hebben, want hij noemt M. Van den Peereboom Vhomme-obstacle de tegen kant ige man. Opgepast, pater Bourn, want bij de eerste gelegenheid zou de meester het u wel kunnen doen gevoelen. Landbouw. Land-en Hovingbouwmaatschappij van Aalst. De bestuurraad der maatschappij zal verga deren den 19 Mei 1889, om 3 ure namiddag, in haarlokaal De Vier Winden. Dagorde verschillige oorstellen. Medegedeeld Voordeelen der mengelingen van klaver en grasplanten op de klaver alleen geteeld. De grootste opbrengst en tevens de zekerste en de langdurigste bekomt zich slechts door de zaaiïngen van toegepaste grasplanten en van goede hoedanigheid, in mengeling met peul vruchten in juiste evenredigheid. Deze bebouwingsregel van voedergewassen verrechtvaardigt zich door verschillige beweeg redens 1° Zooals de ondervinding het geleerd heeft, is, in alle mengelingen van gewassen de was dom der grasplanten samengekweekt met de klavers zekerder, omdat de planten hunne wortels schieten en hun voordeel putten in grondslagen aan verschillige diepten gelegen De peulvruchten gaan ze opzoeken in de diepe lagen, de kloeke grasplanten in de midden lagen, de fijne grasplanten in de bovenlagen. Verders, de oisschen in minerale stoffen zijn volstrekt de zelfde niet voor de verschillige gewassen. Eindelijk, zekere voorwaarden van warmte gesteltenis of vochtigheid zijn scha delijk aan zekere speciën en voordeelig aan de ontwikkeling van andere. Daarenboven tee- dere speciën zullen minder in mengeling lijden dan zuiver en alleen gezaaid, het zij bij eene overdaad van warmte of koude ten gevolge der bevrijding welke de kloekere speciën hun zul len aanbieden 2° De weide biedt eene gelijkvormige dicht heid gedurende heel het tijdstip van den was dom en kan verscheidene sneden opleveren in de eerste zullen de vroege speciën de over hand hebben, in de anderen de late soorten. 8° In de bestendige weiden uit mengelingen samengesteld, is bijna geen gebrek te vreezen, welk ook het jaar zijindien de grond de noo- dige vruchtbaarheid bezit. 4° De klaver is meer blootgesteld dan de grasplanten aan de aantastingen der muizen, en al de ledige plaatsen worden algauw door hen ingevuld. 5" Het voeder is van betere hoedanigheid en doet het vee beter dijden het is ook min der aan het oploopen blootgesteld. De peul vruchten met grasplanten gemengd droogen gemakkelijker en bewaren zich beter. 6° De woekeraars aan het planten en dieren rijk behoorende die de grasplanten aanval len zijn, het meestendeel, niet schadelijk en wederkeerig. 7° Men kan bij de mengelinhen eenige wel riekende kruiden voegen, zooals de Carvi enz. hetgeen de weiding en het hooi gezonder maakt, daar bijzonder waar de weiden in laagten gelegen zijn. 8° De klaver zal op de zelfde plaats na min der jaren kunnen wedar gezaaid worden dan als wanneer men ze alleen bebouwt. Men verstaat dan dat de opbrengst der men gelingen niet alleen overvloediger maar ook zekerder is. Volgens de omstandigheden zal de dichtheid van de graszaden aan de klaver of aan de grasplanteu toegeweten worden. Hoe dikker en dichter zij staan des te beter is het. Wat men begeert is stammen en bladoren en geen zaad. Welnu, de stammen en bladeren zullen des te fijneren voedzamer zijn dat de zaaiïng dichter zal zijn. Men zaaie slechts de speciën die in de streek wel gelukken, en hoe oppervlakkiger de zaaiïng geschiedt des te beter bewerkt zich de kieming. De grasplanten, bijzonderlijk de raygras, vereisschen een inhakking met de hegge en mag aan de