Zondag 20 Januari 1901 5 centiemen per nummer. 55sU! Jaar 5339 HET SPOOR Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Maatschappelijke Vraagstukken. Klassenstrijd der Catholieke Kringen. Hooge politiek. Stad van Aalst. - Bevolking. Wordt daar wijs uit. DE DENDERBODE Oit blad verschijnt den "Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat. N. 31, en in alle Postkantoren des Lands Guique «uum. Per drukregel. Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00Vonnisse cp 3bladzijde 50 centiemen Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord, Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiteriijk legen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad A&lat, 19 J&nuari 1901. De demagogen Daens en O durven soms zeggen Al.s de catbolieken iets doen, als zy iets gedaan hebben 't is dank aan ons, uit vreeze voor ons I Op die wijze buiten zij al de werken uit die de Catbolieken gedaan hebben. Een blyft uitgezonderd de verhoogiug der vergoeding aan do militianen welke van 10 op 30 fr. is gebracht omdat pries ter Daens er tegen heeft gestemd en gezegd dat 10 fr. meer dan voldoende was. Wü 'inden die verwaandheid wat te verre gedreveD. Onze demagogen zyn ont staan,volgens hun in 90, volgens anderen iü 93 met de veischyniug van hun mani fest-programma. Voor de kiezing van M. Van Langen- baecke van 1890 was er nooit spraak van Roclauders geweest. WelDU reeds van te voren hadden de Catbolieken zich recht verdienstelijk ge maakt door eene wet onder andere,welke vreemde wetgevers uit landen van Z. A S. zyn komen afschrijven wij hebben de wet van 9 Augusti 1899 genoemd. Wij willen, vnluens de Renue aónérale van December 1900 bl. 825 en volgende, er eenige woorden over zeggen. Die wet bevat dry verschillige deelen. 1) Inrichting van plaatselijke bescber- mingscomiteiteu. Deze comiteiten krijgen door de uitvoering der overgangsmaat regelen der wet op de pensioenen eene nieuwe belangrijkheid. In ons Arrondis sement bestaat er een te Aalst. 2) Toelating aau de Spaarkas iu het bouwen vau werkmansbuizen tusscben te komen. 3) Fiskale voordeelen. De Staat rekenende op de edelmoedige meèwerkiDg Tan de Spaarkas beeft zicb tot dan werkman gekeerd en gezegd De enge toestand waario gy u bevindt, het gebrek aan hulpmiddelen en waar borgen beletten u capitalen te vinden. Ik kom er u aanbieden. Men ciscbt van u 5 of 4 1/t per honderd intrest, gy zult er my maar 3 of 4 betalen volgens ge leent met of zonder levensverzekering. De fisk zal voor u byzondore voordeelen hebben. De werkmansbuizen zullen geene persoonlijke lasten betalen. Het geld dat gij ontvangt zult gy per maand weêrgeven sonder meer te betalen te hebben dan uw tegenwoordig buis- buur. Zicb daarna tot de burgery keerend beeft de Staat gezegd Ik ben beieid op groote schaal den werkman te begunstigen die den eigen dom van zyn buis wil verkrygen maar VAN Chetwynd«Park. DE VONDELING VAN ST-KILDA. St-Kilda, een klein eiland, dat tot de He- bridan beboert, ligt 150 Engelscbe mijlen ten westen van Schotland 't is slechts een rots blok in den Grooten Atlautischen Oceaan, want het is maar drie mijlen lang en twee mylen breed. Byna tea volle maanden ia 't daar winter, en gedurende al dien tjjd zijn de weinige be woners geheel van 't verkeer met de buiten wereld verstoken, want geen schipper waagt zich thans langs de onbergzame kusten. Het dorpje op 't eiland ziet er armznlig nitvisschers wonen er in ellendige hutten alleen een klein kasteel en de kerk bi engen eenige