Zondag
19 Mei 1901
5 centiemen per nummer.
53^ Jaar 3573
M
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
^Prijsuitdeelingen
Lijfrentboekjes
L
HET SPOOK
Kerkvervolging.
Militariana.
17,
2HTIfl
N.
ikep
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar
Menschrijftin bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31.
en in alle Postkantoren des Lands
Guique wuiinra.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnisse op
3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord, Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk legen deD
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele
van dit blad.
Aalst, 18 Mei 1901.
I Denderbode heeft in vorige artikels
.reeds aangetoond hoe voordeelig bet zou
lijn de prijsuitdeelingen t« vervangen
loor het uitreiken van lijfrentboekjes.
ïen pedaster had ons echter het woord
.Jomper naar het hoofd geslingerd en ons
'toegeroepen dat wij gaarne het volk in de
onwetendheid bielden om het uit te bui
ten Hij was buiten zich zelveu van
woede en zwaaide de armen als moleu-
V -a^LwiekeD- Dopende dat hij toch eens tot
Ijlbedaren zou komen en in staat zijo onze
SBiibeweegreden te vatten en te overwegen,
JLÜbebben wij ons antwoord op zijue dolle,
woédende uitvallen uitgesteld.
Heden willen wij eenige bedenkingen
Gr Gpopens dit punt in 't midden brengen.
De prijsuitdeelingen van boeken heb
ben zulk geen nut dat hunne vervanging
2 door toelagen in geld op lijfrentboekjes
ly onmogelijk is. Dat springt in't oog bij
zonder voor de lagere klassen.
AMTH Inderdaad. Om in verhouding te zijn
met de geestesontwikkeling van het kind
500ais:jtan men er siecfcts pri-oteboebjes geven.
!n» lai Die worden eens bezien en daarna van
i van1^
van het verstand, tot de onderwijzings-
middeleu niet mogen gerekend worden.
Gedurende het gansch sehooljaar heeft
de onderwijzer getracht zijne leerlingen
het sparen in te prenten. Welnu door het
uitreiken van lijfrentboekjes zal men daad
bij woord voegen en het spreekwoord van
passé brengen Woorden wekkeD, voor
beelden trekken.
Dat zal zijne handelwijze steunen en
feitelijk meer bijdragen om het vooruit
zicht dat hij een gansch jaar heeft aan-
gepredikt, op alle mogelijke wijzen heeft
aangemoedigd en opgewakkerd meer on
der de jeugd te verspreiden en dieper io
het hert te prenten Onder dit opzicht is
het niet genoeg bij woorden te blijveD,
men moet, als men het kan, tot daden
overgaan. Leert meo| de kinderen loopen
met hun uit te leggen hoe schoon het loo
pen is en hoe nuttig. Zoo is het gesteld
met het vooruitzicht. Leert de jeugd voor
uitzien, helpt ze iu de eorste stappen en
dat zal oneindig bijdragen tot het her
stellen der kwalen dio onze maatschappij
teisteren.
lAveri Wat Practisch nut is er uit
Men mag stout weg antwoorden geen.
Laat ons zien voor de hoogere klassen.
Welk is daar de toestaud
Hoe worden feitelijk de prijsboekeu ge-
De middelen waarover de ooder-
beschikt zijn veelal bekrompen,
,j1 te gering opdat hy zijne keus dooi
—bet nuttige der boeken alleen zou kun-
I nen geleiden. Hij moet oogenverblinden,
-'-wat bluf maken en daarom stelt hij alles
in't werk om zich zooveel mogelyk waar
tegen den minst mogelijken pi ijs aan te
ischaffen.
bekrt H'j kan dus Die' °P nuttige boe
ken denken die gewoonlijk tamelyk hoog
in prijs zijn aangeteekend. Wat koopt bij
;te gen-dus
bben, 1 Of Romans en wat praktisch nut
jrscheidbteebt er wel in als zy belang inboezemen
are uitiaan jonge schoolknapen, te weinig ont
wikkeld om het wezenlijk schoone te
ten aSfalten t
agenvai Of reisbeschrijvingen die dikwijls niet
worden gelezen omdat zy, niet boeiend
1 ANCl"jn en §eeD aantrekkingskracht bezitten,
p Nuttige boeken zijn niet alleen duur
inaar ov,>r al 't algemeen zijn zij te droog
«voor de joDge lui die nog in geenen deele
de noodzakelijkheden van het werkelijke
leven inzien.