oppervlakte niet blootge steld blijven. Daarom, raadt men niet aan de raygras in de rogge te zaaien omdat deze niet al te wel de begging verdraagt. Eene goede rolling zou misschien hier voldoende zijn. Hop De petitie door de hopnij verheid de kamer toegestuurd, ofschoon door onze volkvertegen woordigers die den landbouw behertigen, on dersteund en verdedigd isniet gunstig onthaald geworden, daar de handelstraktaten voor het oogenblik beletten van rechten daar te stellen op de uitheemsche hop. Dees jaar is bijzonderlijk rampspoedig voor de hoptelers geweest. Zou de koophanpel er niet ten deele de oorzaak van zijn, daar onze hop in menige handels omzendbrieven als te slecht voor verbruikt te worden werd veroor deeld en men de duiische hop zoozeer aan prees En nogtans is het niet onwaar dat men voor de duitsche hop de aalstersche verkocht aan verbruikers die over de hop algemeenlij k van grondige kennissen beroofd ziin. Het zou wel niet ongepast zijn een cursis aaarotntren- voor de verbruikers in te richten om zich voor taan zoo schandelijk nimmer te laten beet ne men. Wetenschap en bijgeloof. Het driedubbel geval van razernij te Schaffen bij Diest, bewijst ons eens te meer welk betrouwen men moet stellen in de mommerijen onzer geldzieke geestelijkheid, die onophou dend werkt om het volk dom te houden, ten einde des te gemakkelijker, zijn godsdienstig gevoel te kunnen uitbuiten. Indien die gewijde kwakzalvers moeten geloofd worden, dan verstaan wij waarlijk niet waarom nog een enkel katholiek zich tot de geneeskunst wil wenden, daar er in de kerk offerblokken voor alle kwalen zijn. Nogtans ziet men dagelijks het tegenovergestelde ge beuren, want geen bisschop of pastoor is van de eene of andere kwaal aangetast of dadelfjk wendt hij zich naar eon hoog geleerden ge neeskundige om zijne herstelling te bekomen terwijl hij het onnoozel volk, naar eenen St Hubertu3 of St Job stuurt. Nu, de wetenschap zal toch zegevieren op bet bijgeloof, en, op dit punt hebben wij hier eene kostbare getuigenis. Het Journal de Bruxelles, het orgaan van ons clericaal minis terie, welk o s land bestuurt voor rekening van de bisschoppen, schrijft ten gevolge der ongelukken van Schaffen De genezing door den stool van St Huber- tus is geen geloofspuntdat is een godvruchtig vertrouwen, waarvan de eeuwen de belang rijkheid hebben bevestigd, maar welk in niets de verantwoordelijkheid der Algemeene Kerk verbindt. De opperste wijsheid, in watervreesachtig geval, schijnt ons de volgende te zijn: Den dag dat wij door eenen hond tullen gebeten zijn, zullen wij eerst en vooral beginnen met raad te vragen aan M. Pasteur, vervolgens zullen wij eenen beweeg doen naar St. Hu- bert. Help-u-zelf, zoo helpe u God. Zoo spreekt een orgaan van het clericalisme, welk in ons land eene groote belangrijkheid bezit't is bijna wijselijk geredeneerd. Het blad geeft toe dat, op het punt van razenij, het licht der wetenschap het zoo gezegd oud- godsdienstig vertrouwen in de schaduwe heeft gesteld. Al het geen de wij watersbladen over de voor vallen van Schaffen hebben medegedeeld, om de exploitatie van St. Hubert te verdedigen houdt niet aaneen. Het zijn samenweefsels van slechte bewijsredenen die grootendeels nog geene wederlegging waard zijn. Jan Dorie. ï>e g oede oude tij tl. 2° Vervolg. De vrijheid van godsdienst en haar afhangsel de vrijheid van geweten, zijn ontegensprekelijk de twee ko3telij kste aauwiuningea der nieuwere tijden. Thans mag iedereen gelooven wat hij wil en God