afwisseling. Het kasteeltje werd be woond door den beer David Uwellan. Een matig fortuin stelde hem in staat er netjes met zyne echtgenoote te leven en door buune mildheid en weldadigheid hadden zy by de eilandbewoners de algemeene liefde en ach ting verworven. liet was sen namiddag iu de maand Octo- tusscben hem en mij moet er een tus- schenper8oon zijn iemand moet den arbeider te gemoet gaan, zijne vraag onderzoeken, zich over zijne zedelijkheid iulicbten, hem bet geld ter band stellen en zijne maandelijksche betalingen ont vangen. - Eu by voegde er bij De zending tot dewelke ik u uitnoodig is gaoscb opoffe ring. - Gij moet de leening aan den werkman toegestaan waarborgen. Gij zult te dien einde waarborgmaatschappijen iuricbteu gij zult er uw geld in geven en er de ver antwoordelijkheid van dragen. Is er iemand onder u, burgerij, dit zulke taak op zich wil nemen En bij dien oproep, in een bewonde- ringsweerdige opwelliDg, zyn honderden mannen rechtgestaan en hebben geant woord Mijn broeder, de werkman, heeft iemand noodig die voor hem borg wil zijn hier beu ik 1 Op 1 Mei 1894 bestonden er reeds in België 59 maatschappijen voor werkmans buizen en hadtien een capitaal onder schreven van 4,847,000 Iranb. Op ouzen buiten is die wet nog te wei nig gekend. De werklieden weten nog niet hoe gemakkelijk zy een buis in eigendom kunnen verkrijgen. Die leeningen gaan gepaard met ec-ne verzekering op levea Jat de kosten rer weiuigsken verhooed ui»»' geval van overlijden van den huisvader, de eigendom verzekerd wordt aan de weduwe en kinderen. Ziehier een sprekend voorbeeld Een myuwerker van H istal bij Luik hatl den I December 1891 een buis ge bouwd met de tusscben komst van de maatschappij De heerd van den werk man te Luik. Iu Maait 1894 was hij het slachtoffer van een ongeval. Hy bad zich verbonden maandelijks 10 fr. te storten eu hy deed het stipt en regelmatig eenige dagen voor bet onge luk bad bij nog zijne 10 fr. betaald. Dus met 27 maandelijksche stortingen vanlOfr. of 270 fr. in 't geheel liet bij aan zijne weduwe ua een splinternieuw buis van 2200 fr. Werklieden, overweegt dat en doet dit na by geval. gezegde demokr iten al de puutcu uit bet programma der socialisteu, of liever, zij bekennen bet. Priester Daens heeft het op eeno mee ting te Meenen gezegd - Wat de chris tene democraten scheidt van de socialis ten is de godsdienstkwestie. Inderdaad. Een punt dat men zeker niet iu hel ieidscbrifl der groeuêu ver wachtte is de klassenstrijd, de ongeluk- ber. De gouden zonnestralen vielen op een jong meisje, dat op de punt eener rots stond, die ver in de zee vooruitstak en een prachtig vergezicht opleverde. Zy scheen nauwelijks zeventi.m jaar oud, was rank en tenger van gestalte on had buitengewoon fraaie gelaats trekken. De ideale nitdrnkking van baar ge laat beloofde zicb eens tot eene heerlyke schoonheid te ontwikkelen en zooals ze daar op le rotspunt stond met de bekoorlijkheid eener nimf en eene aangeboren fierheid op baar edel voorhoofd, scheen ze op de eenzame hoogte zoo vry te zyn als een vogel in de lncht, Bernice was de aangenomen dochter der kinderloose familie Gwellau. Gwellan en zyne vrouw waren van goede familie en ken den vormen genoeg, om in het fijuste gezel schap te verschijnen. Bernice hadden ze laten onderrichten in de muziek en vreemde talen en zij toonde zich een yverige leerlinge. Nn echter deed zich voor 't waardige echtpaar de vraag op, wat er van de jonge maagd worden zon. Een der ruwe, onbeschaafde