Zondag 2 December 1900 5 centiemen per nummer. 53s,e Jaar 5523 Opgelet Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. <S VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Alwie zich voor een jaar aan DEN DEN- DEUBODE abonneert, zal hem van nu tot Nieuwjaar gratis ont vangen. Men kan ons blad vragen in het Post kantoor waardoor men bediend wordt, aan den Postbode die de brieven brengt, of met naar ons Bureel te komen of te schrijven. LOGIEK en GEUZERIJ DE GIFTMENGSTER Aan de schaamteloosheid Twee punten Anarchisme in 't leger. DE DENDER BODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder ilagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar Men schrijft in bijC. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat. N. 31, en in alle Postkantoren des bands Guique «uum. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vounisse op V bladzijde 50 centiemen Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Beeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk legen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad Aalst, 1 December 1900. Wie aardig op zou kykcn indieu wij zegden dat de armtierige in zake van polemiek een pluimkeu op zijnen hoed steekt, dat zouden onze lezers zijn. En nochtans het is zoo. Het is gedwongen dat wy zyn schrijven van 15 Juli hebben be sproken. Hebben wy dan met gekken te doen Toch hebben zij het reeds gedeeltelijk weg zy zijn razend kwaad om hunne machteloosheid. Wy sloegen nagels met koppen toen we bewezen dat zy een artikel uitlegden dat zij niet hadden gelezen. Schrandere ver nuften zyn het die iels iuterpreteeren kunnen zonder het gezien te hebben. Zulke geniën verdienen een standbeeld I Wij bekomen Dog geen antwoord over pater Casnedi. Hij heeft dus gelogen, de armtierige, met het lage doel menschen te bedriegen nopens leerstelsels van zijne tegenstrevers 1 Geuzeneerlykheid Wanneer krijgen wij eene bepaling, eene wijsgeerige bepaliDg van het goede. - Wanneer zult gij ons zeggen dat Eriesters verbannen tot het goede - be- oort dat men om het goede doen moet. De armtierige in zyn nr van zondag 28 October houdt dus staan dat wij ten onrechte bevestigen dat hij den hemel loochent. Hij neemt dus het bestaan van den hemel aan, met ander woorden, hij denkt dus dat de ziel van den mensch eeuwig is. Maar zoo dit zyne overtuiging is waar om durft hy dit niet uitdrukkelijk zeggen 7 Waarom durft by geen artikeltje schrij ven over zyn wysgeerigen gedachtenkrmg, Catharina overlegde een oogenblik en riep Neen, Mevrouw, ik ben geen dom onervaren meieje meer, zooals over twaalf jaren en zal niet den tweeden keer vluchten. u Ongelukkige, weet gy, watu wacht? U Ik ben onschuldig en men zal het moe. ten erkennen. Maar men zal u niet gelooven, en u aanhouden. "Weet gij, dat dit uwen dood zou zyn n Gabriëlle zonk verschrikt in een stoel neer het meisje zag haar verwonderd aan en wist niet wat te zeggen. Lachenal zat daar en baadde in zweet. Hy gevoelde, dat als Catba- rina zich verdedigen, alles ontdekt zou wor den en hij verloren zijn. Daarom begon ook hy haar toe te spreken en wel op zulken he- vigen toon, dat Gabriëlle hem wenkte om te zwijgen. Maar hy ging voort en zonk einde, lijk bewusteloos neer. Gabriëlle opende eene ■ijdeur en wees Catharina in een ander ver trek. Wacht hier een paar minuten, ik kom dadelijk terug. over God, hemel, hel, mensch, ziel enz. Zeg waarom durft hij niet Heeft hij dan geen moed Is hij zoo laf Onwetend dat