dienen volgens de inspraak zijns gewetens. Alle eerediensten zijn vrij en hebben recht op ,den eerbied der landgenooten Geen jood wordt nog vervolgd en van goed en have beroofd, geen protestant tot den brandstapel veroordeeld. Tot welke belijdenis zij ook be' hooren mogen, de burgers leven thans als broeders onder elkander, zonder zich te be kreunen welke godsdienstige grondbeginselen men toegedaan is. Al wat men van den burger eischt, is dat bij eerlijk man woze, onbespro ken in handel en wandel- De algemeene vrijheid van geweten en de vrijheid voor iedereen van God te dienen naar de wijze die hem zijn verstand en zijn geweten aanraden, wordt volgender wij ze door onze Grondwet gevestigd Art. 14. De vrijheid der godsdiensten en de vrijheid hunner openbare uitoefening, alsook de vrijheid om zij no gezindheden op alle andere zaken te opeubaren, zijn gewaar- borgd, behoudens nogthaus de beteugeling der misdrijven, welke zouden begaan worden ter gelegenheid van het gebruik dier vrij- heid. Abt. 15. Niemand kan gedwongen wor- den deel te nemen, op welke wijze het ook zijaan de handelingen of aan de plechtighe- den van eenen eeredienst, noch daarvan de rustdagen waar te nemen Art. 16. «De Staat heeft het recht niet om tusschen te komen in de benoeming of de aanstelling der ministers van eenigen eere- dienst, noch om te beletten dal deze met hunne oversten in brietwisseling komen, en «dat zij hunne akten afkondigen, behoudens, in dit laatste geval, de gewone verantwoor- delijkheid in zaken van drukpers en afkon- diging. Het burgerlijk huwelijk moet steeds den god dienstigen huwlijkszegen voorafgaan, behoudens de uitzonderingen desnoods door de wet te bepalen. De tekst van deze artikelen is klaar genoeg om geene uitlegging te vereischen. Wat hunnen geest betreft, zult gij waarschijnlijk, beminde lezers, bemerkt hebben, dat zij doorgaans op het grondbeginsel der scheiding tusschen Kerk en Staat, tusschen de wereldlijke en de geeste lijke macht, uitkomen. Indien iemand, zegt Rolin-Jacquemyns, zonder de geschiedenis te kennen, met zijne natuurlijke begaafdheden slechts, over de artikelen 14, 15 eu 16 oordeelde, zou hij het voorzeker niet genoeg kunnen bewonderen dat men zoovele woorden bezigen moet, om aan de menscben te zeggen gij zijt allen vrij uwen Schepper te dienen volgens de wijze die u de beste schijnt, mits gij dit doende, van uwent wege noch de vrijheid van anderen, noch de goede zeden schendt. Wat, zou die mensch zeggen, is deze vrijheid geen natuurlijk gevolg van onze ge- lijkheid voor God en de Wet Wie, ten zij God alleen zal over de waarde van mijne gebeden en over de waarheid van mijn ge- loof oordeelen Of bestaat er een mensche- lijke rechter, hoe onfeilbaar hij ook zij, die x mij door geweld dwingen kan zijne onfeil- s baarheid aan te nemen Is het door het li- chaam te kwellen, dat men denoodige over- x tuiging in de ziel brengt Overigens, in welk belang zou men den gewetensdwang x vergen In Let belang der Godheid Als of x de Godheid niet machtig genoeg ware om x over hare eigene belangen te waken Alsof x lietgan8ch buiten twijfel ware, dat de engel x des gobeds, die niets dan liefde en eerbied t ademt, zich graag zal belasten met bloed in x plaats van milde gedachten naar den hemel te sturen. Is bet in 't belang van den Staat Maar de zending van den Staat gaat noch buiten, noch boven de belangen der wereld - sche maatschappij. Met ons eeuwig geluk x moet, noch kan hij zich bemoeien. Dus, zoo- 1 langwij de