BERICHT Ie Jaar. Nummer Zondac 26 December 1886. Aan onze 's: HET ARRONDISSEMENT AALST. C Gewone, 15 centimen Priis der annoncen psr drukregel. aii.iunui/ Reklamen, 75 centimen 1 Vonnissn op de derde bladzijde, SO centimen. Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt. Handschriften worden niet terug gezonden. LIBERAAL WEEKBLAD YOOR Abonnementsprijs: 5 ooToo?deTbuiten, voorop betaalbaar. PRIJS PER NUMMER 10 CENTIMEN. Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten voor de stad, ten kantoore van het blad, 40, Korte Zoutstraat, 40, Aalst. Nee spa nee metu. AALST, 25 DECEMBER. De personen die een abonnement op Den Deiidergalm zou den nemen voor het jaar 1887, zullen van heden af tot nieuwjaar het blad kosteloos ontvangen, Het eerste jaar van ons bestaan spoedt ten einde. Met zekere zelfvoldoening durven wij op onze afgelegde loopbaan terugblikken, omdat wij gelooven, in de mate onzer krachten, getrouw te zijn gebleven aan ons programma en onze beloften. Die terugblik zal ons aanspo ren om op den ingeslagen weg voort te gaan en, voor zoo veel mogelijk, naar verbetering en volmaaktheid te streven. Wij zullen meer om meer onze krachten toewijden om onze lezers op de hoogte te houden van alle in- en buitenhuidsche gebeurtenissen, van handel, nijverheid, landbouw en kunsten. Wat wij reeds dit jaar, ter gelegenheid der junij kiozingen en van 'twerkenkwest,deden zullen wij, met het nieuwe jaar, meer om meer uit breiden wij zullen, in afwachting dat ons blad tweemaal ter week, in het zelf de formaat, kunne verschijnen, wan neer bijzondere gebeurtenissen de al gemeen-'. aandacht op zich roepen onze abonnentendoor een buitengewoon nu m- msr van ons blad op de hoogte trachten te houden. Dit zal van onzentwege eenige opoffe ringen eisschen, voor de welke de gene genheid onzer lezers en liberale vrion- den ons zal instaan. De Redctklie. W antieer M. Graux die rekening on der den neus van zijnen" tegenspreker legde, had deze de onbeschaamdheid niet die wij hem met M Magis hebben zien aannemen, en die aan de onbeschoftheid grensde. Hij heeft beweerd dat het bestuur der liberalen uitliep op een te kort van 65 miljoenen, 't Is mogelijk. ln dit geval, zou hij hun nog dank baar moeten zijn over de schulden van ten minsten 200 miljoenen die zij de moeite gehad hebben in zijue plaats te betalen. In dien redetwist heeft M. Beernaert heel dikwijls herhaald dat is niet ern stig, dat is ongehoord. Wat niet ernstig was, dat waren de redevoeringen die hij in 1883 uitsprak om te bewijzen dat de voorgestelde be lastingen onnuttig waren. Wat ongehoord is, is dat hij, sinds twee jaren en half, die als nuttig herken de belastingen getrouw laat bestaan en inzamelt. Union Libérale.) In den finantieëlen redetwist in de Kamer door M. M igis opgeworpen en zoo krachtdadig volgehouden, heeft M. Beernaert meer onbeschaamdheid dan goede trouw aan den dag gelegd. Trotschweg heeft hij geloochend dat het bestuur van 't ministerie Malou- Beernaert (1870 tot 1878) er, hoe wei nig, ook, schuld aan had dat het finan- tieël evenwicht gebroken wiord, iets dat ons land sinds dien heeft doen lijden. Hij heeft verzekerd dat dit ministerie, bij slot van rekening een boni gela ten had van 35 miljoenen. Dit batig slot is valsch. Iets dat waar is en dat men, zonder oneerlijk te zijn, niet loochen kan, is dat het tijdperk der jaarlijksche bonis, sinds langsn tijd door het liberaal be stuur van M. Frère-Orban geopend, be paald gosloten is geweest door de II.II. Malou-Beernaert. lu 1870 had M. Mal on, volgens hij zelf bekend heeft, van zijnen liberalen vooraan rnr - den schitter endsten Jinan- tieëlen toestand van Europa over