Zondag 2 December 1900
5 centiemen per nummer.
53s,e Jaar 5523
Opgelet
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
<S
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Alwie zich voor een
jaar aan DEN DEN-
DEUBODE abonneert,
zal hem van nu tot
Nieuwjaar gratis ont
vangen. Men kan ons
blad vragen in het Post
kantoor waardoor men
bediend wordt, aan den
Postbode die de brieven
brengt, of met naar ons
Bureel te komen of te
schrijven.
LOGIEK en
GEUZERIJ
DE
GIFTMENGSTER
Aan de schaamteloosheid
Twee punten
Anarchisme in 't leger.
DE DENDER BODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
ilagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar
Men schrijft in bijC. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat. N. 31,
en in alle Postkantoren des bands
Guique «uum.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vounisse op
V bladzijde 50 centiemen Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Beeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk legen den
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele
van dit blad
Aalst, 1 December 1900.
Wie aardig op zou kykcn indieu wij
zegden dat de armtierige in zake van
polemiek een pluimkeu op zijnen hoed
steekt, dat zouden onze lezers zijn. En
nochtans het is zoo. Het is gedwongen dat
wy zyn schrijven van 15 Juli hebben be
sproken.
Hebben wy dan met gekken te doen
Toch hebben zij het reeds gedeeltelijk
weg zy zijn razend kwaad om hunne
machteloosheid.
Wy sloegen nagels met koppen toen we
bewezen dat zy een artikel uitlegden dat
zij niet hadden gelezen. Schrandere ver
nuften zyn het die iels iuterpreteeren
kunnen zonder het gezien te hebben.
Zulke geniën verdienen een standbeeld I
Wij bekomen Dog geen antwoord over
pater Casnedi. Hij heeft dus gelogen, de
armtierige, met het lage doel menschen
te bedriegen nopens leerstelsels van zijne
tegenstrevers 1
Geuzeneerlykheid
Wanneer krijgen wij eene bepaling,
eene wijsgeerige bepaliDg van het
goede. - Wanneer zult gij ons zeggen dat
Eriesters verbannen tot het goede - be-
oort dat men om het goede doen moet.
De armtierige in zyn nr van zondag
28 October houdt dus staan dat wij ten
onrechte bevestigen dat hij den hemel
loochent.
Hij neemt dus het bestaan van den
hemel aan, met ander woorden, hij denkt
dus dat de ziel van den mensch eeuwig is.
Maar zoo dit zyne overtuiging is waar
om durft hy dit niet uitdrukkelijk zeggen 7
Waarom durft by geen artikeltje schrij
ven over zyn wysgeerigen gedachtenkrmg,
Catharina overlegde een oogenblik en riep
Neen, Mevrouw, ik ben geen dom onervaren
meieje meer, zooals over twaalf jaren en zal
niet den tweeden keer vluchten.
u Ongelukkige, weet gy, watu wacht?
U Ik ben onschuldig en men zal het moe.
ten erkennen.
Maar men zal u niet gelooven, en u
aanhouden. "Weet gij, dat dit uwen dood zou
zyn n Gabriëlle zonk verschrikt in een stoel
neer het meisje zag haar verwonderd aan en
wist niet wat te zeggen. Lachenal zat daar en
baadde in zweet. Hy gevoelde, dat als Catba-
rina zich verdedigen, alles ontdekt zou wor
den en hij verloren zijn. Daarom begon ook
hy haar toe te spreken en wel op zulken he-
vigen toon, dat Gabriëlle hem wenkte om te
zwijgen. Maar hy ging voort en zonk einde,
lijk bewusteloos neer. Gabriëlle opende eene
■ijdeur en wees Catharina in een ander ver
trek. Wacht hier een paar minuten, ik kom
dadelijk terug.
over God, hemel, hel, mensch, ziel enz.
Zeg waarom durft hij niet
Heeft hij dan geen moed Is hij zoo
laf Onwetend dat durven wij van man
nen niet veronderstellen die met zooveel
misprijzen van den Catechismus en met
zooveel hoogmoed van de vruchten van
hun eigen denkvermogen neêrzicD, niet
veronderstellen.
