Woensdag 25 December 1901 S centiemen per nummer 568,e Jaar 5633
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
Kerstnacht
Verdraagzaam
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
IsaPbrv-
Aug. Sn.
De liberale schrijvelaar
LANDBOUW.
Zondagrust.
DE DENDERBODE
Dit bl«d verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onde-
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont-
vangen xijn ten laste van den schuldenaar
Msn schrijft in bij O. Van de Putte-Qoossens. Korte Zoutitraat. M. 31,
in in alle Postkantoren des bands
Cuique «uun
Per drukregel. Gewone 15 centiemen Keklainen fr 1,00 Vonnisie op
3' bladzijde 50 centiemen Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij
accoord, Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Reeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen sicb t* «rendeo ten iiureel®
van dit blad
Aalst, 24 December 1901.
In het album vanMej. Anna,Génard
Daar klept de klok in 't nachtelijk uur
Kom meê naar 't kloostorsticbt 1
Wel lokt "de buislamp on het vuur,
Maar luid spreekt liefde en plicht.
Ginds in de schaduw van bet kruis
Met orgeltoon en stem
Verheerlijkt men in 's Heoren huis,
De Krib van Bethleëm I
Wel is het pad dat derwaarts leidt,
Door 't sneeuwkleed bar omplooid
Maar rozen zijn daar ginds gespreid,
En lelies mild gestrooid.
Dhar schijnt de zon te middernacht
Een onverdoofbaar licht,
Dat uit de lichtblauw' oogjes lacht
Van 't Eenig hemelsch wicht I
De rijke noodde ons blij gezind,
Te kerstmisboom en hal....
Ons lokt de krib van 't godlyk kind,
Ons roept nu de arme stal.
De wereld denke vrij dien nacht
Aan feestgenot en wijn
Eo of zij met ons eenvoud lacht,
Wij willen kincfren zijn....
Die vreemde kerstboom trekt ons niet,
Met al zijn dwaze pracht
Een cotillon als herderslied
Klinkt baatlijk in dees' nacht.
Die arm en schouders pas versierd,
Die lonken diep doorleerd....
Een spotfeest is bet dat men viert,
Waar Satan presideert.
Ja, lach, moderne booze geest
In uw' alweters waau
Aan ons de krib, het kiuderfeest
D&ar vangt hetlevon aan.
Aan ons den weg van 's Hoeren Zoon,
Die naar Calvarie loopt
Aan ons het kruis, de dooruekroon,
In 't zaalgend bloed gedoopt.
O E ZOOM
Aan ons het graf 't schijnt u de dood,
't Schijnt u het eeuwig niet
Waaruit voor ons het morgenrood
Het resurrexit schiet....
Kom, vrouw en kindren, in dees nacht,
Gedaan wat vader deed,
Wij xyn niet van 't modern geslacht,
Wij zij a van d'ouden eed....
Ginds in de schaduw vau het kruis
Met orgeltoon eu stem
Verheerlijkt men in 's Heeren huis,
De Krib van Bethleëm 1
Wy denken dat het onze plicht is zekere
teksten voor de oogen onzer lezers te
brengen. De commis-voyageurs der geu-
zerij durven op den buiten rondventen dat
het liberalism de partij is van licht en
verdraamheid.
De eenvoudige menschen mogen dat
uiet gelooven, want die commis-voyageurs
waarborgen hunne waar Diet en willen
alleen hunne slachtoffers bedodden.
Wilt gij als slachtoffer der geuzerij niet
vallen, niet uitgelachen wordeD, wilt gij
de wroeging van uw geweten als gij
het kwaad ziet dat door zoogezegde ver
draagzame geuzen is gesticht niet voe
len, vergeet dun nooit de volgende aan-
halingeB.
1° Dendergalm september 1891. - Wij
ook wij gelooven dal dit beter is dit vólks-
ken (paters en priesters) aan de deur van
het land te zetten.
