HET GEHEIM
DOOFHEID
4de Jaar.
Nummer 7 (163)
Zondac 17 Februari 1889.
LIBERAAL WEEKBLAD VOOR DE
5 fr. voor de stad.
Abonnementsprijs: j 6 fr 50 voor den buiten,
PRIJS PER NUMMER 10 GEN TIMEN.
voorop betaalbaar.
Men abonneert zich op alle postkantoren voor den buiten: voor de stad, ten kantore van het blad,
10, Vooruitgangstraat 10, Aalst.
HET ARRONDISSEMENT AALST.
b i-« j Gewone, 15 oentimen 1
Prijs der Annoncen EsklaInen> 76 c6ntImen per drukregel.
Vonnissen op de derde bladzijde, 50 centhnen.
Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt.
Handschriften worden niet terug gezonden.
Nee spe nee metu.
AALST. 19 FEBRUARI.
De Liberale jongelingen worden vrien
delijk verzocht de lessen welke des Zon
dags. om 9 ure 's morgens, in het lokaal
CONCORDIA, Schoolstraat, N'! 2, tot be
reidingvan het kiesexaam gegeven worden
bij te wonen. De lessen worden door
bekwame onderwijzers gegeven.
Bïiiteiilanclseli politiel*
overzicht.
Frankrijk. In een dagorde aan zijn regi
ment gericht, viel du colonel van het 90" linie
regiment hevig uit tegen het duitsch gouverne
ment, omdat he geneesheer-majoor Eudes geen
vrijgeleide verkregen had om te Straatsburg
zijne stervende moeder to gaan bezoeken. In
dit dagorde zegde Colonel Séuart dat de baat
tegon Duitschland eiken franschen soldaat
moet bezielen.
Ten einde inouiëlijkheden met Duitschland
te voorkomen, die het natuurlijk gevolg van
dergel ij ze taal moeit zijn, heeft de minister
van Oorlog dien hoofdofficier eene tuchtstraf
moeten opleggen. Zoo zal dit voorval zonder
verdere gevolgen blijven.
Dé fransche kamer van Afgevaardigden heeft
maandag met 268 stemmen tegen 222 de kie-
zing per arrondissement weêr ingevoerd.
Ierland. De vervolgingen tegen de ter-
sche patriotten wordt, van wege het engelsch
s'.aatsbestuir, hardnekkig voortgezet. Ialrijk
zijn reeds de iersche afgevaardigden die voor
hunne home rule redevoeringen in het gevang
boeten, al- aar zij op eene schandelijke wijze
btbandeld worden.
DuitschlandAan het parijzer blad Le
jjfgf ifi wprdt er geschreven, dat de geneeshee-
ren, gezien den staat van zenuwachtige opge
wondenheid waarin prins von Bismarck voort
durend verkeert, vreezen dat de rijkskanselier
door eene beroerte zou kunnen getroffen ol zin
neloos word n,
HollePrins Borghède, hertog van Bor-
narzo is te Rome in failliet verklaard. De prins
hi ld zich veel bezig met bouwondernemingen.
De pauselijke schatkist is door die failliet zeer
gevoelig getroffen.
De italiaansche hoofdstad is verleden week
gedurende een paar dagen het 'ooneel van erge
wanordelijkheden g waest. Eenige duizenden
werklieden, zoogezegd zonder werk, maar
fjgeijtljjk leden der Internationale, hebben de
bijzonderste siraien der stad doorloopen, in
de magazijnen de spiegelruiten verbrijzelende
en eenige winkels plunderende. De schade
aldus veroorzaakt beloopt tot minstens 100000
franken. Talrijke aanhoudingen zijn gedaan
10.
VAN DEN BANKIER.
Dat zijn zijne brieven, mompelde de ban
kier inet een grijnzende lach, ik zou er een
schat voor durven verwedden dat het /Jjue
bi L'ven zijn, die daar met dat teeder blauw
hi.t bil elkaar gebonden zijn. De d.ichtei van
sir hu Ponsüiihy k.-in nog zoo sentimenteel
zijn als .-ene jonge .ufvrouw op de kostschool
wanneer haar lieve kapitein in het spel is.
Hij nam efen der pakjes in de hand.
Ja wel, op de bovenste was geschreven Van
mijn echtgenoot.
Laat mij eens zien hoe die vent zijn naam
teekent, sprak Rupert Godwin by ziohzelve.
Misschien heeft hij wel alleen met de vooilet
ters getee! end en dan z.e ik mij toch nog te
leur gesteld.
De bankier trok een van de brieven uit het
pak en haalde hem uit den enveloppe.