De gedachtenis van zulke denkers zal
overgaan tot het nageslacht en wij zijn
overtuigd dat de opvolgers van Machiei
zijn standbeeld zullen doen spreken als
men behoefte heeft een ontsnapte van
Gheel op te voeren.
Nu, de armtierige is overtuigd over de
wezenlijkheid van een toekomstig leven.
Waarom stelt hij dan zooveel vragen die
haast doen gelooven dat hij er niet aan
gelooft. Zal iemand die den hemel aan
neemt het volgende schrijven Het is
niet waar dat de lilerikalen niels weten
van den eeuwigen hemel, zij weten er
alles van, hoe hij is, waar hij is, wie er
is, wie er komen zal.
Die ironieke bevestiging is eene
sterke ontkenning.
Wil dat in auder woorden niet zeggen
zy weten er niets van en zouden niet kun
nen zeggen waar de hemel is enz.
Iudien de armtierige den Catechismus
niet verachtte dan zouden wij hem naar
dat schoon boekje verwijzen. Hij over-
wego dat alles eens.
Hei balen wij nog eens Dendergaim's
woorden.
1) De klerikalen goochelen met den
eeuwigen hemel waarvan zij niet weten
en waarover zij niet beschikken.
Geen midden of die woorden eten of
bekennen dat men het eeuwige leven
loochent. Indien zij er aan gelooven kun
nen zij ons niet eens zeggen op welke
wijze men in den hemel der geuzen komt
Zijne woorden zyn klaar. Er is geen
verdraaien aan. Dat helpt niet.
2) Dendergalm, schreef nog den 15 Juli,
2de bladzijde Het bovennatuurlijke
bestaat niet, kan niet bestaan want dan
zou er geen natuur meer wezen.
Dat is het bestaan van God loochenen.
Inderdaad.
Indien God is, is Hij almachtig. Daar
ku:.t gij niet uit, armtierige huichelaar.
A Is God almachtig is, kan het bovenna
tuurlijke beslaan, 't is te zeggen, kan Hij
mirakelen doen.
Nu ge zegt mirakels zijn onmogelijk.
Dus zegt gy terzelfder tijd God bestaat
niet. Wie het bestaan van God loochent
is goddeloos. Dus is de armtierige Dender
galm goddeloos.
Die teksten zija duidelijk, onomstoot-
baar.
Gij zult ze verloochen, Dendergalm, of
gij zult u als een goddeioozo laten door
gaan 1 Een van beiden want er is geen
middenweg.
Arme, Monsieur le Rédacteur, wij heb
ben medelijden met u. Gij rekendet op
eenige sullen en had Dendergalm daar
voor een masker opgezet. En nu hebben
zij hun tong verklapt.
u O, Mevrouw, het spijt mij....
Gekomen te zijn Neen anders waart
gij verloren
Zij enelde naar Lachenal en verpleegde
hem. Dan riep zij de meid en beval haar voor
de vreemde eten te brengen. Daarna keerde
zy naar Catharina terug,
In weinige woorden verklaarde zij haar de
noodzakelijkheid van te vluchten en het be
vreesde meisje beloofde eindelyk dit dadelijk
te doen.
u Om u schadeloos te stellenzeide hare
vroegere meesteres, geef ik hier twee dui
zend franken,
Wel, n hernam Catharina, gij zijt
nog edelmoediger dan Mevrouw do Farnièree.
Gabriëlle stond op 't punt de bankbiljetten
aan stukken te scheuren zij deed immers
iets wat Mevrouw de Farrières ook gedaan
had.... Maar ze dacht aan haren zoon en dit
stelde haar gerust.
u liet is voor hem zeide zij zachtjes.
Catharina, die deze aandoening aan den
toestand van den huisheer toeschreef, begreep
dat Mevrouw Dog ongelukkiger was, dan zy
zelf, kuste hare hand en maakte zich gereed
om te vertrekken.
Nu kou zich Gabriëlle echter niet meer in
houden. Zij brak in tranen los, viel hare
vroegere bediende in de armen kuste haar
Pauvre, monsieur le Rédacteur
Wy wedden dat de rechtzinnige Den
dergalm niet meer antwoorden zal. Dat
hij dees slikken zal...
der groene zotten zyn er dan toch gecne
palen.