durven wij van man nen niet veronderstellen die met zooveel misprijzen van den Catechismus en met zooveel hoogmoed van de vruchten van hun eigen denkvermogen neêrzicD, niet veronderstellen. De gedachtenis van zulke denkers zal overgaan tot het nageslacht en wij zijn overtuigd dat de opvolgers van Machiei zijn standbeeld zullen doen spreken als men behoefte heeft een ontsnapte van Gheel op te voeren. Nu, de armtierige is overtuigd over de wezenlijkheid van een toekomstig leven. Waarom stelt hij dan zooveel vragen die haast doen gelooven dat hij er niet aan gelooft. Zal iemand die den hemel aan neemt het volgende schrijven Het is niet waar dat de lilerikalen niels weten van den eeuwigen hemel, zij weten er alles van, hoe hij is, waar hij is, wie er is, wie er komen zal. Die ironieke bevestiging is eene sterke ontkenning. Wil dat in auder woorden niet zeggen zy weten er niets van en zouden niet kun nen zeggen waar de hemel is enz. Iudien de armtierige den Catechismus niet verachtte dan zouden wij hem naar dat schoon boekje verwijzen. Hij over- wego dat alles eens. Hei balen wij nog eens Dendergaim's woorden. 1) De klerikalen goochelen met den eeuwigen hemel waarvan zij niet weten en waarover zij niet beschikken. Geen midden of die woorden eten of bekennen dat men het eeuwige leven loochent. Indien zij er aan gelooven kun nen zij ons niet eens zeggen op welke wijze men in den hemel der geuzen komt Zijne woorden zyn klaar. Er is geen verdraaien aan. Dat helpt niet. 2) Dendergalm, schreef nog den 15 Juli, 2de bladzijde Het bovennatuurlijke bestaat niet, kan niet bestaan want dan zou er geen natuur meer wezen. Dat is het bestaan van God loochenen. Inderdaad. Indien God is, is Hij almachtig. Daar ku:.t gij niet uit, armtierige huichelaar. A Is God almachtig is, kan het bovenna tuurlijke beslaan, 't is te zeggen, kan Hij mirakelen doen. Nu ge zegt mirakels zijn onmogelijk. Dus zegt gy terzelfder tijd God bestaat niet. Wie het bestaan van God loochent is goddeloos. Dus is de armtierige Dender galm goddeloos. Die teksten zija duidelijk, onomstoot- baar. Gij zult ze verloochen, Dendergalm, of gij zult u als een goddeioozo laten door gaan 1 Een van beiden want er is geen middenweg. Arme, Monsieur le Rédacteur, wij heb ben medelijden met u. Gij rekendet op eenige sullen en had Dendergalm daar voor een masker opgezet. En nu hebben zij hun tong verklapt. u O, Mevrouw, het spijt mij.... Gekomen te zijn Neen anders waart gij verloren Zij enelde naar Lachenal en verpleegde hem. Dan riep zij de meid en beval haar voor de vreemde eten te brengen. Daarna keerde zy naar Catharina terug, In weinige woorden verklaarde zij haar de noodzakelijkheid van te vluchten en het be vreesde meisje beloofde eindelyk dit dadelijk te doen. u Om u schadeloos te stellenzeide hare vroegere meesteres, geef ik hier twee dui zend franken, Wel, n hernam Catharina, gij zijt nog edelmoediger dan Mevrouw do Farnièree. Gabriëlle stond op 't punt de bankbiljetten aan stukken te scheuren zij deed immers iets wat Mevrouw de Farrières ook gedaan had.... Maar ze dacht aan haren zoon en dit stelde haar gerust. u liet is voor hem zeide zij zachtjes. Catharina, die deze aandoening aan den toestand van den huisheer toeschreef, begreep dat Mevrouw Dog ongelukkiger was, dan zy zelf, kuste hare hand en maakte zich gereed om te vertrekken. Nu kou zich Gabriëlle echter niet meer in houden. Zij brak in tranen los, viel hare vroegere bediende in de