Zondag 5 December 1911
5 centiemen per nummer
65,,e Jaar 4420
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan
van do Stad en 't Arrondissement van Aalst.
I HUB VAN SALMON.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
BERICHT.
Leesl en verspreidtDe Denderbode
Noch God,
noch Meester.
Slad Aalst.-Werkbeurs
Onze Brieven uit Katanga.
De Bok
kenrijders
Op Chipka.
Van Burst naar Katanga,
NDERBOD
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
ïaiQg van den volgen i-sn dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
ie Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop ce betalen. De inschrijving
siudigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont*
vungeu zijn ten laste van don schuldenaar.
Men Schrijft in bij G. Van de Putte-GooMens, Korte Zoutstraat, N* 31
n in alle Postkantoren des Lands.
CCJKQKJB HUUM.
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op
3"* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen tich te wenden ten bureele van
lit blad.
De personen welke een abonnement
nemen aan de De Denderbode voor
liet jaar 1912 zullen het blad van heden
af ontvangen tot Nieuwjaar
RDSTEIOOH.
Men kan zich abonneercn aan u De
Denderbode op ons bureel 31, Korte
Zuutstraat 31, en ten Postbureel door
welk men bediend wordt.
l'RIJZEN DER ABONNEMENTEN
Voor de stad tweemaal ter week fr. 5,00
Voor oen buiten 6,00
id. eenmaal 4,00
De abonnementsprijs moet vooraf betaald
worden.
Noch God, noch meester! dat is de
kreet der goddeloozen.
Noch God, noch meester! dat is het
strijd k reet voor liet eerst uitgeschreeuwd
door Godshaters bezield met eene helsche
razernij tegen deD Godsdienst.
Noch God, noch meesterdat is hel
alarmschreeuw door den duivel, den
boozen geest, aan de vrijmetselaars inge
geven.
't Was nacht en 't was duister.
In een geheimzinnig vertrek zaten
eenlge kerels schuimbekkend van helsche
woede, grijuslacheude van haat.
Aan zekere kenteekens kon men on
derscheiden dat die plaats de kerk was
van den duivel en die personen aanhan
gers der vrijmetselarij.
De duivel, de geest des kwaads, was
met hen, snoerde hun harten te zamen
door den haat tegen Christus en de Ka
tholieke Kerk.
Gedaan moest het zijn met het chris
ten leven in Bt-lgië.
Gedaan moest het zijn met het gods
dienstig familieleven.
Gedaan moet liet zijn met den open
baren Eeredieust aan God verschuldigd^
Het kruis zou uit de scholen gesmeten
worden uit de gasthuizen, van de bed
sponde der zieken verwijderd-
De kerken zouden gesloten worden.
Weg de tafel des Heeren, waar geen
onderscheid tu3schen rijken en armen
gemaakt wordt.
Weg de biechtstoelen waar rechtveer-
digheid, broederliefde en zuiverheid
worden gevrijwaard.
Weg de stoel der waarheid, waar men
leert dat na de dood alle goed beloond
en alle kwaad gestraft zou worden.
De kloosters zouden gestolen en de
kloosterlingen verbannen worden.
29e Vervolg.
Voor wy de poort van de kraal bereik,
ten,verdween de maan geheel en de sterren
schil terden nu aan een inktzwarten heme
Elkander bij de hand houdend, strompel
den wy voort in do duisternis.
XII. Voor den slag.
Gelukkig voor ons, kenden de oversten
en Infadoos de wegen der groote stad vol
komen,- zoódat wij, ondanks den zwarten
nacht, toch snel vooruitkwamen.
Meer dan een uur gingen wij voort tot
dat ten laatste de verduistering begon te
eindigen en die rand van de maan, welke
het eerst verdwenen was, weder te voor
schijn kwam. Een dunne lichtstraal gleed
plotseling over het landschap, wat een
verrassende uitwerking was. Weinige
minuten later verloren de sterren, haar
schittering en konden wij zien waar wy
zoo wat waren.
Wij hadden de stid Leu geheel achter
den rug en naderden een broeden platten
heuvel, ongeveer twee mylen in omtrek
hebbende. Deze heuvel, welks vorm m
Zuid Afrika vaak voorkomt, was niet hoog;
Uit hun land zouden ze verjaagd om
arme en zieke menschen ondersteund en
etiO'isl te hebben.