Men mag ook uit het oog niet verliezen
dat in vele scholen kleederstofFen wordc-n
TTpfloitgedeeld. En kleederen zyn toch ook
een stoffelijk iets die tot de ontwikkeling
«tot
uur
Op de gevels van vele onderwijsge
stichten ban men lezen Upvo9diDg, on
derwijs. Opvoeden, ondei wijzen dat is het
doelwit van de school.
Opvoeden komt vooraan. Opvoeden is
de wil tot het goede ontwikkelen, is de
goede hoedanigheden van het hert doen
ODtkiemen. In dio hoedanigheden is het
vooruitzicht de bijzonderste, bekleedt zij
de eereplaats. Ouderwijs alleen is onvol
doende opvoeding is oneindig beter want
deze laatste alleeu vormt den eerlijken
man.
Alhoewel wij aan de opvoeding den
voorrang toe kennen toch mag men ons
daarom niet als vijanden van het onder
wijs aanzien.
Wil men do leerlingen zien lezen, waar
om zou men niet in elke school eene lees
bibliotheek voor leerlingen inrichten
Waarom zou elke gemeente het haar niet
als ecno eer, als eene plicht aanrekenen
een bibliotheek op te richten waaraan
iedere inwoner zou kunnen aan putten
Dat wenschen wy vurig. Die twee ver
anderingen, die twee hervormingen kun
nen goed samen gaan.
Igens id
aan den|
sgen de1
Clietwjiul-Park.
20' vervolg.
Hij overwon zijne vrees, sloop door het
J Schip der kerk, wier vloer bedekt was
Inarm^rsteenen waarop de namen der daar
onder begraven Chetwynds gebeiteld waren.
lAchter het hoogaltaar was eene deur, v
li [toegang verschafte naar de trap, die in den
\y Ikelder voerde. Monk had zich van eenen
endrukfeutel van ^eze <*eur voorzien en zo z°°(
>0 ID ^e BPoedig geopend. Eene kille lichtstroom
adrkwam te8en-
Monk liet nu het volle licht door de lan-
Ord, ft" taarn uitstroomen en daalde de trap af. On
der in het gewelf bleef hy staan voor de deur,
©Kon® die tot den grafkelder toegang verschafte.
)eeldek' Met den sleutel uit de bibliotheek van Chefc-
gemjwynd opende hij ze. Hij sloop voort en vond
weldra den steen, waarop de zerk van ller-
nice geplaatst was. Hij liet het volle licht
sr op vallen en las op do zilveren plaat het
'olgende opsohrift
BERNICE,
Echtgenoot van Max,
Negende Markies van Chetwynd.
Zie dat is een priociep en nu hebben
wij toch een vast punt waarop wij kunnen
steunen. Tot hiertoe hadden die heeren
opstellers de gewoonte uit de handen te
glippen, net als palingen.
De mensch heeft dus een vrije wil. Hij
kan uit eigen bewegiüg iets begeeren.
Dus is er ia de mensch iets dat boven
de stof verheven is. Dat iets heelen wij
de ziel.
Van waar kan de ziel komen
Toch niet van de stoffelijke wereld.
Niemand geeft wat hij niet heeft.
Van waar dus
Ah 1 wij zijn reeds tot liet mirakel der
schepping En van het mirakel zegde de
armtierige den 15 Juli 1900. Een mira
kel kan niet bestaan, een mirakel is on-
ogelijk anders zou er geene natuur
meer zijn
Arme. Monsieur le Redacteuruwe
schrijvers hebbeu niet geweteni wat zij
zegden, toeu zij het artikel over deu vryeu
wil aaneeuflansten I Hebt gij tot het ver
schijnen wel uw toelating, uw placet
gegeven
Te beklagen, want dat laten we niet
loa I
Finripliik Maanden is het
EilUUeiIJR leden dal wij den arm
tierige vroegen of by zoo goed wilde zyn
ons eens te zeggen of hij den vryeu wil,
le libre arbitre zou Monsieur le Rédac
teur zeggen, aannam.
Menschen 1 hij heeft geantwoord
Dat is braaf van bem, heel braaf en het
is nog braver dat wij nu eens met hem
l'akkoord zijn.
Lieve lezers Dendergalm neemt den
vrijen wil aan.