Heerschap A. De Backer, volksverte
genwoordiger, door de gratie van den
Mol-man, schrijft in de gescheurde
Klokke Roeland
Wij eischen het zuiver algemeen
stemrecht, sedert tien jaren, onvoor-
waardelijk, en eischen het nog.
Dus de groene zotten eischen sedert
tien jaar, onvoorwaardelijk het Z. A.
stemrecht.
Wat schaamteloosheid 1 Deuken zij dan
toch dat wij gaDsch 't geheugen hebben
verforen
Maar op zondag 20 December 1891, dus
geen tien jaar geleden, schreef Klokke
Roeland (3® bladz., 1* kolom.)
Zondag zijn de socialisten weêr in
onze stad vau Ninove het algemeen
stemrecht als de bron van alle goed
aan ous werkvolk komen aanprediken.
Het volk trekt de schouders op
bij het hooren van hunnen flau-
wen bluf en vraagt of men in
Frankrijk en Spanje enz. mot
't algemeen stemrecht beter is
dan hier P
Het volk vraagt ook waarom de libe
rale fabrikanten onzer stad, de vrien
den zijn der socialisten en voorstaan-
ders van het algemeen stemrecht.
Als zy hun volk zooveel goed jonnen
willen gelijk zij voorgeven, waarom die
rijk geworden heeren hunue werklieden
zoo weinig betalen 1 Als men bet met
den werkman goed meent, bepaalt men
zich niet enkel met holklinkende woor
den
Dus wat minder wind en wat meer
duiten, dat zou beter welkom zyn bij
onze werkersklas.
Maar nog meer I... Op 20 Januari 1892
schreef Klokke Roeland (Bladz. 1,
kolom 3.)
Het algemeen stemrecht in het ge
dacht der socialisten is een wapen
waardoor zij van den Staat, van hel
bestuur, van de wetgevende, macht moe
ten meester geraken om bij middel van
n de wetgeving dan ook hun gedroomde
inrichting der samenleving in tevoeren,
den eigendom af te schaffen en af te
kondigen dut het voortaan alle onroe-
n rende goederen den Staat toebehoor en.
Wordt het algemeen stemrecht niet
ingevoerd dau is hunne hoop verijdeld
en dan blijft er dan ook maar een weg
open, die der omwenteling
Dus over 9 jaren bestreden de groeuc
zotten het algemeen stemrecht omdat het
ons ouvermydelijk tot de afschaffiug van
allen eigendom, tot de wettigen roof of
diefstal moet voeren... of tot de revolutie
met haren nasleep van moorderijen en
brandstichtingen. Nu beden is ditZ. A. S.
volgens huunen Dominé de vreugd en
deugd de algemeene welvaart geworden
die ons naar 't lui lekkerland moet voe
ren.
En nu ten slotte, willen wij een brevet
■neêdeelen dat heerschap De Backer aan
Ie voorstaanders van Z. A. S. op 6 Maart
1892 verleende
- De strijd van het algemeen
stemrecht wil zeggen de strijd
waarmeè eenige mannen hopen
eenen kamerzetel te overwin
nen.
En inderdaad zoo is het altijd geweest.
Do strijd hier in ons Arrondissement ge
voerd door de afgestrafte priester Daens,
A. De Backer, Pie Daens en cousoorten
heeft eeniglijk tot doel niet van de belan
gen vau landbouwer, neeringdoeuer en
werkman te bevorderen, van hunnen toe
stand to verbeteren maar alleenlijk, om
eereambten en winstgevende bedieningen
to veroveren 1 Ziedaar 1...
en trok haar weer in de kamer terug.
Catharina, zeide ze, ik de dochter
in het slachtoffer, ben van nwe ODBchnld
overtuigd. Wat er ook gebeure, vrees niets.
Indien gij ernstig bedreigd wordt, zal ik daar
zijn om u te redden. Maar.... maar....
wist nauwelijks voort te gaan, antwoord
niet op alles, wat men u vragen zal, ontken
alles en verdedig n doch spreek niet van
eerste vlucht, noch van deze spreek ook
niet van de Farrières of Lachenal Het geldt
3 eer, Catharina en de nwe zal gered
den ik beloof het n op mijn woord
x Ik zal alles doen, zooals gij zegt, Me.
vronw, n zeide het arme meisje weenende,
nam afscheid en Btapte in het rijtuig.
