HET GEHEIM DOOFHEID 4de Jaar. Nummer 6 (162) Zondag 10 Februari 1889, ftnmïw [X-ivsa LIBERAAL WEEKBLAD VOOR I)E Abonnementsprijs 6 fr' v°°r de stad' voorop betaalbaar. ADonnementspnji j 6 fr 50 voor den buiten, M PBIJS FEB NV MME B 10 C EN TIMEN. Men abonneert zich op alle postkantoren voor den buiten voor ce stad, ten kantore van 10, Vooruitgangstraat 10, Aalst. AALST, 9 FEBRUARI. De Liberale Jongelingen worden vrien delijk verzocht de lessen welke des Zon dags. om 9 ure 's morgens, in het lokaai CONCORDIA, Schoolstraat, Ne 2, tot be reidingvan het kierexaam gegeven worden bij te wonen. De lessen worden door bekwame onderwijzers gegeven. politiek ovei'zicht. Frankrijk. Het wetsontwerp tot weder invoering van de» scrutin d'arrondissement in Frankrijk bepaalt, dat elk arrondissement een afgevaardigde kiest, indien het niet meer dan 100 000 inwoners telt. De arrondissementen, wier bevolking hooger is dan dit cijfer, kiezen een afgevaardigde meer voor elke 100 000 zie len of gedeelte daarvan. In dit geval worden de arrondissementen gesplitst, zoodat liet kies- diutrikt niet meer dan één afgevaardigde e kiezen zal hebben. Hel aantal afgevaardigden zal 574 zijn, dat is ten minder dan volgers de bestaande wet. (Jostenrijk-Hongarie. Het overlijden van aartshertog Rodolf heeft in de Europeesche politieke kringen meer ontroering verwekt dan gewoonlijk het gevoel is bij het afsterven van eenen kroonprins.Het was algemeen gekend dat de gezelfmoorde van Meierlingde binnen- noch buitenlandsche staatkunde zijn vaders genegen V Hij was een verlicht "en vrijzinnig prins, steik ingenomen'met de parlementaire rege ringswijze van Engeland en België, bewonde raar van den zoo diep betreurden Frederik 11 In menige omstandigheid aarzelde hij niet den reaetionnairen geest te laken die aan het Oos ten rij kach hof heerscht. Voor wat de buitenlandsche politiek aangaat toonde de gemaal van prinses Stephanie zich wantrouwend tegenover den jongen duitschen keizer en zijne raadgevers prins en graat DL marek hij scheen meer genegen voor een verbond met Rusland die, naar zijn meening, de zelfstandigheid van het Ooatenrijksch keizer rijk nooit in gevaar zou brengen. 'be vermoedelijke troonopvolgers, zoo on verwachts tot die hooge bestemming geroepen, hebben geenszins eene overeenkomstige op voeding ontvangen en het is te vreezen dat, bij eene spoedige troonsverandering, de regeering in handen zal vallen van onbekwame, zwakke handen en dat Oosterijk de speelbal zal wore en etner overdrevene reactie. Duitschland. Heel wat opschudding heeft een artikel verwekt, over eenige dagen verschenen in een engelsch tijdschrift Contem porary Review. Dit artikel, getiteld de Dynas tie der Bismareks is eau hevige aanval tegen den Rijkskanselier en zijnen zoon. De onwaar schijnlijkste beschuldigingen worden er die twee staatslieden naar het hoofd igeslingerd zoo wordt er opentlijk in gozegd dat zij eenen moordaanslag op Keizer Frederik III beraamd hadden. Uit de bezonderheden van dit artikel blijkt het duidelijs dat steller ervan heel wel bekend moet zijn met den politieken wereld van Berlijn, met de intrigues aan het hof vn de gebeurtenissen dezer laatste tijden. Als schrijver heeft uien aangewezen keizerin Frederik zelve, sir Morell Mackenzie, de engel- 8che doktor die don keizer tot aan zijnen dood verzorgd heeft, en sir Morier, den engelschen gezant te Petersburg, een gezworen vijand van de Bismarck's. Een woord tot de burgerij. Er kleeft eene soort minachting op het leger. Men schuwt den soldaat. Zelfs de geringe burger mijdt zijn gezelschap, op straat, in «ie herberg, op de spoor baan. a Militairen worden niet toegelaten is een gemeenzaam opschrift boven dans-en speelzalen, waar men anders niet nauw ziet. Zij vrijt met eenen soldaat is een verwijt dat elk fatsoenlijk burgers- meisje doet blozen. Soldatenkroeg, soldatenslets,geen