De rechtsverkrachting iu Frankrijk ls
dus een voltrokken feit de wet op de
vereenigiogen is gestemd. Die wet is een
oorlogstuig tegen de kloosters gericht. Dc
kloosterlingen worden verstrooid cn hunne
bezittingen als goederen zonder meester
binnengepalmd. De gruwelen en onrecht-
veerdigheden der rampzalige Fransche
omwenteling, waar geuzen en socios zoo
fier op zijn, worden hernieuwd. Frankrijk
zal er niets bij winnen vele ongelukkige
zullen en door lijden en ten slotte, verre
van een voordeel, zal het Franscb Joden-
bestuur een orergroote last hebben ver
beurd verklaard.
Zoo onmenschelijk zullen die Dieuwe
barbaren niet zijn de ongelukkige oude
menschen, zieken en lijdenden van alle
soort zonder hulp of bijstand op straat te
werpen, ten prooi aan de uiterste ellende
en hongerdood. Want duizende en dui-
zende ouderlingen, zieken en ongelukki-
gen wierden door de kloosters onderhou
den. Aan de beproefden dezer wereld
offerden zij al huune rijkdommen waar-
mtê de Fransche geuzery zoo hoog opliep
en welke zij zoo zeer overdreef om den
eetlust van het volk aan te prikkelen en
en de rooverspolitiek te doen goedkeuren.
Het zijn in Franrkryk de, radicalen en
socialisten die zulk rooverswerk verrich
ten. Wij begrijpen die houding van wege
de socios. Zij begiunen met de goederen
der geestelijke orden aan te slaan om te
eindigen met de bezittingen der capita
listen.
Zij zyn in regel. Daarbij zij hebben het
voorzegd, en wij kannen in den Catechis
mus van Jules Guesde, over een tiental
jaren te Rijssel verschenen, zien hoe zij
dachten to werk te gaan.
Lijk Guesde schreef is alles gebeurd.
Het eerste tooneel is dus afgespeeld.
Blijft nu de tweede akt van het drama.
Wat zullen de radikalen dan zeggen?
Zij hebben de wapens gesmedeu waar
onder zij gevallen zijn. Zy hebben den
eerbied van het eigendomsrecht onder
mijnd eo zij zijn er slachtoffers van ge
worden. Het volk redeneert zoo.: - indien
zij de goederen der kloosters mogen roo-
ven en stelen, waarom zouden wij de
kofferforts der rijken niet mogen ledigen?
Zij hebben hunnen haat voldaan; wij
voldoen den onzen
De geuzen hebben dus een graf gedol
ven, den grond onder hunne voeten onder
mijnd. Zij zullen het gevaar zien wanneer
het te Jaat zijn zal.
De Belgische geuzen, van de kalmste
oü pruiken tot den razigsle progressist,
juicbèn die rooverspolitiek toe. Wat de
Fransche geuzen bedreigt, staat hen ook
voor de deur.
Monk boog zich over de zerk en legde zijn
ir er op hij hoorde niets.
Hemel mompelde Gilbert, voor het
eerst sprekend sedert hij het rijtuig verlaten
had. Wellicht is zij tot bewustzijn gekomen,
heeft haren toestand begrepen en is van
schrik gestorven.
Hij zette de lantaarn op de kist en begon
het deksel los te schroeven. Zijne handen
beefden zoodanig, dat hij nauwelijks werken
kon en zijn hart klopte hevig. Elk oogenblik
hield hij op om te luisteren. Toen hij het dek
sel los had, schemerde het hem zoo voor de
oogen, dat hij het gelaat der doode onder het
glas niet zag.
u Wat ik toch zwak ben, zei hij. Mijne
vingers zijn heel stijf, ik ben geheel zenuw
achtig.
Hy nam een weinig brandewijn, dien hij
voor Bsrnice had meegebracht. Toen schoof
hij het deksel weg en beschouwde het gezicht
van lady Chetwynd.
Zy was niets voranderd sedert hij haar den
laatsten keer gezien had. De spitse neus, de
diepliggende oogen en da halfgeopende lippen
droegen den stempel des doods.
Hy legde zyne hand op haar voorhoofd
het was koud als marmer.
De oude Ragen heeft zich in het gift ver
gist, of wel ik heb haar een verkeerd kogeltje
gegeven riep by in vertwijfeling uit. Zij
Verzekering; tegen werk
ongevallen. De secties der
Kamer bespreken het regeeringsontwerp
op de arbeidsongevallen en in eene is de
bespreking nog niet afgeloopen.
