-d
Zondag 26 Februari 1899
5 centiemen per nummer.
S-f8* Jaar 3345.
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
pglJ
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
De onderge-
teekende verklaart dat
hij op Aschen woensdag
het aschenkruis aan
niemand,maar volstrekt
aan niemand,geweigerd
heeft.
Hij verklaart ook
dat hij de lastertaal en
de vuige vervolgingen
veracht dergenen wier
loftuitingen ook hij, in
vroegere jaren, veracht
te daarenboven dat hij
enkel betracht al zijne
plichten te volbrengen
in volle gehoorzaamheid
aan zijne geestelijke
Overheden en volgens
hunne leiding,waar hij,
met Gods gratie, nooit
zal van afwijken. Alles
tot meerdere eer en glo
rie van God en tot het
waar en opreeht geluk
van mijnen evenmensch
J.-B. PONTMET,
Hoed af
Landbouw.
De Moordenaar?
Waarom zijn zij
Veroordeeld
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar.
Hen schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31,
en in alle Postkantoren des hand.
Cuique Buum.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonniste ep
3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voer de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureel*
van dit blad.
Aalst, 25 Februari 1899.
Onderpastoor van S' Martens-
kerk en Bestuurder van den
Katholieken Werkmanskring
Men heeft de oorzaak van den val van
twee onzer ministers nooit gekend. Het
was Doch het kiesstelsel,noch gelijk welke
andere oorzaak het was, raad het, het
was Dendergalm.
Welke macht 1 Hoed af voor de opstel
lers
Dendergalm, dit machtig orgaan,
schrijft in zijn nummer van 5 Februari
2'* bladz. 2* kol., textueel als 't u belieft
De verwezenlijking der overeenkomst
te Aalst heeft bet draadje gebroken
waaraan het zwaard beugelde van
Damocles dat boven den knikker onzer
meesters hing. Zonder het te weten
hebben wij 't ministerie Dt Smet
a den genadeslag gegeven hoewel de ovcr-
een komst te Aalst gesloten werd voor
de gemeentekiezing van ditjaar.
Zij hebben aan 't ministerie De Smet
den gettadeslag gegeven
Hoed af voor die machtige invloedrijke
heeren af brekers van ministeries zon
der het te weten
Hoe Dendergalm beeldt zich in dat bij
het is die do twee ministers vallen deed I
Een comble I
Wij zullen echter onze lezers eenen
wijzen raad geveu en hun het spreekwoord
herinneren Mijdt u vau krimme houten
en zotten
Wij behoeven in geene nadero uitleg-
gingeu te treilen iedereen heeft ons
gedacht begrepen.
Wandelaar, sta stil en doe eerbiedig
den hoed af gij zijt immers in de
Vrijheidstraat voor het Bureel der mach
tigste gazet die ooit op het ondermaan-
sche dal is verschonen gij staat voor de
opstellingskamers van den weêrgaloozen
Dendergalm
Hoed af 1 voor de macht, voor dien
invloed die ministers deed vallen en
koningen en keizers op hunne tronen deed
wankelen en beven
Genoeg Weet gij, lezer, waarop wij
zinspelen
Don Quichotte is verrezen hij is ge
huisvest te Aalst in ue Vrijheidstraat.
Er was eens in Spanje, schijnt het, een
wereld beroemd ridder die op niets
anders dan op avonturen uit was. Hij
dacht dat hij de schrik was der grooten
en dat de wereld vol was van zijne
heidaden on van zijnen roem.
Eens ging hij op reis op zijnen draver
gezeten naast hem reed zijn wapen
knecht, zoo bezadigd en wijs als zija
meester gek en opgetogen was.
Zie, riep eensklaps onze schrandere
ridder uit, zie die roovers als ridders ge
wapend daar eens staan Zij hebben het
zwaard getrokkon. Ik wil ze gaan bovech-
teu, hunne gevangenen verlossen en hen
de vrijheid geven.
Don Quichotte ging op zijne tegenstre
vers lus die hij gewapende ridders waan
de en die hij dacht het zwaard te hebben
getrokken.Die roovers waren niets anders
dan molens welke aan 't draaien waren
Onze beid tastte die molens aan, kreeg
echter eenen slag van een der zeilen en
wierd, verwond maar geenszins ontnuch
terd op eenige stappen van daar ge
worpen.
