Donderdag 8 September 1898. 5 centiemen per nummer, 539le Jaar 3294 De Catechism. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. VERLOREN EER 0Die Geldduivels De Landbouw iu America. DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des Land. Guique i Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnisse ep 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften wordnn niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voer de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad. Aalst, 7 September 1898. Weldra zullen de onuitgegeven schrif ten van graaf de Montalembert in druk verschijnen. In deze schriften wordt onder anderen melding gemaakt van eene samenspraak welke, in 1840, gevoerd werd tusschen den vrijdenker Thiers, den catholiek Cou sin, den jood Salvador, den ongeloovigen Faucher en den catholiek de Montalem bert. Met zijnen gewonen overmoed had Fau cher beweerd dat het christendom niet meer op de hoogte was van den vooruit gang onzer eeuw, van de hedendaagsche samenleving. Maar Thiers, do vrijdenker, gaf hem 't volgend merkweerdig antwoord - Wat mij betreft, ik ben voor den ouden Godsdienst, voor gansch het Chris tendom noch min, noch meer. Wanneer ik die schoone heeren van heden zie, die mij in hunnen zakdoek eenen nieuwen Godsdienst aanbrengen en Bern mij aan bieden dan zeg ik hun Beste vrienden, houdt uwen nieuwen Godsdienst en geef mij maar een weinig van den ouden. Dat is liet wat mjj ontbreekt. Ik kan niet zeggen, gelijk Cousin, dat ik alles geloof wat de Conciliën heb ben beslist, maar uit gauscher berte wensch ik het zonder tegenzin te geloo- ven. Ik ben overtuigd dat de wereld niet geschikt is voor eenen nieuwen Gods dienst. Ik heb mij met de zaken veel beziggehouden wat ik ga zeggen zal wel hoogmoedig schijnen Ik daag den men- schelijken geest uit eene waarheid of eene schoonheid voor te brengen die niet reeds in het Christendom te vinden is. Stout gesproken voor waar, maar ook lokten deze verklaringen protestatiën uit bij den jood en ongeloovige. Welnu, ging de groote Staatman Thiers voort, ik versta door Cbristen- dom den catechism der kleine kinders, dat stel ik boven alles. Ik bewonder rechtzinnig de Kerk en O. H. Vader, den Paus. Troostend zijn die woordeD, gezegd door zulken man, wanneer men ze vergelijkt aan de domme uitspattingen onzer vrij denkers van grooten en kleinen kaliber. De catechism, verklaart dus M. Thiers, bevat al de waarheden en schoonheden die reeds bestaan of nog kunnen uitge vonden worden. Maar niet alleen M. Thiers was met den catechism ingenomen. een verhaal naar het hoogduitsoh. 19* VERVOLG. Maar daags voor de troawing zon hij tot de ervaring komen, dat zijne kennis van het menschelijk hart ongemeen gebrekkig was. Hij had zyne bruid met het rijtuig afgehaald, om haar de voltooide inrichting van zijn nieuw huis te laten zien en haar te vragen of zij er nog het een of ander in wenschte te veranderen hij wilde eiken wensch, dien zij kon voeden, vervnllen. .Hij toonde haar de schnur, de stallingen, den hof en het woonhuis hij voerde haar overal heen, en Dora knikte zwygend op alles wat hij haar zegde. Tijdens den rit was zij spraakzaam en opge ruimd geweest, thans zweeg zij slechts nu en dan kwam een kort antwoord over hare lippen, wanneer hij eene vraag tot haar richtte die zij beantwoorden moest. Ilaar ernst stilzwijgendheid moesten hem te meer be- vreemden, daar zij juiat op dien stond reden moest hebben om voldaan en opgeruimd te zijn. Zij stonden in de huiskamer voor het ven ster en blikten naar buiten in den hofHagen Jeoffroy, een andere goddelooze schrij ver, sprak ook met bewondering over dat verhevene boekje. De liberaal Droz aarzelde niet te zeg gen - De catechism heeft op de wereld n onberekenbaar veel goed gesticht. En Jules Simon, nog een vrijdenker, verklaarde dat hij in den catechism de op lossing van alle maatschappelijke vraag stukken vond. Indien meo wat meer rekening hield van 't gene in dat eenvoudig boekje is vervat ja, hield meu de tien geboden Gods cn andere waarheden welk de cate chism ons leert wat meer iu het oog, het maatschappelijke vraagstuk ware weldra opgelost. Maar neen, men steunt heden liever op de schijngeleerdheid van sommige wüsgeeren van 4 ellen voor 'nea frank, gelijk Hersenloos uit Dendergalm, die verkonden dat er geen