dorpsbewoners kon ze nooit tot echtgenoot nemenaan wien dan zon ze mettei tijd baar lot verbinden Ach de goede oude lieden vermoedden niet, dat deze tjjd reeds gekomen was. Toen Bernice op de gevaarljjke rotspunt stond, bleven bare oogen v p een vaartuig ge vestigd, wat in deze wateren eene zeldzaam heid was. liet was een Engeisch jacht, dat in kige opstand vau arm togen rjjk, van onderdaan tot moester. Wat is er onge lukkiger in de samenleving dan de stel selmatige strijd van den werkman tegen deu patroon, van arbeider tegen den ny- veraar Is het niet tammer dat ie dereen niet beter zjjne belangen versta Ieder edelmoedig, rechtzinnig bert moet dien r.impzaligcD kamp betreuren, kamp, die zooveel onheilen s iebt en on gelukken aan den werkman bijzonder. Toch de groenen Diet, als 't u belieft. Om den werkman te vleieu moeten zij de socios naapen die de driften, de lage driften en n* iuingen van den meuscb ver goddelijken. Eu zoo ook ziju zij gekomen den klassenstrijd te aanvoerden I Wij lezen inderdaad in den Volks zeever vau 27 december 11. onder haudteekouiug van priester Daens zelf De christen demokraten willen klas senstrij l aanvoerden als iets redelijk en rechtveerdig. De klassenstrijdde opstand van den arme tegen deu rijke, van den knecht tegen den meester, van den arbeider tegen zijuen patroon is rechtvaardiq niet in een bijzonder geval maar als stelsel Rampzalige politiek if V iW u De bestuurraad van dien Bond is den 10 Januari vergaderd geweest, onder voorzitterschap van M. Woeste. In deze zitting werden de volgende punten be handeld 1. Bjj bet openen der zitting beeft de voorzitter hulde gebracht aan de ge dachtenis van M. Baron Paul Bethune, schatbewaarder van den Bond van af dezes stichting, 't is te zeggen, sedert 32 jaren. Een brief van deelneming werd, namens den Boud, aan de familie gezonden. De bestuuriaad beeft beslist bet ambt van schatbewaarder aan te bieden aau M. Baron Felix Betbuuo, die reeds toege voegd schatbewaarder is. 2. De bestuurraad heeft de stad Brugge aangeduid, al3 den zetel van den iu 1901 te houden drie-en dertigsteu zit tijd vau den boud. In overeenkomst met de Catholieke Vereeniging en deu Catho- licken Kring dier stad, beeft bij de dagen dezer vergadering bepaald op 4 eu 5 M<*i. Daar de H. Bloedprocessie den 6 Mei plaats h eft, zy u (leze dagen voorgekomen als bet best beaut woon lende aan de ver langens van veleCatholieken. Het program van den zittijd is vastge steld eu zal later afgekondigd worden. 3. De bestuuiraad heeft keunis ge nomen van de antwoorden der Vereeni- gingen op het vragenboek, betreffende de militaire kwestie. Deze antwoorden zullen in een geza menlijk werk vereenigd en aan de regee ring medegedeeld worden. 4. De bestuurraad beeft vervolgens beraadslaagd over de uitbreiding, te geven a»n het Secretariaat der Maatschappelijke Werken en aan de instellingen ten voor deelt der Belgische werklieden welke in deu vreemde gaan arbeiden Hij beeft ook besloten, zich aan te slui ten bij de p «gingen der Vereeniging voor de verdediging der kleine burgerij en baar voordrachtgevers to bezorgen. 5. Eiudeljjk beeft de bestuurraad de stemreebtkwestiëu iu oogenschouw ge nomen en in 't bijzonder zijne aandacht gevestigd op het meervoudig stemrecht. (Fondsenblad). 