m i|pl IIID M DEN SCHOUT, Donderdag oO November 1890 5 centiemen per nummer. a48,e Jaar 3421 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM |K3 VADERLAND, TAAI., VRIJHEID. De Priester Samenleving. D E DE ZONDAGRUST. Celeerden en halfgeleerden in zake van Godsdienst. BODE. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. - De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kw'taritiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar -den schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens. Korte Zoutsiraat. N. 31. en in alle Postkantoren des bands W --- Guique auum. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnisse eji 'v bladzijde 50 centiemen Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen. uiterlijk legen den dijDsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advert.entien uit vreemde landen zich ie v/enden ten Bureele van dit blad Aalst, 29 November 1899. Een onpartijdige Davorscher die heeft voorgenomen, van den tegenwoordi^en toestand der samenleving na te gaan, zal weldra met ontzetting moeten bestatigen dat het strijdende menschdom in een moeilijk straatje is geraakt. Hedendaags is het heel zeldzaam van een volk tegen te komen, dat niet door de verdeeldheid en de tweedracht is aan getast. De mensob snakt vandaag zoodanig naar vrijheid en onafhankelijkheid, dat meest aliijd zijn evennaaste voor hem een juk is dat hij tracht van zich af te schud den. Wat zien wij in de steden de huizen zijn om zoo te zeggen op elkander ge hoopt, talrijke familiën zijn slechts door de dikte van eeneu muur van malkander gescheiden en toch welke oneindige af stand tusscben de herten... De mensch is voor Je samenleving ge schapen geweest hij bemint ze, hij zoekt ze op en nauwelijks beweegt bij zich in haren omvangrijken schoof, dat reeds een gevoelen van haat en verbittering tegen diezelfde samenleving in hem is ontstaaD. 't Zijn de belangen die een wedetzijdsche strijd voeren 't zijn de verschillende overtuigingen die in aan stooting komen 't is de haat, 't is de nijd, 't zijn al de slechte driften die opstaaD en die ontvlammen,wanneer de herten onder ling in aanraking worden gebracht. Zulke staat van zaken zóu wellicht den ondergang der maatschappij voor gevolg hebben, ware het niet dat de Almogende Schepper, in zijne oneindige bermhertig- heid, ons het middel heeft gegund deze hachelijke kwalen, waarmede 't mensch- v dom wordt geteisterd, met hoop van wei- gelukken te bestrijden. Ginds boven al deze huizen, die als zoovele bakermatten de eigenaardigste driften mogen beschouwd worden, verheft statig en trotsch een ruim gebouw dat den Gode der vrede als woonplaats is toegestaan, 't Is de Kerk. Daar komen de geloovigen van alle standen bijeen om den God der heirscha- ren te gcbenedijdeD. De grootste vijanden vindt men soms daar vereenigd, en 'tware toch zoo zeld zaam niet, gebeurde het dat deze vijanden hij 't verlaten des heiligdoms volmaakte vrienden wierden. E MARLITT. (NA VERTELD 10d* VERVOLG. De schout wist in 't geheel niet, dat hem door den advokaat van den erfgenaam, de pacht reeds een jaar geleden was opgezegd. Hij protesteerde kort en bondig tegen de flauwe houding van den nieuwen eigenaar van het Ilertenveld met betrekking tot de spoorweg kwestie, waardoor hg, zijn pachter, in zgn bestaan benadeeld was. Nooit ofte nimmer zou hij er toe overgaan, zijnen groen- selhof achter het huis te verleggen, evenmin als hij het zich zou laten welgevallen, dat op dezen of genen dag zijne woning boven zijn hoofd instortte. Ten slotte voerde hij nog aan, dat hij met zijn pachtgeld wel is waar een weinig ten achter was maar hij verwachtte iederen dag eene aanzienlijke som, die zyn zoon, een schatrijk man in Californië, hem zon zenden, maar die tot zijne bevreemding uitbleef zoo- dra hij het geld ontving, zou u de bagatel n worden afgedaan. Welnu, 't is in de Kerk dat de priester dc gelukkigste oogenblikkeD zijns levens overbrengt, 't is daar dat hij de gewich tigste punten van zijn heilig ambt heeft te vervullen. - Mijne broeders, ik kom u heden den vrede aanbrengen, zoo roept hij de kris- tenen van uit den predikstoel toe. 