woorden in de taal hebben eene onguns tigere beteekenis. Want men houdt den soldaat voor een groven, baldadigen kerel, die drinkt en vloekt, die tiert en vecht, kortom, voor bet u tschot der samenleving. Die weerzin is niet van grond ont bloot. Het leger wordt aangeworven uit de minst beschaafde standen. Opvoeding geleerdheid hooren in de kazerne niet te buis. De diensttijd wordt er beschouwd als een onheil en eene straf. Geen wonder dat vele dier jonge lieden, allen in bet vuur der driften en plotseling aan bet ouderlijk gezag ontrukt, hunne ledige uren in dronkenschap en woeste losban digheid slijten. Maar kome de persoonlijke dienst plicht en het schouwspel verandert. Naast de ongeletterden en onopgevoe- den, wordt de kazerne bevolkt niet zo nen uit de burgerijZij voeren er bet heilzaam voorbeeld in, hunner meer be schaafde taal en zeden. Geene vermaning, geen zedepreek vermig, wat de dagelijksche omgang met meer ontwikkelde kameraden als van zelf teweeg brengt. Dan zou het volkskind geene reden 15. VAN DEN BANKIER. Zij zat in de tuinkamer, een groot vertrek, laag van verdieping eu met openstaande ramen dij op het grasperk uitzagen. Do dag was helder en warm en de ge..pende vensters lieten de trisclie lucht van den tuin en hét bosch vrij binnenstroomen. Clara Westlord zat in half liggende houding in een lagen arm stoel bij een der ramen. Eene kleine tafel, waarop eenige boeken lagen, stond nevens haar, die boeken echter Lgen' ongeopend en achteloos neergeworpen. Zij was niet in staat te lezenbare gedachten waren weg, ver wegop de onbekende ge vaarlijke zeeën, waarop de Lily Queen don- berde. Nooit misschien, zelf in d«n eersten bloeitijd der jeugd, had Clara Westford er bevalliger uitgezien dan op dit oogenblik. Het was de bedaarde schoonheid van den rijpen vrouwelijken leeftijd, kalm en ïustig als het zachte licht der maan, vergeleken bij het schitterende licht de middagzon. Zij was keurig, neties gekleed, want zij was vsel tegoed opgevoed, om ooit hare kleederen to varwaarloozen. Zij was erde vrouw niet naar, Om haar verdriet tot eene verschooning voor iordige kleeding te bezigen. Haar kastanje bruin haar was in dikke vlechten achter haar liaftfd opgebonden, eu met een eenv'oudigen s hildpjuitleh karn vastgemaakt. Zij droeg «en het blad HET ARRONDISSEMENT AALST. Gewone, 15 oentimen Prijs der AiinoncenR9klameni 76 eontimon J drukregel. Vonnissen op de derde blad tijde, -50 centimen. Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt. Handschriften worden niet terug gezonden. Nee spe nee metu. meer hebben om bet lot dubbel te ver vloeken, dat hem 1° arm deed geboren worden en 29 een kv,aad .nummer in de band stopte. Op de schoolbanken zijn artn en rijk gescheiden, belaas Maar in de rangen van het leger toch, zouden ze elkander die en te ontmoeten. Aldus zou bet le ger worden tot eene school des levens en naast zijn vaderlandsch doel, ook eene hooge maatschappelijke zending vervullen. En het zouden geen verloren jaren meer wezen, maar vruchtbare iaren, waar de aankomende burgers elkander zouden leeren kennen eu waardeeren voor later tijd. Vrees toch niet, Mijnheer de Rente nier, dat uw veelbelovend zoontje er zijne fraaie manieren zou bij inschieten. De cafés chantants en tingeltangels waar bij nu zijne avonden doorbrengt, zijn ruim zoo schadelijk voor zijn verstand en zijn gemoed. De bon ton dia daar heerscht, heeft aan de kazerne niet veel to verwijten. Daarbij, ik vind hem wat week en wat stijf, wat al te delicaat, Mijnbeer uw zoontje. De jongen weet de banden niet uit de mouw te steken bij kan nog geen knop aan zijn broek zetten, zoo onbeholpen is bij met zijn vingers. De pelsen frakken en de tramways hebben hem te zeer verwend. Hij gaat te laat naar bed en 's morgens, zoo klaagt gij z lf, kan bij niet uit de veeren. Ook lijdt hij veel aan snutvallingen. Geloof