Dus hebbou de priesters het recht niet
anders te denken dan de groote vernuften
Waar blyft de vrijheid van geweten,
zoogezegd een zegepraal der geuzerij
Die bestaat Diet voor de catholieken
zij bestaat alleen voor de geuzen.
2° Doodstraf voor degene die eene kerk
bezoektbevel de kerken te sluiten, te
vernielen, weg te vagen, de altaren uil te
roeien al de privaat eigendommea waar
eeDe godsdienstoefening heeft plaats ge
had, door de schatkist verbeurd. Indien
ik die methode wel overweeg, vind ik haar
zoo krachtig, zoo logiek, zoo sterk dat ik
twijfel dat de meuschelijke geest ooit iets
zekerder heeft gevonden. (Edgar Qni-
net.)
Die Quinet is een aartsgeus 1 en hij
heeft beweerd ecu toonbeeld vau ver
draagzaamheid te zijn.
3° Pergameui, hoogleeraar aan de hoo-
geschool van Brussel, advocaat heeft die
theorie een weinig verbeterd. Martelaars
mag men niet meer maken. Die brave heer
ook verdraagzaam als by schreef
1I1UU11IVÜ1IV
naar het Engelsch.
54"* vervolg.
Op zekeren morgend bevond Job zich alleen
op het bureel, hetgeen niet dikwijls voorviel,
toen een scheepsmast binnenkwam. J^s kende
hem zeer goed, want hy had hem dikwijls te
voren gezien.
Goeden morgen, M. O'Donahue, zegde
de scheepsmaat, is M. Small binnen
Neen, hij is uit, kan ik iets voor u
doen
Ja, zoo gij mij zegt, hoo ik M. Small
kan overhalen om mij wat geld op myne soldij
voor te schieten.
Nooit te voren heb ik zulk een bestelling
gehad, sprak Jos glimlachend.
Dat denk ik ook niet, en men moet
onbeschaamde scheepsmaat zijn om zoo iets te
doen. Maar, ziet ge, M. O'Donahue, ik ben
een scheepsmaat met 40 pond per jaar, en
daarmee heb ik tot nn toe myne arme moeder
geholpen. Nu heeft zij 40 pond noodig, omdat
zij ziek is geweest ik heb echter geen en
kelen duit. Ik zal het terugbetalen als ik blijf
leven, dat is zeker, maar ik heb wsinig hoop
Boeten, gevang, verbanning zijn
WETTELIJKE WAPENS WAABOM ZE NIET
gebruikt tegen de kloosterlingen
tegen de bedevaarders, tegen de geloovi-
gen Revue de Belgique).
Die Pergameni is een toonbeeld van
verdraagzaamheid.
De geuzerij juichte Pergameni's woor
den toe en ODder die schoone galerij be
vond zich ook onze potsierlijke Dender
galm.
Hij schreef immers Zachtjens, dom
pers, lacht u eeen bult dat staat te lee-
lijk. Pergameni is er zoozeer niet ne
ven (1898).
4° Rochefort is ook een geus, dus een
verdraagzamen. In de Lanterne n van
4 december 1883, stond er te lezen
Een brave maD vraagt ons gedacht
over de moorderijen der Roquette door de
Commune van Parijs iü 1871. En hij be
sluit dat men ongelijk had die arme calo-
tijns door den kop te schieten. Wij zlJN
van een ander gedacht. Wij meenen
dat men ze met te veel edelmoed heeft be
handeld.
Die schrijver heeft spijt dat men M«r
Darboy, en zijne medemartelaars niet
meer heeft gefolterd
O geus I welke verdraagzaamheid 1
Als de geuzen baas zullou zijn, zal cr
eene wet komen waarbij al de geuzen die
niet overtuigd zullen zijn dat de geuzen
verdraagzaam zyn, in 't gevang zullen ge
worpen worden I
die van achter den Dendergalmscben
bosch de snoodste beleedigiugen naar 't
hoofd van deo Eerw. Broeder Flamidien
slingerde, heeft nog geen woordje gerept
over 't geval van den officieelen schoolpe-
dant, een vrijdenker van zuiveren bloede,
zekere Michel van Eloyes, die dezer dagen
bij den kraag werd gegrepen en in den
- Salon Pierre - geduwen.
