Zondag 30 Juni 1912. 5 centiemen het nummer. 65ste Jaar 4502. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM, van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Het Katholiek Programma GELOOF EN LIEFDE Uil mijn Congoleesch dagboek Congres van het Davidsfonds. DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagteekening van den volgenden dag. I)e prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank mei den Post verzonden 0 frank 's jaars, fr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwit- lantiën doo de Post ontvangen zijn ten laste van don schuldenaar. Men schrijft in bij G. VAN DE PUTTE-GOOSSENS Korte Zoutstraat, nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op 3d# bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den Dijnsdag en Vrijdag in den voormiddag. Voor de advcrtentiën uit vreemde landen zich te wenden ten hureele van dit blad. CUIQL'»'. BUUM. Aalst, 29 Juni 1912. Onze Katholieke Ministers hebben het Katholiek Programma bekend gemaakt, welk zij, na de schitterende zegepraal op 2 Juni, zullen ten uitvoer brengen. Wij mogen vertrouwen stellen in hun gegeven woord, want zij staan bekend als eerlijke lieden, bezield met taaien wil en ongemeene krachtdadigheid. Men oordeele De heer LEVIE, Minister van financiën, sprak te Charle roi bij de - Ouvriers Réunies en deed een gedeelte van het programma der Regeering kennen en verklaarde Wij zullen niemand verwonderd doen opzien, zegde hij, als wij zeggen dat wij voort zullen besturen zooals wij tot hier toe bestuurd hebben. De nationale belangen zijn nooit ver waarloosd geweest maatschappe lijke wetten, wie heeft ze gemaakt tenzij wij, Katholieken, en dal al dikwijls tegen den weerstand der liberalen en de ont houding der socialisten. Wij zijn het die het boekwerk der sociale wetgeving in België geschreven hebben. Ik heb gesproken van de werklieden pensioenen veel is op dat gebied ge daan de wel van 1900, de uitbreiding dier wet en het pensioen der mijifwer kers die er een bijzonder kapittel van is. Het uur is gekomen om eender gelijk stelsel in te richten voor al de werklieden van ons land. Ik hoop dat het de vreugde van mijn loven zal zijn Ie hebben medegeholpen aan de verwezenlijking van dat program. Do werklieden-pensioenen worden nu dooi- allen betracht. Men mag degenen die op de ouder- doinsgrens gekomen zijn, niet overlaten aan de openbare weldadigheid. Moet de werking der nieuwe inrich tingen, in eene samenleving die onzen graad van beschaving bereikt heelt, het bestaan niet verzekeren van degenen, die niet bekwaam zijn er in te voorzien Men moet. lot de oplossing van dat vraagstuk komen dat de heele wereld bezighoudt. Ook hoop ik, dat ik mij voorde kie zingen van 1914 niet zal aanbieden zon der de oplossing van dat uitgebreid en prachtig ontwerp. En de Werkmanswoningen Op dat gebied ook kan meer en boter gedaan worden. Men moet zooveel mogelijk maken dat de huisvader zijn eigen buis bezitle. Het is liet beste middel tot verzede lijking. Geschiedkundige ridderroman uit den eersten kruistocht door Petrus Van Nuffel. 4® Vervolg Stikdonker was de nacht. In eenen ruwen mantel gedoken, stapte de schildwacht de legerplaats op en neer. Nu eens bleef hij staan, ging dan weer voort, verhaastte of vertraagde zijnen tred, naar gelang van den loop der gedachten, die hem op dit oogenblik bezig hielden. Strak gluurde hij den vóór hem staanden burcht aan. Alles scheen daarbinnen te slapen, lijk den grijzen reus zelfgeen torenbewaker ginds omhoog; geen grim mend oog voor het kijktorentje, niet3 liet scheen als eon gesloten graf. Wie huisde er Vriond of vijand Geloof of onge loof Scherper aanstaarde de nachtwan delaar den sterken ringmuur, de hooge transen éen voor éen mat hij in den geest de breedte der grachten, telde opde vingers de menigvuldige schietgatenStil!.... Een