Sedert dan, zegt men van gekken dat
zij een slag van dan molen weg hebben
Zouden onze helden van Dendergalm
ergens ook rond of in Aalst molens heO-
beu bevoebten even als bun waardige
voorzaat en zouden zij ook een slag van
een der zeilen hebben ontvangen
Wij denken het wel, maar hebben liet
tot hiertoe nog niet kunnen achterhalen.
Er moet echter iets haperen in de her
senpan van schrijvers van een boter
papiertje dat het bovenstaande durft
afkondigen.
Heeft de belachelijkheid dan geene
palen meer
Don Quichotte bevocht niet alleen
draaiende molens maar hij wierp zich
soms ook razend en hoorndul op weer-
looze personen.
Eons ontmoette hij vrouwen, priesters
en kinderen en de Spaan,sche held sloeg
er folie slag in.
Opgelet voor den Aalsterschen Don
Quichotte. Hij is niet altijd bespottelijk
maar dikwijls ook kwaadaardig
Is zijn eerroovend artikel over den
Broeder van Itijsel daar geen schoon en
sprekend bewijs van Heeft dit armtierig
orgaan niet durven schrijven dat die
Broeder zal veroordeeld worden en dit op
het oogenblik dat zijne orschuld meer en
meer aan 't daglicht komt
Dat artikel zullen wij bespreken, afzon
derlijk, want hot is recht schandalig. Eu
zegge a. u. b. dat er pretentie huist in do
Vi ijbeidstraat nooit iemands eer aan te
raken.
Wij vergenoegen ods voor het oogenblik
op dit oubesti mpelbair artikel do aan
dacht te roepen van een deel hunner
saamloopers. van den chef der verraders,
die eens schreef - Het liberalism
kan niet dan slecht volk voort
brengen.
van den stal, fr. 1550; n. 8 andere merk
waardige koo fr. 1300 vervolgeus de
vaarzen (blauw haar) fr. 1028, 825, 1400
en 1250 jouge blauwe vaarzen fr. 1950
en 1100 fr.; kalvers 650, 350 en 200. Do
slieren zijn ook goed verkocht geworden:
Avenir blauw en witte stier, op don Herd-
book van Thienen ingeschreven de vader
van den stal. is teruggehouden op don
prijs van 1200 fr. De stier Prins d'Oplin-
tcr, blauw en wit, ingeschreven op den
Herdbook van Thienen, aan den prijs van
fr. 1750 andere fr, 1300 en 1200 kal
veren fr. 650, 600 en 500.
In 't kort deze verkoop zal vermeld
staan in kweekingsauaalen van België.
Verhoop van vee van hel blauw inlandsch
ras.
Deu 30 Januari 11.
heeft ileNotaris Jans
sen van Thienen, op
de have van Oplinter,
merkwaardig vee ver
kocht. toebeboorende aan wijlen den
heer Edouard Vangoidsenhoven.
Mijnheer Vangoidsenhoven, ongeluk»
kiglijk ges'orven in don bloeid der j -iren,
was er toegekomen bijmiddel van uitle-
zing en ten koste van groote geldopoffe-
ringen, een buitengewoon veeetal samen
te stellen van 60 beesten.
Ook, <le grootste veefokkers van het
land waren op den verkoop tegenwoordig.
Do opbiedingeu waren zeer levendig en
de verkoop ging zeer rap van de hand.
De 60 stuks vee hebben tot na toe,
in België, onbekende prijzen bereikt. De
verkoop, zonder de kosten, overtreft
45000 fr. Ziehier eenige nrijzen De n. 1
van den verkoop, Sultane, witte koe
fr. 1050 u. 2 Ma Belle, roo I witte koe
fr. 1250; u. 3 wit grijze koe, het sierraad
Superphosphaten en metaalslakken.
Ouder de snelwerkeude phospaten die
de handel den landbouwer aanbiedt, zijn
er twee die door hunne belangrijkheid
gevoegd bij hunne hooge vrucütbaarma-
ken le kracht, gansch bijzonder de aan
dacht der landbouwers verwekken.