30 Dicemhei II. kermt, dat de pachten te hoog zijn. Wij zulleu dat punt nu niet be twisten. Wij gaan integendeel zooveel mogelijk het woord aan K. R. zelf geven: Ah rjjken, roept M. Novus uit 'c is de schrijver van dit opstel moest gjj eens aan de tafel zitten uwer arme pachters, daar zoudt gjj meest al dc dageu pan en gestampte patatten mogen eten en ook sommige dagen een De fijuaard beeft, om zijD stelling te bewijzen, juist datgene genomen dat zoo gemakkelijk niet is om te controleeren. Het is nochtans onloochenbaar dat onze landelijke bevolking beter gevoed wordt dan vroeger. Man lief, de boeren zaaien veel te wei nig rogge om het heele jaar door zicb daarmeê te voeden. Er is een ander feit. Maar laten wij het woord aan M. Novus zelf Ja, zal tnen ie,gen, waarom gaat onze landelijke bevolking too schoon De faut ligt weerom aan u, rijke men- schen. Gij zet de oogen open Ja, gij zijt de oorzaak, lacht niet. M. Novus schrijft Hewél zulks komt voort uit overgroo- - te pracht en weelde onzer rijke standen, wier verderfelijk voorbeeld zij eeuigs- zins navolgen. Ook mogen onze land- lieden wel in iets genoegen vinden. Verder spreekt Novus nog van tal van zedeloosheden waaraan de rijken schuld dragen. De rijken hebben bet dus weeral ge daan zij zjjn de schuld van alles. Abijd dezelfde stelselmatige politiek Ophitsen, ophitsen met het lage doel er persooulijk piofijt uit te trekken. De menscbeu ziju genegen die schoou- spiebeis tv gelooveu zij denken dat zijn ons vrienden muariu wezenlijkheid wor den zij op schandalige wijze uitgebuit. Mens r.Len, gedenkt de fabel van den Riaf en de Vos. Beweging gedurende 1900. Op 31 December 1899 telde onze stad 29,746 inwoners. Geboorten en in tredingen gedu rende 1900 2034 Overlijdensen uit tredingen gedu rende 1900 1711 Verschil in meer 323 Te samen 30,069 inwoners. Gedurende 1900 zijn er geweest 1115 geboorten. 39 doodgeboren. 61 onwettige kinderen. 621 overljjdens. 247 huwelijken. 1 echtscheiding. 47 gewettigde of erkende kinderen. 919 personen hebben zich hier komen vestigen. 1090 personen hebben de Stad ver laten. Onze stad telt dus meer dan 30 duizend inwoners. Het gevolg biervan zal zijn dal, na de volksop'elling die komt te gebeuren, onze Stad van rang zal verhoogen, namelijk voor het patentrecht gecotiseard volgens het tarief B. Wij zullen van den derden zal fcene vernTucl':"?'40® «vergaan -t brengen voor zekere patentplicbtigeü'/' Voor de overgroote meerderheid der necriogdoeners aangeslagen volgens bet tarief B zal de opslag niet groot zijn. Bij voorbeeld, de kooplieden, de her bergiers enz., die nu beden in principaal betalen fr. 8,48 zullen dan fr. 9,54 of 1,06 meer aan den heer Ontvanger te dragen hebben. Het patent van bijna al de personen welke werklieden gebruiken, wordt vol gens tarief A gecotiseerd en zal niet opslagen. KlokU Roeland jammert dat de pachten geeuzins overeenkomen met de grond- weerde. Wij willen die kwestie nu niet grondig bespreken, maar een feit dat in t oog sp ingt is dat er weinig Ian I braak ligt. Er is meer maar laten wij de schrij ver zelf spreken Nochtans, zegt M. Novus, als 't eene of 't andere gebruik openvalt, loopt men er seffens met 20 of 30 naartoe om - elkander af te pachten Als er veel vraag naar iets is, slaat dat ding op. Is dit zoo met de pachten In geenen deele. Vele eigenaars willen uit dieu toestand geen profijt trekken. Zij die het doen zij handelen heel slecht— zijn in klein getal. De onderhuurders, de onderkruipers hebben ongelijk zult ge zeggen. Dat is het gedacht niet van M. Novus 't is wcöral de eigenaar die Let gedaan beefr. Wie is het die oneerlijk handelt, vraagt M. Novus Het is de eigenaar die in plaats van uitbuiter te wezen, sijn vc stand zou