mij, met. de zon opstaan en een paar uren den ransel dragen, zou hem geen kwaaddoen. Wordt eenmaal de persoonlijke dienst plicht ingevoerd. In der waarheid ik zegge het u, vriend lezer, dan zal er veel anders worden in de kazerne, wat thans verkeerd is. Geen zure ammenis meer, geen bevrozen pataten, geen vleescb van pokzieke koeibeesten meer, want fatsoenlijke jongelui eten nu niêe, en zouden bet aanklagen bij hunne papa's, die in de Kamers zitten. Er zou ook meer licht, meer lucht komen in de kazerne. Of de kazerne zelf zou kunnen afgeschaft worden, ziet, dat betwijfelen wij. Maar wel zou men er toekomen, den diensttijd te verkorten. Wie zijne oefening kent, mag naar buis. Eu daartoe Moltke zelf is onze zijn niet meer dan drij maanden noodig. Van zoohaast dit princiep ingevoerd is, zult ge eene wedijvering zien ont staan, waar de slenterbazen zullen van verstommen. De jongens zullen niet meer naar bet plein trekken met lamme beenen, onwillig en mistroostig, omdat ze toch blijven moeten, om bet even of ze goed dan slecht exerceereu. Zij zullen zich reppen, leerzuchtig en dienstvaar dig wezen. Verleden zaterdag is er weer eene ganscbe ploeg naar buis gekeerd zoo denken zij maar niet geslapen Wie wil gaarne nog zestien maanden blijven loopen Niemand Wie wil gaarne binnen zes weken naar buis Allen Geenportez-arme zoo welsprekend, geen en avant marche zoo opwekkend als die verloftijd in 't verschiet. Er is meer. In die omstandigheden zou bet niet- lang duren of wij kregen den algemeenen dienstplicht, met een maximum van manschappen, een mini mum van uitgaven. Waarom, zou het dan heeten, uit den mond van rijk en .arm, waarom is mijn buurman vrij van den dienst? Omdat bij toevallig een ander kokertje uit de trom mel te voorschijn baalde Mooie reden Zijn wij niet alle kinderen van hetzelfde vaderland En op die wijze, vriend lezer, zouden wij, mits eenige maanden kazerne voor eenieder en daarna een paar weken oefening tijdens de eerstvolgende jaren, een leger krijgen, wel niet geschikt om vreemde landen te veroveren, maar in staat om den vijand van ons erf te hou den, bij moge in roode broeken komen of met den pinhelm op bet hoofd. Een leger dat pal bij de grens staan en handen afroepen zou, met het noodig getal gekruiste bajonnetten, om de daad bij het woord te voegen, indian het wezen moest. Dat is wat beter dan bet bestoven papiertje dat sedert 't jaar 30 te Brussel in een kartonnen doos ligt, dan bet tractaat onzer onzijdigheid, waar Bis marck zijn Duitsche pijp zal meê aanste ken, of Boulanger zijne cigarette, zoo haast zij er kans toe zien. Maar alle die hervormingen zijn thans voorbarig. Wat wij vragen moeten is de persoonlijke dienst. Hoe denkt gij daarover,kleine burger, die uit gedoogen voor de menschen, zoo diep in uwe tesch moet grijpen, naar de Lwse duizend frank die de remplacaut van uw zoon u kost. (De Koophandel.) en Tuitingen in het hoofd. Manier om ziek ten zijiunt te genezen Men zendt eene örochuur van 132 hladz. tegen 0.36. Men wende zich totJ. 11. Nicholsgx, 4, Drouetstraat, Parijs. zijden kleed van goudbruine kleur, hetwelk wondergoed overeen stemde met hare heldere gelaatskleur van kastanjebruin haar. Een groote turkoos, in eenen doffen gouden rand gezet, hield haar klein «vit halskraagje vast, en knoop jes van hetzelfde fatsoen bevestigdeu de een voudige manchetten van vlekkeloos kamerdoek. Een paar kostbare ringen van goud met turkozen versierden de tengere witte handen, en waren het eeuig versiersel, dat de vrouw van den kapitein droeg. Zij zat alleen in gepeins verzonken. O, hoe teerder en droevig «varen die ged ichten. Zij dacht aan haren afwezigen echtgenoot. Plotseling werden de gordijnen van hel verst van haar verwijderd raam met eenen ruk open geschoven, en er trad een man de kamer binnen. Clara Westford, vorschrikt door dit gedruisch, zag