armen kuste haar Pauvre, monsieur le Rédacteur Wy wedden dat de rechtzinnige Den dergalm niet meer antwoorden zal. Dat hij dees slikken zal... der groene zotten zyn er dan toch gecne palen. Heerschap A. De Backer, volksverte genwoordiger, door de gratie van den Mol-man, schrijft in de gescheurde Klokke Roeland Wij eischen het zuiver algemeen stemrecht, sedert tien jaren, onvoor- waardelijk, en eischen het nog. Dus de groene zotten eischen sedert tien jaar, onvoorwaardelijk het Z. A. stemrecht. Wat schaamteloosheid 1 Deuken zij dan toch dat wij gaDsch 't geheugen hebben verforen Maar op zondag 20 December 1891, dus geen tien jaar geleden, schreef Klokke Roeland (3® bladz., 1* kolom.) Zondag zijn de socialisten weêr in onze stad vau Ninove het algemeen stemrecht als de bron van alle goed aan ous werkvolk komen aanprediken. Het volk trekt de schouders op bij het hooren van hunnen flau- wen bluf en vraagt of men in Frankrijk en Spanje enz. mot 't algemeen stemrecht beter is dan hier P Het volk vraagt ook waarom de libe rale fabrikanten onzer stad, de vrien den zijn der socialisten en voorstaan- ders van het algemeen stemrecht. Als zy hun volk zooveel goed jonnen willen gelijk zij voorgeven, waarom die rijk geworden heeren hunue werklieden zoo weinig betalen 1 Als men bet met den werkman goed meent, bepaalt men zich niet enkel met holklinkende woor den Dus wat minder wind en wat meer duiten, dat zou beter welkom zyn bij onze werkersklas. Maar nog meer I... Op 20 Januari 1892 schreef Klokke Roeland (Bladz. 1, kolom 3.) Het algemeen stemrecht in het ge dacht der socialisten is een wapen waardoor zij van den Staat, van hel bestuur, van de wetgevende, macht moe ten meester geraken om bij middel van n de wetgeving dan ook hun gedroomde inrichting der samenleving in tevoeren, den eigendom af te schaffen en af te kondigen dut het voortaan alle onroe- n rende goederen den Staat toebehoor en. Wordt het algemeen stemrecht niet ingevoerd dau is hunne hoop verijdeld en dan blijft er dan ook maar een weg open, die der omwenteling Dus over 9 jaren bestreden de groeuc zotten het algemeen stemrecht omdat het ons ouvermydelijk tot de afschaffiug van allen eigendom, tot de wettigen roof of diefstal moet voeren... of tot de revolutie met haren nasleep van moorderijen en brandstichtingen. Nu beden is ditZ. A. S. volgens huunen Dominé de vreugd en deugd de algemeene welvaart geworden die ons naar 't lui lekkerland moet voe ren. En nu ten slotte, willen wij een brevet ■neêdeelen dat heerschap De Backer aan Ie voorstaanders van Z. A. S. op 6 Maart 1892 verleende - De strijd van het algemeen stemrecht wil zeggen de strijd waarmeè eenige mannen hopen eenen kamerzetel te overwin nen. En inderdaad zoo is het altijd geweest. Do strijd hier in ons Arrondissement ge voerd door de afgestrafte priester Daens, A. De Backer, Pie Daens en cousoorten heeft eeniglijk tot doel niet van de belan gen vau landbouwer, neeringdoeuer en werkman te bevorderen, van hunnen toe stand to verbeteren maar alleenlijk, om eereambten en winstgevende bedieningen to veroveren 1 Ziedaar 1... en trok haar weer in de kamer terug. Catharina, zeide ze, ik de dochter in het slachtoffer, ben van nwe ODBchnld overtuigd. Wat er ook gebeure, vrees niets. Indien gij ernstig bedreigd wordt, zal ik daar zijn om u te redden. Maar.... maar.... wist nauwelijks voort te gaan, antwoord niet op alles, wat men u vragen zal, ontken alles en verdedig n doch spreek niet