'k Wil Liet spreken van dien vrede weikeu de wereld schijnt te geven, 't Is de vrede met God, onze schepper en onze regoerder met de menschen, onze broeders 't is de vrede met ons zel- n ven, deze vrede des herten die alle ge- voelens overtreft. Waarom zoeken wij soms om deze vrede te vergallen, ver- mits wij allen lidmaten ceuer zelfde familie zijn Is God dan onze vader niet? Is de Kerk onze moeder niet, en is het Zij niet die ons verstand met de melk van 't Goddelijk woord voedt Zoo luidt de liefderijke samenspraak van den priester tegen de geloovigen hij heeft immer den lof van God en van zijne leering in zijnen mond en om eene ziel voor den hemel te winnen zou bij, ware 't mogelijk, bergen verplaatsen. Hetgeen de priester door de prediking begouuen heeft, wordt door de biecht vol trokken. Er worden hedendaags maar al te veel menschen gevonden die niet aarzelen, met de biecht den spot te drijven. Wat is er dan natuurlijker dan deze beweging van een hert dat de noodwen digheid gevoelt, van zyDe geheimen in een ander hert uit te storten De onge lukkige die door de knagingen des gewe tens of door een zedelijk verdriet wordt getergd, heeft eenon vriend van doen be kwaam om hem te aanhooren, te troosten, te geleiden. Do goddeloosste wijsgeeren zijn het eens om te verklarGD, dat de biecht als een der stevigste hinderpalen tegen de ondeugd en teveDS als 't mees terstuk der wijsheid mag afgeschilderd worden. Waarom is het toch noodig de getuige nis der wijsgeeren in te roepen, om de wijsheid der instelling van de biecht te doen uitschijnen Immers, deze instelling is Gods werk, en vermits Hij de oneindige wijsheid is, al hetgeen door hem is ge schapen of gemaakt moet noodzakelijk den stempel zijner wijsheid dragen,boven al wanneer het eene instelling geldt,welke eene noodzakelijke gemeenschap met het opperste einde van den mensch heeft. 't Is zonneklaar en 't ware overtollig daar langer over uit te wijden. Nu komen wij ter zake. Wie bezit er de macht om de zonden te ontbinden, zooniet de priester - Ja, ja, dat is de manier van den schout, lachte Peter Griebel goedhartig, nadat M. Markus hem den inhond van den brief had meegedeeld. Hij is een wonderlijke kerel. Een wonderlijke kerel wat zijt ge toch altijd zachtzinnig in uwe woorden, Peter, een bluffer is hg, en van de eerste soort, viel zijne vrouw hem in de rede. Zij had peterselie gesneden, was van den hofkant den paviljoentrap opgekomen en stond op de bovenste tree met het krnid in de hand, die zij waarschuwend door de open denr stak. Laat n toch in Gods naam niet met hem in, M. Markus Hg zal u foppen, dat u hooren en zien vergaat. Hij deukt, pre cies als de strnisvogel, wanneer hij de oogen toe doet. dan ziet geen men ach, in welke ellende hij door de schuld gekomen is. Met dien zoon in Californië wil hij u evenals alle domme menschen, die hem geborgd hebben, zand in de oogen strooien, 't Zal een kereltje zijn, die zoon van zoo'n zwendelaar Maak het tech niet al te erg, Jetje. Ge zyt anders zoo niet, zegde haar man. Van de overleden mevrouw weet ik, dat de jonge heer Frans een goed mensch is. Hij is de wyde