God bestaat, omdat zij het zoo liefst hebben daar het gedacht van eenen rechtveerdigen God, Looner van het goede en Straffer van het kwade, hun hindert. Bij de almachtige God alleen is noch tans redding te vinden. Keert het menschdom niet tot Hom terug Welke de wereld regeert en do vol keren zoowel als de personen beloont en straft, dan is het ergste te vreezen. Een volk dat God verlaat, is een ver loren volk en dat leert ons de geschiedenis van alle tijden I Gelijk wij voorzien hebben zal ge beuren. De kwestie van Godsdienst staat ook aan het dagorde, van het fameus congres, dat to Mechelen gehouden wordt door de officiëele onderwijzers. Zal men nu de middelen gaan bespre ken, welke dienen aangewend om het godsdienstig onderwijs met vrucht te geven Hola, la 1 Daar bekreunen die volksbeschavers zich niet om. Er is iets dat meer aan het hert ligt hei Giletzaksken Voor de klompen I zeggen ze en daarom zullen de kadetjes eens onderzoeken of er reden toe is, eene vergoeding aan te vragen voor den leer- gang van Godsdienst. Niet slecht hé 1 Die zolfde kerels, welke geen slijk genoeg vinden om naar het hoofd te werpen van het katholiek minis terie, gaan nu met hun hoedje in de hand staan, om toch eenige duiten los te krij- gee voor de les van Godsdienst. Ja I Geef ons gold, vragen zij en we zullen ons best doen om op eene voor beeldige wijze de les te geven. had den arm om haar middel geslagen, maar toon hy haar wilde omhelzen wendde zy het Zottineke, wie ziet het schertste de mulder. Buiten de oude Brigitta is er niemand in huis. Laat dat, verweerde zich Dora, ik houd niet van. Den mulder steeg het bloed naar de wangen maar hij bedwong de opkomende gramschap. Ik weet niet wat n scheelt sprak hij geërgerd. Bevalt u hier iets, zeg het dan, ik zal het veranderen hebt gij nog eenigen wensch, ik zal hem vervullen gij zult volko men tevreden zijn, tevredenheid is de grond slag van een gelukkigen echt. Ik meende, dat het de liefde was ant woordde Dora, vragend de oogen op hem Laat do klompen in onze zakken rollen en wij zetten het. Godsdienstig onderwijs op den voorrang We zijn wel gezworen vijanden van den Godsdienst 1 Wij spannen wel alles in 't werk om den haat voor den Godsdienst bij de schooljeugd te ontkiemen. Maar lost wat duiten af, en we verkoopen onze vrijheid I... O Wat geldduivels toch I... En wilt ge nu eens weten wat de opvoeders uitgezocht hebben om aan de klompen to geraken, luistert dan De onderwijzers bevinden zich hier in een zeer mociel ijken toestand. Men doet hun de les vati Godsdienst ge een en in verscheidene scholen is die les voor hen eene verdubbeling van bezigheden geworden zonder verhooging van jaar wedde. a 't Is schhrikkelijk Men moet waar lijk kompassie hebben met die school vossen. 't Is niet gepermetteerd van die heerkens zoo doen te werken 1 Als er niet ras eene verandering komt, is het zeker dat er een heel deel bezwijken eer de vacantio uit is... Peinst eens na, de les van Godsdienst is eene verdubbeling van bezigheden Zij, die de lessen geven van Godsdienst, beginnen ten 8 */a uren de Catechismusles en ten 3 uren de Gewijde Geschiede nis 1... Wreed hé I... Nu, het moeilijkste van al is nog dien boek open te doen en aan de kinderen te zeggen, welke les ze moeten leeren, en dan I... ja, wat dan nog Wel ze ondervragen Hoe is't Gods mogelijk I... En daar voor zal de minister beu geeno vorhooeing van jaarwedde geven Jandore Indien bij het niet doet, wel dan is dit heerschap niet weerdig meer den naam van minister te dragon 1... O 1 Congressisten, wat zijt gij slimme gasten Geen enkel charlatau van de merkt, heeft meer knepen in hem, om aan 't geld te geraken, dan die fameuze schoolvossen, heden Zondag hier in onze stad zullen komen bulderen I... Mechélsche Courant Indien het de liefde is, dan zult gij zeer gelukkig zijn, want ik heb u lief, gelijk ik geen andor mensch op do geheele wijde we reld lief heb riep Hagen. Ja, Dora, wij zullen hier gelukkig zijn. Hebben wij niet alles was het hart begeert Wij zullen weldra nog meer hebben Laat mij slechte zorgen, laug wonen wij hier nietdan trekken wij naar de stad en dan eerst zal het vroolijke leven voor ons een aanvang nemen. Kan men alleen in de stad vroolyk zijn vraagde Dora, om wier lippen een bittere lach speelde. Eene pachthoeve van grootte. De kleine