geno men. (Zie de beruchte redevoering van Siut-Niklaas.) Zijn dit de woorden niet dau is hot toch do zin zijner redevoering. E i inderdaad, M. Frère had hem bud gettan na gelaten die, natuurlijker wijze en zon Ier krachtinspanning jaarlijksche bonis opbrachten van 12 tot 15 miljoe nen. Toen ze in 1378 het ministerie verhe ten, hadden de II.H. Malon en Beernaert do hoender gedood, die gouden eieren logde, het werktuig gebroken dat bonis voortbracht. Het te kort had zijn bestaan ge vonden on moest, noodlottigervvijze zich uitbreiden in evenredigheid der onvoor zichtige en met onze geldmiddelen niet overeenkomende verbiutenissen door de ontslaggevende ministers aangegaan. M. Graux heeft het cijfer dier verbin tenissen vastgesteld, in tegenwoordig heid der II.H. Malou en Beernaert, toen hij, na het optreden van het liberaal ministerie van 1878, de rekening dei- gevallene ministers opmaakte. Het'beloop dier verbintenissen was van omtrent de 270 miljoenen, voor werken binnen de vijf jaren uit te voeien, en waarvoor dè vooruitzichtige M. Beer naert slechts de belachelijke som van 700 duizend franken in kas had gelaten. OPVOEDING DER VROUWEN. Wij vernemen dat de Aalstersehe klo- rikalen, den raad volgende hun door de paters-missionnarissen tijdens den jubilé gegeven, voornemens zijn alhier een paar patronagiëu voor jonge meisjes in te richten. Zulks verwondert ons niet. Is het.niet de bekommernis der geeste lijkheid zich meester te maken van de opvoeding der vrouwen, om haar hart en haren geest te kneden naar het doel door de geestelijkheid betracht zich beter van haar meester te maken en, door hare tusschenkomst, over het volk te kunnen heerschen en zich het wereld lijk gezag te onderwerpen De geestelijkheid, de klerikale partij, weet al te wel dat de vrouw in de Maat schappij eenen belangrijken rol speelt, dat zij gewoonlijk de ziel is van het huis honden en zij in de opvoeding der kin deren, in de meeste gevallen, de opper ste leiding heeft. Waar de geestelijkheid zich meester gemaakt heeft van de vrouw, is zij niet verre meer van ook den man te bemach tigen, en de kinderen behooren haar reeds heel en al. Van daar al de maeht, al de heerschappij der klerikale partij Ook heeftdezenooit verwaarloosd zicli de opvoeding der vrouwen toe te eige nen. Meestal zijn zij in kloosterscholen opgevoed, waar kwezelarij en dweep zucht het bijzonderste geestesvoedsel warén dat djte nutigen kregen. Daar wist men haar wijs te maken dat zij zich eenen geestelijken bestuurder moesten nemen, wiens raad zij, in alle zaken van senig belang, moesten inroepen en vol- gen. Die geestelijke bestuurder is inder daad ook do wereldlijke bestuurder en speelt maar al te dikwijls den opper meester, zelfs in liberale familicn. Door talrijke bijzondere kringen, zoo als hetlFerft der Arme kerken, de Dames de la MUéricordeenz. die men in alle steden aantreft, wordt de klerikale op voeding der duinen van den gegoeden stand volledigdOuder voorwendsel van het een of het ander liefdadig werk worden die dameu, die er op uit zijn zich eenige bezigheid te verschaften bijeen vergaderd en door den eenen 01 anderen jezuiet of pastor, met bevallige manioren, meer om meer in de klerika le dweepzieke gedachten gewikkeld, meer om meer opgeleid om de geestelijk heid ter zijde te staan in haren strijd voor 't bezitten der wereldheerschappij. Voor de burgers-en werkmeisjes heeft de clerus de Congregatiën uitgevonden waar zij leven in eenen dampkring van bijgeloof en onverdraagzaamheid, en op wassen tot kloosterzusters of fanatieke huisvrouwen, die gestadig aan de soetaan van eenen langgerokten hangen. Maar he' streng godsdienstig karakter