Het was een lange briefen voluit geteekeiid
Harley Westford.
Ja het noodlot begunstigt mijne plannen
mompelde Rupert Godwin, terwijl hij den brief
in zijnen zak stak en liet pakje met de
andere weder .p zijne plaatsin het vak legde,
waaruit hij het genomen bad.
Vervolgens wierp bij nog eeneu lnatsten blik
op Clara en verliet de kauier.
Hij liep den gang in waar hij hevig aan oene
bei trok.
Efue vrouwelijke dienstbode kwaui haastig
geweest. Thans is de rust weêr gansch herstelt.
Donderdag mo st in de fransche Kamer de
bespreking beginnen van het ontwerp van
grondwetsherziening, door Minister Floquet
neêrgelegd. jEen voorstel tot verdaging, door
M. Donville-Maillefeu gedaan is met 367 stem
men tegen 218 aanvaard geworden. Dit was
eene gevoelige nederlaag voor het ministerie
Flocquet dat dan ook zijn ontslag heeft
gegeven.
De Verantwoordelijkheid.
Als het kalf verdronken is, wordt de
put gevuld, zegt het spreekwoord. Op
de ramp van Groenendael is dit gezegde
in zoover toepasselijk, dat men naar de
oorzaken begint te zoeken van het onge
luk, nu het te laat is, alhoewel het de
administratie aan geen verwittigingen
heeft ontbroken aangaande het gevaar,
dat hot verkeer op de lijn Brussel-
Namen aanbood.
In zijn nummer van 18 januari laatst
leden riep de Moniteur du Commerce
Beige de aandacht van het hooger be
stuur ier ijzeren wegen op den ei barme-
lijken toestand van het materieel dei-
lijn Brussel-Namen.
Het artikel van den Moniteur du Com
merce Beigewas de opsomming van
eene reeks feiten die zijne beweringen
kwamen staven, onder ander» dat inen
drie uren noodig had, om eeno hnlp-
machien te sturen voor een trein die te
Blaumont op zes kilometers afstand van
Gembloux was blijven staan.
Le Moniteur du Commerce Beige sloot
zijn artikel als volgt
Gij vraagt mii, indien er gekwetsten
geweest waren wat er zou van geworden
zijn? Ze zouden waarschijnlijk gestorven
zijn en de administratie der Staatsspoor
wegen zou haar best hebben gedaan om
aan de familieleden te bewijzen dat het
de schuld der gekwetsten was dat ze
gewond en gestorven waren.
En nu op wegreizigers voor
Namen, en leve het bestuur der Staats
spoorwegen.
Eene kleine raadgeving: Als gij den
trein neemt van Namen en verder, ver
geet niet u vooraf aan te geven als lid
bij eene levensverzekeringsmaatschap
pij-
De voorspelling van Le Moniteur du
Commerce Beige heeft zich op eene aller
treurigste wijze verwezenlijkt. Wij
vragen ons at, of het geen onovertroffen
schandaal is, dat na dergelijke verwitti
gingen de administratie werkeloos is
geblenen
Zelfs nu dat de ramp is voorgevallen,
toegeloopen en bleel verschrikt staan bij het
zien van den vreemdeling.
Ik ben een vriend van mrs. Westford,
sprak Rupert Godwin; maar ongelukkig heb ik
haar eene slechte tijding moeten brengen. Uwe
meesteres ligt in zwijm; gij moest liever ter
stond naar haar toe gaan. Wacht eens, hoe
heet haar doctor
Doctor Sanderson, mijnheer, in het dorp.
Hij woont in het huis met groene blinden.
Het eerste huis links voor! ij de Zeven Sterren.
Ik zal hem terstond hier zenden.
Dank u, mijnheer, dank u.
Het meisje ij 1de voort, vol begeert© om hare
meesteres ter hulp te komen, terwijl de bankier
het huis verliet, waaruit alie vreugd door zijne
onheilaanbrengende komst vervlogen was.
Hij ging het dorp in en vond het huis waai
de doctor woonde. Hij liet eene boodschap voor
dien heer achter en wandelde vervolgens naar
een kleine herberg, waar hij zijn rijtuig met
dm groom had laten staan.
Hij stapte in het rijtuig en reed terug naar
Winchester, van waar hij dien morgend geko
men was. Op den weg reed hem eene kleine
poneywagen voorhij, die bestuurd word door
een jong meisje met goudblonde lokken, die
onder eenen ronden hoed te voorschijn kwaman.
Datfrfcb, gelukk g schijnende meisje was
Violette Westford.
De b ukier schrikte, als had hij een geest
gezien en keek het wagentje met doordringende
blikken na.