pachters van het Far West, alhoewel zij boeren-eigonaars zijn, heb ben voor hun land geene genegenheid. Schijnt de grond zich uit te putten, dan gaat de kleine eigenaar heen. Boven de klas der kleine pachters of landbouwers-eigenaars, bevindt zich die O gij kent de stad niet, gij weet niet wat men daar genieten kan, als men rijk is. Ik verlang het niette weten. Omdat gij het niet kent. Wij zullen een groot schoon huis, rytuig en peerden hebben, wij zullen voorname lieden zijn en groote En dagelijks een groot somber gebonw in, achter welks hooge muren een ongeluk kige zijn leven voortslepen moet, omdat hij.... Zwijg ik wil dat niet hooren viel de mulder haar barsch in de rede. Een wild dier schiet men neêr, om zich voor schade te be veiligen, een brandstichter is ook een wild dier Gij hebt er mij dikwijls genoeg de ooren van volgepraatik wil er verder niets meer van hoorenmen moet kunnen vergeten. Hem is recht geschied, hij heeft het vooruit geweten, dat die daad hem in dat gebonw brengen zou, waarom liet hy er zich door zijne wraakzucht toe verleiden Als hij zyn tijd uitgezeten heeft, wil ik voor hem zorgen, hem geld geven, om naar Amerika te gaan, hij is dan nog altijd een krachtig man, ginds zal hij wel een goed onderkomen vinden Ja, Dora, ging hij op vriendelijken toon voort, het is mijn wensch en myn wil om naar de stad trekken, waar wy iets van het leven kunnen genieten. Denkt gij dat ik den afge- loopen winter leeg heb gezeten O neen, ik heb in de stad zaken gedaan en veel geld verdiend, ik zal nog meer verdienen, indien der grondbezitters; deze geven hunne landen te beboeren aan hoevepachters of aan groote ondernemers van landbouw. De Engelsche pachters, die uitwijken, nemen vrij aanzienlijke kapitalen mede. Altijd eigenaar blijvende van eene opper vlakte die somtijds verscheidene duizen den hectaren bedraagt, hebben zij het middel om groote hoeven te maken en den landbouw op eene groote schaal te drijven; en als zij geld noodig hebben om hunne boerderij te vergrooten, behoeven zij zich maar te wenden tot Engeland, en er ontbreekt hun geen. Maar de boeren-eigenaars en de pach ters-eigenaars, ondanks hun getal, on danks de belangrijke rol, die zij spelen in de graanopbrengst van America, zijn die genen niet, welke aan deze opbrengst de ontwikkeling der laatste jaren gegeven hebben. Het is het werk van den financieelen landbouw. Om zich rekenschap te geven van dezes uitslagen zal men de opbrengst zien van de hoeve Gradin, eene van die welke de heer Olivier Dclrymple bestuurt. Hij had in 1880 2,368 hectaren bezaaid, en 48,544 hectoliters ingeoogst, of een middelcijfer van 20 '/t hectoliters per hectaar. Sedert 1884 bestuurt de heer Delrym- ple zes pachthoeven behoorende tot eone financieële maatschappij, en 30,000 hec taren beslaande. Hij heeft ze verdeeld in afdeelingen van 800 hectaren onderver deeld in drie loten van 267 hectaren; elk lot staat onder het toezicht van eenen meestergast, en elke afdeeliug onder die van eenen toezichter op elke afdeeling heeft hij barakken gemaakt om 50 man en even zooveel paarden en muilezels te huisvesten, met keuken, voorraad schu ren voor het voedsel der dieren, afdaken om de werktuigen te bergeD, werkhuizen en smidsen om het gereedschap te onder houden en de gebouwen en werkhuizen te herstellen. Elke afdeeling is voorzien van een volledige gereedschap 20 koppels paar den, 8 dubbele wagens, 12 paardszaai- tuigen, 12 bespannen eggen met stalen tanden, 12 bind maaituigen, 2 dorsch- machienen en 15 wagons; al de voorzor gen zijn genomen opdat de machienen en de beesten zich in goede voorwaarden zouden bevinden en in staat zijn de groot ste som werk te leveren. Ai de afdeelingen staan met elkander on met het middenbestuur door middol van telephoondraden in betrekking. De zes hoeven van 30,000 hectare wor den bebouwd door een hataillon van 600 daglooners, ruilitairlijk ingericht; op het tijdstip van den oogst, stelt het midden bestuur 500 tot 600 toevoeglijke werklie- ik ze uitbreid. En dit zal geschieden, want ik wil met myn geld woekeren. - Wordt de woeker ook niet gestraft merkte het meiBje aan, en hare stem klonk zoo hard en scherp, dat de mnlder onthutst opzag. Gij begrijpt mij niet, antwoordde hij ik leen geen geld uit, ik spekuleer in granen. Noemt men de lieden, die dat doen, niet