openbare, orde niet stox-en,heeft de x staatkundige macht als zoodanig, zich niet te bekommeren of wij, in zake van godsdienst, s den paus van Ro:ne, of de koningin en het parlement van Engeland, of den keizer van Rusland, of Saint-Simon, of iemand op aar- x de als onfeilbaar aanzien, x Dit alles is onbetwistbaar. Niets is eenvou diger, beter gegi-ond dan de godsdienstvrijheid. En nogthaus, opent een geschiedenisboek. Doorbladert de'gescliiedeni der veertien laatste eeuwen. Hoeveel is er niet geworsteld, hoeveel kwaads hebben de heerschzucht, de gierigheid, de wraakzucht, al de booze hartstochten onder den schijnheiligen mantel van den godsdienst niet bedreven, eer men tot het natuurlijk scheidmiddel tusschen Kerk en .Staat geraakte. Nu waren het pi-iesters die zich min bekom merden hunne kudde naar het rijk des hemels aan te voerendan welde wettige vorsten van het rijk der aarde te bei-ooven. Dan waren het wei-eldlijke vorsten die, zich met God gelijk achtende, ook hunne onderdanen, in ziel en lichaam, naar hun eigen beeld herscheppen wilden. De middeleeuwen zagen de langdurige worsteling der pausen van Rome tegen de keizers van Duitschlandde eersten wilden over den scepter, de anderen over de tiare beschikken. Zag men toen ook niet ds Ooster- sche benden der wilde opvolgers van Mahomed Europa met vernietiging bedreigen ter eere van den profeeten dan liepen naar de kruistochten zeven miljoenen christenen, ridders, burgers, boeren, onder den sebreeuw yan *God wilhet om, op den weg van Palestina, van armoede, honger en ziekten of door het zwaard der Turken te bezwijken. Lat r nog,oni de Grieken te straffen wegens eenige verschillen ia het geloof, liet Europa hun sctioon land door de Turken veroveren en in eene woestijn veran deren. Wordt voortgezet.) Eerloosheid. Hoe verre de politieke haat iemand leiden kan blijkt nogmaals uit de lastertaal, welke Hel Land van Aalst op de Noord-Neder- landsehe Onderofficieren komt uit te spuwen. Men moet waarlijk van 't laatste greintje eergevoel beroofd zijn en alle waarheidsliefde verloren hebben om met zooveel onbeschaamd heid te werk te gaan. Durven schrijven dat die Heeren zopen lijk sponsen, dat ze moesten vast gehouden worden n wanneer eene gansche bevolking met den grootsten lof over hun gedrag spreekt, dit is toch wel te grof. Zulke monsterleugen durven opdienen wan neer men de verpletterende waarheid uit dui zenden monden heeft hooren opgaan, dat getuigt van het lafste, het eerlooste karakter. Blinde haat en dom fanatismus alleen kunnen tot zulke schanddaden drijven; zij alleen kunnen den mensch zoo verlagen. Weihoe 1 die Heeren Onderofficieren waren schuitelaars en zatlappen, want hebt ge 't zoo niet gezegd, het heeft toch wel die beteekenis. Maar weet ge wel dat juist het deftig gedrag van die Heeren bij allen, welke met hen in aanraking of in gezelschap zijn geweest, den besten en diepsten indruk gelaten heeft Weet ge wel dat die Heeren, gedurende de 48 uren welke zij in ons midden hebben door gebracht,geen woord geuit, geen gebaar gedaan hebben, dat niet den stempel droeg van door- fijne welgemanierdheid, grondig onderwijs en verzorgde opvoeding Weet ge wel dat er geen ziertje op hunnen ganschen handel en wandel kon afgekeurd worden Weet ge wel dat uw konfrater Denderbode geschreven heeft dat het een schoon en welge- lukt feest was Weet ge wel dat Jde heer Burgemeester die Nederlandsche Onderofficieren volgens u slokkers en dronkaards persoonlijk is komen het aanbod doeu hun Kamer