Ja, dat meisje moet haro dochter zijn,
zegde hij
Hoe herinnert mi het aangezicht aan het
verledens, aan den dag waarop ik Clara
Ponsonby aan haar vaders zijde x -g rijden den
dag waarop hare plotselinge liefde in mijn
hart opkwam, en van dat uur af aan tot op uit
oogenblik heb ik haar bemind.
zestig slachtoffers (dooden en gekwet
sten) heeft gemaakt, komt diezelfde
administratie door het orgaan van den
minister van spoorwegen beweren, dat
de ramp onvoorzien was, om zich in de
oogeu van 't publiek van elke vlek van
omwil, nalatigheid of onbekwaamheid
wit te wasschen.'
De commissie van drie ingenieurs, be
noemd door 't parket van Brussel, om
de oorzaken der ramp op te sporen, zal
natuurlijk niets aan het licht brengen
omdat liet ingespannen onderzoek
wij ontkennen het niet, met ^groote
moeilijkheden gepaard i aat en zelfs al
ware dit het geval niet, men ongetwij
feld den domper over deze zaak zou
zetten. Evengoed toch zou men een Van
dei Zande kunnen gelasten met het
onderzoek der diefstallen van de bande,
waarvan hij de gewezen chef is bloed
trekt, on de m m zou het gerecht op een
dwa-Jspoor brengen.
V ij voorspellen op voorhand dat de
besluiten dier ingenic-urs-commissie
strekken zullen tot de volkomen on-
schuldigverklaring des ministers en der
administratie van het departement, dat
hij in naam lx stuu t.
I elk geval zal hot hooger bestuur
zich niet Vrijpleiten van verregaande en
misdadige nalatigheid, voor wat betreft
de inrichting van den geneeskundigen
hulpdienst iti geval van rampen.
Het ongeluk gebeurde om 9,45 ure en
slechtst 112 ure nadien kwam de eerste
locomotief een geneesheer medrbien-
gend, voorzien van de ontoereikende
heel-en geneesmiddelen. De meest be
gunstigden onder de gekwetsten zijn
3 uren op den weg blijven liggen, ker
mend van pijn, terwijl eene origêlukkige
vrouw 5 iirey onder de puinen bleef,
alvorens men haar ter hulp kwam.
De verklaring van een geneesheer, die
een der eersten ter plaats was, is eene
verpletterende beschuldiging voor de
adminsstratie,
Hadden we bijtijds hot noodige bij de
hand gehad, zegde hij dan was de
belft der dooden gered geworden.
Tegenover lergelijke verklaring vervalt
r 11e tegenspraak zoudt ge meenen
Voor ons ja, maar niet voor het Iiqo-
gerbesamr van een ministerie, dat den
minister als werktuig gebruikt, hem met
fantastische cijfers en argumenten wa
pent om voor de Kamers, voor het land,
de stoute en onbeschaamde bewering-
vooruit te zetten, dat alles om te best is
in de beste aller administratiën, van het
best bestuurde aller landen,
en Tuitingen in liet hoofd.
Manier om zich ten zijneut te genezen
Menzendt eene örochuur van 132 kladz. tegen
0.36 Men wende zich totJ. li. Nicholson, 4,
Droaetstraat, Parijs.
TVrie kent xe
In mijn dorp is er een kwezel, onder
alle andere kwezels uitverkoren
Iedereen kent ze, men noemt ze..,
Neen, haar naam wil ik niet zeggen,
maar haar portret wil ik u maken.
Ze is de bestuurster van de congrega
tie, de rechterarm van den onderpas
toor.
In de kerk is ze in haar element ze
draagt het grootste gebedenboek en den
langsten paternoster. Ze bidt dat hare
tanden klateren maar terwijl ze dat doet,
gaapt ze de kerk rornl, om te zien wie
er in de mis of iu 't lof mankeert.
Eerst in de kerk, gaat zij Ar ook de
laatste uit, en eene volle uur na het ein
digen van de mis of lof, staat ze nog op
haar gemak aan do kerkdeur te co-
meeren.
Ongelukkig hij, die-se voor zich zit
ten heeft, als hij te biechten gaat, wa t
ze ziet er niet op om eene uur of ander
half in deu biechstoel te blijven.
Op straat bekijkt ze u met eenen
loenschen blik niets van al wat ge doet
en op uw lichaam draagt ontsnapt haar.
Spreekt gij haar aan, dan antwoordt
ze u met een fleemend, zacht stemmetje
en met .saamgevouwen handjes men
zou haar Ons Heer geven zonder biech
ten.