op; een tlau«ve, halfgesmoorde gil kwam van hare lippen. Gij hier riep zij uitgij hier De indringer was niemand anders dan Rupert Godwin, de bankier uit de Lombardstreet. Langzaam naderde hij de plek waar Clara zat. Zijn donkerkleurig gelaat was een weinig bleeker dan gewoonlijk, en een vast besluit stond in zijne oogen te lezen. Ja, antwoordde hij bedaard, ik ben het, Cl ra Westford. Na twintig jaren ontmoeten wij elkander nu voorde eerste maal, en zie ik de vrouw weer, die de vloek en de marteling van geheel mijn leven geweest is. Clara Westford kromp terug in de kussens van den stoel, alsof zij voor eenen dreigend opgeheven arm terugweek. O genadige hemelriep zij uit «n sloeg hare handen krampachtig ineen. Na twintig jaren geluk moet ik dan die hatelijke stem weer hooren Ja, Clara, antwoordde de bankier. lieden begint de strijd tusschen ons opnieuw en dit maal zal het niet eindigen voor dat ik overwon nen zal hebben. De vrouw van den kapitein hield hare handen voor haar gelaat, maar liet geen woord, geen kreet hooren. Sidderend zat zij daar, als werd zij tot in het binnenste v n haar hart door den "couden adem vau een scherpen wind aange daan. Clara, gij zijt zoo schoon als ooit; maar gij hebt iets van uwen ouden hooghartigen geest verloren, spra de bankier. De vrouw van den koopvaardijkapitein is zoo trotsch ni-:t meer als do dochter van den baronet was. Honderdmaal trotscher, riep Clara uit, hare handen van voor haar gezicht wegtrek- keude, en Rupert Godwin plotseling in het gelaat ziende, honderdmaal trotscher want thans heeft zij, behalve hare eigene eer, ook die van haren echtgenoot te beschermen. Braaf gesproken, Clara, edel gesproken Gij zijt nog steeds de zelve, zie ik, en de strijd zal een edele strijd zijn. Ditmaal zal ik niet overwonnen worden. Waarom zijt gij hier gekomen, riep mrs.. Westford uit. Hoe hebt gij (loze plaats ontdekt? Door uwen echtgenoot. Maar ik zal u daar later meer van zeggen. Door mijn echtgenoot? Ah, hij is dan toch bij u geweest, gij hebt hem gezien eer hij uitzeilde Ja, ik heb hem gezien. Hij heeft eene groote som gelds in uwe handen toevertrouwd De bankier zag Clara met een onbeschaamden glimlach aan. Lieve Clara, ik geloof dat gij droomt, riep hij uit. Uw echtgenoot heeft geen geld bij mij gestort en was ook niet in staat dit te doen. Wat wilt gij daarmede zeggen Eenvoudig dit. Toen Harley Westford bij )p den Jrtiiiteii. Als een bewijs lioe liefderijk de gods dienstige opvoeding op de buitenlieden werkt, diene het volgende Een groot getal boeren die op het geluid van den schok eu het onsnappen van den stoom uit den geborsten ketel naar de plaats der ramp warengeloopen, stonden daar met de handen in de zakken en weiger den volstrekt de weinige reizigers te helpen, die tegenwoordigheid van geest genoeg bezaten, om hunne verongelukte reisgenooten ter hulp te komen. Zij zagen stokstijf, zonder den mond te openen, de rampzaligen aan die om een dronk water smeekten. Meer nog, toen het vuur van hot for nuis d r locomotief zich mededeelde aan het hout der versplinterde wa gons, en de gekwetsten lovend dreigden te verbranden was do geneesheer Ilau- hen gedwongen een hoer hij de keel te nemen en hein te dreigen hein iri 't vuur te werden, om h m eu zijne makkers aan te zetten met aarde het begin van brand uit te dooven. Een ontsnapte liep naar het dorp om hulp en kwam juist op het oogenblik dat de klok luidde voor de mis. Do boe reu en boerinnen die hij vroeg om de ge kwetsten te helpen, verklaarden dat zij de mis niet mochten minkeeren.en trok* ken gerusr in de kerk Ziedaar do uitslagen van de christelij ke zedeleer, waarin de bewoners der dorpen door de geestelijken worden ge- kon fijt Zulke schandelijke handelwijze zou men zelfs bij de minst beschaafde bewo ners van gelijk welke stad niet kunnen b.