en Senaat te kunnen laten bezichtigen En het zou aan zulke gemeene kerels zijn dat onze eerste magistraat dien dienst zou bewij zen, met hen zou hij zich onder de oogen zijner kollega's in de volle raadsvergadering ver- toonen Maar zijt ge zinneloos? Waarom hebt ge 14 dagen gewacht om die eerloosheden uit te kramen Den volgenden Zondag hebt ge geswegen omdat de indruk van het feest nog ts levendig in den geest der burgers stond, omdat men u van alle kanten zou tosgeroepen hebben Pier, ge liegt, Pier, ge lastert En daarom hebt ge nog8 dagen gewacht, eerst er wat gras laten overgroeien, doch dit belet niet dat men uwe wiiltaal behoorlijk zal weten te schandvlekken. Door uwen haat verblind hebt gij nog niet eens berekend welke erge gevolgen uwe laster taal voor die Heeren Onderofficieren hebben kan. Wij lier weten wat er van is, wij weten wat uwe leugens waard zijn die raken ons niet. Maar geheel anders is het gelegen met onze Noord-Nederlanders. Wat zullen hunne hoofd officieren moeten denken als uw vuilblad in hunne handen valt en zij die lasterlijke aantij gingen lezen zullen Daar hebt ge niet op gedacht, niet waar, lafaard Het is op dergelijke jezuietenwijze dat ge vreemdelingen bejegend welke uit vriendschap hier groot vex-teer in de stad gebracht en ge maakt hebben. Wij wenschen u geluk over uw eervol en proper werk DeNoord-Nederlandsche Onderofficieren zul len u geene rekenschap over uwe valsche be schuldigingen komen vragen, maar ons blijft het plicht hiertegen krachtig protest aante- teekenen. Wij protesteeren in name van een groot ge deelte jder Aalstersche bevolking en van hon derden burgers die do feestmalen, het concert en de danspartij hebben bijgewoond. Wij protestseren in name der Onderofficieren van ons leger, welke zich met die van Noord- Nederland zoo hartelijk verbroederd hebben. Wij protesteeren in name der gekrenkto waarheid en roepen met diepe vei'aehting het Land toe Ge zijt een laf, vuil en eerloos Blad 11! Wat zal men nog al hooren. Volgons berichten uit Rome, zou Pa ter Saccheri geheimschrijver der congre gatie aldaar, zondag 1. 1. de plaat ge- poets zijn. Deze heilige man had het goed gevonden over eenigen tijd kennis te maken van Miss Dowe een engelsche deerne van protestanschen bloede, wel ke te Rome algemeen gekend is voor hare buitenge woone schoonheid. De ver liefde pater had niet heter gevonden dan die Miss ie installeeren in een der schoonste kwartieren der Via Nazionale te Rome, om haar aldaar zijne heilige en zuivere liefde op te offeren. Toen hij verleden zondag zijne lieve engelin ging bezoeken, waaraan hij reeds gansch zijn vermogen en een groo te som uit de kas van Sint-Pieterspen ning verspeeld had, was hij niet weinig verwonderd, te vernemen dat zijn totte ken naar Parijs was gaan vliegen met een schatrijken Rus om aldaar op zijne gezondheid menig fleschje champagne te ledigen. Ome heilige Pater heeft, volgens het verslag van den kassier van den H. Va der, zoo maar drie millioentjes met Miss Lowe door_ etrommeld. Geen klein beetje, Eh Pier, zulke mengelingekens zult ge aan uwe lezers niet wijs maken Kipkap Pier Vuiltong kan maar niet verkroppen dat de liberale feesten in de zaal van M. Van der Schuereu gegeven zoo wel gelukken. Wij gelooven het wel 't is geen koorn op Pier zijnen molen en als hij er tegen op komt dan moet zulks ons aanzetten om op de inge slagen baan zonder omzien voort r.egaaD. Reeds is er opspraak in 't liberale kamp tegen die zaal waar men al 't volk bijeen trommelt, x raaskalt \Land. 