't1 een ontwerp waarbij zeer vele bur
gers belaug hebben, en dat zoowel door
bazen als werklieden dient bestudeerd te
worden.
Ziehier het ontwerp in zijne breede
trekken
Werklieden van nijverheids-, bijzondere
of openbare ondernemingen, alsook de
werklieden dienstig in landbouw- en han
delsondernemingen, waar men macbieneu
gebruikt, in beweging gebracht door eene
andere kracht dan die van menschen of
dieren, en die slachtoffer zijn van een on
geval, dat tijdelijke of totale onbekwaam
heid tot werken van meer dan twee weken
uitlokt, hebben recht, van af den 15' dag
volgend op het ongeval, op eene dagelijk-
sche schadtloosstelling gelijk staande aan
50 "Io van het gemiddeld dagloon.
Leerjongens, zelfs zij die niet bezoldigd
zijn en technische bedienden, wier jaar
wedde niei boven de 2400 fr. gaat, wor
den gelijk gesteld aan werklieden.
Indien de onbekwaamheid bestendig is
of wordt, wordt eene jaarlijksche schade
loosstelling van 50 toegekend, bepaald
volgens den graad van onbekwaamheid.
In geval van overlijden hebben de erf
genamen recht op 50 fr. begrafeniskosten
en op de weerdo eener lijf rent, gelijk aan
25 saQ het jaarloon.
Iudien de patroon zich niet verzekerd
bij eene mutueele maatschappij, door den
Staat erkend, is bij gehouden het kapitaal
der rent samen te stellen op de spaar- en
lijfrentkas of eene verzekeringmaatschap -
pij-
Deze samenstelling moet gebeuren in
geval van overlijden of bestendige onbe
kwaamheid tot werken.
Kaporaal Simpelmans kan niet be-
grypen hoe wij machteloos zijnde tegen
over het gansche, het gcbeele Fransche
of Duitsche leger dat ons inpalmen wil,
wij nochtans iu staat kunnen zijneen ge
deelte van dit of dat leger een zekeren
tijd tegen te houden op zijnen doortocht
door ons land, tijd voldoende opdat men
ons hulp zoude brengen.
Als de snaak dit niet begrijpt dan zeg
gen wij hem domme geus!
Voor kinkels als gij vragen wij den
leerplicht niet, tot lijarigen ouderdom
maar tot 18 of tot 36 als 't noodig is.
Kaporaal Simpelmans, jongen, gij en
wordt nooit sergeant.
Nu op dit kapittel zijnde stellen wij
vast dat onze Aalstersche geuzen de ver
zwaring der krijgslasten wenschen.
Wij zullen dat onthouden. Wij herin
neren ons nog dat die huichelaars niet
weinig met vermindering van leger en
lasten hebben geschermd met het lage
doel eenige eenvoudige menschen te be
driegen.
Die tijd zal weer komen. Ea weer zul
len de geuzen roepen Wij willen de
vermindering der krijgslasten. Zij zijn
te zwaar dat moet eindigen
Hansworsten I
De geuzen willen ons leger op Prui-
sischen voet inrichten. Zij droomen te
kuonen oorloogen met Duitschland of
Frankrijk of misschien wel, lijk kaporaal
Simpelmans, tegen beide te gelijk 1
Nog sterker. Dagbladen zooals de
Indépendance Beige, spreken van dien
brutaleD aanslag op de vrijheid van on
derwijs die nu gered is
Zulk eene verblindheid doet verstomd
staan 1
Het verbod van onderwijs voor den
tegenstrever, dat is voor u de vrijhei I,
omdat dit verhol u toelaat te onderwijzen
volgens uwe goesting !l
In Holland zijü wij gelukkiglijk daar
nog niet. De tale die men ia de Fransche
Kamers sprak, zou bij ons als smokkel
waar aanzien worden, zelfs door de gewel
digste antiklerikalen.
zeker dood, ik heb voor niets gewerkt.»
Hij bromde een vloek eu knarste op zijne
tanden. Eensklaps viel hem iets in. Snel
haalde hij eenen kleinen spiegel uit zijn zak
en hield hem hoven de lippen van het lijk.
Toen hij hem wegnam, zag hij dat het glas
een weinig beslagen was.
Nu begon hij harder te werken bij wierp
zijn jas uit en schroefde de heele kist uit
elkaar, een werk dat tijd en bekwaamheid
vorderde. Het zweet parelde op zijn voor
hoofd doch bij rustte nietde gedachte, dat
Bernice nog in leven was, gaf hem reuzen
krachten.
