Zondag 50 Juli 189!)
o centiemen per nummer.
M°le Jaar 5586
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en Arrondissement van Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Goede trouw.
De Moordenaar?
Het programma £.£^5
Die Socialisten.
VISCHVERLOVEN.
BERICHT.
DE DENDERBODE.
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
'lagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 0 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kw'tanfien door de Post ont-
vangen zijn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraal. N. 31,
en in alle Postkantoren des Land.
Cuique suum.
Per drukregel. Gewone 15 centiemen Keklamen fr. 1,00; Vonnisse cp
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen hij
accoord, Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Buret Ie
van dit blad
Aalst, 29 Juli 1899.
Niettegenstaande de opeenvolgende af
keuringen welke van aile kanten voor
priester Daens oprijzen, blijft deze met
eene halstarrige koppigheid beweren dat
al de Bisschoppen, dat al do de katholie
ken ongelijk hebben en dat hij, een opge
schorste, alleen op den rechten, goeden
weg is.
Kan men door hoogmoed meer verblind
zijn
Is het dwaas genoeg tegen heel de
wereld te willen beweren dat men gelijk
heeft en al de andoren ongelijk Ik zeg
heel de wereld ik heb ongelijk, het is
niet heel de wereld men moet er de
vijanden van onzen godsdienst uitzonde
ren want geuzen en socios juichen met
volle handen den opgeschorste toe
En wat beweert nochtans de opge
schorste
Hij wil het werkvolk halea uit de klau
wen van het goddeloos socialism hij wil
den godsdienstzin onder de menigte doen
herbloeien
Edel doel, zeggen wij, maar indien
iemand werkelijk door zijne woorden en
daden zoo iets beoogde zouden de vijan
den van onzen godsdienst hem toejui
chen
Eu nochtans dat zien we met den opge
schorste gebeuren.
Bij die beweegrede, waarop de opge
schorste nooit antwoordt, zouden wij er
vele andere kunnen voegen. Wij zouden
namelijk kunnen vragen of het is met sa
men to heulen met geuzen en socios, met
te bassen op de katholieke Partij dat men
den godsdienstzin onder het volk ver
spreiden zal Hoe gij preekt den oorlog,
Priester Daens, en uit uwe prediking
wilt gij den vrede doen voortspruiten
Gij wilt het maatschappelijk overeenko
men tusscben baas en werkman en gij
doet niets anders dau op venijnige wijze
den kleine tegen den groote ophitsen
Wat wilt gij op die wijze bekomen
Wie winden zaait, zal stormen oogsten,
zegt het spreekwoord Dwaasheid roept
de opgeschorste daaruit zal vrede vloeien
Is het ellendig genoeg
Indien onze ex-vierde man vau goede
trouw was, zou hij een oogeoblik op den
verderfelijken weg blijven dien hij nu is
ingeslagen
Al de bisschoppen keuren hem af zoo
wel in België als in Holland, al de katho
lieke dagbladen keuren hem af geen
enkele is hem gunstig zijn eigen broeder
zelf keurt hem af. En hij gaat voort,
voort op den weg van het verderf.
Het was in 95. Te Ninove onder den
invloed van M. De Backer, de jongen zoo
fior omdat een bloedrood socialistisch dag
blad hem den krachtdadigeo lieutenant
van den opgeschorste noemt, liepen de
groenen te zamon met geus en socio tcgeu
de katholieke Partij.
M. Daens loochende het feit zoo duide
lijk nochtans en zegde eoo het waar is
zullen wij het afkeuren.
Het was waar en M. Daens keurde.
af Wel neeü, hij zweeg. O goede trouw I
Hij zelf nu is de bondgenoot vau gous en
socialist tegen de katholieke Partij die
voor het arbeidende volk zoo veel heeft
gedaan. Hij, do zoogezegde werkmans
vriend, hij gaat hand in hand met do
hevigste, de hardnekkigs!o vijanden van
het kleine volk, met onverbeterlijke man-
chesterianen I
Zoo wilt het 't noodlot.