Dit groot verstand, bij is immers vrij
denker en die hebben al 't verstand vau
de wereld in pacht, dit groot verstand,
zeggen wij, ging op de volgende wijze
te werk om zijne leerlingen eene voorbeel
dige opvoeding te verschaffen:
Hij sloeg kloefen op de hoofdjes zijner
leerlingen aan stukkou, deed hun kalle-
zuur en brokjes krijt opeten, legde ijs-
schalen op huunen blooten rug enz. enz.
Alle dagen vond hij nieuwe en wreedere
tormeuten uit. 'c Was oprecht wraakroe
pend beulenwerk.
Een voorbeeld van foltering
Op 27 November 11. deed die lafhertige
officieële beul de kleine Constant Lambe-
lez, 6 jaar oud, bij hem blijven na de
avoudklas en gebood hem tot drij maal
toe,de tong uitstekende de gloeiende stoof
te kussen.
Het jongetje weigerde natuurlijk. Daar
op nam die officieele vrijdenker bet
hoofdje van den kleinen Constant tusschen
de beide handen,drukte het tegen de stoof
en hield het er tegen tot dat het slachtof
fertje, bewusteloos tea gronde viel. Con-
stantje verkeert heden in levensbaar.
Ziedaar een specimen van die officiëele
onderwijzers die, volgeDS hun eigen oor
deel, te veel verstand (van doen) hebben
om de Godheid te erkennen en die, vol
gens de armtige Dendergalm, alleen be
kwaamheid bezitten om de jeugd op te
voeden en te onderwijzen, 't Zyn propere
jannen, hoor I
Brigaden van de Gendarmerie
gaan verblijven te St-Maria-Audenhove
en Steenhuize-Wynbuize. De brigade van
Niuove gaat veranderingen oudergaan.
Om luizen bij het vee te verdel
gen, passe men liet volgende goedkoope,
spoedig en zeker werkende en daarbij
volkomen onschadelijke middel toe. Gelijke
doelen petroleum en lynolie worden in
eene flesch gegoten en deze ter dege ge
schud. Nu drenkt men een wollen lapje
met dit mengsel en wrijft daarmee de
meest aangetaste plaatsen, als schoft,
achterkaken, enz., duchtig in. De luizen
zijn na het inwrijven terstond dood, maar
toch is het goed na eenige dagen de han
deling te herbalenDe ingewreven plaatsen
moeten met warm water en groene zeep
goed afgewasschen worden. Door het toe
passen van dit middel vallen de haren
niet uit.
Het melken tegen het einde der dracht.
Volgens het gevoelen van ervaren
veefokkers heeft het melken of de pogin
gen om te melken aan den uier bij droog
staande koeiën zeer erge gevolgen. Men
beweert, dat door dit te vroeg melken de
drachtige dieren verwerpen. Wordt de
uier, die voor 't kalven uiet zelden zeer
gezwollen is, met het doel den dieren ver
lichting te geven, hehaaldelijk gemolken,
dan moet een vervroegde, ontijdige ge
boorte volgen, dit wil zeggen de vrucht
houder wordt samengetrokken, nog voor
de geboorteweg voldoende verwijd is. Men
dient dus, als bij de hoogdrachtige dieren
de uier sterk opzwelt, dat probeeren en
melken na te laten. Opzwellingen van
het te bekomen alleen de liefde voor mijne
oude moeder kan er mij toe brengen om eene
vernederende weigering te wagen.
Het is maar al te waar, dat die gaat leenen
kan gaan weenen.
Ik vrees dat het zoo is, maar ik kan u
in zoover helpen met u te zeggen, wat uw
eeningste kans is. Leg uw geval bloot aan
M. Small, gelijk gij aan mij hebt gedaan en
ga dan dicht bij hem staan, terwijl hij u ant
woordt als hy in de ribben stoot om aan
zijne argumenten kracht bij te zetten, spring
dan niet terug, maar wacht den uitslag af
zonder hem te onderbreken.