wereld ingegaan, omdat hij de ellende op het domein niet kon aanzien. Hij moet ook eens eene goede som naar hnis gezonden hebben. Men weet niet, wat er sedert van hem ge worden is, en daarom treurt zijne moeder zich bgna dood. De priester is dus noodzakelijk in de wereld voor deze reden alleen, dat hij en hij alleen macht bezit om 's menschen zonden in den naam Gods te vergeven zij dc rol hier op deze wereld isgro.otsch, indrukwekkend, heiligen bovenal belang rijk, vermits heel dikwijls niet alleen het eeuwig maar ook het tijdelijk welzijn zijner boetelingen afhangt van de manier op dewelke hij zijnen rol weet te ver vullen. 't Is klaar blijkend dat er vele onreebt- veerdigbeden onder de menschen worden begaan. Welnu, wij durven rechtuit en zonder aarzelen vei klaren dat deze on- reebtveerdigheden steeds zouden aan groeien, moest het gebeuren dat deze goddelijke instelling, biecht genaamd, uit den schoot des menschdom kwame to verdwijnen. Genoot den priester wat meer achtiog, wat meer aanzien in zekere omgeviugen, wellicht zou 't aanschijn der aarde, van somber en raadselachtig dat het is, zuiver en onbevlekt wordeu. Maar al te dikwijls braken de snoode godsdiensthaters moedwillig tegen de priester al het venijn uit, dat in hun boos aardig hert ligt verscholen, en dit tot groote ergernis van de oningewijde jeugd. Waar is de oorzaak van dezen onver- i biddelij ken haat te zoeken 't Is niet moeilijk om raden Christus' leering is de grondslag van 't leveD des priesters gansch ziju ambt bestaat in 't voortzetten en in 't ontwikkelen van hetgeen Christus, en na hem zijne apos telen, deden. De Zaligmaker, 't meerendeel der apos telen, millioeneu kristenen stierven den marteldood, omdat de leering welke zij verspreidden of beleden, rechtstreeks 't gruwelijk gedrag hunner vervolgers brand merkte de priester, op onze dagen .wordt aan de openbare denkwijze ten spotge- geveD, omdat hij in geweten dc manieren, de daden, 't leven van zekere verloren zoDcn moet afkeuren. Indien er hier op dees aardrijk nog liefdadigheid onder de menschen bestaat, 't is aan den priester, 't is te zeggen Christus' navolger, te danken. Immers, zijn gansche leven is een vol maakt toonbeeld van edelmoedigheid, van naastenliefde, van zelfverloochening. Slechts dan waDneer hij zich van alles heeft ontbloot verheft hij zyne smeekende stem tot hen die door de fortuin zijn be gunstigd geweest, ten einde ze aan te manen, tot 't lenigen van 's menschen ellende mede te werken. 't Ambt des priesters, in een woord, mag als een ambt van vrede en van liefde gekenschetst worden. Wil men tot het oplossen der maat schappelijke vraagpunten medewerken, dat men leere den priester te beminne en te waardeeren.... Senaat. De Senaat is bijeengeroe pen tegen woensdag 6 december. Nn hoort gij het M. Markus sprak Jufvrouw Griebel nijdig, terwijl zij met den duim naar den spreker wees, en toch wil die goede man, dat men den jongen, die nog geen blad papier eu wat inkt voor zijne moeder over heeft, voor een respectabel persoon zou aanzien. Dat is naar de maan geblazen Peter. Hiermee stapte zij bromend de trap af, om hare peterselie naar de keuken te brengen. M. Markus liep gedurig het vertrek op eu neer, nadat Peter Griebel in het naburig prieel gegaan was, waar hem zijn dnchterke eenen boterham met worst en een glas goud- kleurigen Nordhiiuser-brandewijn, tot ontbijt op de steenen tafel had gezet. Met den brief van den schout had de zaak van de erfenis, die het toeval den nieuwen eigenaar van het landgoed in de hand ge speeld had, eene nienwe wending gekregen. Nog dezen morgen had hij gedacht dat door eene bespreking