegd,
om te weten welke voorzorgen dienden
Mijnheer antwoordde de koele Kngclschman.
De mannen waren recht gesprongen en stonden nu
tegenover een Fanks koud en somber, Judas zichtbaar
ontroerd, met zijne oogen toegeknepen hunne ge
vaarlijke uitdrukking. Hij loerde gelijk ren tijger, die
zijnen opsprong gaat wagen maar Fanks hield hem
door zijnen vasten hlik in bedwang.
Ten slotte schoot Judas in eenen schaterlach
slapte achteruit en boog het hoofc, onderdanig
Laat ons niet twisten, ik bid u, mijuhecr, zegde
hij beleefd als M. Roger naar hier komt, zult gij zien
dat ik gelijk had.
Tot op dil oogenblik, antwoordde Octavius, ter
wijl hij zijne overjas aanschoot, lot op dit oogenblik,
hoeven wij elkaar uiel meer te zien.
Zooals het mijnheer lieiiell.
Vaarwel. Monsieur Guinaud.
Tot weérziens, mijnheer,
Ik zeg li vaarwel
Wel ja cn'ik antwoord tot weérziens I
Octavius keerde zich om zonder nog een noord te
zeggen en verliet het vertrek. In dm gang ontmoette
hij Mee. Rioter, die nog altijd rondliep met dc hoop op
den souper. Zij geleidde Fanks tot aan de deur en met
zichhareu neerzin liet zij hem de gevangenis vet laten.
Onderlusschen leunde Mijnheer Judas, alleen ge-
Ideven, tegen den scliounsteen en een glimlach tee-
kende zich op zijn kwaad gezicht,
(Wordt voortgezel.)