Voor mijne moeder zou ik wel meer
hebben, antwoordde de arme jongen, terwijl
M. Small juist binnenkwam.
De scheepsmaat verhaalde in korta woorden
jne geschiedenis en M. Small luisterde naar
hem zonder hem in de reden te vallen. Toen
hij geëindigd had, begon M. Small
Gij ziet, beste vriend, gij vraagt mij wat
scheepsagent ooit te voren deed, name
lijk geld te leenen op eene eenvoudige belofte
vau te zullen betalen en nog wel eene belofte
van aenen scheepsmaat. Op de eersta plaats
heb ik niets dan eene belofte zonder waar
borg dat is een puntvat gij dat (een
stoot iu de ribben). En dan hangt die belofte
van te betalen er van af of gy in 't land zijt
of uiet. Bovendien, al hebt gij het geld, dan
zoudt gij wel eens geen lust hebbsn om te be
talen dat is een ander punt (nieuwe stoot iu
de ribben). Dan is er zelfs geen persoonlijke
zekerheidwant gij kunt verdrinken of dood
geschoten worden, of in de lucht vliegen vóór
uw betaaldag daar is, en dan is myngeld
naar de maan dat is een derde punt (en
weeral een stoot in de ribben, welke de
scheepsmaat dapper verdroeg). Uw leven ver
zekeren kant gij niet, want gij bebt geen
geld gij vraagt mij das om geld te leenen
zonder eenige zekerheid hoegenaamd, want
aangenomen zelfs dat gij zoudt willen betalen,
zou uw dood dat kunnen voorkomen dat is
een ander punt (en een nieuwe stoot trof den
armen jongen, die de pijn des te harder ge.
voelde, naarmate zyne hoop begon te ver
flauwen). Maar, ging M. Small voort, Waar
blijkend ingenomen met zijne eigene redenee
ring, er is een ander pant, hetwelk nog niet
is aangeraakt, en dat is, dat wij als goede
christenen somwylen ons geld zonder waar
borg moeten leenen, ja zelfs het weggeven.
Zoo dus, O'Donahue, kunt gij aan M. Sleek
zeggen hem bet geld te geven. Dit is bet laat
ste en beste punt, niet waar En hy besloot
zijne redevoering met eenen stoot in de rib
ben van den scheepsmaat, welke hem bijna
den adem benam. Wij geven dit als een
staaltje van de redeneerkunde van M. Small.
De admiraal komt de straat in, mijn
beer, zegde Sleek binnentredend en ik geloof
dat hij naar bier komt.
den uier vóór het kalven, al zijn ze nog
zoo groot, doen in den regel geen kwaad,
a a
Wij lezen in het Landbouwblad van
Limburg
Duur der bewaring van zoete boter.
De duur der bewariag van zoete boter
hangt veel af van de bereidingswijze. In
't algemeen bewaart de boter, uit zuren
room bereid, veel laDger.
a
De samenwerkende melkerijen. Ia
sommige gedeelten des lands prijst men
niet Daar hare juiste weerde het nut van
deze inrichtingen, en bier en daar tellen
zij zelfs hevige bekampers. Het is een
feit dat men hierbij veel moet afrekenen
met de esprit de routine of ouden slenter,
die op den buiten diep ingeworteld is,
doch dank aan den ondernemingsgeest be
gint de boer in te zien wat groot belang
hij kan trekken door zijne bijtreding aan
ne samenwerkende melkerij.
Deze voordeelen spruiten eens te meer
uit het verslag over de werkingen in
1900-01, van de samenwerkende melkery
van Oostcamp. bij Brugge, die sedert 10
jaar bestaat en eene modelnricbting mag
genoemd worden.
Van October 1900 tot October 1901,
werd er 6,553,263 kilos melk verwerkt
gemiddeld was er 26,5 kilos melk noodig
om 1 kilo boter te maken.