Wel, n zeide Lachenal des avonds, zijne
vrouw angstig aanziende.
Gij kunt gernst slapen, het gevaar
voor dezen keer bezworen.
u Ik gerust slapen 1 Iloe zou ik dat
kijunen
Morgen zal het meisje Frankryk ver
laten hebben, n
De ellendige man ademde vryer.
Twee dagen later vernam men in de stad,
dat Catharina Figeait, op wier hoofd voor
twaalt jaar een prijs gesteld werd, aangebon
den was op 't oogenblik, dat zy zich te Harre
naar Engeland wilde inschepen.
Zondag 11. onder dezelfde hoofdinge
raagt eene opheldering.
Er staat Dit is slechts waar in Oost-
Vlaanderen voor die welke lid van erken
de spaarhomlen zijn.
Daar moet een woordeken aan verau
déi-d worden, want zoo gezegd kan dat een
vnlseb gedacht doen ontstaan.
Gij moet lezen Dit is zelfs waar in
Oost-Vlaanderen enz.
Waarom dit woordeken zelfs I
De toelagen van den Staat worden
laan met afgestaan kapitaal. Dus mag de
belanghebbende niet hopen ooit dit kapi
taal in handen te krijgen hij krijgt
alleen de intresten als hij zijn pensioen
geniet.
De Staat zegtIk zal zooveel mogelijk
het pensioen verhoogsn en dat kan hij
best met te storten mot afgestaan kapi
taal.
Onze Provincie schenkt ook rijke toe
lagen maar redeneert lyk de Staat en stort
met afgestaan kapitaal.
In andere provinciën worden de pro
vinciale toelagen gestort lijk de storter
zelf het bepaalt. Daarom zeg ik zelfs in
Oost-Vlaanderen. De maatschappijen in
derdaad mogen die 2 fr. extra-toelagen
storten, als «le titularis het wil, met voor-
behoudcu kapitaal.
Vergete niet alleen de leden van erken
de maatschappijen krijgen die 2 fr. als zij
per jaar minstens 3 fr. storten.
Dus kan 3 fr. kapitaal 2 fr. opbreugen
als intrest.
Eu 100 fr. in 33 jaren gestort brengen
66 frank op als intrest; en na afneming
der bestuurkosten nog 62 fr. en centie
men.
Herhalen wij het hier men heeft alle
belaDg lid te worden cener maatschappij.
Waarom
Omdat die 2 fr. extra-toelagen maar ge
schonken worden aan hen die lid zijn van
eenen spaarbond wiens staudregels door
het gouvernement zijn erkend.
Wij vinden het effenaf dom tegen de
penssioenwet te schrijven en te tieren als
vorens gezien te hebben tot welke uitsla-
jen zij voert. Eerlijke menschen zal zulke
jandelwijzo doen walgen. Alleen lage en
ellendige volksopruiers en in troebel wa-
tervisschers kunnen zulk een malproper
werk verrichten.
Dat is hun lage specialiteit en mogen ze
behouden.
De Brus8elsche bladen spreken de een
op meer de ander op minder hoogen
toon over eene anarchistische samen
zweering, die in de regimentsschool van
het 12° linie te Bouillon zou ontdekt zijn.
Het is een ware roman, zegt eén brief
schrijver in den Patriote. en een akelige
roman, die zich te Bouillon ontrolt, en
waarvan hier eenige bijzonderheden ont
leend aan de geruchten en bevestigd door
gezaghebbende personen, volgen
Te Bouillon zijn de regimentsscholen
van de 9° en 12* linieregimenten en ook
de militaire boscbbouwschool.
De feiten zijn gebeurd iu die van het
12' en aan het licht gekomen op do vol
gende wijze
Jonge soldaten, oud 17 tot 20 jaar,
kwamen sedert Juli dikwijls bijeeu in
eene afgezonderde zaal van twee herber
gen van Bouillon.