Uit hun land zouden ze verjaagd, om
kinderkeus van hun prilste jeugd in eer
en deugd te hebben opgeleid.
Uit hun land zouden ze verjaagd, om
belofte gedaan te hebben ganse!) hun
leven in gehoorzaamheid, armoede en
zuiverheid door te brengen.
En daar zaten die kerels, schuimbek
kende van helsche woede eu grijns
lachende van razernij....
En ze zwoeren het. bij den duivel.dat
ze het katholiek Geloof gingen wegva
gen.
En ze zwoeren het, bij den duivel, dat
in België de Kerk van Christus te niet
moest.
En ze zwoeren het, bij den duivel,
dat liet rijk van Satan, het rijk der ver
volging, het rijk der goddeloosheid ging
aanbreken.
En daarom zouden liberalen en socia
listen op het ordewoord der vrijmetse
larij moeten hand in hand gaan.
En daarom zouden liberalen en socia
len hun eigen programmas laten varen
om samen den strijd tegen den Gods
dienst aan te bieden.
En daarom zouden liberalen en socia
listen door de armen van den boozen
geest omstrengeld worden.
De duivel, de hoofdman dor vrijmet
selarij, brandde in In t liberalismus en in
het social ismus hetzelfde ken teeken
den godsdiensthaat.
Beide partyeu stuurde hij in dezelfde
richting: tegen het Geloof, tegen outaar
en heard
Beide partijen klonk hij vast aaneen,
door een verraderlijken kus die walgde
van valsche verkleefdheid.
Het was en het zou cartel zijn.
Noch God riep de geus noch
meester antwoordde de socialist
't Werd dag en 't werd licht.
De klokken bomden en bonsden door
het luchtruim zij riepen de geloovigen
ter kerke.
Van achter de gouden deur des taber
nakels sprak de God-Zaligmaker De
poorten der hel zullen tegen mijne Kerk
niets vermogen. Stel uw betrouwen op
Mij, en met het wachtwoord :geen haat,
maar liefde voor God en het Vader
land ten strijde
Worden gevraagd door de Patroons
2 Schrijnwerkers.
1 Smeder bankwerker.
1 Loodgieter zinkbewerker.
Vragen der Werklieden
1 Ajusteerder Werktuigkundige.
1 Ajusteerder IJzerdraaier.
de grootste verheffing was niet meer dan
tweehonderd voet de vorm was ongeveer
die van een paardenhoef en de hellingen
waren steil en vol oneffenheden.
Op het grasland van den top was over
vloedig ruimte voor een kampement de
heuvel werd dan ook gebruikt als een
militaire sterkte, waarvan do waarde niet
te miskennen viel. Het gewone garnizoen
was ter sterkte van drie duizend man, maar
thans waren er vele regimenten gelegerd
Een voor oningewijden niet gemakkelyk
te vinden pad voerde langs de hellingen
naar boven. Eindelijk op ue grasvlakte van
den top aangeland, vonden wij daar, hij
het terugkeerend maanlicht, talryke groe
pen byeen, die hunne legersteden verlaten
hadden en met vreeze het natuurverschijnsel
gadesloegen, waarvan zy de verbaasde ge
tuigen waren.
Zonder een woord te spreken tusschen
de krijgers doorgaande, bereikten wy eene
hut in het middenpunt van de hoogvlakte,
waar wij tot onze verwondering twee man
nen vonden wachten, beladen met onze
weinige goederen en andere voorwerpen,
die wy bij onze overhaaste vlucht niet eerst
uit ODze hut hadden laten halen.
Ik heb erom gezonden, zoo verklaarde
Infadoos, evenals om deze dingen.
En hij hief Good's lang verdwenen
bovenkleederen in de hoogte.
Met eene uitdrukking van groote vreugde
maakte Good er zich meester van en aan
stonds begon hij ze aan te trekken.
Landbouw en Veeteelt.
Onder die beide opzichten is Lukon-
zolwa een post van belang en die helaug-
rijkheid zal zich in de toekomst nog
meer en meer uitbreiden, gezien den
gunstigen toestand van zijn klimaat en
net welslagen zijner raodelhoeve.
Eene modelhoeve? vraagt ge met ver
wondering. Wel zeker, het Gouverne
ment heeft hier eene modelhoeve opge
richt, die later als eene landbouwschool
zal kunnen dienen waar de kol misten
en landhouwageutec zullen komen put
ten aan de bronnen der ondervinding,
die steeds was en wezen zal, de beste
school, de beste leermeesteres.