moeten gebruiken en weten dat de gebruiker met zijnen paebt bestaan kan. Ge zoudt nu zeggen als de eigenaars hun verstand gebruiken en bet rand niet I 'e hoog verpachten dat bet d&a voor de senaat niet uitmaken der menners, van de man nen die op t .uur olie gieten, altyd met het edele doelwit in de Kamers ie ge raken. Wij bewijzen In Klokke Roeland 30 December, dus zelfde nummer lezeu wij - Ik verzeker u, moest de verpachting Lier oprecht gebeuren de goederen ten minste 25 per honderd meer zouden op- de bocht voor 't eiland 't anker uitgeworpen had. Eenige blauwg. kleede matrozen slen terden over 't dek en eene boot met vier scheepsjongens bemand roeide naar de kust aan bet roer zat de eigenaar van bet jacht, de jonge markies van Chetwyud. Hij verbleekte toen hij 'tjong meisje op die gevaarlijke pnnt zag staan en wenkte haar met zyn zakdoek naar beneden te komen. OogeDblikkelijk voldeed zij aan den wensch van den jongen man als eene gems sprong zij van rots op rots, terwijl bij haar met in gebonden adem gadesloeg. Weldra stiet de boot aan land en Bernice bleef iu eene grot staan, door de natnur ge vormd, welke men gewoonlijk van bet strand bereiken kon. Deze grot scheen haar lievelingsverblijf te zijn, want de ruwe boderr was met matten bedekt, en in de spleten der rotsmuren sta- j ken boeken en zelfs eene gitaar. De jonge markies trad de grot binnen en naderde met uitgebreide armen het meisje doch deze trad glimlachend ter zijde en ontweek zoodoende de omhelzing. Heet gy mij zoo welkom, Bernice vroeg de jonge lord (1) verbaasd gij ont wijkt my als een schuwe vogel ofschoon gy mij liefde en trouw gezworen hebt en of schoon gij weet, dat gij mij alles zijt op deze wereld, n (1) Lord, een Engelsch woord beteekenend Mijnhter, wordt gebruikt voor eddellieden. Wat ge al niet vertelt hernam Ber nice met een schal kach lachje gij moet maar weten, dat wy meisjes het altijd met de waarheid zoo nauw niet nemen. Wat voert lord Chetwynd heden hierheen Willen wy weer samen lezen Het gelaat van den jongen lord werd bleek en kreeg eene strenge uitdrukking. Hij was een zeer schoon man met blonde baren en blauwe oogen, een sierlijke baard bedekte den wel gevormden mond tot aan de kin. Hy was groot en slank van gestalte, de geheele uitdrukking van zijn gelaat getuigde van moed en vastberadenheid bij was een echte edelman. De meisjes zyn toch allen plaagsters, - zei de jonge lord. Onze pleizierrijs is ten einde, Berniceik verliet, myne geboorte plaats in Mei, heb drie maanden in Noorwe gen en Zweden rondgezworven en vertoef reeds sedert Augustus in Kilda. Weldra zal de lange winter het eiland met 8ueeuw en ijs insluiten en daarom moet ik nu vertrekken. Mijn stuurman voorspelt mij niets goeds, indien wij langer wachten, morgen gaat de Sylvia onder zeil. Morgen reeds zoo spoedig vfoeg zij op smeekenden toon. Gij schertst niet waar Max ik kan de gedachte niet verdragen, dat gij dit eiland weer zoudt verlaten. En toch moet het zijn, lieve, hervatte hij ernstig.lk moet weg, want mjjne plichten ver oorloven mij niet langer te bly ven.Thuis heeft Over boord. Wij lezen in Vooruit het volgende De Jonge Wacht der christene volks partij vau Brussel, de stemming van volksvertegenwoordiger De Backer in de Kamers over het contingent en de dotatie van den graaf van Vlaanderen beoordee- leude, keurt deze onthoudingen ten volle af. - De voorgaande houding van De Bac ker uagaanie, aanziet zij voornoemden volksvertegenwoordiger niet meer als vertegenwoorwiger