De melkerij heeft 246,797 kilos boter
voortgebracht, die aan den gemiddelden
prijs van fr. 2,85 de kilo verkocht wer
den.
De leden hebben 9 ll* centiemen per
geleverde kilo melk getrokken.
Het getal leden is van jaar tot jaar
aangegroeid en overtreft tegenwoordig
het cijfer van 700.
De inrichting van Oostcamp, die in den
beginne zeer klein was, werd vergroot
naarmate de noodwendigheden zij is
thans eene groote en schoone fabriek,
met eene machtige stoommaclnen, eene
ijsmachien en al de volmaakte toestellen
der melknijverheid.
In alle groote tentoonstellingen, onder
ander te Brussel en Parijs, bekwam de
boter van Oostcamp groote pryzen en op
alle markten staat zij aan de hoogste
prijzen.
Groote feesten zullen toekomend jaar
plaats hebben om het lOjarig bestaan van
dezo bloeiënde inrichtiug te vieren.
dienstdoende Apotheker, Woensdag 25
December (Kerstdag), M. Meganck,
Leopoldatraat.
Small, die het niet waagde met admi
raals te redeneeren, maar jegens zulke groote
mannen uiterst beleefd was ging naar buiten
om den admiraal met den hoed in de hand te
ontvangen.
Wel, M. Small, sprak de admiraal, laat
ons nu eens over zaken spreken. Ik heb on
verwacht orders gekregen om Porthsmouth
te verlaten. Zoo mogelijk moet ik met het tij
vertrekken. De schepen sullen gereed zijn,
want ik weet wat onze mannen kannen doen,
als het noodig is maar gelijk gij weet, heb
ik niet den minsten voorraad aan boord. De
vloed is al bijna een uur begonnen en wy
moeten zeilen als de eb invalt, want eene
vertraging van twaalf uren is eene ernstige
zaak. Zeg mij nu eens hier is de lijst der
beuoodigheden booten zullen er klaar liggen
en volk in overvloed om alles aan boord te
brengen kunt gij op dien tijd gereed zijn
Wat ontzaggelijke lijst, en op dien kor
ten tyd.
Het is nu elf uren, kan alles om vier
uren gedaan zijn dat ia de langste tijd dien
ik u geven kan.
Onmogelijk, sir William.
Het is van het grootste belang dat wij
om vijf uren afzeilen ik moet en zal hst
doen maar het ia hard gedurende den gan-
schen tocht gebrek te moeten lijden.
Waarlijk, sir William, sprak M. Small,
als het mogelijk was zou ik het doen, maar
twee koeiën, zoovele schapen, hooi en alles
moet nog van den buiten komen, wij zonden
dit nooit kannen doen. Morgen ochtend mis
schien,
Nu, M. Small, ik heb nog geen scheejjs-
agent benoemd zoo gij mij hadt willen hel
pen.
Nu kwam Jos vooruit en overzag de lijst.
Kunt ge mij zeggen, mijnheer, vroeg hy
aan den vlagofficier, of de Zenobu of ds
Orestes met het eskader afreisen
Neen, die blijven hier, was het ant
woord.
Ik vraag u om verschooning, M. Small,
hernam Jos ik vormeen dat wij met eenige
schikkingen te nemen, het kunnen gedaan
krijgen.
Waarlijk, riep sir William.
Ja, sir als gij onmiddelijk bevel wilt
geven dat er twee booten aan land komen
met eene flinke bemanuing om my te helpen,
beloof ik u dat het gedaan zal worden.
Goed gezegd, O'Donahue sprak de
kapitein wij kannen gerust zyn, admiraal,
als hij het zegt, zal het gebeuren.
Kaa ik er op rekenenM. O'Donahue
Ja, sir William alles zal in orde zijn.
Wel, M. Small, als uw klerk zyn woord
houdt, zult gij mijn agent zyn voor den buit.
Goeden morgen.
(Wordt voortgezet.)