dier Con gregatiën schrikt vele jonge meisjes a die iets meer dan kerkelijk genot naja gen. Voor deze zijnde patronagien be stemd hier zullen de geestelijke onder richtingen, de klerikale verslaafsching, onder den vorm van uitspanning en ver maak geschieden. Vindingrijk is de geest dier mannen onder wiensjuk ons land thans gebogen ligt, geen enkele maatschappelijke stand die hunnen invloed niet ondergaat. En tegen dien noodlottigen invloed, dien stroom van priesterheerschappij en versmachting der geestesvrijheid, wel ken dam heeft de vrijzinnige partij op geworpen Welk antwoord geven aan die vraag? In de groote steden heeft men wel iets trachten te doen, daar bevecht men toch, is het dan ook maar zwakjes aan, den clerus met dezelfde wapenen die hij gebruikt, maar in de kleinere ste den van de buitengemeentens zullen we liefst maar zwijgen daar zet die stroom zijne ongeslremde vaart voort, daar houdt mende handen inde zakken. Want is dit strijd voeren tegen bijge loof en dweepzucht voor beschaving en ontvoogding, van Eet volk, dan min of meer regelmatig de kiezerslijsten te her zien, dan eenige gloeiende woorden, bij 't naderen der kiezing, der kiezers toe te sturen Wat baat het vrijzinnige bla den te stichten om het volk te verlichten en te onderwijzen zoolang de vrouw, door den priester opgehits, diebladenuit den huize zullen weten te houden De vrouw, dat is de klerikale sterkte die moet ingenomen worden. S.icht werk- manskriiigen, sticht patronagien voor jongelingen zooveel ge wilt, waartoe zal het dienen zoo die jongens, later mannen geworden, den invloed zullen moeten ondergaan eener door de geestelijkheid opgevoede vrouw. Uit de handelingen der eeuwige vijan den van vrijheid en rede, moeten de voorstanders dier twee werktuigen van vooruitgang en beschaving' de heilzaam ste lessen putten. De geestelijkheid valt ons, liberalen, aan in de vrouw. Welaan! Versterken wij ons in de vrouw, laten dj haar opgroeien als krachtige'mede- strijdsters met ons en voor onze zaak, ontrukken wij haar aan den gevaarlijken jastoorsklauw. De klerikalen richten patronagiëu op. Ehwel Eiberalen, pa- tronagie tegen patronagie gesticht La ten wij ons niet zonder strijden onze rouwen ontrukken. Dat de liberale da res, die het met ons vrijzinnig streven wel meenen, ook eens beginnen mede te werken tot liet welgelukken van onzen strijd dat zij voor de vrouwen doen wat hare echtgenoten doeu voor de mannen dat zij, in onze kleine steden, die meisjeegenootschappen inplanten, te Gent door M. Laurent gesticht en die zulke heilzame vruchten voortbrengen, die kringen waar er gewerkt wordt tot de ontwikkeling van geest en lichaam der volksmeisjes, waar deze opgeleid worden tot kloeke, deftige vrouwen, tot bekwame huismoeders. Ja, dat de liberale dames eens de han den aan dit werk slaan zoo doende zui lenzij de vrouwen der volksklasse winnen voor de vrijzinnige zaak, en zullen zij zich de bezigheden verschaffen die zij geneigd zouden zijn te zoeken in andere kringen, op gevaar af aldaar in de netten te vallen der geestelijkheid Zullen zij 't doen Wi j hopen het in het belang van on zen strijd A. Z. hem voor daarheen te gaan. G... stemt toe en maakt zijne papieren klaar, hetgeen weldra gedaan is. Doch zie, niettegen staande dat alles kan hij niet vertrekken, of hij moet de toelating hebben van den minister van oorlog immers, al heeft hij vijfjaren gediend, hij staat nog in de reserve en moet zich alle jaren nog eens laten zien. Hij schrijft naar den heer minister, met de overtuiging dat deze hem wel zal kunnen mis sen en hem de machtiging veileenen naar Bra zilië zijn brood te gaan verdienen. De goede jongen