't Is mogelijk, Pier, datjer ontevi'edenen zijn, want het is toch zoo moeielijk iedereen te vol doen. Doch hier, vindt ge weeral eens het strooken in een andermans oog en ge ziet uwen eigen balk niet. Wat zegt men in uwe kliek van den Tambour, waar men alle zondagen het werkvolk bijeen trekt en aan verminderden prijs laat drinken Is dat niet honderdmaal erger? Toen Bébé zijnen eed als officier moest afleg gen was het in 't vlaamsch. In zijn kiesmanifest verklaart hij zich echten vlaming. Maar als hij bij eene kiezing voor de Burger wacht, aan de wachten moet uitleggen op welke wijze er de stemming gebeuren gaat, dan spreekt mijnheer de Baron fransch. O gi poseur Zou zijn vriend Pier niet willen vragen waarom M. Majoor de vlaamsche taal zoo maar zonder komplimenten over de haag werpt, ta meer daar, volgens de wet, die uit leggingen in 't vlaamsch zoowel als in 't fransch moesten gegeven worden. Komedie spelen is aan 't orde van den dag. Wordt er eene liberale familie onverwacht door een ongeluk getroffen dan roept Pier Vinger Gods. Vindt men eenen armen bood schapper des morgends op de straat bevrozen, dan noemt hij hem een zatlap, een vloeker, en 'k weet niet wat al. Moesten wij Pier's vrienden met dezelfde maat meten, wat zouden we niet moeten ver tellen?... Maar neen, we zwijgen liever. Eene kiezing in de Burgerwacht. Verleden zaterdag moest er ia de Kompa- gnie der statie over gegaan worden tot de kie zing van een luitenant in vervanging van M. Is. Leclercq, ontslaggever. Elkeen herinnert zich nog in welke omstandigheden dit ontslag werd ingediend. M. Leclercq had geweigerd een orde te aanvaarden dat hem mondeling door eenen mindere namens den majoor werd medegedeeld. Daaruit yolgde eerst 3 dagen, en vervolgens 6 dagen kamerrest. M. Leclercq diende eene klacht in aan minis ter De Volder, waarin hij deze vroeg deo ma joor te verplichten die onverdiende straf inte- roepen. Hieruit onstond eene ondervraging in de Ka mers; de minister verklaarde dat hij niet kou tusschenkomen waren het Pourbaix's of La- loi's geweest het zou wel gegaan hebben doch generaal Jacqmart, een klerikaal verte genwoordiger en exn zeer kundig man voor die zaak bevestigde niettemin dat M. Le clercq dit mondeling orde van zijnen mindere niet moest aanvaarden. Toen rekende bet M. Leclercq zich een plicht zijn ontslag in te dienen. Eerst wilde de majoor dit niet aanne men voor reden gerende dat het buiten den vastgestelden tijd toegekomen was later, toen hij zag dat dit middel niet lukken ging, besloot hij tot eene nieuwe verkiezing over te gaan. Hij zelf had lokaal en uur aangeduid en vond tou pet genoeg oia de kiezing te komen voorzitten. Er waren 64 stemmers, meest liberalen maar toch ook eenige katholieken. M. Is. Leclercq bekwam 63 stemmen zoodat zijne politieko vijanden zelf voor hem gestemd hebben. Wat moeten die 63 briefjes de vingers van den Majoor verbi-and hebben Hoe bitter viel die 63 maal herhaalde naam hem van de lip pen Maar ook wie winden zaait oogst stormen. Met warme toejuichingen werd de afgekon digde stemming begroet In eenige woorden bedankte de vernieuwde luitenant de heeren Wachten voor het blijk van vei-trouwen dat zij in hem gesteld hadden. Hij legde zoo als wij hierboven aangehaald hebben kortkondig uit waarom hij zijn ont slag ingediend had. «De burgerwacht, eindigde hij, moet eene nationale instelling, geene politieke vereeniging wezen. Gij hebt mij deftig gewroken over het onrecht dat mij is geschied