der christeire volks partij. Zij aanziet hem slpcbts als een verrader, die de bijzonderste prin ciepen der democratie met de voe ten treedt. Namens bet bestuur der Jonge Wacht, De Schrijver, (Handteeken). men in vier maanden niets van mij verno men en men zal reeds ongerust over mij wor. den. Doch ik wil niet alleen van hier vertrek ken, Bernice gij weet hoe zeer ik u bemin. Gij weet, dat ik een trouw hart heb, en nu smeek ik u, Bernice, geef my hart en hand en ik zal u als mijne vrouw naar Engeland voeren. Ditmaal ontweek zy hem niet, zij wierp zich aan zijne borst en hij drukte den eersten kas der liefde op de bevende lippen. Ja, ik ga met u, lieve Max, zonder u is de wereld v«or mij eene woestijn hoe zon ik nog een winter in St-Kilda kannen leven na znlk een zomer. Doch gy zijt rijk en van adelijke afkomst en ik ben maar een arm jong meisje zult gij nooit berouw hebben over uwe liefde als ik uwe vrouw zal zijn De liefde neemt alle onderscheid van stand weg, Bernice, en gij en ik zijn rijk. Ik heb geld en goederen, gij zijt schoon en hebt een edel karakter liever wil ik nw echtge noot zijn dau koning over de heele wereld. Mijn huwelijk met u zal de kroon zetten op mijn levensgeluk. Maar Max, wat zullen uwe vrienden zeggen n Ik heb vader noch moeder, n zei de jonge markies trenrig, u en daar mijn oom en tac'e my in hunne zaken niet om raad vra gen, kunnen zij ook niet verwachten, dat ik het do9. Mijne naaste familie zyn eigenlijk geen bloedverwanten, Bernice. Het zyn myn WorJt daar nu eens wijs uit, als 'tu belieft, indien ge Diet aanneemt dat die mannen stelselmatig de arme menschen willen ophitsen en ze daarom alle soorten van ezelsooren aannaaien. IQ Hoe wonderbaar toch 1 Het I juJascijfer 13 vervolgt ongenadig de groene belden. Het slot vanChipka draagt bet judas- cijfer, 't is genummerd 13, en al waar de Lel len hand of vinger aan steken draagt 13 of draait op 13 uit.... Zoo gebeurde het wéér dat liet eerste nummer vau bun nieuw weekblad - De Volkseeuw n of Volkscetver op 13 janua ri vorsclieeD. Dus weêr al eens hetjudas- cijfer 13. Geachte lezers, is dat waarlijk niet wonder dat alles bij de groenen met den stempel der ju iasscrij wordt gemerkt I stiefbroeder en mijn stiefzuster, kinderen van den tweetien echtgenoot myner moeder zy wonen hij mij in hnis en ik heb hen zeer lief. n a Vroeger hebt gij mij nooit over hen ge. sproken, Max. Niet Dat komt zeker, omdat ik te veel aan u dacht in uw gezelschap, n zei de lord lachende. Mijn vader stierf, toen ik nog een kind was en ik heette reeds lord Chet- wynd, toen ik op 't gymnasium kwam. Mijne moeder, een zachte en schoene vrouw, bleef eenige jaren weduwe en huwde daarna voor den tweeden keer. toen ik op de Univer siteit was. Haar tweede gemaal was Gilbert Monk, een oud-Indischofficier het hnwelijk was echter niet gelukkig, want er lag geen liefde aan ten grondslag. De officier Monk was vroeger in Italië getrouwd geweeet en bad twee kinderen, die daar geboren waren en welke hij mee naar Chetwynd-Park bracht. Twee jaren later stierf hij en mijne moeder moest hem op zijn sterfbed beloven goed voor zijne kinderen te zorgen. Dat deed zij, doch een jaar later rukle ook haar de dood weg en haar laatste verlangen was, dat ik voor hare stiefkinderen een goede vriend broeder zon zijn. Ik beloofde haar plechtig, dat Sylvia steeds een thnis zon vinden in Chetwynd-Park en ik heb hen zoo lief als zuster en broer. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1901 | | pagina 1