bedroog zich. Onder dato van 16 December, laat het Minis terie van Oorlog hem weten, dat zijne vraag NIET kan ingewilligd worden. Indien wij den brief niet met eigene oogen gezien hadden, wij zouden het niet kunnen ge looven, want het is waarlijk ongelooflijk. Ziedaar dus een man, die alle moeite van de wereld doet om zijn brood te verdienen, doch geen werk kan vinden, en die in den vreemde zijn bestaan kan hebben, maar het wordt hem belet, door de ongenadige toepassing eener wet die vergt, dat hij zich vijf jaren uog eens alle jaren een enkelen dag in uniform moet laten zien. Hij kan in den vreemde van zijnen handenar beid gaan leven, en men dwingt hem in zijn vaderland ts blijven, op het gevaar af er van honger te sterven Is het zoo dat men de vaderlandsliefde leert Is dat menschelijk Wij kunnen dan ook niet aannemen, dat de Minister van Oorlog zelf aan dit ongehoord ver bod schuld heeft en dat dit alles moet toege- geschreven worden aan de onderhoorigen van zijn departement. Wij schrijven daarom dit artikel, in de hoop het feit ter kennis te brengen van den heer ge neraal Poatus en hem de vr tag van den belang hebbenden persoon te zien inwilligen. Onze Confrater De Volksverdediger van Geeraardsbergen kondigt, in twee vervolgende nummers, artikels af v. aar in hij de liberale partij zijner stad bezweert tocli een einde te stellen aan de oneenig- heid die onder haar heerscht en alle hare krachten verlamd. DeVolksverdediger heeft gelijk, indien de toestand zijner partij te Geeraards- bergen, inderdaad is zooals het uit den toon van zijn schrijven blijkt. Maar hij is niet alleen om te klagen. Hebben wij geene droeve oneenigheid te bestatigen, wij lijden, langs eenen anderen kant, over de onverstaanbare onverschillig heid die, in ons arrondissement, in de liberale rangen bestaat het politiek leven is er volkomen dood. Welk is er de reden van? Volgens ons zouden de hoofd mannen onzer partij eenonderzoek moe ten inspannen over die rede en eens gekend zou het redmiddel weldra ge vondenzijn. Dit redmiddel, er is haasie bij dil te bezitten, want de onverschil ligheid is gelijk aan die langdurige ziek- tens. die in eenen niet hunnen oorsprong hebben en met eenen niet, bij den aan vang, kunnen genezen worden, maar wanneer zij diepere wortels geschoten hebben, ongeneesbaar worden en den doodvanhet lichaam voor gevolg hebben. Ongelooflijk. Er wordt aan de Koophandel een bit ter kennis gebracht, welk eens ts meer aantoont, hoe zonderling, om niet te zeggen onmcnsche- lijk, men soms in het Ministerie van Oorlog te werk gaat, ten opzichte van milicianen. Verleden jaar verliet de genaamde O. II...., na vijfjaren als loteling te hebben gediend, het 2<i« regiment artillerie, en het gelukto hem, dank aan de WereldtentoousteUug van Ant werpen, tex-stond arbeid en dus een bestaante vinden. Sedert maanden is hij nu echter zonder werk en ook zonder verdienste. Dat hij niet in weelde verkeert zal wel niet moeten gezegd worden. Na lang zoeken, zonder iets te vinden, wordt hem eindelijk de gelegenheid aangeboden om geld te verdienen. Een zijner vrienden heeft in Brazilië een groot werk aangenomen en stelt niet met den vooruitgang van onzen tijd mede, dan moet hij ten onder. Onze klerikalen stellen België aan de zelfde gevaren bloot. Wie weet ofhet er niet zal in vergaan? Persoonlijken dienstplicht. De Bond derclericaie Vereenigingen beeft te Brussel, onder hit voorzitterschap van AI. Woeste, eene vergadering van zijne afgeveerdigden gehouden. Deze vergadering was niet openbaar. Wanneer men tot de stemopneming der uitgedrukte denkbeeldenbetrekkelijk den persoonlijken dienstplicht overging, bevond men dat geen