graanwolven Hagen lachte verachtend. Wat bekommer ik er my om, hoe men ze noemt, zegde hij, indien ik slechts geld verdien, dat iB de hoofdzaak. Maar deze lieden worden slechts ver acht.... Onzin voor iemand die geld heeft, neemt ieder den hoed af. Men zegt dat zij de broodpryzen doen stij gen en zich met het zweet en bloed der armen voeden. Laat hen zeggen wat ze willen O neen, Peter, aan de achting der men- schen moot eenieder echten. Na, ik meen toch dat ik een zeer geacht man hen, spotte de mulder. Benijden u niet alle meisjee Er is geen een in het gansche dorp, die my niet oogenblikkelijk nam, in dien ik.... maar, dat zijn nnttelooze praatjes; ik zou geen ander tot vrouw willen dan u Ik draag de zorg voor den molen aan Hans over, ik wil daarmee niets te maken den aan, die het onder de afdeelingen ver deelt. Van zoodra de herfstwerken geëin digd zijn, worden de mannen afgedankt, ter uitzondering van 36 per sectie en den moestergast. Mecaniciens to paard vergezellen de ploegen, de zaaituigen, de maaituigen, enz., op het werk. Bij de minste stoornis, is iu eenen oogwenk een mecanicien daar, om ze te herstellen en opnieuw in gang te stellen. Het koren wordt naar de dorscbmachienen gebracht, die dag en nacht werken. Ze worden gestookt met strooibussels. Het koren, gedorschen, ge- wogeD, in zakken gedaan, wordt naar Jen spoorweg gevoerd die langsheen de hoeve loopt, en van daar naar Dulnth of Buffalo. Het is vooral aan de machienen, dat men die uitslagen verschuldigd is, en men gebrnikt ze op breeden voet. De groote ploeg Moline van het Westen ver vingen de Californiërs door de ploeg met zes ploegijzers, getrokken door 5 paarden of muilezels bet gewone zaaituig werd vervangen door het zaaituig, dat het graan 10 tot 12 meters verre werpt; laatst hechtten zij zaaituigen en eggen aan de ploegen om in eene verrichting te akke ren, te zaaien en te eggen. Het bind-maaituig, dat 6 hectaren per dag afmaait en de produkten bindt, is vervangen geworden door het reuzentuig, dat getrokken wordt door eeD gespan van vier tot acht paarden. Met dit tuig, wordt het koren tot twee duimen boven den grond afgemaaid, op eene oppervlakte van 16 en 20 vierkante voet, iu eene en kele beweging. Een draaiende tafel raapt het op, en werpt het in wagens, die ue ontzaglijke macbien volgen. Zoo is de oogst, die een half uur te voren nog te velde stond, gesneden, gedorscht en ge reed om naar den Havro verzonden te worden. Maar welk is de eindelijke uitslag? Een Engelsch landbouwkundige, de heer Fin- lay-Dun, heeft het in den Times gezegd, na met de grootste zorgen de uitgaven opgenomen te hebben van den teelt der fiüancieële hoeven en der kleine hoeven van 't Westen. De financieële pachters van Minnesota en Dakoto bebouwen de hectare tarwe met eene middenuitgave van 100 tot 150 fr. en krijgen eene op brengst van 18 tot 20 hectoliters; de kleine pachters van Ohio geven 215 fr. uit, en oogsten maar 10 tot 12 hectoli ters in. 't Zij waar gij gaat, zoekt raad vóór daad, want na de daad komt raad te laat. hebben dat eeuwige stuiven van het meel kan ik niet verdragen. Er wordt ook niet veel aan maalloon verdiend, de boeren sparen zooveel uit als zij kannen zij verkoopen hunnen oogst en brengen het meel uit de stad - Maar is het een eerlijk handwerk, zegde Dora ernstig. Gij verdient er genoeg meê om vau te kunnen leven en het is ten minste eerlijk verdiend geld. De mnlder beet op zijne lippen en fronste de wenkbrauwen. Gij begrijpt dat niet en kant er derhalve oojt niet over oordeelen, antwoordde hij koel. Ik zal n naar huis brengen het is de leste keer, morgen avond is uwe woning hier ik hoop, dat gij morgen beter geluimd znlt zijn. Het is toch uw trouwdag, de dag, waarnaar elk meisje verlangt. Elk meisje vraagde Dora Bcherp. Weet gij dat zoo zeker Peter, wat ik n bidden mag, vergeet nooit wat ik u zoo menigmaal g»»g<! heb, het zon my leed doen, wanneer ik er u later aan herinneren moest, ik kan het niet en ik geloof ook niet, dat het na de trou wing nog komen zal. Maar wat ik n beloofd heb, dal hond ik, gij znlt geen reden hebben, om over mij te klagen. Ik zal een brave, ge trouwe huisvrouw voor u zyn en alles doen, om het u naar den zin t« maken. Zyt gy daarmee te vreden (WORDT VOORTGEZET).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1898 | | pagina 1