van eerste vlucht, noch van deze spreek ook niet van de Farrières of Lachenal Het geldt 3 eer, Catharina en de nwe zal gered den ik beloof het n op mijn woord x Ik zal alles doen, zooals gij zegt, Me. vronw, n zeide het arme meisje weenende, nam afscheid en Btapte in het rijtuig. Wel, n zeide Lachenal des avonds, zijne vrouw angstig aanziende. Gij kunt gernst slapen, het gevaar voor dezen keer bezworen. u Ik gerust slapen 1 Iloe zou ik dat kijunen Morgen zal het meisje Frankryk ver laten hebben, n De ellendige man ademde vryer. Twee dagen later vernam men in de stad, dat Catharina Figeait, op wier hoofd voor twaalt jaar een prijs gesteld werd, aangebon den was op 't oogenblik, dat zy zich te Harre naar Engeland wilde inschepen. Zondag 11. onder dezelfde hoofdinge raagt eene opheldering. Er staat Dit is slechts waar in Oost- Vlaanderen voor die welke lid van erken de spaarhomlen zijn. Daar moet een woordeken aan verau déi-d worden, want zoo gezegd kan dat een vnlseb gedacht doen ontstaan. Gij moet lezen Dit is zelfs waar in Oost-Vlaanderen enz. Waarom dit woordeken zelfs I De toelagen van den Staat worden laan met afgestaan kapitaal. Dus mag de belanghebbende niet hopen ooit dit kapi taal in handen te krijgen hij krijgt alleen de intresten als hij zijn pensioen geniet. De Staat zegtIk zal zooveel mogelijk het pensioen verhoogsn en dat kan hij best met te storten mot afgestaan kapi taal. Onze Provincie schenkt ook rijke toe lagen maar redeneert lyk de Staat en stort met afgestaan kapitaal. In andere provinciën worden de pro vinciale toelagen gestort lijk de storter zelf het bepaalt. Daarom zeg ik zelfs in Oost-Vlaanderen. De maatschappijen in derdaad mogen die 2 fr. extra-toelagen storten, als «le titularis het wil, met voor- behoudcu kapitaal. Vergete niet alleen de leden van erken de maatschappijen krijgen die 2 fr. als zij per jaar minstens 3 fr. storten. Dus kan 3 fr. kapitaal 2 fr. opbreugen als intrest. Eu 100 fr. in 33 jaren gestort brengen 66 frank op als intrest; en na afneming der bestuurkosten nog 62 fr. en centie men. Herhalen wij het hier men heeft alle belaDg lid te worden cener maatschappij. Waarom Omdat die 2 fr. extra-toelagen maar ge schonken worden aan hen die lid zijn van eenen spaarbond wiens staudregels door het gouvernement zijn erkend. Wij vinden het effenaf dom tegen de penssioenwet te schrijven en te tieren als vorens gezien te hebben tot welke uitsla- jen zij voert. Eerlijke menschen zal zulke jandelwijzo doen walgen. Alleen lage en ellendige volksopruiers en in troebel wa- tervisschers kunnen zulk een malproper werk verrichten. Dat is hun lage specialiteit en mogen ze behouden. De Brus8elsche bladen spreken de een op meer de ander op minder hoogen toon over eene anarchistische samen zweering, die in de regimentsschool van het 12° linie te Bouillon zou ontdekt zijn. Het is een ware roman, zegt eén brief schrijver in den Patriote. en een akelige roman, die zich te Bouillon ontrolt, en waarvan hier eenige bijzonderheden ont leend aan de geruchten en bevestigd door gezaghebbende personen, volgen Te Bouillon zijn de regimentsscholen van de 9° en 12* linieregimenten en ook de militaire boscbbouwschool. De feiten zijn gebeurd iu die van het 12' en aan het licht gekomen op do vol gende wijze Jonge soldaten, oud 17 tot 20 jaar, kwamen sedert Juli dikwijls bijeeu in eene afgezonderde zaal van twee herber gen van Bouillon. Allen waren burgerszonen, velen zelfs vau