lichtje glimt op den muur meer om meer flikkert het en werpt eindelijk een breeden straal op eene wegsluipende schim. De soldaat hoort hoe hem 't harte bonst en terzelvertijd het gesuis van onderdrukte Ik hoop dat binnen kort eene Commis sie zal ingesteld worden, welke die kwes tie zal bestudeeren, opdat wij weldra eenen groeten stap voorwaarts zouden kunnen doen op het gebied der wet betreffende de werkmanswoningen. De bijzondere voorhand neming moet aangemoedigd en versterkt worden. Er is nog eene klas van Belgen voor welke iets moet gedaan worden, name lijk,de kleine burgerij Het krediet van de kleine burgerij, ziedaar wat alle menschen van goeden wil bekoort. De heer de BROQUEVILLE, Kabinetshoofd, Minister van Spoorwegen, enz. - Wij winnen duizenden stemmen; in plaats van achteruit te gaan, herbe ginnen wij den loop van onze zege pralen. 't Is een bewijs dat het land tevred ;n is over ons, 't is een bewijs dat lvt land eenekranigeen gematigde politiek vraagt Ik zal al doen wat ik aangekondigd heb en beloofd. De overwinning zal voor ons eene reden zijn om gematigd voort te doen. Wij willen langsom meer eene partij zijn, die open staat voor alle menschen van goeden wil, om alle goede burgers onder ons vaandel te scharen, in één woord, eene nationale partij. Wij willen hel land besturen in 't belang van het land en niet iu 't belang van eene kleine groep personen Voor wat de schoolwet aangaat, wij willen de vrijheid van den huisvader verzekeren en organi seeren wij willen niets méér wij willen voorrecht voor nie mand. De heer BERRYER. Minister van Binnenlandsche Zaken. - Wij zullen onze wijze, voorzichtige en gematigde politiek voortzetten. Wij zullen van onze zegepraal geen misbruik maken... Wij zullen onze sociale politiek nog meer op den voorrang brengen met wijs vooruitzicht, om aldus alle menschen van goeden wil rondom ons te scharen. De zegepraal leert ons ook dat wij ons vaandel nog ruimer inoetpn laten open- wapperen, onze inrichtingen nog ruimer openzetten. De menschen die voor ons ge stemd hebben moeten wij met open armen ontvangen en hen eene plaats in onze rangen laten zonder afstand te doen van hunne geliefkoosde gedachten en gevoe lens. De heer RENK.IN, Minister van Koloniën. Wij hebben aan de Belgen gevraagd of zij dachten gelijk wij, dal de huisvader het recht heeft om in volle vrijheid de school te kiezen voor zijne kindors, en ook liet recht die vrijheid te doen eer-; biedigen. De Belgen hebben geantwoord ja Zondag hebben onze tegenstrevers dti( kinderen der oflicieele scholen volop in den poli'ieken strijd gejaagd.Wij hebben aan den ingang der kiesbureelen die kin deren propaganda zien maken voor dc liberalen en socialisten. Die kinderen moesten roepen u Redt ONZE SCHOLEN. Dat is een bewijs te meer dal onze tegenstrevers liegen als zij beweren dat de onzijdige school toegankelijk is voor iedereen. 't Is om de vrijheid van het onderwijs te redden dat wij gestreden hebben en overwonnen... Wij hebben eene machtige zegepraal behaald. Doch morgen herbegint de strijd. Wij moeten onze strijdgolederen altijd in gang houden. Onder Katho lieken moet of mag er geéne kwestie van personen zijn wij strijden voor het algemeen wel zijn wij strijden voor gedachten wij strijden voor een ideaal. Tegen de naaste kiezing zullen wij onze rangen nog versterken door eene stille, langzame en dagelijksche wer king.