-statigen. Waarom dit verschii P Ondanks den twijfel, doorde romanti sche. verhalen van de Fransche gazetten onderhouden nopens den aard der dood van prins Rodolf, ma men aannemen dat de ongelukkige zich gezelfmcord heeft In België doen de klerikale burge meesters, op hevel van de katholiek® geestelijkheid, de arme zelfmoordenaar® in den hondenboek begraven... step pen, zou 't Land ran Aalst zeggen. Voir hen noch gebed, noch kerkelijk? dien sten. liet lijk van pris Rodolf integendeel wordt, omringd van de grootste pracht, in eene katholieke kerk onthaald door de hoogste waardigheidsbekleders der geestelijken. En men leert ons dat do christelijke leering; een ou dezelfde is voor al de be- bij mij kwam, was hij een bedelaar. Hij kwam mij geld ter leen vragen om een gedeelte der lading van zijn schip te betalen, en tot waar borg liet hij mij de eigendomsbewijzen van dit landgoed achter. Hij leende geld van u riep Clara uit, krampachtig hare handen tegen haar voorhoofd drukkende. En hij zegde mij, dat hij u twintig duizend pond in bewaring wilde geven. Dan heeft hij u eene leugeu verteld, want al zijne spaarpenningen waren verloren gegaan in eene of andere buitenlandsche speculatie, waarin hij zich gestoken had, en alleen met behulp van geleend geld «vas het hem mogelijk, deze ui uwe r. is te doen. Zie mij au niet met zulke ongeloovige blikken aan, Clara. Ik ver lang niet dat gij mij op mijn woord zult geioo- ven. Ik heb papieren, door uwen echtgeneot geteekond, die de waarheid mijner woordeu bevestigen. De paragraaf luidde als volgt Iiij Lloyds brgint mou ernstige vree» te koesteren voor het koopvaardijschip Lily Queendat op 27 Juni laatstleden uit do Londen Docks gezeild is, met bestemming naar China, en waarvan men tot heden toe nog niets verno men heeft. Het papier ontviel aan Clara's handen, het was haar niet mogelijk nog verder te lezen. Met een luiden gil viel zij bewusteloos op den grond. Ha, Clara, riep do bankier uit en zag haar met eenen boosaardigen glimlach aan. Ik heb de waarheid gesproken, toen ik zegde, dat het tweede bedrijf van ons drama bogonnen was. VIL De gestolen brief. De bankier gif zicli geen de min te moeite om Clara Westford weer tot zichzelve te cloeu komen. Zij was na de le/.ing van het noodlottig® artikel in de Times achterover op den grond gevallen, on was zoo blijven liggen met haar aangezicht, naar den zolder gekeerd. Rupert Godwin knielde naast haar liederen zag lang en ernstig op het marmerbleek gelaat. Geheel bewusteloos, riep hij uit, toen hij inrs. Westford's hand had opgelicht en gezien ha hoe die weder slap nederviel. Een doo le zelf zou neit minder begrip kunnen hebben van hetgeen er rond haar voorvalt. Niets kon mij heter van pas komen. De bankier stond op on liep langzaam met voorzichtige schreden eu zonder eenig gedruisch de kamer rond. Het vei Ir -k was bevallig gemeubeleerd en droeg overal de sporen van voortdurende werk zaamheid. Er stond een opengeslagen werk tafeltje, e ne op ne piano, eene doos met water verf en op eene tafel bij eene der ramen een eloganten kleinen schiider«-ezel vun notelaren hout. In een gemakkelijk hoekje Lij don schoor steen stond eeu uit vorscl illeude houtsoorten vervaardigden lessenaar; deze was gesloten, maar een bos sleutels hing in het sleutelgat. Dat ziet er uit alsol het een lessenaar was, mompelde de bankier; als dat het geval is, kan het bijna niet anders of ik moet vinden wat ik zoek. Nogmaals zag hij naar het beWegingloozt lichaam dat op den vloer lag. Clara Westford had zich nog niet bewogen; Daarop lichte Rupert Godwin voorzichtig hel deksel van den lessenaar op en overzag den inhoud. In ceue rei vakjes voor hem zag hij talrijk® pakjes brieven liggen, waaraan sommigen mei rood, anderen met blauw lmt vastgebonden waren. (Wordt tmrtgné.) CT 11') Bd MIW .T-T-' «erajasBii O

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1889 | | pagina 1