Ongelukkiglijk terwijl er maar te dik
wijls verschillende deukwijzen uitgedrukt
worden nopens de vruchtbaarmakende
werking dezer twee phosphoorzuurhou-
dende meststoffen, zijn er aantal laud-
bouwers die niet weten aan de welke
dezer phospbaten den voorkeur te geven,
en alzuo gaan zij meermalig toevallig te
werk.
Het gevolg van deze misgrepen is,
ofwel slechten uitslag of verkwisting van
geM.
Ziehier eenige algemeene aanwijzingen
die den landbouw zullen toelaten zich te
geleideu in de keus der te gebruike phos-
phaten.
a De superphosphaten zullen gebruikt
worden voor de gronlen welke zeer klei
achtig zijQ(uiet zuur)of arm aan organieke
stoffen eu wauneer er kwestie is van lato
bemesting voor veel eiscboude plauten
die don grond slechts weiuigen tijd be-
kleeden.
b) Do metaalslakken verdienen de voor
keur aan de superphosphaten ti-lken maal
dat het geldt 1° een phosphoorzuur-
houdend meststof toe te dienen vóór den
winter of vroegtijdig in het voorjaar
2* de pbosphoorzuur toe te passen aan
oenen grond rijk in organieke stoffen en
3* in den grond een voorraad van wer
kende phosphaat daar te stellen.
L. Van den Btrck,
landbouw-iugenieur.
WIE IS
NAAR HET HOOUDUITSCH
van
EDUARD WAGNER.
64"* VERVOLG.
Voor tafel ontmoette hij Sofie niet meer.
Na het eten begaf de markies van Charlemont
zich naar de bibliotheek en list zich den ge- 1
beelen avond niet meer zien. Mevrouw Bar-
tineux, die zich nog altijd onwel gevoelde,
trok zich eveneens terug, nadat zij eenige
ptukjes muziek bad aangeboord. Sofie wildo
haar volgen, maar hare gastvrouw verzocht
haar te blijven. Sofie was nu met den graaf
alleen en zij zag er zoo bekommerd uit, dat
graaf Beaucourt het wel moest opmerken.
Hij deelde baar zijn onderhoud met me
vrouw Mixtome mede en sprak van do tegen
haar ingebrachte beschuldiging en het ver
moeden vun mevrouw Mixtome, omtrent deu
geheiuizinnigeu bezoeker.
Ik wil mij niet in uw vertrouwen driu-
gen, Zegde hij, en zou ook van de geheelu
zaak niet gesproken hebben indien ik niet
vreesde, dat iemand dien gij op uwe reis van
Griekenland naar Frankrijk hebt leeren ken
nen, liet u lastig maakt. Laat u niet door
valsche schaamte terughouden om van mijne
bescherming gebruik te maken.
Ik zal uwe hulp inroepen als ik u noo-
dig heb.
Das het is niet waar vroeg de graaf.
Sofie aarzelde. Zij kon de tegen haar inge
brachte beschuldiging niet loochenen en ge
voelde dat de graaf recht had op haar ver
trouwen, maar toch mocht zij hem de waar
heid niet zeggen.
Wij zijn nog niet met elkaar verloofd,
Alfred, zegde zij bekommerd. Ik begin eraan
te wanhopen dat de hinderpaal die tosschen
ons bestaat, ooit nit den weg geruimd zal
word' u. Ik moet u bekennen dat de beschul
diging van mevrouw Bieujour waar is Ik
nam in den tuin vun Montfuyoii afscheid van
eeueu man, op de wijze waarop zij dat be
schreef.
Was de man uw vader, Sofie of was hij
een anderen bloedverwant vroeg de graaf.
Neen, neen Ik kan u niet zeggen, wie
hij was, Alfred wellicht zal ik nooit daartoe
in staat zijn. Ik mag u de waarheid niet be
kennen, als zou ik ook uwe liefde eu uwe
achting er door moeten verliezen.
Zij hief hare blauwe ougen op, die wel
waar diepe bekommering, maar ook hare
onschuld en zielegrootheid nitdrukteu. De
graaf had nooit geloofd dat zij iets zou gedaan
hebben wat niet mocht, en deze blik zegde
hem, dat hij zich niet bedroog.
Dan bewaar uw geheim, Sofie, zegde hij
zacht, maar wanneer gij mijne hulp noodig
hebt, moogfc gij niet aarzelen er gebruik van
te maken.