- De heer CARTON de WIART, Minister van Justitie. In 1910 zei M. Vandervelde, dat de liberale partij ging smelten gelijk suiker Z:ine voorzegging wordt waarheid. Gaan de liberalen bunnen eigenen gang gaan en onder de voogdij niet blijven van de socialisten Dat zij bun plan trekken. Doch ons plan is getrouw te blijven aan ons programma van gematigde po lilick Wij moeten dat overal laten I100- ren en doen verstaan. Van alle kanten zien wij de menschen van goeden wil naar ons toekomen. Daar zijn nu maar twee manieren van politiek te voeren De klassenpolitiek, en de politiek die voor doel heeft alle belangen vreedzaam naast elkaar te doen leven. Deze tweede manier is de onze. Nochtans, gematigheid is geen stilstand. Wij moeten alle vraagstukken die voorkomen, aanvatten bescher ming van den kleinen handel, arbeidsovereenkomsten voor klei ne bedienden, policie voor den buiten, sociale kwestie, school kwestie. Voor wat de schoolkwestie aangaat, wij zullen zien of onze tegenstrevers van zin zijn de vrijheid van den huisvader te waarborgen. Voor onze scholen vragen wij geene voorrechten. Om de loelagen te verkrijgen zullen wij dezelfde voor waarden moeten vervullen als de oflicieele scholen, doch ik herhaal hel nog eens wij willen absoluut dat de vrijheid van Jen huisvader heel en gansch verzekerd zij. - Ziedaar het gansche katholiek pro gramma verval in de onbewimpeld een dus zeer duidelijke verklaringen onzer achtbare Ministers. 't Is de opperste plicht van alle wel denkende Belgen dat uitgebreid pro gramma in de maat van hun vermogen te helpen verwezenlijken, daar het den vrede en de rust zal bewaren en de alge- meene welvaart moet verzekeren. Natuurlijk, het kan toch niet anders, de liberalen en socialisten zullen dit pro gramma bestrijden, stokken in de wielen steken maar wat wil men toch!., 't Is bij hen eene ingeboren kwaal, namelijk, dat zij mordicus alles moeten bestrijden wat door de Katholieken wordt voorge steld... N11, in alle geval ons Katholiek Ministerie en zijne Meerderheid zal er zich niet om slooren en zijne plicht we ten te doen stemmen... Zie, de gestalte is daarboven niet ineer alleen bun getal groeit steeds aan. Geen twijfel meer het is de beman ning van liet kasteel, druk aan den arbeid. Besluiteloos aarzelt de waker. Zou hij alarm slaan Naar gekerm trof schielijk zijn gehoor. I11 eene der slaaptenten waren twee kruis vaarder? getroffen door oenen pijl, hun voorzeker van het kasteel toegestuurd. Elk sprong recht en stormde naar buiten. Een regen van snydendo voorwerpen en zware steenen onthaalde hen van de tran sen, thans als met een regen van duivels bevolktvan de muurkap snorden scherpe schichten 111 hunne rangen. Verscheidene hunner waren vermorzeld neergestort, alvo rens zij zich goed rekenschap konnen geven van wat er gebeurde. Geen raad wetend, stonden de christenen als aan den gmnd genageld. Vooruit gebood de aanvoerder. Gezwind was het vijandelijk slot omsin geld. Jammer genoeg, maar wel te voorzien, de valbrug was opgetrokken. Niets raadplegende dan hu men hel denmoed sprongen velen in de sloot- grachten en wendden, met uiterste kracht inspanning, alles aan, om vandaar den ringmuur te bereiken. Hoe weinig hoop op welgelukken hundeze pogingen voorspelde toch was het niet bij machte hun van zulk besluit te doen afzien. Slechts wanneer zij hunne blikken in het ronde lieten dwalen, begon hun ijver te wankelen, hunne krach door Petrus Co»\,\. Stichting van den landbouwpost van Kitunguru. XIII. Mijne zoete aangename rust wordt .Verstoord door de komst van 2 zwarten eene vrouw en een man. Nini vraag ik, wal is er. En iiu beginnen ze alle twee gelijk te vertellen en-gebaren te maken zoozeer dal ik er na eene halve uur niets eer van versta en ik geboodzaakt ben 'j:>; bny t{* reepeü lic-htl. brengen in dien duisteren pot. Na vragen en liervragen verneem ik de volgende zaak 'De manahomet 11a buzi do gei tenhok van den sultan, of opperhoofd van liet dichtbijgelegen dorp, is in den moeshof dier vrouw gekomen zonder daartoe uitgenoodigd te zijn en heeft wat meer is, zonder loelat.ng de groensels in denhof afgevrelen en mingi, mingi, bwann, veel veel. De vrouw is zich gaan beklagen bij de sultan en heeft schade vergoeding gevraagd en de sultan heeft de vrouw betaald met