Zoodra men op den boord van het
kwade een voet zet, rolt men rap den
afgrond in welke de hoogmoed eu het
menschelijk opzicht haast tot en graf
maken.
Tot daar moet en zal M. DaenB komen,
of bij het wille of niet.
Het is onloochenbaar dat bet Daensism
bij ons alleen op geuzerij steunt. Her
haalde malen reeds hebben de geuzen
huunen gevangenen gedwongen hun goede
getuigschriften af te leveren.Iu Zijn num
mer van zondag zijn de liberalen de kwee-
kelingen van de priesters
Of ze fier zullen zijn, onze Voltairsche
kwasten I
De socios zijn tegen het koningdom
Zoudag laatst stond in Klokke Roeland
een hevigo uitval tegen den kouing 1
Dat is onvermijdelijk.
Welhoc, gij wilt schreeuwers nadoen
gij moet dau luider tieren dan zij.Priester
Daens heeft het reeds gedaan. Tusschcu
ons en do socialisten zegde hij, is er
slechts nog de kwestie van godsdienst
voor bet overige zijn al de punten van
ous programma gelijk 1
Wij gaan niet verder. Wij zijn vast
overtuigd dat het Daensism aan 't begiu
van het einde is gekomen. Wij zullen
welhaast mogen aanstippen wat voor
Maquinay een tweede De Backer is
gebeurd. Dc daeusisten zullen in den
rooden stroom verdrinken I
M. Planis, de ontwerper der inschrij
ving voor Br Flamidiën, schrijft aan het
dagblad La Vérité om to vragen eeue be
weging in te richten, hebbende het dub
bel doel 1° deu dader der misdaad van
Rijsel opzoeken 2° de dagbladen vervol
gen die broeder Flamidiën gelasterd en
aangerand hebben. Deze beweging is niet
iugegeven uit wraakzucht, maar in het
belang van al de geestelijke scholen die
geleden hebben door den strijd tegen bon
gevoerd te gelegenheid van de zaak van
Rijsel.
Do smeerlapperijen van Vooruit en an
dere geusche en socialistische gazetten
zouden aldus naar bebooren kunnen ge
straft worden.
WIE IS
NAAR HET HOOGDUITSCH
van
EDUARD WAGNER
84"* VERVOLG.
Filip Piron hield zioh denzelfden avond be
zig mot het ontwerpen vau een plan, om het
meisjo dat hij als een hinderpaal beschouw
de, uit den weg te ruimen. Toen hij het den
Tolgendeu morgend ten uitvoer wilde bren
gen en zich met dat doel naar het hotel had
begevenstond hij niet weinig verbaasd te
vernemen, dat het meisje met mevrouw Bar-
tineux naar Charlemont was teruggekeerd.
Wat zou dat beteekenen vroeg hij zich
af. Eergister avond kwam zij hier, gister ging
zij uit om haren vader te zoeken eu begaf zich
vervolgens naar mevrouw Alixtomo. Zou haar
vader toch in het hotel zijn eu heeft de knecht
mij belogen, toen deze zegde dat hij de wijk
naar Griekenland had genomen Treedt het
meisje op als middelares tusscben Alexe Mix
tome en zijne vronw Daar gebeurt iets dut
ik niet begrijp. Het meisje is sluwer dan ik
dacht en daarom kan zij gevaarlijk worden.
Misschien heeft zy iets ontdekt. Verduiveld I
Ik zal morgen zelf naar Charlemont gaan, om
eens rond te kijken
Hij keerde naar het hotel van zijnen heer
terug en vond dezen in de woonkamer. De
markies was in eene kwade luim.
Ik heb mij zelf moeten aankleeden riep
hij norBch. Wat moet dat beteekenen, dat gij
zonder vragen heengaat, Filip Dat wil ik
niet 1 Gij wacht op mij of....
