De Wedde der Geestelijken
VOOR STAD EN ARRONDISSEMENT AALST
College-pen regulier
Academy-pen
Een en ander
r
Abonnementsprijs:
KATHOLIEK WEEKBLAD
tot veredeling van Volk en Land.
BEHEER EN REDACTIE 29, Korte Zoutstraat, AALST
Merkwaardig
Voor alle advertentiën buiten het Arrondissement Aalst weidde men zich naar OFFICE DE PUBLICITÉ 36, Nieuwstraat, Brussel.
BERICHT.
Al wie een abonnement neemt op
DE DENDERBODE voor 1925, ont
vangt het blad gratis van nu af tot
nieuwjaar.
Abonnementsprijs fr, 8,50.
Men schrijft in op alle Postbureelen.
DAGWIJZER
Rust is Roest
De hesp was gelukkig nog
niet gerookt.
74ste JAARGANG. N' 4926.
20 CENTIEMEN HET NUMMER.
ZONDAG 30 NOVEMBER 1924.
Binnenland 8.50
Buitenland15.00
Amerika 2 doll.
ADVERTENT1ËN
volgens akkoord.
Postcheckrekening
44024
DE DENDERBODE
VERKRIJGBAAR
TEN BUREELE DEZER,
FR. 17.50
self-filling
FR. 25.00.
per Post 1.00 fr. meer
Postcheckrekening
44024
ZATERDAG 29 NOVEMBER 1924.
November of Slachtmaand
30 Zondag. K Zondag van den Advent. Begin van het
nieuw geestelijk jaar 1924-1925.
De Advent is een tijd van bereiding tot den Kerstdag.
H. Andreas, Apostel, Martelaar.
December of Wintermaand.
1 Maandag. H. Eligius, Bisschop, Belijder, Patroon der
Wagenmakers en Smeders.
H. Leontius (Léonce), Bisschop, Belijder.
2 Dinsdag. H. Bibiana, Maagd, Martelares.
3 Woensdag. H. Eranciscus-Xaverius van het Gezel
schap Jezus, Missionnaris, Apostel van Indië en
Japan.
H. Lucius, Koning, Belijder.
4 Donderdag. H. Barbara, Maagd, Martelares, Patrones
der Pompiers en Kanonniers.
H. Petrus Chrysologus, Aartsbisschop, Kerkleeraar.
Belijder.
5 Vrijdag, ie Vrijdag, H. Sabat, Abt, Belijder.
H. Crispina, Maagd, Martelares.
6 Zaterdag. H. Niklaas, Bisschop, Belijder, Vriend der
kinders. Te Aalst Patroon der Winkeliers.
H. Theophiel, Bisschop, Belijder.
7 Zondag. 2e £ondag van den Advent. H. Ambrosius,
Bisschop, Kerkleeraar, Belijder.
Enkele beschouwingen van een Idealist
Het nieuws, dezer dagen verspreid,
als zou hét Staatsbestuur er aan denken
de wedde onzer geestelijken nog te be
snoeien, zal stellig in katholieke kringen
een pijnlijken indruk wekken. Sedert
den oorlog ziet het bestaan der Kerk,
stoffelijk gesproken, er niet rooskleurig
uit. De finantieele crisis welke daar
heerscht, doet aldus haren weerslag ge
voelen van af den stoeltjeszetter tot den
klokluider, en vanaf den koster tot den
orgelist, om ten slotte den priester te
treffen, en hier neemt de geldelijke zorg
een uiterst tragischen vorm aan. Tra
gisch, wanneer men dit beschouwen gaat
in het licht van
het Evangelie,
want voor elk Christen die nog zuiver
Roomsch voelt, staat de priester toch
hoog verheven als op een berg, als de
afgezant van God zelf. Hoe roerend nog
hoorden wij dezer dagen de waardigheid
van den priester .parafrazeeren, en hoe
klonk het overtuigend o, priester hoo-
ger troont gij dan de engelen... Welnu
dan schept het aanstonds een op zijn
minst verkillend kontrast, als wij nagaan
hoe in het dagelijks leven de priester,
als een gewoon sterveling, zoo zeer
hoeft bezorgd te zijn om den materieelen
kant van het bestaan. Wij weten het
wel, het lichaam blijft hier beneden
naast de ziel. zijn eischen stellen, en de
mensch eilaas, leeft niet alleen van het
woord Gods. Zelfs ten tijde van Chris
tus, zien wij hoe een der twaalf aposte
len belast is met het vergaren en be-
deelen der penningen die in
het onderhoud
van Jezus' uitverkoren gezellen moeten
voorzien, doch is het meteen niet van
eene welsprekende tragiek wanneer wij
nagaan hoe juist die apostel die de zorg
i van het geld had op zich genomen, zijn
hart hechtte aan het geld, bij zooverre
dat zijn ziel er heelemaal bij verstoffe-
lijkte, en, alle goddelijke genaden ver
trappend, met den vloek van het ver
raad werd gebrandmerkt voor alle
eeuwen
Met inzicht hebben wij hierboven
geschrevenbeschouwingen van een
idealist. Want deze beschouwingen
worden ons inderdaad ingegeven door
een ideale kijk op
de verhevenheid
van het priesterschap, dat zulk een ge
wichtige rol onder de menschen kon
spelen. Welnu, naar onze bescheiden
meening van eenvoudig, overtuigd
Roomsch-katholiek, kan een priester die
door den Staat niet voldoende wordt
betaald, en, noodzakelijkerwijze, ge
plaagd moet worden door zorgen van
huishoudelijken aard, zich niet algeheel
aan het vervullen van zijn hooge zen
ding wijden. Want deze zending is van
zulk een aard dat zij zich heelemaal be
weegt op een hoog geestelijk plan,
waar nog alleen de gezichteinder der
ziel en der eeuwigheid spreken mag, en
deze laat zich toch niet verzoenen met
bekommernis om het dagelijksch, stoffe
lijk brood.