klinkende munt of te hand- en slokgeld en weer mingi, mingi, bwana - en de vrouw wijst op alle deelen van baar lichaam. Daar ik met de rechterlijke macht niet belast ben kan ik aan het verzoek der vrouw, den wat al te ruwen sultan voor mijne recht bank te dagen en te veroordeeld), niet voldoen, en ik zend ze naar Lukonzolwa bij Kanicllé ik mout niet zeggen Chef Je poste want dien kennen zij niet, 111 wiens bevoegdheid zulke zaken vallen, daar bij rechterlijken officier is. Zoo'11 zaken en ook drollige waar men zich krom zou mee lachen komt een rechter lijk officier alle dagen tegen, voor alles wat ge maar uitdenken kunt loopen ze lot hem, zelfs voor hunne maar al te veelvuldige huishoudelijke krakeelen. 30 October Heden zal er te werken vallen. Van af ure zend ik nog eens 10 zwarten 't woud in 0111 barnbous te kappen. De anderen zullen de barnbous hier klieven en aan de palen vastmaken, met boomschors, zoo maakt men muren. Dit werk vordert goed en 's namiddags laat ik allen aan dezelfde bezigheid, 's Avonds zijn de muren bijna allen opge timmerd. Wanneer men zoo alles bij de hand heeft, staken, barnbous, en boom schors dan loopt het werk op wielekens. Morgen avond denk ik zal gansch het houten gevaarte opgetimmerd zijn, met dak en al Dezen avond nog eens onweer rond, 8 ure. 'k Heb u reeds gezegd dat ik hier een onweer gehad heb eenige dagen geleden, hewel dit was maar kindonnuziek, maar nu was het de groote harmonie die concert gaf, en in die weinig muziekale uitvoering die twee geslagen uren duurde, hoorde men niets dan de bas en den groolen trommel en sloeg men de maat wel met 5 vurige zwcepen gelijk, die door het donkere luchtruim kronkelden als zoovele vurige slangen, en liet klakken der zweepen, wanneer zij door de hemelruimte snorren is als de losbarsting van honderden batterijen geschut, zoodat men het plas sen van den geweldigen regen op uwe tent niet hoort, dan bij tusschenpooze» -.vanneer dit helsch muziek enkele secon den ophoudt. Of ik uit ganseher hart bad H. Donatus bescherm ons moet gij ook niet vragen, 't Was zoo klaar in mijne tent dat ik gemakkelijk kon schrijven zonder licht 31 October 'k Heb de rest van den nacht goed geslapen tot 's anderendaags, dus heden, om 51/2 ure. Ik zot seffens de gasten aan T werk. Immers beden moet, zonder ongelukken, liet ruwe getimmerte, zich gsfeeel $•?•--CStK. 'dak en al.'Dö sfal meet S meters in lengte, 5 m. in de breedte en is 5 in. hoog. Volgens mijn gedacht is hij wat klein en ik doe het dan ook M. Godin, wanneer hij mij 's middags komt bezoe ken, opmerken. O !t zal wel gaan zegt hij, 'I is grooterdau gij wel denkt Goed man, wij zullen zien, denk ik. Mijne zwarten zijn heden in de beste stemming. Zij weten immers dat liet vandaag -moisi ichia" is. dat de maand uit is en zij 't avond hunne solde zullen trekken, en zij kennen heel goed de waarde van het geld. E11 wanneer liet 's avonds dan ook 6 ure is, is de stal gansch opgemaakt, er moet nu nog enkel strooi op het dak gelegd worden en de muren 2 meters hoog met kleem bestreken. Nu de beta ling. Gij vraagt misschen wat winnen die zwarten wel.Hewel dit verschilt volgens hunne grootte. Zij winnen per maand hier de kleine van 8 a 10 jaar, (J frs de groote van 10 tot 20-25 jaar, 8 :i 10 frs. eu de capitas of hoofdmans 12 a 14 frs. Doch vergeet niet dat zij daarboven door liet gouvernement^ gekleed en gevoed worden. Gij ziet dat do zwarten hier in Congo door het Gouvernement mild behandeld worden, want er is in België, menige knecht bij den boer die zooveel niet wint, en er zijn dan ook eene menigte reglementen en verordening lot bescher ming der zwarte bevolking en tot vrij waring hunner rechten en vrijheid, 't Is dan ook voor den zwarte eene eer, die lnj hoog schat, Bantu 11a Bula-matari knecht van liet gouvernement te zijn, en met verachting ziet hij neer op zijne zwarte broeders uit de dorpen in de diepe wouden en zal niet wachten hun het scheldwoord basensi wilde, naar liet hoofd te werpen. (Wordt vervolgd). Het Davidsfonds zal dit jaar zijn Con gres houden te Antwerpen, op 18 en 19 Augustus aanstaande. Dit Congres be- lpoft vruchtrijk te zijn te oordcelen naai de waarde der sprekers en naar de ver schillende punten die men in de onder sclieidene afdeelingen verhandelen zal. Wij zeggen onderscheidene afdeelin gen want, builen de Davidsfondsafdee- ling hebben wij er eene voor de Vlaam- sche vrouwen (Dameu-afdeeling), eene voor het Algemeen Vlaamsch Studenten verbond, eene voor Wetenschappen, eene voor Onderwijs en Onderhoud, eene voor de Sociale Studiekringen. Op de feestzitting zullen de befaamde redenaars het woord voeren en inzonder heid handelen over hel leven en het werk der twee beroemde schrijvers,wier eeuw feest het Vlaamsch Volk dit jaar hei- denkt Hendrik Conscience eu Renier Snieders. Daar het Congres samenvalt met de Consciencefeest zullen de aantrekkelijk lieden van het verblijf te Antwerpen menigvuldig zijn. Ziehier de beknopte inhoud van bet programma Zondag 18 Augustus, te 10 ure 's mprgends: feest v it Gr g in <!e Hood-;. :i /,j»:u ner- tvotiiuRiijhc' Harmünfe, Areni- liergdraat. Na afloop dor feestzitting zullen de Congressisten den uitgang dei- vermaarde groote processie kunnen bij wonen. lil den namiddag uitgang van den Concience-stoet. 's Avonds te 8 ure, in de groote zaal dei- Harmonie, groot toonkundig feest deur het Symphonische Orkest dei' Koninklijk-- Maatschappij van Dierkunde, onder de leiding van Edward Keurvcls en met d medewerking van Mej. Edith Buyens. zangeres, van de Vlaamsche Opera en van den heer Laurens Swolfs. Maandag 19 Augustus, 8 12 ure, plech tige H. Mis, in de Kapel van St-Norber- tusgesticht te 9 ure, vergadering der afdeelingen in voormeld-gesticht. Te 12 ure, zal het Congres door een feestmaal gesloten worden. De Congressisten zullen met vorminde- ig van prijs toegang hebben op Zaterdag 17 Augusti en Maandag, 19 August i, telkens te 8 ure op de uitvoeriugen van het Peter Benoitsfonds: Concience cantate en andere werken van den onsterfelijken meester. Van nu af is hot zeker dat het te Ant werpen op de Congresdagen Vlamingen regenen zal alle jaren versterkt en ver groot het leger der mannen, die hun volk en hunne taal beminnen en die gretig, tol Vlaandrens voordeel, in echt Vlaamsche vergaderingen licht en sterkte komen halen. Het Congres van Antwerpen zal daar toe eene allerbeste gelegenheid zijn. ten te falen. Met afgrijzen zagen zij meer om meer de gracht aanvullen met de lijken hunner makkers eu boven scheen de wreed heid der aanvallers geen palen te kennen nog geen enkelen stond had het werpen met steenen opgehouden, meer zelfs, later borrelde ziedende toeren pek over de muren en besprenkelde de onversaagde klimmers. Wilfried voorzag eenen noodlottigen afloop. Het getal gesneuvelden was niet meer te tellen. Krachtig beval hij den terugkeer. Vlucht Vlucht schreeuwde hij en "af den soldaten het voorbeeld, verliet ir. allerijl het slagveld. Allen volgden. Ganscli den nacht hield men de vlucht vol. Angst en moedeloosheid hadden de krijgers zóo zeer aangetast, dat niemand het dorst bestaan eenen stap achteraan te blyven, uit vrees van andermaal in de klauwen des geduchten vijands te vallen en het lot hunner aclitergelatene gezellen to deelen. Toen de morgenstond aanbrak, bevond men zich in veiligheid. De karavaan had een dorpje bereikt, welke zich ten minste niet roemde op sterke muren, statige kasteelen. Aan alle woningen werd gekh.pt en inkwartiering geèischt. Edoch, deze lie den, reeds zóo lang geteisterd, èn uitgeschud èn ten onder gebracht door de onafgebro ken oorlogen, weigerden halstarrig hunne haardsteden te ontsluiten. Wilfried, ondanks zijnen rang, lukte niet beter.. Na vruchte loos herhaalde malen op de deur eener kleine woonst te hebben gebonsd, kraakte, op het eenige verdiep, een klein venstertje on kwam, door eene spleet, liet gerimpeld en perkamentkleurig aangezicht van oen oud manneken te voorschijn. Wat wilt ge Ha sa preutelde de overste mij inlaten en dat spoedig, of Potdicht vloog liet venster toe en niets roerde nog. Alom hetzelfde antwoord. Kenden do Kruisvaarders moedwil noch plaagzucht, alles wettigde thans het go weid, waarmede zy gedwongen waren te werk te gaan. Deuren werden ingeslagen, vensters ver brijzeld al wat aan voedsel geleek, geroofd en gretig verslonden. Eens binnen geraakt, zochten zy de bewoners in hunne schuil - hoeken op, verzekerden dezen, dit hun geen haar van het hoofd zou gekrenkt worden eu dat ze slechts eene goede rust verlangden. Wanneer alle vrees gebannen was onder de inwoners, doden zij hun uiterste best om de uitgehongerde, onuit- genoodigde gaston een keurig maal te be reiden, voor zooveel het hun de benepen toestand toeliet de stoutste hielpen zelfs de soldaten zich van de krijgsuitrusting to ontdoen. De aanvoerder had lankmoedig den stond verbeid, dat do oude bewoner vin het kluisje, waar vóór hij had postgevat, zou komon openen. Deze kleine woonst scheen hem zóo aantrekkelijk, lokte hem zoo aan vallig toe, dat hij geene andere, geene ruimere begeerde. Des jongelings zachte stem deed ten slotte het wantrouwer, van den bewoner verdwijnen en besluiten het voorbeeld zijner buren te volgen. De deur openende, ontsnapte hem een kreet van bewondering, van verrassing hij dacht een brutalen indringer te zien verschijnen en, die voor hem stond geleek eerder een lam van zachtmoedigheid en gelatenheid. Brood en kaas was alles wat eene ver molmde kist bevatte nergens, zou men in de schamele hut meer hebben gevonden. Wilfried nutte het sober maal met smaak en drukte daarna liet verlangen uit, om ergens den nacht door te brengen. Kapitein, zegde de ouderling vriende lijk dèar, de ladder op, staat mijn bod. Het is te uwen dienste, zoolang gij het begeert. Dank. Maar, zeg mij, mijn vriend, waar zult gij slapen 1 Ik... Och, heer, ik zal wel iei onderkomen vinden. Waar Hoe Ik bezit warm stroo... Een traan ontsprong Wilfried's oog en biggelde langs zijne kaak. Neen, neen riep hy, diep ontroerd dat wil ik niet Hel zal niet gebeuren veel liever slaap ikzelf onder den blooten hemel... God zou het mij als een schelm stuk aanrekenen, handelde ik. anders. Mijn gestel is nog zeer kloek, kapitein. Nogmaals, neen. Begeef u te bed. Nooit besloot de gryaaard Niets is bij machte mij in dit besluit te doen wan kelen. Gij zijt ziek, erg ontsteld, lieer, en go poogt uwe smart, uw lijden te verbergen. Zie liever, het bloed sijpelt door uwe schoeisels Goede ziel nokte de oude. Brave man vezelde Wilfried. Onder eon afdak van hel achtergedeelte der woning was de slaapplaats van den odelmoedigen jongeling. Daar gekomen, ontgespte hij zijne sierlijke wapenen, vaderlijk erfdeel van wylen ridder Theo bald ontsnoerde het stalen borstkuras, het glinsterend geschubd pantserhemd, versierd met het roode teeken der Kruis vaart. Genotvol smaakte hij nu debelooning, dio elke goede daad vergezeld en, gerust van gemoed, door zoetegepeinzen gestreeld, vlijde hij zich op do halmen neèr. Jezus-Christus, myn Goddelijk Mees tor, murmelde hy sliep tc Bethleëm in eenen stal, oen handvol stroo tot legerstede; hoe zou ik, zijn onwaardige dienaar, meer durven eischen En dc aarde scheen den moedigen chris- tone geenszins hard, verre van daar Met zalige vreugde overwoog hy, zachtj \s insluimerend, wat de dag van morgen baren zou hoe zijne krijgers, alsdan goed uitge rust en volkomen hersteld, mot hem den tocht zouden voortzetten. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1912 | | pagina 1