enkele Verëeni- ging zich voor dit stelsel verklaard had. Al de stemmingen waren er legen en er hadden-slechts drie onthoudingen plaats. zitting Veree- Kiesherverming. ly de van den Bond der Clericale nigingen was er ook spraak van de kies- hervorming. Verscheidene Yeeenigingen dringen ten zeerste aan opdat eene herziening spoedig worde gedaan. MM. De Brüyn efi Thibaut hebben be loofd dezen wensch bekend te maken aan de rechterzij', die weldra zal bijeen geroepen worden. Liberalen, opgepast 1 Er is spraak eene goede nieuwigheid in te voeren in het postbestuur, Binnen kort zal liet publiek, aan den prijs van 25 centiemen, geheel het land door, pakken mogen verzenden, wegende minder dan drie kilo. Een wetsontwerp in dien zin zal in de Kamer neergelegd worden zegt een clericaal blad. Als ;t maar waar is' 1 elitigt dertig belastingen te Eene vergelijking. Een fabrie- kant bezit machienen, welke, niet meer op de hoogte van den tijd zijnde, hem iu de'onmogelijkheid zetten met andere fabriekanten in mededinging te komen. Wat moet die man doen Geene kosten sparen om op denzelfden voet als de overige te geraken. Zoo is liet thans ook met den militai ren toestand van Europa. De meeste lan den hebben hun oorlogsmaterieel verbe terd of vernieuwd, hunne krijgsmacht uitgebreid. België zou dit in evenredigheid ook moeten doen, me den persoonlijkeu dienst in te stellen, zijne wapens te ver beteren en versterkingen op de Maas te bouwen. Niets is klaarblijkelijker en wat, meer zegt, niets is rechtveerdiger. I)e meerderheid der klerikalen wil daar eventwel niet van hooren en stelt eene partijkwestie boven de verhevenste belangen des Vaderlands. Wil de bovengenoemde fabriekant De Moniteur van "Woensdag verleent aan verscliillige kerkfabrieken van 't Laud subsidies ten bedrage van honderd achttien duizend franken. Moet men dan vragen waar 't geld naar toe gaat Die zelfde Moniteur m nieuwe geme'enten liarë vermeerderen, verscheidene andere geld leëningen aan te gaan, gemeente goede ren te verkoopen aan twaalf gemeenten dér provintie Namen is liet toegestaan buitengewone kappingen in hare bos- sclien te doen. Dat is de aangroeiende voorspoed die men ons beloofd heeft. Persoonlijke Dienstplicht. Ziehier eenige inlichtingen ons daarover door de Patriexan Biugge gegeven. Drie klerikale association, die van Thielt, Nyvelt en Filipstad hebben niet, gelijk al de andere, eenen wensch tritge- drukt tegen het wetsontwerp, maar voor de. onthouding. Uit de tegenwoordige gezindheid der Kamer, kan men reeds opmaken dat het wetsontwerp eene meerderheid zal behalen van 5 tot 6 stemmen, Eventwel zijn er nog een twaalftal volksvertegen woordigers die nog in twijfel verkeeren en niet weten in welken zin zij zullen stemmen. De groep der afgevaardigden die het wetsontwerp genegen zijn bestaat uit do 39 leden der linker zijde, de 12 biussel- sche onafliankelijken, cle zes ministers en eenige klerikale afgevaardigden. Zi.1 klae-en nosr. Van alle kanton is er nood en gel.rek de winter nijpt en er is geen werk, geen brood. Alles gaat slecht, doorslecht en wiet weet wat al volksellende er in het aanbrekende jaar nog zal liggen opge sloten Er is slechts eene klas van menschen, welke onbekommerd voortleven en nog niet eens op den dag van morgen denken. Maar oolc, waar zouden zjj hun hoofd meê breken 1 Bezitten zij de volle overtuiging, koes teren zij de vaste zekerheid niet, dat do voorzienige hand van 't ministerie aan houdend over hen waakt? Gelulcige geestelijken Het is waar, dat er zonder u andera meesters te Brussel zouden besturen, O -in f Vi O r jsr

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1886 | | pagina 1