Eeuwen geleden
moet een groot kerkvader, die alreeds
een socioloog was,, geschreven hebben
Het is goed dat de mensch een zeke
ren welstand geniete, om zich, onbe
zorgd, te kunnen ophouden met dé be
langen van zijn ziel. Is dit waar voor
den gewonen mensch, dan is dit zeker
waar voor den priester, die niet alleen
eigen ziel, maar ook de ziel van anderen
hoeft te redden. En dan zouden wij het
woordje 44 welstand hier als volgt om
schrijven een priester moet boven de
materieele zijde van het leven kunnen
staan, om zich gansch aan zijn aposto
laat te wijden, en daarom mag hij geene
geldzorgen kennen. Dus eene voldoen
de wedde van Staatswege, ofwel eene
deftige,
stabiele vergoeding
welke, zonder in den vorm van almoes
te ontaarden, door de christene gemeen
schap zou uitgekeerd worden, en hem
zou toelaten niet langer een bedelaar te
zijn, maar een priester zonder meer, al
leen bekreund om het zielenheil zijner
kudde. De praktische kanten van dit
vraagstuk laten wij onbesproken. Wij
behandelen alleen de moreele zijde er
van, en dan komen ons de woorden te
binnen welke, haast eene eeuw geleden,
die heilige, enthousiasten priester Lacor-
daire, schreef, die de staatswedde van
den priester als eene vernederende aal
moes aanzag, en veel liever doodarm
hadde geweest dan dit geld, zonder lief
de geschonken, te moeten opstrijken.
En hij riep
tot den priester
44 Gij zult als den proletariër zijn die
44 alleen zijne twee armen heeft en gaat,
44 qui prend ses bras et s'en va met
44 God als erfdeel en met millioenen zie-
44 len die u minnen. Uw Meester had
44 zooveel niet, en Hij overwon.
En verder
44 Het volk bemint den priester het
44 meest wanneer hij zijne armoede deelt.
44 Niets wordt zoo zeer geëerbiedigd als
44 eene wettige onafhankelijkheid, ge-
44 kocht door vrijwillige ontberingen.
Wij weten het ook Lacordaire was
een idealist en zijn droom is niet ver
wezenlijkt geworden.
Wij besluiten hoe eer de finantieele
moeilijkheden waarin op heden het heele
kerkpersoneel, met den priester aan het
hoofd verkeeren, kunnen opgeheven
worden, hoe krachtiger de kerk haar
zielenwerk zal kunnen verrichten.
Het ijzer van een ploeg was toch zóó net,
[zóó glad,
Dat ge er u goed in kunnen spieglen hadt,
Een ander ijzer was door roest ontluis
terd
Het kloeg en vroeg waarom.
Waarom? zei d'eerste ploeg
"De luiheid heeft terwijl ik werken zwoeg,
Uw scherpte bot gemaakt en uwen glans
[verduisterd
't Zou ook verroestereh zoo 'k ledig lig-
[gen moest
Een zedeles is hier te vinden
Rust is rtoest,
Voor ons lijk voor de ploeg, mijn vrinden.
j. B.
Een klein verhaaltje geeft Pierre l'Ermite
in La Croix 't is mal, 't lijkt onwaar
schijnlijk, maar toch is het echt gebeurd.
't Geval speelde zich af in een klein
stadje in midden-Frankrijk. Daar bestaat
een Gemeentelijk Ziekenhuis, dat bediend
wordt door religieuze .zusters. Zij vierden
onlangs het feest van de Stichteres harer
Congregatie en noodigden voor dien dag
den Pastoor der parochie uit, in haar Kapel
de H. Mis te willen opdragen.
