REDEVOERING nOW TOgPITAAi uitgesproken door den Heer Leo GHEERAERDTS, Burgemeester, te gelegenheid der Inhuldiging van het TE AALST, op Zondag 16 Juni 1899. DAM EN en HEE By iedere merkwaardige gebeurtenis in liet leven is do mensch onwillekeurig er toe gestemd het verleden voor zijne oogen te herroepen om in de vroegere voorvallen, in de verdwenen toestanden, lessen en aanmoedigingen voor de toekomst te zoeken. Aldus ook zullen menigen onder U heden in vergelijkenis gebracht hebben het verleden met het huidige en zult gij allen met mij er in toestemmen dat, bij de plechtige inwyding van de gebouwen van het nieuw Ongeneesbaren- Moeder- en Gasthuis, er geene beter gepaste gelegenheid kan verkozen worden om eenige stonden de geschiedenis onzer Geboortestad te doorbladeren en te tooncn hoe de ehristene liefdadigheid door de eeuwen hoen bekommerd is geweest met de verzorging der arme zieken van Aelst. Een hospitaal, toegewijd aan Onze Lieve Vrouw, bestond reeds in bel begin dor 13c eeuw het was bediend door Broeders en Kloosterzusters en hield oeno kapclaansprove uitwijzens eene oorkonde van het jaar 1236. Vijf jaren later door de gifte gedaan door Gravin Joanna Van Constantinophl en haren gemaal Thomas Van Savoyen, werd het overgebracht ter plaats genaamd het Zeihof,eenen erf grond gelegen aan den Ouden Dender, die luidens de begiftigingsacte voordeeliger geschikt was voor de verpleging der kranken. I)e middeleeuwen waren tijden van ongemeene godsvrucht liet moet ons dus niet verwonderen dat die eerste schenking, weldra werd nagevolgd door de edelmoedige Ridders van den omtrek, die het Godshuis met landgoederen begiftigden. Het Stedelijk Magistraat bleef ook niet ten achter Om in de aanzienlijke noodwendigheden van liet gesticht te voorzien, beslisten de Schepenen dor Stad in het jaar 1242, aan het Hospitaal de opbrengst over te laten van het heffen der rec hten op de Graanhalle hierin was het Le/>elrecht be grepen, dat toeliet uit eiken zak van 129 liters Aclstersche maat, eenen vollen lepel te scheppen. Dit recht verschafte het bijzonderste inkomen. De Kerkolyke Overheid, even als de Wettige Vorsten, verleende aan het Hospitaal oene bij zondere bescherming en begunstigde liet met tal van voorrechten. Zeer belangrijk moeten de eerste gebouwen van het Oud Hospitaal geweest zijn een document van 't jaar 1338 noemt het - V Groote Hospitaal. Omtrent het einde der 15« eeuw werden zjj ver vangen door deze die onlangs verlaten zijn. Voorname vrouwen werden er Liefdezusters en leefden er onder den heiligen kloosterregel. Toevluchtsoord der ellenden van het leven, was deze plaats gedurende meer dan 650 jaren, getuige van zuivere naastenliefde en volkomene zelfsverloockening, van diepe smarten en zaligen troost. Edoch, meermaals werd de ontoereidendheid en de slechte ligging van liet Godshuis aangewezen Zoolang de Stad iu hare omwalling besloten, slechts ccnc bevolking bezat van zeven tot tien duizend zielen, konnen de gebouwen voldoende schijnen. De opmerkenswaardige aangroei der bevolking, ten grootendeele in de werkmansklas verwezen lijkt gedurende deze laatste vijftig jaren, de vereischten der gezondheidsleer, de verbeteringen in de geneeskunst, vergen ruime en afgezonderde zalen, opene koeren en beplante wandelplaatsen. Niet alleen was het Gasthuis te klem, maar men bestatigde nog de engheid van het Onge- neesbarenhuis der Leopoldstraat, alwaar de ongelukkigen verblijven die van eene onheelbare kwaal zyn aangedaan, en dan nog moest een deel van dit sticht gebruikt worden als kraam-vrouwenhuis.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1899 | | pagina 5