Een wijzen naar de deur vnlde den zin aan.
Ik heb voor ons beider zaken gezorgd,
antwoordde Filip. Indien ik er bij stil zat
dan zoudt gij spoedig genoodzaakt zijn altijd
u zelf aan te kleeden. Wat denkt gij dat ik
gedaan heb
Tot grooto ergernis van zijn heer wierp hij
zich in eenen leunstoel en liet zijnen hoed op
het tapijt vallen.
Naar uw gedrag te oordeelen, schijnt het
dat gy in eene kroeg geweest zijt en gedron
ken hebt, zegdo de markies boos. Ik heb uwe
onbeschaamdheid lang genoeg verdragen en
ben van plan n te ontslaan.
Zeg niette veel, antwoordde Filip kalm,
maar waarschuwend gij mocht er eens bo
ron w over krijgen, verstaat gij dat Die
praatjes over ontslag passen niet tusscben
ons. Laat ons eens ernstig over de zaken
spreken. Ik heb van den vluchteling niets
meer gehoord.
Hij zal Frankrijk weêr verlaton hebben.
Dat geloof ik niet. Gister was ik weêr
bij 't hotel, waar zooals gy weet, myn broe-
Aan de Belgische
werklieden in Frankrijk en
hunne familie in België.
De wet op de werkongevalion is in
Frankrijk in gang sedert 1 Juli. Zij luidt
als volgt
De ongevallen, overgekomen door het
werk aan de werklieden of bebienden ge
bezigd in bouwnijverheid, werkwinkels,
fabrieken enz., of in exploitatie waar cr
machienen gebruikt zijn, geven recht ten
voordeele van het slachtoffer of zijne ver
tegenwoordigers, aan eeue vergoeding
tou laste van de meester, op voorwaarde
dat ten gevolge daarvan die meusch ten
minste vier dagen lang niet heeft kunnen
werken.
Maar die vergoeding moet niet geschon
ken zijn aan de vertegenwoordigers van
eenen vreemden werkman, slachtoffer van
een doodeljjk ongeval, indien deze verte-
genwoordigers op den oogenblik van de
ramp in Frankrijk niet verblijven.
Dat is de wet.
Wat volgt daaruit
't Is dat do familiën (de vertegenwoor
digers) der Belgische werklieden, die in
Frankrijk gaan werken, krachtens de wet
goene vergoeding kuunen trekken wan
neer zij in België verblijven.
Die familiën zijn dus niet gekend voor
do Frantche wet en zijn geheel en gansch
buiten gesteld.
Zoo bij v. kwamc eene vrouw dezer fi
streek, hier wonende, haar man te ver
liezen die in Frankrijk door 't werk aan
een ongeluk komt, zij kan krachtens do
wet, aeene vergoeding vragen noch beko-
meu.
Men kan de redelijkheid en rechtheid
van die wet betwisten en zeggen rFransch-
man of Belg, een werkman die ten voor
deele van eenen anderen geld wint en
zijn leven risschiert, verdient vergoeding
als hij cr ongelukken bij raapt. De Fran-
sche wet herkent dat niet.
De Fransche wet wilt er niet van. De
familiën zij zijn er buiten, 't is al.
Wat is er dus te doen
Alle werkman, wieus familie of verte
genwoordigers in België blijven, zou moe
ten eeD geschreven kontrakt maken met
deFranscben patroon voor wien hij werkt,
waarin vastgtsléld wordt en aanveerd dat
do patroon de bepalingen van de wet ten
voordeele der Fradschen zal toepassen
met hem in geval van ramp of ongeluk
dezelfde vergoeding te schenken.
Dat is een accoord of contract namen3
bijzondere overeenkomst.
Mogen de werklieden dat en is 't aan-
veerden ievers voor goed
Voorzeker. 1° Zij mogen zorgen voor
bunnc familie, zelfs zij moeten. 2° Do
Fransche wet kan daar niet togen, want
de werklieden blijven toch onder de alge-
meene bescherming der wet die de rech
ten waarborgt eu dus de contracteu vrij-
lijk aangegaau, desnoods doen uitvoeren.
Alle Belgische werkman zou dit con
tract moeten doen, zoo niet dc Fransche
patronen laten varen. Deze zullen het
niet laten het te aanvoerden, want zij
hebben ons werkvolk noodig.
Dus allen gelijk Accoord en contract
eenheid van willeeenheid van handelen.
België zal ze helpen als 't nood doet.
(Standaard van Vlaanderen.)
groenen, schrijft de held van Cbipka,
't is den eerbied voor den Gods
dienst, 't is de herleving van de
parochiekerken.
Dus, volgens de held, gaan de liberalen
en vooral de socialisten den Godsdienst
eerbiedigen, de christelijke leering ver
spreiden, den luister van godshuis be
werken enz. enz.
Nu, als de beid waarheid schrijft, dan
moeten de socialisten zich bekeerd heb
ben, dan moeten zij hunnen haat tegen
God,Kerk en Priesters hebben afgelegd?..
Maar, neen, dc socialisten zijn gebleven
wat zo vroeger waren, en gelijk de held
ze heeft beschreven in "De Werkman -
van 1 Maart 1889, N° 854.
Opgelet, geëerde lezers
der hem ontdekte. Tot mijne verbazing zag
ik jufvrouw Lepage er uit komen.
Zijt gij zeker dat zij liet was
Heel zeker. Ik huurde een rijtuig en
volgde haar naar mevrouw Mixtome. Zij bleef
daar bijna drie uren en ging naar een ander
hotel. Ik vernam dat mevrouw Bartineux
daar logeerde en dat beiden er deu vorigen
avond wareu aangekomen.
Dat is nieuws.
Ik had een plan beraamd om jufvrouw
Lepage uit den weg te ruimen, hernam Filip
en ging heden morgen in de vroegte naar het
hotel, ten einde hieraan gevolg te geven. Daar
vernam ik echter dat de dames reeds vertrok
ken waren. Zij zijn slechts éónen dag te Parys
- God uit
den hoo-
'gen hemel
was er ooit een slechter sekte Hoe is 't mo
gelijk, dat Christene menschen zoo diep val
len Die Socialisten van Gent, in hun gazet
Vooruit, ze lachen van vreugd, ze roepen
triomf, als er een hunner mannen sterft als
solidair en aldus begraven wordtsterft als
«en redeloos schepsel 1... Dan is 't triomf in
hun gazetten, dan trommelen zij hun Volk
op eu zelfs vrouwvolk, de roode vlag in
d hand ziet men die droeve indelvingen op
luisteren Satan, Lucifer, alle duivels der
Hel moeten van vreugd opspringen als zij
zulke vertoogen hooren en vernemen...
DIE SOCIALISTEN. Ze randen de
Moeder Gods aan, ze vallen uit tegen d'Eerste
Communie, tegen die zoete, lieve, stichtende,
hartroerende Eerste Communie ze willen
een civiele Eerste Communie inbrengen, een
Eerste Communie in een herberg der Socia
listen... En d'ander week in hun gazet, ze
vielen uit tegen 't Onderzoek van geweten,
ze zeggen dat de kinderen daardoor bedorven
worden, dat den Katholieken Godsdienst een
vergif is, dat dit onderzoek een zaad ia van
ondeugd, een beletsel tegen Vooruitgang en
beschaving...
Och, die rampzalige misleidde Socialisten
z'en denken niet dat de Catechismus en dit
Onderzoek aan de kinderen geleerd worden,
om in hun hert geprent te zijn voor alle ver
dere levensdagen, als een waarschuwiug, een
bescherming En als men de wereld naziet,
waar bloeit de Deugd eu waar nestelt d'On-
deugd Christelijkheid is Deugdzaamheid
Ongeloof is Zedeloosheid Hoe dieper in
't Ongeloof, hoe dieper in de Zedeloosheid...
Te Gent, t'Antwerpen, te Brussel te Parijs,
in de vuilste koten en kaberdoezen, zullen zo
meest uitvallen log.» kerk en geestelijk...
Degenen die in de jaren 93, 't gretigst liepen
Wat kwam zij hier doen
Jufvrouw Lepage had een doel. Zij wilde
haren vader Bpreken, om daarna hare moeder
mede te deelen, dat hij nog leefde.
Dat verduiveld meisje riep de markies.
Mijne zwagerin is dol, anders zou zij niet met
haar meegaan. Ik zul haar onder handen ne
men, zij moet het meisje wegzenden.
Dan zal zij zich naar mevrouw Mixtome
begeven, en alzoo buiten ons bereik komen I
Gij zyt een genie, het meisje beviudt zich
juist op hare plaats. Zy schynt zeer gevaarlijk
te zyn. Zij ziet alles en is wantrouwend. Ik
geloof dat er iets buitengewoons moet gebeurd
zijn eu daarom naar Parys ia gekomen. Zy
kwam om mevrouw Mixtome het verblyf van
haren vader in Frankrijk mede te deelen, of
zy heeft in het kasteel iets ontdekt.
De markies verschrikte.
Wanneer gij ongerust wordt, dan mogen
anderen wel vreezen, mompelde hij.
O, ik gevoel mij nog meester van den
toestand, wat het meisje betreft, zegde Filip
en vrees ook Aloxo Mixtome niet. Hij ver
keert in een zoo groot gevaar, dat hij niet
kan optreden. Maar wellicht betrekken zij
beiden mevrouw Mixtome in de zaak mis
schien overtuigt hij mevrouw dat hij onschul-
I dig was. Mevrouw is aan het hof goed gezien
en bezit veel invloed. Wanneer zij de zaak
aanplakt zouden wij manr gij begrijpt mij
voldoende. Men zou een nieuw onderzoek
kunnen beginnen.
l)at eindigen zal als het vorige.
Misschien Maar gij weet het zoo goed
als ik, hij was onschuldig Eu als er eone
Voorzienigheid bestaat, kon zijne onschuld
wel eens aan het licht komen.
Dat is onzin. Hij was schuldig riep de
markies. Iedereen heeft hem daarvoor gehou
den, in weerwil van zijnen rijkdom en zynen
rang.
Wanneer ik in uwe plaats was, zegde
Filip, zou ik van mevrouw Mixtome willen
weten, wat het meisje te Parijs kwam doen.
Ik zal het beproeven nog heden zal ik
haar bezoeken.
En ik, zegde Filip, ga morgen vroeg
naar Charlemont. Ik moet het meisje in
zien als er Priesters en brave Burgers ont
hoofd wierden te Parijs, die rond de gnillotien
stonden met lachende wezens, 't waren de
bazen en de bazinnen en de sloneen eu de
slijpen en de juweelen, de Jeeabels en de Pu-
tifnrs uit de slechte hnizen en uit de vuile
kwartieren... Die feiten kan niemand loo
chenen...
De Kerk heeft ons geleverd, een S' Vincen-
tius a Paulo die 40 millioen met zijn eigen
handen uitdeelde aan den Armen, die een
Maatschappij gesticht heeft, werkzaam in alle
deelen der aarde, en wie zijn de mannen van
het Ongeloof? Wanschepsels, monsters gelijk
Jan Jank Rousseau, die brastte en zwierdde
eu zijn eigen kinderen op straat te vindon
lag... Achteruit, dwaze socialisten, al wat gij
uitkraamt, is lengen en valechheid.
Nu, geëorde lezers, prent dit goed in
uw geheugen, dal de held die, in 1889,
de socialisten aldus afschetste, nu heden
den bondgenoot, den handlanger dier
zelfde socialisten is geworden ja, zelfs
met woord en .laad werkt om ons Vader
land ouder de heerschappij van die slechte
sccte te brengen.
I. Ingevolge de wet van 5 Juli 1899,
uitvoerbaar gemaakt te rekenen met 24
derzelfde maand, mag niemand visschen
in de waters waarop de wet van Januari
1883 betreffende de riviervischvangst toe
passelijk is, zoo hij niet van een regelma
tig vischverlof voorzien is. De overtreder
zal gestraft worden mot eene boete van 26
tot 100 frank.
II. De ontvangstkantoren der poste
rijen leveren rechtstreeks de vischver
loven af aan bet publiek.
De verloven kunncu ook bekomen wor
den door tusschenkomst der onder-ont
vangers, alsook bij de agenten der aan
neem- en overdraagkantoren maar niet
bij de briefdragers die op rondo zijn.
III. Er zijn zes soorten van ver
loven, te weten
1° Verlof van 10 frank, voor het
visschen met alle toegelatene vischtuigen;
2° Verlof van 4 frank, voor het
visschen met lijnen, kreefteutaugen, ge
weren, doornbundels, platnettou voor
kreeften, fuiken en netfuiken met of zon
der vleugels.
Dezo twee soorten van verloven zijn
geldig op alle werkdagen van bet jaar,
behalve gedurende den tijd waarbinuen
het verboden is te visschen (1)op Zon
en wettelijke Feestdagen laten zij enkel
het gebruik toe van de bandlyn in de
waters in 3° hierna vermeld
3° Verlof van 2 frank, voor het
visschen met het poer of met ééno hand
lijn. al de dagen vau hot jaar, behalve
gedurende den verboden tijd om te vis
schen. Dit verlof kent enkel het recht toe
met ééne bandlyn te visschen in de stroo-
men, rivieren eu vaarten welke bevaar- of
oog honden. Ik moet weten wat zij hier ge
daan heeft.
En haar vader
Jan zal hier blyven. Hij is een echte vos
en zal hem wel vinden als hij hier verblyf
houdt. Wanneer de vluchteling nog leeft en
de komst van het meisje naar hier bewijst
dit, zal hy zich zeker weêr naar Charlemont
begeven. Wanneer ik het meisje slechts be
spied, zal ik hem vinden. Ik zal tegelijk naar
vader en dochter zien. En gij, maak spoed
met het huwelijk.
Des middags bracht de markies mevrouw
Mixtome het beloofdo bezoek. Zij was van een
rijtoertje teruggekeerd en zag er vroolijker
uit dan anders. Een nieuwe hoop lichtte uit
hare oogen en kleurde hare wangen met een
zacht rood.
De markies bood haar de hand en zij reikte
hem de hare toe, doch trok ze even haastig
terug.
De markies nam plaats en begon met over
8tadsnienwskens te praten. Eindelijk zegde
hij onverschillig
Mijne zwagerin bezocht u hier niet waar
Zij is heden morgend weêr vertrokken.
Mevronw toonde zich niet verrast en ant
woordde niet.
Jufvrouw Lepage was bij haar, vervolgde
de markies. Ik vind het zonderling dat zij
zooveel van een meisje houdt, van wie nie
mand weet wie zij is, noch van waar zy komt.
Graaf Beaucourt leerde haar in Grieken-
vlotbaar zijn met vaartuigen, rij schuiten
of vlotten, en waarvan do onderhoud ton
laste valt van den Staat of van zijne ver
tegenwoordigers (wet van 1883, art. 2.)
4° Verlof van 1 frank, voor het vis
schen met ééno handlijn des Zondags on
op wottelijko feestdagen, buiten den rij
tijd. Dit verlof laat enkel toe te visschen
met ééne handlijn in de waters in 3° ver
meld.