Wij bezitten hier reeds eenen aan
zienlijken veestapel 89 stuks hoornv«'e,
meer dan 100 schapen en rond de 100
geiten!, een veestapel, die gezien de ge
boorten, zich dagelijks meer en meer
uitbreidt. Kortelings nog lieeft.de Heer
Valdouio, veearts ons 3 varkens aauge-
bracht, zoodat wij nu den varkonskweek
ook zullen kunnen beginnen.
Slechts eokele jaren geleden, werd
het vee hier geplaatst, en de kudde heeft
zich op die enkele jaren sterk vermenig
vuldigd zooals ge ziet. Zoo ik mij niet
bedrieg was dit eerste vee afkomstig uit
de Duitsche Afrikakolonie, eu de ge
zondheidstoestand is steeds bevredigend
geweest. Sterfgevallen en ziekten onder
het vee zijn zeldzaam, en hieraan te
wijten dat men bijna geen tsé-tsé vin-gen
in en rondom Lukonzolwa aantreft
Die tsé-tsé vlieg, is de meest te vreezen
vijand voor de kudden, immers aan de
steken dier insekten moet men het wij
ten dat de vreeselijke slaapziekte het
vee aantast en gansche kudden doét uit
sterven. Het is thans onomstootelyk be
wezen, dat het ontginnen en bebouwen
van den grond de tsé tsè doet verdwijnen
en zoo eens de gansche Kolonie door den
landbouw ontgouuen is, dan zal van zelfs
die gevreesde plaag voor menschen en
dieren uitgedaan hebben.
Het vee graast hier jaarin. jaaruit in
de weiden, tijdens het regenseizoen op
de hoogten en daar treft men zelden
tsé-tsé aan, tijdens het droog seizoen in
de dalen na zich vooraf verzekerd te heb
ben dat er in die pleinen geene massas
tsé-tsé aanwezig zijn. Voor den gezond
heidstoestand dus van menschen en vee,
dient men op groote schaal den land
bouw aan te vatten, doch daarvoor is
het noodig over groote werkkrachten te
beschikken, stoommachienen of osseu
en paarden
Reeds zijn er hier 8 ossen gedresseerd
en alle dagen gebruikt men ze om de
gevelde boomen uit het woud te halen.
Is eens dit werk gedaan dan zal men
beginnen die overgroote pleinen om te
werken met de ossen en ligt het land
gereed om bezaaid en beplant te worden.
Dit dresseeren der osseu gaat gemakke
lijk wanneer het jonge dieren geldt,
Myn meester gaat toch zijne schoone
beenen niet voor ons verbergen riep Infa
doos met spijt uit.
Maar Good bleef by zijn voornemen,
zoodat voor de Kukuanas de kans voorbij
was zijne... schoone witte beenen te be
wonderen. Good was een zeer bescheiden
man. Voortaan moesten zij zich vergenoe
gen mot zijne eene ongeschoren wang. zijn
glinsterend oog en zijno bewegende tanden
Nog steeds met spijt naar Good's lange
broek ziende, legde Infadoos ons uit, dat
hij de regimenten gelast had, by zonsop
gang aan te treden, ten einde hen den
oorsprong en de omstandigheid van den
opstand, waartoe de oversten besloten
hadden, bloot te leggen en hen den waren
koning der Kukuanas, Iguosi, voor to stel
len.
Overeenkomstig dit bevel stonden de
troepen een twintigduizend man en do
keurbende van het Kukuanaleger even
na het aanbreken van den dag geschaard
op de open zijde, spoedig omringd door de
voornaamste oversten en officieren.
Tot dezen richtte Infadoos, nadat er
stilte was bevolen, het woord. In krachtige
welsprekende taal hij bleek een geboron
redenaar bracht hij in herinnering do
geschiedenis van Ignosi's vader, die door
Twala laaghartig was vermoord en wiens
vrouw en kind verdreven waren. Daarna
wees hy er op dat liet volk morde en
zuchtte onder Twala's wreede regeering.
waarbij hy natuurlyk niet vergat de toover-
i
hebben zij echter reeds tamelijken ouder
dom dan heeft men er meer moeite mee,
d«icli op liet einde gaat tiet lOCli. VVi.i
hebben hier eenen stier en eenen os ieder
van minstens 5 jaar oud die nu goed ge
dresseerd zijn en veel werk verrichten.
De werkdieren het meest, doch het
ander vee ookkri jgen dagelijks manioc,
dit is hun eeue lekkernij en tevens een
goed voedsel. Jonge kalveren en lam
meren laat men de moedermelk opzui
gen, wat hun van jongs af stérk en ge
zond maakt. Sterft echter het kalf bij de
geboorte dan wordt de koe gemolken.
Do melk opbrengst is niet aanzienlijk in
Congo doch de melk is riji aan vetbe-
standdeelen, wat de geringe opbrengst
veel vergoedt.
Het vee is van middelbare groote doch
met goed afgeteekende deelen sommi
gen hebben tusschen de voorschouders
eenen aanwas (zebuj anderen niet. Men
vindt hier vee met groote lange horens,
sommigen is de ruimte tusschen de twee
uiteinden der horens soms meer dan
2 meters. Niet zelden ontmoet men op de
groote wogen een span ossen van 14-16
vóór een langen wagen.
Men richt de ossen ook af als last of
draagdieren en voor rijdieren als een
paard, om verre afstanden af te leggen,
of in een klein wagentje.
Wij hebben liier ook kiekens en een
den. 't Is meest de heer Tiieryfayt die
zich met het gevogelte van hut neerhof
bezig houdt. Die kudde van smeert-het-
al-op, groeit wonderlijk aau, hoeveel
jonge kiekjes wij nu hebbeu is mij on
mogelijk te zeggen, 'l Is oprecht spijtig
dat de hoenders hier zulke kleine eieren
leggen, 't zijn maar goede duiveneieren
en ook dat de hennen zoo klein zijn,
want ik vind de kiekens hier heel sma
kelijk, doch men kan op zijn duizend
gemakken er eentje oppeuzelen, want
zijn het smakelijke hei zijn ook kleine
brokjes.
Door het kruisen met de groote Belgi
sche rassen als Orpingtous, Mechelsche
Koekoeken enz., hopen wi j de hoender-
gestalte te zien verbeteren en mogelijks
ook de eiergrootte, 't Ware dus eene
dubbele verbetering.
Lukonzolwa. 1 October 1911.
Petrus COSYN.
MAATSCHAPPIJ
Het Bestuur heeft, in vergadering van
21 November 11., vastgesteld dat do 45te
verjaring zal gevierd worden op Maandag
18 December aanstaande.
Om 10 uren plechtige zielmis, ter
St Martenskork en om 7 uren 's avonds
Avondmaal.
jacht te noemen, waarin, onder voorwend
sel boosdoeners te zijn, velen van de edel-
sten des lands zonder vorm van proces
waren ter dood gebracht.
Zijn volgende punt was, dat de witte
mannen van de sterrun, neerziende op het
land, met medelijden de ellende ervan be
merkt hadden en besloten waren tusschen
beiden te treden. Zij waren afgedaald en
hadden den waren koning der Kukuana's
Ignosi, die in den vreemde rondzwierf, bij
de hand genomen en hem over de burgen
heengeleid.
Zy hadden de hoosheid van Twala's
daden gezien ten teeken van hunne macht
en om do arme Foulata te redden, hadden
zij hunne tooverkunst getoond door de maan
te verduisteren en Scragga te dooden. Zij
waren nu bereid hunne macht verder te
toonen, ten einde Twala te veratooten en
den waren koning op den troon te plaat-en.
Zijne rede werd met teekenen van goed
keuring begroet.
Daarop trad Ignosi naar voren en begon
te spreken. Na kortelyk herhaald en nog
eens toegelicht te hebben hetgeen zijn oom
had gezegd, eindigde hij zijne indrukma
kende toespraak met deze woorden
O, overste, kapiteins, soldaten en
volk, gij hebt mijne woorden gehoordGij
moet nu kiezen tusschen mij en hem, die
op den troon zit, hem, die zijn broeder
vermoordde on diens vrouw en kind wilde
doen omkomen in koude en duisternis. Dat
ik do ware koning bun kunnen dezen hij
Maandag 11. reeds vroeg in den mor
gen wierd er geklopt aan de deur van
't salonske op Chipka alwaar Pie, op
bandekes van gazetten zijne wekelijk-
sclie opgevatte gedachten en droomcrijen
aan 't neêrkribbelen was voor den opstel
zijner zeeverbladen.
Pie. Binnen
De aanklopper is niemand anders dan
Prullemans, de dooruufiige razer van
Deuderliautem.
Pie bekijkt hem en zegtWel wat is
me dat Zit het niet goed in den haak
met Mia Onrust en misnoegdheid
staan op uw aangezicht te lezen Wat
schilt er
Prullemans. Hoe wilt gij mij dat
vragen Heb ik in Dien Dender
bode niet gelezen, die samenspraak
van U met Charles en Stien Denken
die nieuwbakken demokralen dan toch
ons, oude strijders, vóór te springen 6Q
zich alle eer en winstgevende plaatsen
toe te eigenen Ja, gij zelfs wordt door
die mannen bedreigd die al te gemakke
lyk onder onze werkers zijn aange
nomen geweest... En denkt toch niet,
Pie, dat de buiten zich zal laten in de
doekskes doen gelijk die verblinde man
nen van uwe stad Osbroeck Er
zullen andere banden van de groene kuip
afspringen Zijn wij dan van geen tel
meer en hebben wij dan maar gediend
om de kastanies uit den heerd te schar-
ten voor 'nen Menheer den advokaat en
'nen Menheer den Baron
Pie. Moderato, vriend Zoo verre
is het nog niet gekomen ik ben niet
voornemens mij over het hoofd te laten
zien door die nieuwe democraten wij
hadden die enkel noodig om hier in
Aalst onze wraak bot te vieren nu
gaan wij trachten ze dapper aan de
achterwacht te zetten.
Prullemans. Doet het dan zoo dap
per mogelijk, want de vriend van Erpe
en anderen zelfs hier in de stad beginnen
op hunnen poot te spelen.
Pie. Dit zal weldra op zijn effen
gezet worden, Prullemans,en er zal voor
de kiezing 'nen Poll moeten plaats heb
ben voor de Kandidaten ge weet ik heb
er altijd voorstaander van geweest.
Prullemans. Ja, Pie, ge zijt reeds
van zooveel verschillige dingen voor
staander geweest, dat we niet meer
weten waaraan ons te houden, maar
pas op De zaken moeten zeer korte
lings klaar gesponnen worden of 't is
er meê gepasi De echte, de ware volks
gezinde partij komt tot stand werk
lieden van stad en buiten willen van die
democraten Menheeren.plaatskesjagers,
niet weteu.
Pie. Wees gerust, vriend, er zal
voor gezorgd worden. Ik vertrek naar
Brussel om nieuws in de Bureelen der
Ministeries en indien ik daar verneem
dat personen, door de tusschenkomst
van den eenen of den anderen, eeuig
wees op do oversten getuigen, want zij
hebben het teeken van de slang om myn
middel gezien.
En als ik de ware koning niet was,
zouden dan deze witte mannen mij ter zijde
staan met hunne tooverkunst Oversten,
kapiteins, soldaten en volk, is niet de duis
ternis, die zij op het uur van de volle
maan over het land brachtten om onze
vluchtte dekken, het zekerste bewijs?
Het is zoo, antwoordden de soldaten.
Ik ben de koning, ging Ignosi voort,
zich in zyne volle lengte oprichtend en de
breede strijdbyl zwaaiend. Als er iomand
onder u is. die er aan twijfelt, laat hem
dan vooruit treden en ik zal met hem vech
ten, en zijn bloed zal het roode teeken zijn,
dat ik de waarheid spreek.
En weer zwaaide hy zijn machtig wapen,
dat flikkerde in 't zonlicht. Toen niemand
lust scheen te hebben de uitdaging te be
antwoorden, ging onze voormalige bediende
voort
Ik ben inderdaad de koning. En zoo
gij mij bijstaat in den slag en ik overwin,
zult gij met mij gaan in glorie en eere. Ik
zal u ossen en land geven en gij zult aan
't hoofd staan van mijne regimenten. Als
gij valt, zal ik met u vallon.
En nog een paar stappen vooruit tredend.
En zie, ik geef u deze belofto als ik
op den troon mijner vaderen zit. zal het
bloedvergieten uit zyn in dit land. Niet
langer zult gij vergeefs om rechtveerdig-
heid roepen, niet langer zullen geesten
voordeel mochten bekomen hebben,
kom ik dadelijk terug en begeef m bij
die personen en ik zal hen doen begrij
pen, dat het alleen door mijnen grooten
invloed is dat alles bekomen wordt. Zoo
werk ik standvastig in 't belang der
partij en nu tot ziens, Prullemans, en
slaapt gerust op alles...
Prullemans weggaande mompelt
Welke comediant is me toch dien Pie
Wat had Plancquaert toch gelijk toen
hij schreef
't Is 't lot van al wie een Daens helpt
en ondersteunt, van er van gefopt te
wordendit is niet zeer christelijk maar
't is echt Daensch.
Reisbeschrijving
door Petrus Cosyiv.
Van Kaapstad naar Elisabetstad.
TWEEDE DEEL.
XVI.
21 Maart 1911. «De Kildonan
werpt dus zyn anker uit voor Kaapstad en
van op het dek gaan wij Afrika's gouden
kusten onzen eersten groet brengen. Ja,
0 ïa» £egroet, gegroet, uit ganscher harte,
land van verlangen, land van werkzaamheid
en bedrijvigheid, van onbedwingbare hoop
maar ook land van in 't oude Europa onbe
kende geesels.
Gegroet ook gy parel, aan de kaap de
Goede Hoop gy Kaapstad, welke als
een vorstin troont aan den voet uwer
hemelhooge steengryze rotsen, wier toppen
nooit door planten worden gesierd of ont
sierd en zoo stijl dat geen menachenvoet
die bezwaarlyke hoogte kan bestygen.
Zooals wij die rotsachtige bergen thans
beschouwen, bij het licht der opkomende
zon, schijnen die bergen te vlammen on als
vulkanen te rookon. Om hunne toppen
zweeft gestadig eene donkere wolk als de
rook uit eene fabriekschojw.
En die grijze rotsnesten, die er als
eeuwenoude vervallen kasteelen uitzien,
omringen ten allen kanten, uitgenomen
langs de ze»zyde, de vriendelijk lachende
Kaapstad
Om 7 ure drukten wij op het dek de hand,
voor een laatst vaarwel, van onze reisge
zellen, nemen afscheid van onze vriendelij
ke officieren en gargons en verlaten, met
onzen geleider van het huis Coock, de haven
van Kaapstad om Afrika's bodem te betre
den. De motortram voert ons naar het
Grand Hotel, waar men ons verwacht. Een
klein eindje van ons hotel zet men ons af
tegen het standbeeld van Joan Van Riebeek.
't Is eer. prachtig gedenkteeken, goed
uitgevoerd en goed op zijne plaats juist
vóór den ingang der dokken. Wie of wat
de man echter was, of wat hy heeft uitge
richt weet ik niet. Onder den weg naar het
hotel komen wy eenen heer tegen welken
ons in het Vlaarasch vraagtZijt gij geen
Belgen, heeren Op ons bevestigend ant-
bezweerstor8 u uitzoeken om zonder reden
gedood te worden. Niemand zal nog ster
ven dan die tegen de wetten handelen.
Rechtveerdigheid zal waken over hot
land en ieder zal gerust in zyn eigen hut
kunnen slapen. Hebtgy gekozen oversten,
kapiteins, soldaten en volk
Wij hebben gekozen, koning, luidde
het antwoord.
Het is goed. Wendt uwe hoofden om
en zie hoe Twala's boodschappers naar alle
kanten do groote stad verlaten, om een
machtig leger bijeen te roepen, dat moet
strijden tegen mij en u, en tegen mijne
machtige vrienden en beschermers. Morgen
of anders overmorgen zal hy ons aanvallen
met allen die hom getrouw zyn gebleven.
Dan zal ik zien wie inderdaad aan mijne
zijde staat, wie niet vreest te sterven voor
eene groote zaak. By 't verdoelen van den
buit, zal deze niet vergeten worden. Ik
heb gesproken, oversten, kapiteins, solda
ten en volk. Gaat nu naar uwe hutten en
maakt u gereed voor den oorlog.
Eene stilte ontstond totdat een der over
sten de hand ophief en met luider stem den
koninklijken groet Koom uitsprak.
En onmiddelijk word die groet door de re
gimenten herhaald, 't Was het teeken dat
de soldaten Ignosi als hunnen koning or-
kmden.
Daarna trokken zij af.
(Wordt voortgezet)