met zijnen advokaat, kort voor zijn vertrek, en door een paar brieven uit Berlijn aan den laatsten wensch zijner tante gemakkelijk zon voldaan worden. Hij hoefde dns niet met de personen, in de zaak betrokken, en voor welke hij op voorhand afkeer gevoolde, in persoonlijke aanraking te komen. Maar nu kwam nog eon ander persoon op, er was een zoon, van wien de overledene eene zeer goede meening moest gehad hebben, zoo als Peter Griebel herhaaldelijk verzekerde, en Het orgaan der bedienden van alle ge- zindheden. Le Moniteur des Employés, antwoordt als volgt aan het liberaal blad l'Etoile Beige, dat durft schrijven dat de i Zoudagrust het postwezen, evenals het i bestuur der ijzerenwegen in den war i brengt I 't Is onloochenbaar, zegt het or- gaan, dat vele dagbladen strijd voeren tegen de Zondagrust. Deze strijd schijnt eerder door ongodsdienstige gevoelens dan I door een ware bekommering voor de be langen van handel, nijverheid, en die van het publiek, ingeblazen te zijn; hij is, in 1 alle geval, het gevolg van eene onnauw keurige waardeering van den toestand en de noodwendigheden der bedienden. Eerst en vooral eeD woordje aan de sectarissen, die in de Zondagrust slechts eene kwestie van godsdienst en andere klerikale kwesties zien; aan de sectarissen die schreeuwen: Weg met de Zondagrust! evenals zij Weg met de papen roepen. j Wij meenen dat het gouvernement gelijk heeft aan ieder zijner bedienden het recht te verzekeren van alle Zondagen naar de mis te gaan en van zijue gods dienstige plichten te doen, van het oogen- blik «'at dit geene verplichting voor allen isen dat de gewetei svrijheid voor ieder een gewaarborgd blijft. Wij begrijpen niet dat zij, die de vrij heid inroepen, namelijk de vrijheid van denken en de vrijheid van eerediensteD, eenen maatregel kuDnen beknibbelen die kan genomen geweest zijn met het doel die vrijheid te verzekeren, even als om de rust van geest en lichaam te verschaffen, welke den werkman zoo noodig is, na eene gansche week van barden arbeid. Die maatregel is, inderdaad, een alles zins rechtveerdige maatregel, in 't belang der werkende klas, door 't katholiek ministerie, ondanks den onwil en de be knibbeling der liberale politiekers, die zoogezegde volksvriendengenomeu. Moesten de geuzen opnieuw aan het bewind komen, wat zou er van de Zondag rust geworden Dat ziet ge van bier Ziedaar, werklieden en bedienden, het verschil tusschen uwe katholieke en uwe liberale vrienden I Onthoudt het wel. toch sprak de leste beschikking geen woord over hem. Was hij misschien even toegeeflijk en teerhartig als zijne moeder, zoodat de erfllaatster meende, dat in zyne hand het leste hulpmiddel niet veilig was De oude dame moest vee! vertrouwen gehad hebben in de vastheid van karakter van het meisje, onder wier bescherming zij de toe komst van hare ongelukkige vriendin wilde Btellen. M. Markus begreep dit vertrouwen niet. Immers de overledene was de neerstig- heid en werkzaamheid in persoon geweest op het veld en in den melkkelder, in de keu ken en in het laboratorinm, aan het ziekbed der armen, zoowel als aan de schrijf- en werk tafel had men haar ten rechten tijd kuu- nen vinden, en zij had nooit het gedacht gehad, zelfs een lintje door een ander aan hare kleeron te laten, of heur haar door vreemde handen te doen opmaken.... Hoe kon deze praktische, werkzame vrouw er dan toe koiuen, zulk eene moeilijke taak op te dragen aan een meisje dat nog altijd voort ging de groote dame te spelen die geen hand uitstak om de orde ia de verwaarloosde huis houding te herstellen en zelfs kamenierdien sten eischte van de meid, die vroeg en laat op 't