's Avonds in het donker ziet men ze,
in een kapmantel gedraaid, het doi-p
rondriesterun, aan deuren en vensters
luisteren, door de opene hoekjes van de
gordijnen in de herbergen en burgers-
huizen kijken.
Negen keeren op tieu verrast zij alzoo
het een of ander familiegesprek, en 't is
om het te vertellen aan den biechtvader
dat ze zoolang in den biechtstoel zit
Geen wonder of weet de pastoor alles
Ze weet beter dan de bazen zelve wie
in deze of gene herberg is geweest, en
wat hij er gedaan heeft.
Bij kermissen of jaarmarkten doet zij
het stieltje van spioen ze weet van bui
ten welk meisje of boerin een flikker
heeft geslagen, en wat zij weet, iceet
ook de pastoor of zijn kapel haan im
mers hier is één en één nog maar één
Komt er een vreemdeling in uw huis,
Ja, ik heb haar bemind, al kwamen er ook
gedachten van wraak bij mij op, en vermeng
den zij ziohop zonderlinge wijze inet mijne lief
de, lx bemin haar maar ik zou haar aan mijne
voeten willen doen knielen ik aanbid baai
en toch zou ik haar tot in het stof willen ver
nederen.
Met zulke gedachten in zijn hart reed Rupert
Godwin terug naar Winchester en stapte uit
voor het groot-hotel van de stad.
11 ij was te Winchester gekomen, maar niet
alleen. De misdaad brengt moeite en zorgen
mede, waarna zelfs de sluws.e misdadiger niet
ontsn ippén kaïy Rupett G xlwiu wist dat hij
tot op zekere hoogte iu de macht was van zijnen
klerk, Jacob Dnnielson, en hij besloot tien man
tot zijueu medeplichtige te m ken.
Als die oude mij helpt iu mijne plannen
en eene belooning voor zijne moeite aanneemt
dan kan hij mij nooit verraden, dacht hij.
De bankier wist dat Jacob Danielson do
slaaf was van twee hartstochten twee nood
lottige neigingen, die een mail bij elke verzoe
king doen bezwijken.
De twee hartstochten waren gierigheid eu
lust tot sterken drank. Jacob Danielson was iu
zijn doen en laten een vrek, en daarbij een sterk
brandewijndrinker,
Om brandewijn of geld te verkrijgen, zou hij
zelfs in verzoeking gekomen zijn om zijne aiei
aan den helscken vijand van het mensehelijk
geslacht, die altijd op zulke koopjes schijnt uit
te zijn, te verkoopen.
De bankier die zijn klerk bijna even nauw
keurig in bet oog hield, als daze met hem deed,
kende zeer goed de zwakke punten van Jacob
Dauielson's karakter.
Hij zou gaarne den baas over mij spelen
dacht Rupert Godwin, en hij weet zaken die
hem misschien een belangrijk ovei wicht over
daar komt ze oogenblikkelijk aanbellen
ze heelt altijd een prétexte nu komt ze
om melk, dan om boter, dan om iets
anders Maar ze komt inderdaad om te
vernemen wie de vreemdeling is, wat hij
doet, waar hij woont van welk kleur of
te opinie hij is, enz.
Durft ze niet binnenkomen, iets wat
ook gebeuren kan, dan passeert ze 50
maal in een uur voor bij uw huis, en
weest er zeker van, ze zal uiet vertrek
ken voor een vaeemdeling te hebben ge
zien
Ze weet alles, ze ziet alles Men vindt
ze overal
Ze heet
IGen en ander.
Ei on dansen is zonde Koning
David danste voor de Ark des Verbond»
en zijn wijt viel van jukezij dood, dit
vermeldt het Heilig Schrift. Maar wij
kunnen algelijk aan de verzoeking ni#t
weerstaan de feesten te vermelden die
zaterdag en zondag plaats gehad heb
ben in eene gemeente van het kauton
-St. Joos-ten-Noodenter gelegenheid
van het Jubileum van het lid eener gods
dienstige congregatie van welke M. de
pastoor cérë-voorzilter is.
Zaterdag, 2 februari, algemeene com
munie met vollen aflaat ten 6 ure s'a-
vonds Bal vooral de leden der congre
gatie en hun huisgezin.
Zondag, om 3 uren, solemneel lof met
sermoen om 6 ure, concert gevolgd
van bal. De jubilaris woonde de feesten
bij.
Genadige hemel, de werol I zal ver
gaan. In de Vlaanderen is het bijwonen
van een bal groóte doodzonde en daar
ginder rond Brussel, richten de congre
gatiën dansfeesten in. Ah dansen leidt
bij onze brabantsohe geburen recht naar
den hemel en hier is het den weg naar
de hel. Doeh alle spotternij terzijde,
wie weet of wij nog den goeden ouden
tijd niet zien herleven, wanneer alle
zondagen de pastoor de dansreien opende
in de groene weide met 't snelste meisje
van het dorp.