5° Dubbel verlof van 2 frank,
voor het visschen met twee handlijnen
iu de waters in 3° vermeld, op Zou- en
wettelijke Feestdagen, behalve gedurende
den verboden tijd.
6° Dubbel verlof van 4 frank, toe
latende te visschen met twee handlijnen
in de waters bij 3° vermeld, op alle dagen
vau het jaar, huiten den verboden tijd.
Gedurende den sluitlijd, van den 3n
Maandag van Maart inbegrepen, tot den
eersten Zondag van Juni niet bijbegrepen,
geven al de verloven, bij uitzondering het
recht om te visschen, maar met ééne
handlijn, en alleen op Zon- en wette
lijke Feestdagenen zonder behulp van
het schepnetje. (Art. 13, 1° van het K. I\
van 7n Juli 1899.)
In de waters bij 3° vermeld, mag de
visschcr mot de haudlijn niet op een boot
visschen zoo hij niet oen verlof van
10 frank bezit
De verloven zijn persoonlijk en de
vischtuigen mogen enkel in 't water be
handeld worden dan door do dragers van
verloven.
Voor 189Ö is, bij uitzondering,
de prijs der verloven op de helft
bepaald van de nominalen aange-
duiden prijs voor ieder der ver
melde soorten.
IV.Alwie een vischverlof wonscht
to bekomen, moet zich persoonlijk be
geven op het winket van het postkantoor,
opdat men aldaar zijae persooabeschrij
ving onneme men moet de soort van het
af te leveren verlof doen kennen on er
van onmiddellyk den prijs betalen, ver
hoogd met een vast recht van 10 centie
men per verlof.
V. De verloven op een postontvangst-
kantoor govraagd, worden op staandeu
voet afgeleverd wendt men zich tot een
onder-ontvangstkantoor, een a.-inncem- of
een overdraagkantoor, dan zullen de ver
loven later door den briefdrager ton huize
besteld worden. De belanghebbenden
ontvangen, in dit geval, een kwijtschrift
der gestorte som en wisselen dien kwijt
brief tegen het verlof.
VI. Het vischverlof kau op allen
ouderdom bekomen worden het is geldig
iu geheel het land tot den 31 December
van het jaar zyner aflevering, op welken
tijd het ook afgeleverd worde.
In geen geval wordt een dubbel van het
verlof afgeleverd.
(i) De wettelijke Feestdagen zijn. behalve de
Zondagen de in Januari, den Maandag van Paa-
schen, O. I.. H. Hemelvaart, den Maandag van
Sinxen, de si" Juli (Nationale feest), O. L. V. He
melvaart, Allerheiligenen Kertdag.
land kennen, antwoordde mevronw kalm en
is over hare voorgaanden zoo te vreden, dat
hij haar gaarne zou trouwen.
De markies trok de schouders op.
Eene jongensstreek. Beauconrt hoeft
geeno ouders meer, doch het zal hem beron-
wen.
Dat geloof ik niet. Jufvrouw Lepage wil
daarenboven niets van een huwelijk weten.
I)at is koket, lachte de markies. Weet gij
iets van haren vader vroeg hij verder. Heelt
zij n baar volle vertrouwen geschonken
Mevrouw Mixtome was verrast.
Ik weot alleen dat haar vader een Franach-
man en zij van hooge geboorte is antwoordde
zij.
De markies begreep dat mevronw het ge
heim van het meisje niet kende.
Weet gij ïete van jufvrouw Lepage vroeg
mevronw vermoedende dat zijne vragen ieta
te beteekenen hadden.
Ik kan niet zeggen dat ik iets met zekerheid
weet maar uit de woorden van graaf Bean-
court heb ik mijne gevolgtrekkingen gemaakt
antwoordde de markies. Het ia duidelijk dat
mijnheer Lepage voor schalden is gevlucht,
een verkwiater die naar Griekenland trok, om
daar te leven van het klein vermogen, dat hy
aan de speeltafel heeft gewonnen.
(Wordt voortgezet).