En vertrouwt gij mij nog
In zijne oogen las zij het antwoord.
Ik hoop dat er een dag komen zal waar
op ik u alles kan verklaren, zegde zij met
eenen dankbaren blik. O Alfred, wauneer gij
mij nog vertrouwt in weerwil dat de schijn
togen mij is, dan zal ik moedig verdor gaan.
Zij spraken nog een wijl met elkaar. De
graaf vroeg naar mijnheer Lepage en Sofie
liet hem den laatsten brief van haren vader
zieu, die uit Athene gedagteekend was eu
niets inhield wat op hare zending betrekking
had. Deze brief verdreef de gedachte van deu
graaf dat de man met wien Sofie 's avonds
in den tuin van Montfayon gesproken had
haar vader kon geweest zijn.
Omstreeks tien uren, begaf Sofie zich naar
hare kamer. Het vuur flikkerde helder in de
kachel en op den schoorsteen brandde een
licht. Aan de kachel stond een leunstoel,
dien haar tot rusten nitnoodigde. Alvorens
zij echter ging zitten, viel haar oog op liurt
schi ijfiade, die zij op de tafel had late» lig-
ge». Zij bemerkte dat alles niet iu orde was
zooaU zij het verlaten had. Het slot der lade
was naar het scheen met eenen valachea sleu-
Plakkaarten. Do mannen van
het vrij „edacht, die geene gelegenheid
laten voorbij gaan, om hunu<- gal uit te
brakeu op al wat betrek heeft met den
godsdieust, hebben te Mechelen gtoote
plakkaarten doen aanplakken waardoor
zij de ouders verzoeken huune kindere'
uit de scholen der Broeders weg te ue
men.
Dat de bevolking schokschouderend
die plakkaarten leest en de mannen van
't vrij gedacht eens goed uitlacht, spreekt
van zelf.
Waarom, vraagt onze Bruggesche
confrater, ziju de groene democraten, die
M. den abbé Daeus als zienlijk opper
hoofd erkennen, door de geestelijke
Overheid veroordeeld
Omdat zij, op dit of dat punt, in
politieke zaken, een ander gedacht ver
dedigen dan audere christene menschen?
Volstrekt niet. Er zijn goede katho
lieken die voor den vrijhandel zijn, an
deren, even goede katholieken, zijn er
tegen. Sommige katholieken willen: ieder
een soldaat voor zijn lot; anderen verkie
zen «en vrijwilligerslegers; d'eene katho
lieken verkiezen de evenredige vertegen
woordiging andere ziju er vijandig aan.
Hebt '.-ij ooit gehoord of geweten dat
Hunne Hoogwcerdigheden de Bisschop
pen daarvoor 't is gelijk welke katholie
ken veroordeeld hebben? Voorzeker niet.
Immers dat zijn zuiver» politieke zaken,
waarin elk vrij is vau bet gedacht aan te
kleden dat hij bost vindt. De geestelijke
Overheid en komt niet tuBschen in zulke
zakeu
Waarom dan zijn de groene demo
craten veroordeeld
Wel, omdat zij, in zaken waarin
het belang van de religie betrokken is,
in openlijken en gedurigen opstand komen
tegen de Bisschoppen.
De democraten en erkennen geen
geestelijk gezag meer. Zij gebruiken te
genwoordig tegeu de geestelijke Overheid
eu tegen den godsdienst zelve, de wapens
en de middels dio de protestanten iu de
16J oeuw en de liberalen iu onze eeuw
ter baud namen om de katholieke religie
in minachting te brengeu.
Kunt gij daarvan voorbeelden geven?
Zooveel gij wilt.
Laat hoeren.
Hurkt.
Niet langer dan van de week «chreef
het blad van Mijnheer abbé Daens, het
Land van Aelst, dat die gestrafte pries
ter opgestaan is om den waren gods
dienst te verdedigen cn te verheffen.
Dat is zuiveruit protestanten klap. Een
mensch die dat leest moet peizen dat de
katholieke godsdienst, zooals hij aauge-
leerd en voorgehouden wordt door Paus,
Bisschoppen en Priesters, den - waren
godsdieust - niet is. Wat zeggen de
protestanten anders? En ja, dat is wel
het gedacht der scheurmakers. Drukken
zij niet geheele dagen dat de godsdienst
door de geestelij keu aan de rijken ver
kocht is Is zulke lasterende taal niet
geschikt om het geloof iu de herteu te
vet Hauwen? Is het plicht niet van de
zielenherders eu v,;n het hooger kerkelijk
Gezag zulke valschbeden, dia tot ketterij
eu geloofsverzaking breogou, af te keuren
eu te veroordeelen
Als men dat niet aanveerd, dan
moet men ook aan Paus, Bisschoppen eu
Priesters het recht ontkeuueu vau het
protestautisiuus te bevechten.
Nog meer over eenige weken koa
en in Het Recht artikels lezen waariu
Luther, de aartsketter, de stichter van
het protestantism, vorschoond wierd.
Hetgeen de groene gazetten sekryven
over de godsdienstoorlogen in onze stre
ken is getrokken uit liberale en prote
stante schrijvers.
Mag de geestelijke Overheid dat toela
ten Indien onze kerkvoogden zwegen
bij zulk gevaar, zouden zij aan hunnen
plicht niet te kort blijven en zouden zij
geene strenge rekening aan God moeten
geven over hun stilzwijgen
Ja, nu heb ik verstaan' waarom de
groene democraten, die werken onder het
geleide van den gestraften priester Daens,
door de kerkelijke Overheid veroordeeld
worden. Al die ter goede trouwe is moet
die redens aanroerden.
Ik zou er nog veel andere kunnen
bijvoegen. Ik wil er enkol nog eene op
geven.
Als gij wilt weten of een katholiek
waarlijk op den goeden of op den slech
ten weg is, gij moet maar zien wat de
vijanden van den godsdienst van hem
zeggen. Boffen de tegenstrevers van de
religie met hem, juichen zij hem toe,
moedigen zy hem aan, 't is een bewijs
dat hij op den doolweg is. Hewel, wat
doen de vijanden van de Heilige Kerk
met Mijnheer den abbé Daens en zijne
volgelingen Zij trekken hem aan als
huunen besten vriend; zij geven Hem
geld; als hij meeting houdt, zij stroomen
er naartoe en roepen bravo en hourrah
Do vrijmetselaars, in hunne gazetten,
en steken het niet weg waarom zy dit
doen. De Petit Bleu schreef Mijnheer
den abbé Daens is een onzer beste helpers
in den strijd dit wij voeren tengen de
katholieken. En de Flandre libérale
schreefIn Vlaanderen verrichten de
Daens is ten het werk waartoe wij on-
nachlig waren. En gij weet dat het doel
Ier Flandre libérale is Zielen aan de
Kork te ontrukken. - Haren stichter, de
groote Godsdiensthater Laurent, heeft
het zelve geschreven en geteekend. Zou
dat de oogen niet moeten doen opengaan
van de democraten
- Ja, ja, gij hebt gelyk. De goede
trouw, de rechtzinnigheid en is niet meer
ainveerdelijk, ten miuste niet bij degenen
die weten wat dat zij doen.
(Standaard van Vlaanderen BBügoi).
tel geopend en alle paparen waren doorsnuf
feld. Blijkbaar had men deze brieven, slechts
afkomstig vun hare vroegere gouvernante, iu
handen gehad. Het geheel zug er overigens
uit alsof iemand de papieren door alkander
geworpen en ze inderhaast weêr geborgen
had.
Dat is het werk van Filip Piron, dacht
Sofie. Hij is zeker overvallen geworden en
heeft maar zoo goed en zoo kwaad als het ging
alles weggestopt. Hat is goed dat zich in de
lade geen portret an geene brieven van mijnen
vader bevonden.
Zij legde da papieran weêr netjes op orde,
onderzocht het laadje van den sekretaire, dut
bijna geheel leeg en waarin niets verdachts te
bespeuren was vervolgens zag zij haren
koffer na. Ook deze was blijkbaar met eenen
valscheu sh-utel geopend eu doorsnuffeld. Zij
nam er stuk voor stuk uit, om het er weêr
ordelijk in te leggen. Op den bodem vond zij
in een hoekje eene fraaie en kostbare broche,
welke zij den vorigen dag mevrouw Bartineux
had zieu dragen.