Deze voldeed gaarne aan dat verzoek
in de oude Kapel gingen de Zusters en
enkele zieken ter H. Communie en daarna
gebruikte de Pastoor een klein ontbijt,
bestaande uit een snede brood met een
plakje hesp.
Dat was alles, maar het bleek heel erg
te wezen nog geen twee uren later had
het Gemeentebestuu» de klacht bereikt,
dat de Pastoor zich niet alleen had ver
meten in het Stedelijk Ziekenhuis op een
niet in het reglement aangewezen dag een
Mis te lezen, doch bovendien zich niet had
ontzien, een gedeelte van het voor de
zieken bestemde voedsel te verorberen,
zoodat die arme patiënten dien dag moes
ten te kort komen.
Tweede BedrijfDe administrateur van
het Ziekenhuis begaf zich haastig naar de
Zusters met de vraag, hoe zij het durven
wagen, het voedsel der zieken te ver
kwisten
44 Verkwisten
44 Ja zeker, verkwisten. Heeft de Pas
toor hier vanmorgen ontbeten, ja of
neen
En heeft hij hesp gegeten, ja of
neen
ja
44 Dus u bekent alles
Maar we mochten den Pastoor, die
een half uur hiervandaan komt, toch wel
een klein ontbijt aanbieden
De administrateur hief zijn armen vol
verontwaardiging omhoog. Maar waar
moet dat heen Eerst de pastoor, dan de
kapalaan, de klokluider, ze zullen hier elk
oogenblik de hesp komen opeten, die voor
de zieken bestemd is en dezen mogen
honger lijden
44 Maar, pardon, mijnheer, het was niet
de hesp van de zieken we hebben die
zeiven laten halen bij onzen slager
44 En denkt u, dat ik die uitvlucht ge
loof Die zaak dient onderzochtzij is
ernstig, zeer ernstig
Derde BedrijfEen gendarme verschijnt
aan het klooster en overhandigd een be
velschrift om te verschijnen als getuige in
de zaak van het Ziekenhuis, hierachter
nader omschreven
Vierde Bedrijf speelt den volgenden
morgen om zes uur aan de pastorie.
De Pastoor is bezig zich te scheren, als
als hij een gendarme te paard voor zijn
deur ziet, die verlangt, binnengelaten te
worden.
De huishoudster valt bijna flauw van
schrik, als ze hem ziet, maar de gendarme
betreedt de pastorie, haait papier en pot
lood te voorschijn en begint den Pastoor
vragen te stellen.
Erkent u, gistermorgen, in het Zieken
huis te hebben ontbeten
44 Zeker
44 Erkent u ook, een snede hesp te heb
ben gebruikt
44 Ja zeker, en die was goed, heel
goed
Geen aardigheden ais 't u blieft. Ik
heb nog een derde vraag te stellen, een
zeer belangrijke, waarop u mij zonder
omwegen moet antwoorden Was die
hesp gerookt
44 Neen, niet gerookt
44 Kunt u daarop een eed doen
Men zweert geen eed voor zulk een
kleinigheid, maar ik verklaar het beslist,,.
Dus u weet het zekerdie hesp was
niet gerookt
Neen
De politieman keek den Pastoor nog
eens onderzoekend aan. "Ja, daarvan
hangt alles af want de hesp van het Zie
kenhuis is gerookt u hebt nu kans er nog
uit te geraken
De Pastoor, zegt Pierre P. Ermite, zal
dus ditmaal nog niet worden doodge
schoten, maar hij zal goed doen de vol
gende maal zelf zijn hesp mee te brengen
met de gelegaliseerde rekening van den
slager.
Aldus geschiedde in den jare 1924, toen
Herriot stadhouder was van 't Souvereine
Fransche volk.
En van de Loge.
En zoo wordt het edele Fransche volk,
tengevolge van satanischen, misdadigen
geloofshaat eener minderheid van atheïs
ten en vrijmetselaars tot een aanfluiting
van heel de beschaafde wereld.
Socialisatie
Zie dat is een woord, dat voorzeker de
tong verbrandt van ieder rood kopstuk,
dat het durft uitspreken
Inderdaad, de Russische bolchevisten,
socialisten, ten volle, hebben de socialisa
tie der voortbrengstmiddelen en de sou-
vereiniteit van den arbeid beproefd.
Maar, maar, dat heeft een fameuzen
uitslag gehad, zoo fameus en rampspoe
dig, dat de heele beschaafde wereld er
het diepste medelijden meê gevoeld heeft..