Hij legde de stukken der zerk ter zyde en
Beruice lag in haar zijdenkleed met de ver
welkte rozen op hare borst voor hem. Den
mautel, dien hij meegebracht had, spreidde
hy op eenen steen nit, en legde er het ver
stijfde lichaam op. Daarna ging hij weêr naar
de zerk.
u Ik zal een beeld in was laten maken en
dit er in leggendacht hijDoch nu heb
ik iets zwaars noodig.
Hij keek rond en zag in een hoek een hoop
steenen dien hij in de kist stopte. Dit gedaan
legde hij het deksel er weêr op en schroefde
het vast. Eenige minuten later zag de kist er
weêr uit, alsof zij niet aangeraukt was. Met
een diepen zucht trad hij weêr op de schijn-
doode toe hij dacht dat hij zich met de
proef door den spiegel vergist had, daar-
om herhaalde hij ze met het zelfde gevolg.
x Zij leeft riep hij triomphantelijk.
u Maar ik moet do natuur te hulp komen.
Hij wreef hare handen, goot een weinig
brandewijn tusschen hare lippen en riep haar
zachtkens hij den naam.
En langzaam zeer langzaam begon
stijve lichaam weêr te herleven De stramme
ledematen werden weeker, de koude wasach
tige handen werden een weinig warmer en
er kwam weêr eene uitdrukking van leven
op het hleeke gelaat. De lijkkleur veranderde
in eene ziekelijke bleekheid zeker, het leven
keerde weêr terug, het bloed begon opnieuw
te vloeien door die aderen.
Monk goot nog meer brandewijn op hare
lippen, hij geloofde zijn eigen oogen niet. Hij
gevoelde, dat het hart onder zijne handen
begon te kloppen en den pols te slaan.
De schijndood was geweken. De oogleden
begonnen televen, eindelijk gingen de oogen
open en blikten verwonderd rond.
Monk trad terug. Zij leefde, en niemand
wist het dan hij alleen Zijn fortuin was ge
maakt
Max Max zuchte Bernice nauwelyki
hoorbaar.
Monk kon niet antwoorden, zijne wangen
gloeiden, zijne oogen schitterden, hij was
sprakeloos van vreugde.
u O Max ging de lispelende stem voort.
ik heb een vroeselijken droom gehad en ik
Het Belgisch llberaliamus
en «Je Hollanpsche libera
len. Wij lezen in den Standard, het
dagblad van M. Kuyper, protestantschen
minister, en politiek hoofd der protestan
ten in de tweede Kamer der Staten Gene
raal
Hoe aardig toph zijn de grondstelsels
welke de vreemde liberaalpers verdedigt
ter gelegenheid van de wet op de kloos
ters in Frankrijk I
Door dio wet wordt aan vele kloos
tergemeenten het recht van onderwijs
nomen. Afgenomen, noch min noch
meer.
Zij mogen niet meer onderwijzen en
kiuders hunner scholen hebben er
maar van door te trekken.
Dus een stelsel steunende op dwang.
De vrijheid van onderwijs wordt ver
nietigd om de macht te breken van het
zoo gevreesde kierikalismus
Zou men niet gedacht hebben dat
geheel de liberale pers van Fraukrijk en
elders zulk eenen maatregel aan den
schandpaal ging spijkeren als het toppunt
van onliberaalheid
En ziet, 't is het tegenovergestelde.
Bourgeois, wiens redevoering aange
plakt werd, noemt men den verlosser van
Frankrijk.
ben zoo moe, mijn lieve. Neem mij in uwe
arme Max, ik heb zoo koud
Monk vermande zich, haalde nit zijn zak
eene flesch brandewijn, waarin een onschade
lijk slaapmiddel opgelost was en bracht zt
aan de lippen der jonge vrouw.
Zij weerde hem af.
Gij hior, Gilbert n fluisterde zij. x Ben
ik niet op mijne kamer Niet, waar ben ik
Waar is Max
Max is in Chetwynd-Park, zei Monk
bedaard, x hij ligt te bed en gij zijt hier.
x Hier.