Haar schrik over dezen avond was onbe
schrijflijk. Zij twijfolde or geon oogenblik aan
of Filip l'iron had de broche gestolen eu in
haar koffer geborgen om de verdenking van
diefstal op haar te laden, wellicht zelfs om
haar in de gevangenis te voereu.
liet koude zweet brak haar uit en als ver
nietigd viel zij op eenen stoel néér. Hoe kon
zij hopen haar werk tot een goed einde te
brengeu, daar zij bij elke schrede door vijan
den werd geslagen en vervolgd, vijanden die
alle middelen aangrepen om haar verdacht te
maken en te doen wegjagen en dio zelfs mis
dadig genoeg waren om haar schuldig te
doen schijnen. Zij durfde zich niet over den
bediende bij den graaf beklagen, zelfs me-
ïw Bartineux mocht zij er geene kennis
van geven want hoe kon zij de vijandschap
van den bediende verklaren, zonder zich zelve
te verraden
Zij moest de broche weêr naar hare be
schermster brengen. Zy stak ze in den sak en
ging naar de kamer der oude dame, die lij
naar haren toestand vroeg. Zy vond gelegen
heid de broche in een klein juweelendoosje te
leggen, waaruit Filip se ongetwijfeld had
weggenomen. Daarna keerde zij geheel
licht terug.
In deu gang ontmoette zij haren vijand. In
zijne oogen lag eene onverholen vrengde.
Zijn snood plan werd door haar bezoek bij
mevrouw Bartineux begunstigd. Hij groette
diep en ging verder.
Wat zul hij doen (als hij ondervindt, dat
zijn aanslag mislukt is dacht Sofie, toen zij
weêr in hare kamer was teruggekeerd.
Ongeduliig wachtte Filip Piron den vol
genden dog op het bericht over het verdwij
nen der broche van mevrouw Bartineux. In
spauniag dwaalde hij het geheels huis door
Stedelijke Werkbeurs van Aalst.
Worden gevraagd
1 bakkersgast 1 schoenmaker (leer
jongen) 2 stiksters voor kouson enz.
1 jongen van 14 tot 15 jaar 2 leerjon
gens voor het kleermaken; 1 gooile dienst
meid, loon 20 tot 25 fr. in de maand
schrijnwerkers voor Brussel en Namen
10 goede machienbreisters.
Vragen werk
1 bakkersgast (groote gast)1 leerjon
gen smid 1 kuiper 1 schrijnwerker,
(halve gast) daglooners en fabriekwer
kers een jongeling met een zeer goed
gedrag, kennende de Vlaamsche en Frau-
sche talen, vraagt plaats als bediende
(schrijver) in fabriek of werkhuis.
luisterde overal waar twee dienstboden met
elkander praatten maar niemand wist dat er
iets buitengewoons was voorgevallen. Eerst
des avonds zag hij mevrouw en hij stond ver
stomd toen hy de broche op de borst der
oude dame bemerkte.
Sofie was de volgende dagea buitengewoon
op hare hoede zij onderzocht eiken «vond
alles, doch vond niets dat haar niet toebe
hoorde.
Mevrouw Bartineux begon al dadelijk meer
van het meisje te honden en daeht er met
schrik aan, dat zij spoedig naar mevrouw
Mixtome «ou terugkeeren. Sofie was zoo lief
en zacht, zoo natnorlijk en zoo oprecht deel
nemend iu haar lijden dat mevrouw besloot
haar voor altyd bij zich te honden, indien
het maar mogelijk was.
De Voorzienigheid heeft my geen kind
geschonken, dacht zy maar dit meisje kan
eene dochter voor mij zyn. Ik laat haar niet
meer naar mevrouw Mixtome terugkeeren,als
ik het kan hinderen.
MeTrouw Mixtome schreef Sofie niet en
verlangde evenmin haar terugkeer. Graaf
Beaucourt had mevrouw opnieuw bezocht
hij vei-toldo haar zyn gesprek met Sofiie en
deeUL haat mede, dat zij hem haar geheim
niet - ie .et aren, dat hij haar echter ver-
.u' dat niets, wat het ook mocht zyn,
hem dat >«rtrouwen kon ontnemen.
(Wordt voortgesttj.