Allen waren burgerszonen, velen zelfs
vau Staatsambtenaars. Zij werden bij de
militaire overheid aangeklaagd als voor
bereidende een complot.
De militaire overheid liet onmiddellijk
huiszoekingen doen in een der twee loka
len en voud verscbillige wapens, en in het
andere de lijst der personen, die als
hunne slachtoffers zouden vallen.
Woensdag ten 4 uren werden een 20tal
dier jongelingen aangehouden en nu nog
zijn er acht opgesloten, waarvan vijf te
Bouillon, eeu te Gent, een te Brussel en
een te Luik.
De lijst der slachtoffers bevatte de
namen van sergeant Wouters, die ver
giftigd moest worden; onderluitenant
Collard, die men met eenen dolksteek
zou dooden den eerw. heer deken, die
met een revolver zou worden neérgescho-
ten en dokter Corbiau, burgemeester en
geneesheer der kazerne.
M. de deken Bouillot zou vallen woens
dag, den dag waarop het complot ontdekt
weid.
De sergeant De Wouters zou vergiftigd
worden in het huis zijner ouders, die een
koffiehuis houden, en bij middel van ar
senic, dal dv soldaat, die voor de misdaad
aangeduid was, zich in het laboratorium
der kazerne zou verschaffen. De aange
duide had eerst eenige zwakheid getoond,
doch bij zou daar streng voor gestraft
worden. Men zou hem namelijk van de
hoogte der kasteelbrug in eenen afgrond
werpen.
De soldateu der regimentsschool van
het 9® hebben die strafuitvoering belet
doch zij was slechts tot den 25 uitgesteld.
Maar middelerwijl waren al de ver
dachten aangehouden. Gedurende den
eersten nacht zongen zij onophoudelijk do
Marseillaise, de Carmagnole, en riepen
zij Vive 1'anarchie
Do tweede plaats hunner vergadering
was geenc herberg, maar een gesloten
huis.
De za&k maakt een overgroot gerucht,
te meer omdat, naar verzokord wordt,
eenige burgers do hand iu het complot
hadden.
Eeu later bericht meldt dat geen oukcl
burger in de zaak gemengd is.
De jongste der samenzweerders is 17,
de oudste 22 jaar.
Men leest in den Patriote
Te Luik, waar het parket een onder
zoek doet, te samen met dat te Bouil
lon, zijn drio aanhoudingen gedaau.
Twee der aangehoudenen zijn candida
te n voor do militaire school.
Te Bouillon blyft men gelooven, dat er
toch wel burgers in het complot betrok
ken zyn.
De aangehoudenen hebben, toon troe
pen jongelingen onder de vensters der
gevangenis kwamen manifesteeren ou
roepen Leve de deken I Leve do bur
gemeester! geantwoord met de woorden:
Wy zullen weldra gewroken worden!
De poging tot vergiftiging tegen don
sergeaut De Wouters wordt door dezen
laatste bevestigd. Behalve do wapens eu
lijst der slachtoffers hunner voorbereide
aanslagen, heeft men ook nog talrijko
socialistische en anarchistische druksels
in hun bezit gevonden.
De bevolking is verontweerdigd, en
vraagt voor de heethoofden strenge
straffen.
De menigvuldiging der misdaden.
Een opsteller van do Gaulois, vau
Parijs, beeft aan M. Macé, gewezen voi-
ligheidsoverste, zijn oordeel gevraagd over
de vermenigvuldiging der misdadon.
Hier volgen eenige uittreksels vau het
onderhoud
De oorzakeu van het schrikbarend
vermenigvuldigen der misdaden zijn de
betreurenswoerdige opvoeding, die in de
scholen gegeven wordt de ontbinding der
zeden het missen van godsdienstige
grondbeginselen en van alle vadorlijk ge
zag. De zuiver burgerlyke opvoeding,
ziedaar de bijzonderste bron der misdaden.
Raadpleegt de statistieken. De mees
te misdrijven worden gepleegd door jon
gelingen, bijna kiuderen.
- De moordenaars en misdadigers aan
houden is goed maar veel beter ware bet
't kwaad by deu wortel te nemen. Krach
tiger dau ooit moet de maatschappij met
strengheid te werke gaan tegenover de
misdadigers. Vooral bij middel ecuer an
dere opvoeding moet bet kwaad in zyn
oorsprong bekampt worden.