Staatsambtenaars. Zij werden bij de militaire overheid aangeklaagd als voor bereidende een complot. De militaire overheid liet onmiddellijk huiszoekingen doen in een der twee loka len en voud verscbillige wapens, en in het andere de lijst der personen, die als hunne slachtoffers zouden vallen. Woensdag ten 4 uren werden een 20tal dier jongelingen aangehouden en nu nog zijn er acht opgesloten, waarvan vijf te Bouillon, eeu te Gent, een te Brussel en een te Luik. De lijst der slachtoffers bevatte de namen van sergeant Wouters, die ver giftigd moest worden; onderluitenant Collard, die men met eenen dolksteek zou dooden den eerw. heer deken, die met een revolver zou worden neérgescho- ten en dokter Corbiau, burgemeester en geneesheer der kazerne. M. de deken Bouillot zou vallen woens dag, den dag waarop het complot ontdekt weid. De sergeant De Wouters zou vergiftigd worden in het huis zijner ouders, die een koffiehuis houden, en bij middel van ar senic, dal dv soldaat, die voor de misdaad aangeduid was, zich in het laboratorium der kazerne zou verschaffen. De aange duide had eerst eenige zwakheid getoond, doch bij zou daar streng voor gestraft worden. Men zou hem namelijk van de hoogte der kasteelbrug in eenen afgrond werpen. De soldateu der regimentsschool van het 9® hebben die strafuitvoering belet doch zij was slechts tot den 25 uitgesteld. Maar middelerwijl waren al de ver dachten aangehouden. Gedurende den eersten nacht zongen zij onophoudelijk do Marseillaise, de Carmagnole, en riepen zij Vive 1'anarchie Do tweede plaats hunner vergadering was geenc herberg, maar een gesloten huis. De za&k maakt een overgroot gerucht, te meer omdat, naar verzokord wordt, eenige burgers do hand iu het complot hadden. Eeu later bericht meldt dat geen oukcl burger in de zaak gemengd is. De jongste der samenzweerders is 17, de oudste 22 jaar. Men leest in den Patriote Te Luik, waar het parket een onder zoek doet, te samen met dat te Bouil lon, zijn drio aanhoudingen gedaau. Twee der aangehoudenen zijn candida te n voor do militaire school. Te Bouillon blyft men gelooven, dat er toch wel burgers in het complot betrok ken zyn. De aangehoudenen hebben, toon troe pen jongelingen onder de vensters der gevangenis kwamen manifesteeren ou roepen Leve de deken I Leve do bur gemeester! geantwoord met de woorden: Wy zullen weldra gewroken worden! De poging tot vergiftiging tegen don sergeaut De Wouters wordt door dezen laatste bevestigd. Behalve do wapens eu lijst der slachtoffers hunner voorbereide aanslagen, heeft men ook nog talrijko socialistische en anarchistische druksels in hun bezit gevonden. De bevolking is verontweerdigd, en vraagt voor de heethoofden strenge straffen. De menigvuldiging der misdaden. Een opsteller van do Gaulois, vau Parijs, beeft aan M. Macé, gewezen voi- ligheidsoverste, zijn oordeel gevraagd over de vermenigvuldiging der misdadon. Hier volgen eenige uittreksels vau het onderhoud De oorzakeu van het schrikbarend vermenigvuldigen der misdaden zijn de betreurenswoerdige opvoeding, die in de scholen gegeven wordt de ontbinding der zeden het missen van godsdienstige grondbeginselen en van alle vadorlijk ge zag. De zuiver burgerlyke opvoeding, ziedaar de bijzonderste bron der misdaden. Raadpleegt de statistieken. De mees te misdrijven worden gepleegd door jon gelingen, bijna kiuderen. - De moordenaars en misdadigers aan houden is goed maar veel beter ware bet 't kwaad by deu wortel te nemen. Krach