Bernice richtte zich met moeite op een
elleboog op en staarde wild rond. Het
deraohtige dezer plaats trof haar en de
ken in de nissen deden haar schrikken. Ver
wonderd keek zij naar haar wit zijden bruids
kleed.
x Waar ben ik vroeg zij weêr x Ik her
inner mij, dat ik koorts had en men zeide
mij, dat ik moest sterven. Ik sprak met Max
en Sylvia en toeu waar ben ik waar
ik toch n Klagend klonk hare zachte stem
onder de gewelven.
Dat is alles eene week geleden,
Monk, x Men hield u voor dood. Gij zijt hier
in den grafkelder der familie Chetwynd, he
den werd gij hier gebracht. Max is op het
slot, de oude pastoor en Sylvia zijn bij hem.
Ik had een voorgevoel, dat gij schijndood
waart en ik kwam hier om mij te overtuigen.
Hoe willen de socialisten
het geluk van den werkman?
Met hem alles te ontnemen wat hem
kan troosten en opbeuren in tegenspoed,
met hem de gelukkigste en schoonste
dagen zijns levens te ontnemen met hem
te doen leven als een beest en dus ook te
zorgen dat hij als een beest sterve.
Het christelijk geloof, dat den ongeluk-
kigen troost en moed geefc in tegenspoed,
dat hem zijne plichten jegens God en den
evenmensch herinnert, dit moet verdwij
nen. Nochtans zonder dit is er geen geluk
bij den mensch, geen vrede en eendacht
in 't huisgezin, geene verstandhouding
tueschen overste en onderdaao, geene
orde in 't land. Maar de leiders der socia
listen zoeken ook dit niet, zij zoeken het
tegenovergestelde voor den mensch en de
samenleving.
De socialisten willen hunne kinderen
niet meer laten doopen. Neen zij hebben
de gratie Gods niet noodig om wel te
leven, bij hen loopt alles op rollekens en
God kunnen zij missen sedert de mensch
van de apen afstamt.
Het godsdienstig huwelyk daar zijn de
socialisten ook niet voor, zij willen kop
pelen als de konijnen, zij jagen liever de
vrouw weg die hun niet meer bevalt en
gaan met eene andere wonen.
Kan de vrouw alleen de kinderen niet
houden waar de man niet wil voor zor
gen, dat de Staat ze dan groot brenge of
dat ze in weldadigheidsgesiichten worden
opgenomen, daar zullen ze goed verzorgd
worden door oppassers of oppasters geko-
zeu uit het nee plus ultra der socialis
tische bescbavers; ofwel zullen ze moeten
aangetrokken ea verzorgd worden door de
catholieke liefdadigheid, door zusterkens
en broerkens, die volgens de socialisten
voor niets in de wereld kunnen goed zijn.
Mislukte proef. KnechtDien
frank heb ik op uwen lessenaar gevonden,
mijnheer.
Heer Het doet me genoegen, Jan, dat
gij zoo eerlijk zijt; ik heb dien frank daar
neèrgelegd om uop de proef te stellen.
Jan Ja, mijnheer, dat heb ik wel ge
dacht.
Uw man en heel de wereld achten u dood,
het bei icht van uw sterven werd in alle bla
den hekend gemaakt. Zonder mij hadtgij
werkelijk moeten Bterven ginds in die kist
gij waart levend begraven.
Een vreeselijke schrik teekende zich op
Bernice's gelaatstrekken. Met opengespalkte
oogen en uitgebreide armen sprong zy op
wankelde naar Monk en met een schellen
kreet zonk zij voor zijn voeten neêr.
x Dwaas die ik ben riep deze, ik was
te voorbarig. Ik heb haar door deze ver
schrikkelijke meêdedeeliog wellicht gedood
XV. VAN DEN DOOD VERREZEN.
Het was een akelig oogenblik, het scheen
Monk toe, alsof onzichtbare handen hem zijne
prooi ontrukten. Met dreigende blikken zag
hij rond, als wilde hij den onzichtbaren
vijand treffen. Hij bukte, nam het meisje in
zijne armen, legd, haar weêr op den mantel
en begon hare handen te wrijven.
x Het is maar een flauwte, dacht hij. x Zij
moet erg zwak zijn, de oude Ragen zei het
immers, dat het gift de persoon erg verzwakt.
Bernice Bernice voelt gij u nog niet beter
x Beter herhaalde zij zachtkens, hare
groote oogen op hem vestigend. «O Gil
bert is dit het familiegraf der Chetwynds
Is het waar, wat gij my even zeidet Zijn
dat mijne doodskleederen Heeft men mij
bier begraven
x J», Bernice. n (Wordt voortgezet}.