Opgedragen aan Dendergalm, Vooruit
en O, der vredeJigers der maatschappij
zonder God en de bestrijders van het
ouderlijk gezag.
VIERDE DEEL.
EERSTE HOOFDSTUK.
Sedert deze gebeurtenissen was Caën in rep
en roer. Catharina Figeart was aangehouden.
Een nieuw proces begon en vóór de Septem-
ber-Tacantie zouden de zittingen beginnen.
Dit oogenblik werd door velen met ongeduld
afgewacht.
Reeds twaalf jaren waren er verloopen se
dert de misdaad in het buis de Farrières ge
pleegd werd, en velen, die toen het proces
bijgewoond hadden waren dood. Anderen
hadden de stad verlaten, maar toch werd de
zaak opnieuw opgerakeld.
Dit drama behoort tot die, waarin de me
nigte levendig belang stelt.
Allen, die den heer de Farrières gekend
hadden, verklaarden, dat bij een edel man
was geweest, goed en welwillend. Men sprak
van Mevrouw de Farrières, wier gedrag aan
sommige personen verdacht begon te worden;
van Gabriëlle, die iedereen beminde en ver
eerde, van den Parijzer geneesheer, die vrij
gesproken was geworden en die zoo eensklaps
verdwenen was.
Over Lachenal werd niet gesproken hy be
woonde nog altijd met zyne eebtgenoote het
landhuis buiten de stad. Men was in 't mid
den van de heeta Julimaand en slechts de
landlucht kon het leven van den ongelukkige
verlengen. Lachenal, die een weinig gebeterd
was, werd plotseling weer zwakker en nam
iichtbaar af. De geneesheeren rieden het land
tan, wisten echter niet over de ziekte te zeg
gen en de zieke zou er slecht aan toe geweest
zijn, indien hij Gabriëlle niet had, dio meer
deed dan alle anderen.
In de week, die op de aanhonding van
Catharina volgde, had een voorval plaats, dat
den toestand des zieken verergerde. Eene
dame verscheen, die nog nooit op 't landhnis
geweest was. Niettegenstaande hare bleek
heid, haar doffe oogen en ingeslagen wangen,
had zij hare fijnheid in houding en manieren
niet verloren haar lichaam echter was door
lijden uitgeput eD haar hoofd door kommer
gebogen en vergrijsd.
Gabriëlle beefde op haar gezicht het was,
alBof het bloed haar in de aderen stolde. Zy
richtte fier haar hoofd op en vroeg op verach
tende toon Wat wilt gij hier, Mevrouw
De bezoekster schrikt» en antwoordde op
weemoedigen toon Gabriëlle, ik kom om n
te bezoeken.
«Mij bezoeken? herhaalde Gabriëlle,
mij of hem
U beiden.
x Heken het maar hem wilt gij zien,
want ge weet, dat wij niets samen te doen
hebben.
x Te doen, herhaalde de ongelukkige
angstig, dat is waar. Maar waarom ont
vangt ge my zoo norsch Zoo heb u nooit
gezien.
Wie Mevrouw de Fairières in deze bonding
gezien hadde, zon medelijden in het hart ge
voeld gebben.
x Mijn man is op dit oogenblik niet te
spreken, zeide Gabriëlle.
x Kan ik dan niet wachten bad de
bezoekster zachtjes.
x Ik twijfel er zeer aan, of hij u heden
ontvangen kan.
Zy zag ter aarde, stamelde onverstaanbare
woorden en vroeg Kunt gij mij dan niet
in zijne plaats ontvangen en aanhooren
x Ik?... Neen Mevrouw.
De oogen der bezoekster vulden zich met
tranen. u Gabriëlle, sprak zij, x gy anders
zoo goed, zoo zacht, zijt gij het workelijk, die
mij zoo ontvangt. Wat heb ik u gedaan om
zoo behandeld te worden
x V raagt ge dat nog n
Het is waar, vroeger ben ik wellicht
hard en onrechtvaardig jegens n geweest.
Wordt voortgezet.