En de Russische arbeiders zijn tegen
woordig de armste, ellendigste en bekla
genswaardigste menschen van heel den
aardbol, terwijl hunne bloedroode bazen
in overvloed en weelde zwemmen. Dat
onze roode 44 baaskens dus hunnen bek
houden en stil zwijgen van socialisatie en
soevereiniteit van den arbeid Wij weten
er genoeg van.
Wat een framasson
over heeft voor zijn eigen land, valt eens
te meer te zien in de daad, die de 44 fa
meuze Herriot, Frankrijks eerste minis
ter uitrichtte, betrekkelijk de vloot Wran-
gel. De vloot was destijds door generaal
Wrangel afgestaan aan Frankrijk voor
vergoeding der geldsommen, welke Frank
rijk den generaal geschonken had toen hij
in Zuid Rusland met zijne bonden tegen
het rood leger vocht. Welnu, die vloot
heeft de fijne Herriot ten geschenke
gegeven aan de roode soviëtregeering van
Moskow. Frankrijk zit wel tot over den
kop in de schuld, maar toch mag er ten
voordeele van een bloedregeering die de
wereld door tracht opstand en revolutie
te verwèkken, een cadeauken van miljoe
nen gedaan worden 1 Ziet, brave lezers,
dat is een der eigenaardige trekken eener
framassons ziel
Edoch, een kranigheid
zonder weerga is er met den oorlog in de
ziel van menig Franschman tot stand ge
komen. Zoo heeft admiraal Exelmans, zee-
prefekt en opperbevelhebber van Noord-
Afrika, vlakaf geweigerd de soviët-com-
missie te ontvangen die gekomen was om
de vloot Wrangel, in de reede gemeerd, in
oogenschouw te nemen. Hij heeft de so-
viëtzending eenvoudig wandelen gezon
den en met haar in geen betrekking willen
treden. Thans heeft de Fransche minister
van zeewezen den admiraal naar Parijs
terug geroepen, natuurlijk, en zulks wist
de kranige admiraal op voorhand. De moe
dige admiraal zal nu zooveel te vrijer zijn
in 't strijden aan de zijde van den grooten
Castelnau, die de macht der framassons-
bende breken zal.
Een wespe kwelt een moedig paard
Al is het duizend kronen waard
Een muis ontzet een olifant
Al heeft hij nog zoo grooten tand,
Een mugge steekt een leeuw in 't oog
Al ligt het hart hem wonder hoog,
Gij daarom vrienden in 't gemeen,
En acht geen vijand ooit te kleen
Daar is nooit zoo geringen man
Die niet zijn meerder schaden kan.
J. Cats.
't Duur leven!
't duur leven elk spreekt er overelk
klaagt er over. En de socialisten richten
er stoeten tegen in 1Nu, wie is de oor
zaak van het duur leven 't Is de sociali
stische partij die, achter den wapenstil
stand, dank aan den konkelfoes van Lop-
hem, eene dwangpolitiek voerde en in
het minisjerie zoo lamlendig werkte dat
er ontzaglijk veel nadeel voor het land
uit voortsproot Van 3 milliard dat de
openbare schuld van ons landeken was
deden zij die stijgen tot 34 milliaard frank,
en alzoo verloren wij het vertrouwen in
den vreemde, en onzen frank daalde in
waarde, en al wat wij moesten aankoo-
pen, werd duurder.
650,000 frank
heeft het fameus ministerie in Frank
rijk verleden Zondag verkwist om de stof
felijke overblijfsels van den socialist Jau-
rès te doen overbrengen naar het Panthéon,
't Waren nu de framassons en hun aan
hang, die processie hielden, en dat
mocht kosten, natuurlijk uit den zak der
Fransche lastenbetaiers. En zeggen, dat
er in Frankrijk nog duizenden menschen
zijn in de verwoeste streken, die nog in
houten barakken wonen, waar zij dezen
winter wederom bittere koude zullen te
verduren hebben Ha wat trekt de
aanhang der godsdiensthaters zich het
lijden en de ontberingen der menschen
aan 1
De mensch, die God niet vreest,1
Is wreeder dikwijls dan een beest
Generaal tot een der soldaten. Zijt
gij tevreden over het eten jawel, ge
neraal. Krijgt soms de een niet een
klein en de andere een groot stuk?
Neen, generaal, wij krijgen allemaal kleine
stukken
Een fermen lap,
een klets van de eerste sneê, zou Mielke
Kleppers in zijnen tijd gezegd hebben,
zulken drevel hebben de roode soviet-
mannen in Rusland gekregen van wege
het nieuw Engelsch ministerie. De Engel-
sche ministers hebben eenvoudig, kort af
aan de roode bloedmannen laten weten,
dat het verdrag dat de 44 schoone - Mac
Donald met hen sloot, geen bekrachtiging
noch van de kamers, noch van den koning
te verwachten heeft en bijgevolg van