veld of in het huis moest werken en slaven Hg verwenschte zijne domheid, die hem op den inval gebracht had, den breizak te door snuffelen, was hij maar zoo wijs geweest, om Terwyl de bende halfgeleerde schryve* laars en politiekers uit de eerste broek er hun behagen en roem in vinden de religie, die zij zelf niet eens kennen, te bezwalken en, arme dwergen I te bestor men, is het troostelijk en tevens leerzaam te bestatigen wat de ware geleerden en ernstige maDnen, zelfs deze die zich enkel door de gezonde rede laten geleiden, over haren heilzamen invloed denken. Wij willen hier de merkweordige be- kenteuis lal en volgen van Paul Bour- get, lid der Fransche Academie, die, on danks zijne vrijzinnige denkbeelden welke hem tot nu toe overheerschten, eindelijk door de waarheid en de verhevenheid der Christece Religie overreden, zijne oude anti-katholieke dwalingen en vooroor- deelen verloochent ea in bewondering uit roept - Ziet ge, er is een stelregel, dien ik altijd waar bevonden heb, en die geene uitzondering lijdt. Overal waar het Chris ten geloof leveud is, zie ik de goede zeden bloeien en zich heropbeuren, overal waar het kwijnt, zie ik ze vervallen en in even redigheid dalen. Het Christendom is de boom, waarop al de menschelijke deug den, buiten dewelke al de maatschap pijen tot den ondergang gedoemd zijn, groeien en bloeien. Ik verklaar het uitdrukkelijk: men verbastert, men vermoordt de Fransche Natie met haar onchristelijk te maken. Buiten de waarheden der tien geboden Gods is er geene maatschappelijke waar borg mogelijk. 't Was de overtuiging van Lo Play en die van Taine. Ik ben het eens met hen. Zoo verklaart M. Paul Bourget. Deze zoo welverdiende en op grondige studiën en overwegingen gestaafde lof- tuigiugen, onder de pen van zulke geleerde en geenszins verdachte mannen, kunnen, ons •lunkens, wel opwegen tegen al het geblaf en getier der anti-klerikale bluf fers en helhouden van vierden of vyfden rang Geen werkstaking. Het socialis tische mijnwerkerscougres, te La Lou- vière gehouden, besloot, de werkstaking niet uit te roepeu, gezien de gedeeltelijke loonsverhooging reeds toegestaan, en do verdere verhooging, beloofd door de pa troons. Het congres besloot nog, to Brussel, den laatsten zondag van meert, eene monsterbetooging der arbeiders in te rich ten, ten gunste der werkerspensioenen. het oude ding met heel den inhond in de com mode tot stof te laten verteren I Nn was hij ook nog zoo onaoozel, zich het lot van de onde dame op de pachthoeve aan te trekken, en het zijnen plicht te denken, alles met de meesto nauwgezetheid te overwegen Zooveel was zeker, dat de hontvesterin zich met al hare helderheid van geest had vergist, in het karakter en den aard harer erfgename. Wie weet welke, comedie men voor haar ge- speeld had Was het niet plicht, haar mis greep te herstellen en liever den jongen Frans de kleine erfenis in handen te geven Wie stond er voor in, dat voor de groote dame niet onmiddelijk een vrijer verscheen, wan neer het ruchtbaar werd dat zij geërfd had Mejufvrouw de gouvernante zon zeker geen oogen blik aarzelen, ja te zeggen vreemde handen zouden de nalatenschap opstrijken en de arme zieke op de pachthoeve kon het na zien. Lastig streek hij met beide handen door de haren er bleef hem niets anders over, dan door den zuren appel te byten on den stand van zaken bij den schout en ook hetgouver- nante-jufferke met eigen oogen op te nemen. Hij bleef den heelen dag uit zgn humeur eu nam tegen den avond zijnen hoed op en richtte zijne stappen naar bet bosch. (Wordt voortgazet.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1899 | | pagina 1