tiger dau ooit moet de maatschappij met strengheid te werke gaan tegenover de misdadigers. Vooral bij middel ecuer an dere opvoeding moet bet kwaad in zyn oorsprong bekampt worden. Opgedragen aan Dendergalm, Vooruit en O, der vredeJigers der maatschappij zonder God en de bestrijders van het ouderlijk gezag. VIERDE DEEL. EERSTE HOOFDSTUK. Sedert deze gebeurtenissen was Caën in rep en roer. Catharina Figeart was aangehouden. Een nieuw proces begon en vóór de Septem- ber-Tacantie zouden de zittingen beginnen. Dit oogenblik werd door velen met ongeduld afgewacht. Reeds twaalf jaren waren er verloopen se dert de misdaad in het buis de Farrières ge pleegd werd, en velen, die toen het proces bijgewoond hadden waren dood. Anderen hadden de stad verlaten, maar toch werd de zaak opnieuw opgerakeld. Dit drama behoort tot die, waarin de me nigte levendig belang stelt. Allen, die den heer de Farrières gekend hadden, verklaarden, dat bij een edel man was geweest, goed en welwillend. Men sprak van Mevrouw de Farrières, wier gedrag aan sommige personen verdacht begon te worden; van Gabriëlle, die iedereen beminde en ver eerde, van den Parijzer geneesheer, die vrij gesproken was geworden en die zoo eensklaps verdwenen was. Over Lachenal werd niet gesproken hy be woonde nog altijd met zyne eebtgenoote het landhuis buiten de stad. Men was in 't mid den van de heeta Julimaand en slechts de landlucht kon het leven van den ongelukkige verlengen. Lachenal, die een weinig gebeterd was, werd plotseling weer zwakker en nam iichtbaar af. De geneesheeren rieden het land tan, wisten echter niet over de ziekte te zeg gen en de zieke zou er slecht aan toe geweest zijn, indien hij Gabriëlle niet had, dio meer deed dan alle anderen. In de week, die op de aanhonding van Catharina volgde, had een voorval plaats, dat den toestand des zieken verergerde. Eene dame verscheen, die nog nooit op 't landhnis geweest was. Niettegenstaande hare bleek heid, haar doffe oogen en ingeslagen wangen, had zij hare fijnheid in houding en manieren niet verloren haar lichaam echter was door lijden uitgeput eD haar hoofd door kommer gebogen en vergrijsd. Gabriëlle beefde op haar gezicht het was, alBof het bloed haar in de aderen stolde. Zy richtte fier haar hoofd op en vroeg op verach tende toon Wat wilt gij hier, Mevrouw De bezoekster schrikt» en antwoordde op weemoedigen toon Gabriëlle, ik kom om n te bezoeken. «Mij bezoeken? herhaalde Gabriëlle, mij of hem U beiden. x Heken het maar hem wilt gij zien, want ge weet, dat wij niets samen te doen hebben. x Te doen, herhaalde de ongelukkige angstig, dat is waar. Maar waarom ont vangt ge my zoo norsch Zoo heb u nooit gezien. Wie Mevrouw de Fairières in deze bonding gezien hadde, zon medelijden in het hart ge voeld gebben. x Mijn man is op dit oogenblik niet te spreken, zeide Gabriëlle. x Kan ik dan niet wachten bad de bezoekster zachtjes. x Ik twijfel er zeer aan, of hij u heden ontvangen kan. Zy zag ter aarde, stamelde onverstaanbare woorden en vroeg Kunt gij mij dan niet in zijne plaats ontvangen en aanhooren x Ik?... Neen Mevrouw. De oogen der bezoekster vulden zich met tranen. u Gabriëlle, sprak zij, x gy anders zoo goed, zoo zacht, zijt gij het workelijk, die mij zoo ontvangt. Wat heb ik u gedaan om zoo behandeld te worden x V raagt ge dat nog n Het is waar, vroeger ben ik wellicht hard en onrechtvaardig jegens n geweest. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1900 | | pagina 1