Zoo is het altijd. Men weet dat
de geestelijkheid als er geld aan de sleu
tel is, altijd gereed is met zijne gebe
den, wierook en wijwater, al was de
overledene de grootste vrijdenker en
religiehater die men ooit gekend heeft.
Maar... als er getn geld is, dan is de
kerk gesloten. Ziellier eu i geval onder
honderden, welke wij in de dagbladen
naij zouden kunnen geven maar ton spijte van
dat alles, zal ik hem toch tot mijnen slaaf
maken.
Tot zoolang echter had de bankier zich voor
genomen Jacob Danielson op alle mogelijke
wijzen tot vriend te houden. Hij had Jacob
Danielson met zich meêgenomen naar Winches
ter en die beer had eene kamer in liet hotel
betrokken en dronk zooveel brandewijn als bet
hem slechts lustte te bestellen.
De reden waarom de bankier zoo handelde,
waren zeèr eenvoudig. liij wilde den man. dien
hij vreesde, vernietigen en hij t-aclute dat
oogmerk te bereiken door daartoe Jacob
Daniel son's eigen i kwade neigingen aan te
wenden.
Hij -'ond zijnen klerk iu de zaal van het hotel
zittende, eene zeer aangename plaats, die op
den tuin uitzag.Eene ten halve met brandewijn
gevulde karaf stond voor hem maar de klerk
zat in peizende houding met de armen over
elkander geslagen en dronk niet.
De dar.kier zag zijnen ondergeschikte met
eenen wautrouvvigen blik aan. Rupert Godwin
zag het niet gaarne, dat zijnen boekhouder zoo
in gedachten verzonken zat.
Scherp en vlug in zijne bewegingen en ma
nieren, a!s Danielson gewoonlijk waa, scheen
hij dien namiddag als iemand die droomt. Hij
keerde zijneoogen langzaam naar den bankier,
en staarde hem met een zonderlingen wezen-
loozon blik aan, ten naastenbij zooals een
blinde gewoon is zijne oogen op te slaan.
Wel Jacob, nep de bankier uit, wat
scheelt er aan Gij ziet er uit als iemand die
droomt,
Ik heb ook gedroomd, antwoordde de
klerk op slaperigen toon. Ik was daar straks
in de straat, en heb eenen geest gszien.
Een geest.
Ja, een geest, zooals men erdikwijL up
klaarlichten dag kan zien de geest van mijne
lang vervlogene ieugd. Ik zag eene vrouw, het
spiekende ntbeeldsel vim de eenigè. die ik ooit
bemind heb, en zij kwam mij voor als een
spookverschijnsel.
De klerk zuchtte, terwijl |hij zijne bevende
hand naar de karaf uitstrekte, en zijn "las met
brandewijn vulde.
Maar hier is een middel om mij te her
stellen, sprak liij dat doet altijd goed. Erziju
niet veel smarten, die niet dour dat vocht
gCienigd «orden, als men er altijd maar genoeg
van kiijgen kan.
Nooit had dj bankier zijn kVk zoo diep
bewogen gezien.
Wel Jacob riep hij u t, dat verwonderd
mij inder.laa 1 van u. Ik dacht dat gij een man
j.iii ïjzoi en st.iiiL waart, hard, ïneê loogenloos,
sterk ais ijzer, ik heb nooit geweten dat erii «en
hart b:zit. J
-D't bezit i.c ook niet, autwoorddo de
klerk, ten minste nu niet meer. Eem had ik een
hart, ou dat word gebroken. Eens iu mijn
leve» hen ik dwaas geweest eu ik heb voor
mijne dwaasheid duur moeten betalen. Maar
dat is ai lang geleden.
Komaan, M. Godwin, ik beu weer de oude.
Gij betaalt nnj mot om te zitten suffen m*ar
om te werken, eu ik ben bereid uiijn werk ta
doen, wat liet ook zijn moge. Gij hebt mij niet
hier heen medegenomen, omdat gij „iets voor
mij te doen had. Wat is het Wat is er aan de
hand
Die vraag kan op dit oogenblik no« niet
beantwoord worden, antwoordde de bankier
Wij zullen eerst ons middagmaal gebruiken en
dan aan den arbeid gaan. De avonden zijn 'wat
koel; ik zal een klein vuurtje laten aanleggen.
Wordt veortgejot.)
mfeafici
Wrif-I
(darcis: