KATHOLIEK NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD Napoleon's Veldtocht Vraagt aan ogzi Verkoopers j Zondag 50 April 1916 5 conlionion hol immmor 70ste Jaar IV0 4703 VAN DE PUTTE-GOOSSENS u\ Week-Kalender. Opvoedkunde en Onderwijs x. in Rusland, in 1812. IWEIN VAN AALST van Br isitfoor fiauwens LETTERKUNDIGE KRONIJK LANDBOUW. DE DENDERBODE Abonnementsprijs 3 frank 's jaars Men schrijft in te Aalst 31, KORTE ZOUTSTRAAT, 31 DRUKKERUITGEVER Aalst, den 29 April 1916. te APRIL. Evangelie van den Zondag /- Ongeloovigheid van Thomas. Joan. XX. 30 Zondag, Beloken Paschen. -1 MEI. 1 Maandag, HH Philippus en Jacobus, apostelen. 2 Dinsdag, H. Marcus, evangelist. 3 Woensdag, H. Kruisvinding 4 Donderdag, H. Monica, weduwe. 5 Vrijdag, H. Pius, V. Paus 6 Zaterdag, H. Joannes in de olie, apostel. Theoretische en Praktische Beschouwingen. 9 De vorming van het karakter (Vervolg) Een staaltje van een - gebroken opvoeding. Wat verband bestaat er tusschen Gods- n dienst en karaktervorming 0 - Wij hebben, om te handelen, schrijft Pater Gillet, een tastbaar ideaal 1100- dig. En ziet, dat is het wonder van het christendom in vleesch en bloed staat het ideaal voor ons Christus, de God- Mensch God is inderdaad menscli ge worden om ons aan God gelijk te maken Daarheen dus moeten de ouders hunne oogen wenden wanneer hot er op aan komt de weeke klei van het karakter en het gemoed hunner kindereu te boetsee- ren. In het evangelie dienden zij met volle handen licht en wijsheid te gaan putten welke hen toelaten zouden hunne kinde ren op een veiligen levensweg te zetten. Het evangelie zou den levenskern moe ten zijn van alle opvoeding. Daar zou de vader begrijpen welk een zielenlast op zijne schouders rust. Daar zou hy hooren uit den mond van den Heer Laat de kleine kinderen lot Mij komenwant voor dezen is het rijk der hemelenof Wee dengene die deze kleinen in iets ergertwant beter ware het voor hem nooit geboren te zijn of Leer van Mij dal ik zachtmoedig ben Daar zou hij leeren eerst en vooral 17 Mengelwerk. Nadruk verboden. Groot Historisch Verhaal. (Getrokken uit het vermaard boek van Graal Philiep de Ségur, Generaal, die den veldtocht meegemaakt heeft). Terwijl hij die groote bezorgdheid voor zijne garde aan den dag legde, koesterde Napoleon in de eerste dagen de hoop nieuwe vredes-voor- stellen van czaar Alexander te ont vangen. Intusschen zag hij zich ook genoodzaakt den noodigen tijd te ver strekken aan den langen nasleep der achterblijvers en zieken, om hunne korpsen of de hospitalen te bereiken. Er was insgelijks veel tijd van noode voor het oprichten van krankenhuizen, het verzamelen der eetwaren, eene nieuwe aanwerving van paarden, en de aankomst der ambulancewagens, der artillerie en der pontonniers die nog hun pijnlijken slakken-gang gin gen door de Littauwsche zandstreken. Tevens had de keizer eene drukke briefwisseling met Europa te onder houden. Eindelijk moest hij hier nog afrekenen met het brandend klimaat. Tijdens dit jaargetijde steeg de zomer tot zijn toppunt er heerschte eene bovenmatige, schrikkelijke hitte die aarde en menschen verschroeide, en onze lichamen gansch verweekte en ontzenuwde, als om ze des te gevoe liger te maken voor den ijzigen koude welke hen weldra verstijven zou. De keizer leed ook veel van die vlammende warmte. Doch toen het water en de rust hem opgefrischt had- zich zelf te beheerschen en hen te gehoor zamen aan het woord van den Heer,alvo rens aan anderen te bevelenonhentedoen gehoorzamen aan zijn vaderlijk gezag. Met de gouden lessen en het gezag van het evangelie achter zich, zou menige huisvader een duurzaam en stevig kom- mando over zijn kinderen hebben, eene macht gesteund op zachtheid en goedheid, terwijl hij thans met al zijn onstuimig heid en opvliegendheid, geen den minsten pak heeft op het hart van zijn kroost. Voor zijn bulderend, scheldend woord zal het kind beven; het zal buigen, kop pig en weerspannig, en dan Dan zal het langzamerhand in zich een groot gevoel van vrees en terughoudendheid voor vader koesteren gelijk voor een vreemdeling, terwijl het zich met heel zijn hart vastklampen zal aan moeder die er een pop van maakt, het verwee- kelijkt, het verdedigt tegen de barsch- heid van den man en het meteen gansch aan zijnen invloed ontrukt. Wat zien we dan gebeuren Dan wordt het kind een twistappel tusschen vader en moeder, in plaats van hen nader tot elkaar te brengen. Dan hoort men de man klagen dat hij niets meer te zeggen heeft aan den kleine, dat hij met zijne bevelen lacht, dat hij zijn raad in de wind slaat, dat hij hem boven 't hoofd is gewassen, dat dit alles de schuld is van moeder, enz. En de vrouw van haren kant zaagt ook drieduimsche planken, en verwijt aan den vader dat hy nu ziet wat er van ge komen is met al zyn schelden en slaan, dat hij den jongen niet lijden kan, dat het arm schaap altijd wat mispeutert of misdryft in zijne oogen, enz. Kortom alle opvoeding wordt daar een deerlijk misbaksel, en verre van de karaktervorming hunner kinderen to bewerken, leveren de ouders onderling het jammerlijkste voorbeeld van karak ter-geschil en karakter-botsing Droevig uitvloeisel van ongeleerdheid en onchristelijkheid of flauwen gods dienstzin ('t Vervolgt) Gelegenheidskoop J Lijvig boekdeel van omtrent 450 blz. PRIJS 1,50 tr. Ten bureele De Denderbode den, toen hij geen enkele renbode van den russischen czaar zag aankomen en zijne voornaamste schikkingen ge nomen waren, ging het ongeduld hem te lijf. Men zag hem ongerust en be kommerd rondloopen.Het was alsdan vooral dat het beeld der hoofdstad Moscou dat voor zijnen geest oprees Moscou werd het brandpunt van al zijne hoop. Daar zou hij niets meer te duchten hebben. Daar zou men alles in overvloed vinden. Van toen af kon men reeds voorzien dat een zoo groot en vurig man, vol hartstocht en onrust, en gewoon altijd de kortste wegen te nemen, hier geen acht maanden zou vertoeven wanneer hij in twintig dagreizen de russische hoofdstad kon bereiken. Nochtans, in den beginne scheen'hij zelf terug te schrikken voor zulk een kolossaal strijdplan, maar stilaan kreeg hij er vrede mee en hij koesterde het aan zijn hart. Alsdan, het hoofd vol van die grootsche dingen, ziet men hem heen en weer wandelen door zijne vertrekken, heelemaal opgewon den, ten prooi aan een machtige be koring niets kan zijne aandacht nog in beslag nemen ieder oogenblik ziet men hem aan zijn schrijftalel gaan zitten en dan weer opstaan hij doolt doelloos rond, vraagt hoe laat het is, blijft een poos stilstaan en verstrooid neurieënd, stapt hij zenuwachtig ver der. In zijne radeloosheid stuurt hij deze schielijke vraag tot diegenen welke hij ontmoet Welaan Wat gaan wij doen Zullen wij verder gaan Kun nen wij halt houden te midden van zulk een glorievollen weg En zon der hun antwoord af te wachten, schrijdt hij voort, als zocht hij iemand AANKONDIGINGEN Kleine één maal 0,75 fr.twee maal 1,25 fr. Gewone annoncen 0,15 fr. de regel. Vonnissen, sterfgevallen, enz. 0,50 fr. de regel. Dikwijls te herhalen volgens akkoord. Een dichter uit het volk. Waar er van zoo iemand spraak is, daar komen ons al dadelijk de regelen Ie binnen die de fljngevooisde kempische zanger. Paterken E. Fleerackersdes tijds over den werkman-dichter Alf. Van De Maele schreef Het zal dus een waarheid blijven dood zullen de Humaniora zijn en de Hoogescholen gesloten en verhuurd al de Academies, dat dePoésienog leven zal. o Want de poezij bloeit op uit de diepste gronden van het hart, en er zullen altijd menschen geboren worden en leven, die zonder gedane studies of geleerdheid uit naluur-aandrana hun eigen ziel uit zeg pen in eigen klank, al is dan nog die ziel zoo eenvoudig, die klank zoo stil. En Frans Delbeke waar hij het ook over onzen werkman-dichter had («Nieu- 10e Wegen Jan. 1910) zegt het even raak Dichter-zijn is het eigene van alle menschen, en niet is het noodig dal ge daartoe in den stijf-deftigen mantel der wijsheid gehuld, te voorschijn komt. Ten andere, de latijnsche redenaar Cicero verklaarde het reeds, duizenden jaren geleden, dat men dichter wordt geboren. En Gezelle zong het hem na Dichten vrienden is geen kunste 7 Is een gave Godseen gunste Zoo willen wij hier thans een woorde ken reppen over iemand die ook niet veel broeken op de schoolbanken heeft mogen verslijten. Héél vroeg werd hij in de roode drif-laai van het fabriekbedrijf geworpen, waar het geweldige zinnelijk- roezige leven als een zwalpende baar boven het hoofd van duizenden onterfden opschuimt en heenslaat. En hij liet zich mee oppakken door de ontketende pas- sie's. Hij liet de stormen opzijn juichende jeugd aanbeuken. Hij stond gansch voor aan in de bent der bulderaars, die hun kelen heesch schreeu wden om gelijkheid en broederlijkheid te doen komen in do wereld... Maar naast dit hartstochtelijk, lawaai erig leven dat slechts het buitenvlak zijner ziel beroerde, groeide uit de diepere gronden van zijn wezen de stille bloem van droom en poezij op. Die fabrieks- jongen die tierend en dansend op een zwaar-deunende kadans van stampende of iets dat hem eene oplossing bren gen moet. Eindelijk, alsof hij niet langer de zwaarte van zijne gedachten en de last zijner onrust tillen kon, wierp hij zich neer op een rustbed dat hij op het parket zijner kamer deed opma ken. En daar, uitgeput door de hitte en de spanning van zijnen geest, en héél licht gekleed, bracht hij een deel zijner dagen in Witepsk door. Doch terwijl zijn lichaam rustte, kwam zijn brein nog meer in roering. Wat al reden had hij niet om naar Moscou te snellen Hoe zou men hier in Witepsk gedurende zeven maanden kunnen uit winteren Hij, die tot op heden nooit anders dan aanvallend is opgetreden, zou thans de rol van verdediger moeten spelen een rol die zijner onwaardig was, waarvan hij geen ondervinding had, en die niet strookte met zijn genie. - En dan, hier te Witepsk, is het nog tot geen enkel beslissend resul taat gekomen, en nochtans hoe wijd is hij reeds niet van Frankrijk verwij derd Zal hij, die nooit rustte, thans halt houden onder de oogen van Eu ropa En wat ging het gevolg hiervan zijn Zal hij aan Rusland den tijd tot algeheele bewapening gunnen Wat zou men denken bij het nieuws dat een derde zijner legers, ziek of ver strooid, reeds ontbrak onder de vaan dels Het was dus dringend noodig eens een grooten schitterenden slag te slaan, en al die ontberingen en opofferingen met een berg van lauwe ren te dekken. Alzoo redeneerde hij. Witepsk was volgens hem dus eene defensieve po sitie, waar men nutteloos tijd en geld zou verspillen, en overgeleverd zijn holleblokken vooruitdrumde met zijn makkers, onder druipende fakkelgloed, in avondoptochten en manifostantenstoe- ten, liep een paar uren later te mijmeren door het veld, eenzaam als een monnik, alleen met zijn ziel en zijn vagen sehnsucht onder de goudtinteligo oneindigheid van den starrenhemel. Daar, in stilteen afgezonderdheid, was hij de droomer, de denker, de fijne ge- voelsmensch die ineens mijlen ver afstond van de schreeuwende stakkers en stum- perds welke hij kwam te verlaten, alsof er plots tusschen hem en dien wereld van geraas en gejoel een niet te overbruggen afgrond lag te gapen... Waarom kwam deze jongen, het gelaat nog gansch verhit van de manifestatie- pret en de kloeren nog riokend van den smook der flakkerende fakkels, hier thans op zijn eentje zwerven en fanta- seeren in de geurige zoelheid ran den zomernacht, terwijl zijn kameraden als praktische kerels hun schroei-droge lon gen te goeddeden aaneen lustig-stroelend bierken Waarom Dat wist hij zelf niet Omdat er in hem een onweersteenbare trek was naareenzaamheid,naarde wijdte der veldluchten, naar het gegeur en de linten-pracht der bloomen, naar het ge schuifel der vogelen, naar zon en maan en toover-bloei van starren... Die fabriekwerker was een dichter. E11 eenmaal zou hy met een fluistering van blijheid in zijn stem, stilletjes zingen van den zomernacht Hoe heerlijk-stil, hoe maagdlijk-rein De nacht van vrede Wat peerlen in het blauw satijn Als ingesneden Hoe goedig lonkt de bleeke maan Van uit den hoogen 't Is of er englen af en aan Op aarde vlogen... O kalme schoonheid van den nacht, Van rust voldragen Een gansche wereld ruischloos wacht Naar 't nieuwe dagen... ('t Vervolgt). Teelt der erwten. De erwt is een krachtvoeder, dat minstens zoo rijk is aan voedende be- slanddeelen als het vleesch, en bijgevolg thans,dat dit laatstezooduur en schaarsch geworden is, met voordeel ter voeding van den menscli verbouwd werd. Daarbij aan onrust en onzekerheid terwijl ons in Moscou vrede, overvloed, en eeuwige glorie te wachten stond. Hij was derhalve van oordeel dat er in deze vermetele onderneming niet meer te denken viel aan achteruitgaan, maar dat er nog alleen deze weg openbleel volharden tot het uiterste, van langs hoe meer stoutmoediger optreden, de wereld verbazen, den czaar verwin nen door zijne driestheid, en eene zegepraal veroveren welke al de ver liezen en ellenden van dezen veldtocht kon doen vergeten. In plaats van door het besef zijner gevaarvolle positie, tot de overtui ging te komen dat het misschien best ware terug naar de Nijemen al te zakken, of zich te vestigen op de Duna, kwam hij integendeel tot het besluit naar Moscou op te rukken, omdat hij van meening was dat er voor hem slechts voorzichtigheid be stond in stoutmoedige daden En eenmaal dit besluit genomen, ziet men hem plots van zijn rustbed opwippen alsof hij den tijd niet wilde geven aan zijn gedachten om weer te wankelen of te weifelen. Reeds vol van zijn arendsplannen, loopt hij naar zijne oorlogskaarten, waar hij de na men van Smolensk en Moscou ziet staan. Het groote Moscou, de hei lige stad roept hij meermaals uit, en zijn verlangen schijnt door die woorden aan te groeien. Endaar, ge bogen over zijne kaarten, gansch ver vuld met het vuur zijner ontworpen plannen, wordt hij eensklaps als be zeten door den oorlogsduivel. Zijn stem klinkt hard, zijn blik fonkelt, zijn gelaat kijkt stuursch en dreigend. Men gaat van hem weg,gedreven door angst en eerbied. levert het stroo een uitmuntend hooi, dat beter is van hoedanigheid en voed zamer dan het beste stroo. Ook raden de staatslandbouwkundigen ten zeerste hare teelt aan. De erwt komt best in eenen vrucht baren grond, en is eene versche stalbe- mesting vijandig. Zij kan evenwel eene hoogst loonende opbrengst geven in eenen verarmden, toch niet uitgeputten grond, op voorwaarde er eene goede minerale bemesting op toe te passen. Onder eene goede potasch-fosfoorzuur- bemesting tiert de erwt welig, en laat eenen aan stikstof verrijkten grond ach ter, immers zij is eenrlinderbloeraig go- was,en benuttigtals dusdanig de vrije stik stof van den grond. Hieruit mag men evenwol niet hesluiten dat eene stikstof- bemesting op de erwt ondoelmatig is integendeel, wij raden ten zeerste aan vóór of onmiddelijk na de zaaiïng matig te beeren, ten einde den eersten groei te begunstigen en te verzekeren hoe weli ger het gewas zich van den aanvang aan ontwikkelt, hoe overvloediger de op brengst en hoe sterker de stikstofves tiging zullen wezen. Tijdens de bereiding van den grond werkt men oppervlakkig, althans niet te diep, 800 kgr. kaïniet en (500 kgr. Tho masslakken per hectare onder, die men door duchtig eggen innig met de bouw laag vermengelt. Kaïniet mag in elk geval door 200 tot 250 kgr. chloorpotasch vervangen worden, en de slakken des- govallend door 500-600 kgr. superfoos- faat. Werd de potaschbemesting tijdens de zaaiïng verwaarloosd, men mag nog altijd chloorpotasch, doch beter evenwel zwavelzure potasch toedienen. Ook het superfosfaat mag, ingeval deforfoorzuur- bemesting verwaarloosd werd als dek- mest uitgestrooid worden. Na het toepassen eener dekbemesting is het hoogst geraadzaam te braken. Praktijker. DE CLOWN, DE GASTHUIS- NON en HET ZUSTERKEN X DER ARME, van Dr August 8 Snieders. Prijs 12 centiemen. 3 Ook verkrijgbaar ten bureele 3 3 van DE DENDERBODE. 8 Totdat zijn arbeid gedaan is, zijn plan uitgewerkt, zijn marschlijn ge trokken dan wordt aanstonds alles weer vredig en rustig in hem en een heldere zachte blijdschap straalt van zijn gelaat omdat, hij zich verlost ge voelt van zijne ontzaglijke conceptie. Thans kwam het er op aan zijne omgeving voor zijne gedachten te winnen. Hij dacht wellicht dat ook de anderen hun deel te dragen hadden van de verantwoordelijkheid dezer onderneming, en hij had er dus belang bij hun aller goedkeuring te hooren. In zijne onmiddellijke omgeving keurden zijne trawanten dit plan goed ieder volgens den aard van hun karak ter Berthier door een droeve gela tenheid, door stille klachten en zelfs door tranen Lobau en Caulaincourt door een openhartigheid, die bij den eerste eene ruwheid en koelheid had welkeaan zulk een dappere krijgsman te vergeven was ;endie bij den tweede tot koppigheid en ontstuimigheidkon overslaan. De keizer wees hunne op merkingen vinnig van de hand hij riep uit, zich vooral richtend tot Ber thier en zijnen adjudant «Ik heb u te rijk gemaakt Gij zijt lieden die nog alleen denkt aan jacht-vermaken, aan schitterende feestjes in Parijs, en die wellicht uw zwaard beu zijt ge worden Eens dat de eer aldus in 't spel kwam, viel er niets meer te antwoor den die dapperen bogen het hoofd en berustten in hun lot. Tot een ander generaal zijner garde had hij in een oogenblik van ongeduld gezegd Gij zijt met het zwaard geboren, en gij zult er mee sterven - ('t Vervolgt.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1916 | | pagina 1