ik ben fier uw luitenant te wezen en ik verzeker u mij er van waardig te toonen. Toen hierop een daverend handgeklap volgde kwam een stemmeken men zegt die des majoors uit de kieszaal, welke sprak over Ce» applaudissements ne me touchent pas je suis votre chef... j'espère quilt ne se renou- velleront plus. (Wij vertalen voor den vlaam- schen M. ISethune, Die toejuichingen raken mij niet; ik ben uw hoofd... ik hoop dat zij zich niet meer zullen vernieuwen. Brrr toen was alles stil en koud 1 De politie, welke in de buurt de wacht deed, moest nog niet eens binnen komen om de orde te hei'8tellen. Een paar minuten later heelt men nogmaa's g9klopt en flink toegejuicht bij de verkiezing der heeren Verbrugghen en Van Branteghem als kapoi-alen, zonder toelating aan Majoorken te vragen. Wat neus, wat kaakslag. Het woord eens edelmans. Wij gelooven waarlijk dat majoorke B bé zich inbeeldt dat hij nog in de mid deleeuwen leeft, wanneer elke kasteel heer dacht dat hij met de volksklas mocht handelen zoo als met een stuk vee. Als de ambitie van dat manneken zoo blijft klimmen, dan gaat bij nog boven de wolkeu geraken voorzitter van eenen slavenkring, toekomend provin ciaal raadslid, toekomend burgemees ter, toekomend senateur misschien??? wie weet of hij geen minister zal wor den En zeggen dat hij al dit verstand op da banken der universiteit gevonden heeft meter een paar dozijn broeken te verslijten. Wat wilt ge, ons heer kan 't niet gebeteren. Vermits majoorken Bébé toch van hem wil doen spreken, juist alsof hem de schouders uit zijnen rug zouden moe ten wassen, kunnen we niet nalaten van het volgende over dit pretentions heer schap te melden Vroeger werd er aan de H.H. officiers welke als zoodanig 5 dienstjaren telden, toegestaan van, bij 't afleggen van hun nen graad, in den 2e" ban over te gaan. Eenige liberale officieren bij de laatste kiezing niet meer vernieuwd hadden dit ook aan den majoor gevraagd en bekomen. Ge zult me zeggen een woord is een woord, en wil men treffelijk man zijn, vooral edelman heeten, dan trekt men dat woord niet in. Ja, ge zijt er wel meê; tegenwoordig gaat dat zoo in de baronnenwereld der Bébé's niet meer men eet zijn woord, als men't droomt en daarmeê punctum. Zeker gewezen officieren waren dan ook geheel verwonderd donderdag avon i het volgende schrijven te ontvangen Men heeft u wel mondelings toege staan in den 2cn ban over te gaan, maar dit bericht dient om u te verwittigen dat ge van heden af tot den eersten ban be hoort. Men heelt dit recht, dat is waar,maar ge ziet, men gaat er met geen Buiker water aan. En dan zeker adres was ioo beleefd, maar zoo beleefd geschreven, dat g' er uw vingeren zoudt van afgelikt hebben. Indien men bij de jesuieten zoo da beleefdheid leert, wat moet er dan wel van de onbeleefdheid onderwezen wor den. Wij gelooven dat Bébéken zich voor stelt met oen hoop boeren vanMijlbeka te doen te hebben en dat hij maar ta roepen heeft zoo als Doe Kleiboer Kon- pannie haltom iedereen op de kniën te doen vallen. Maar ge zijt mis, onoozelaar, ge zijt volkomen mis. Weet ge niet dat d« Belgen geen en dwang verdragen eu vooral van een edelmanneken niet, dat maar alleen naar den dag komen kijken is om ook baron te zijn. Een rijk van dwang En duurt niet lang. Dat kan mogelijk zijn in uwen Suaeen- kring, in uwen werkmanstap; bij ons is vrij en vrank de leus en een deftig man breekt in alle geval zijn woord niet. Oindat ge bij de hei-kiezing van lui tenant Leclercq u daar zooveel gal gemaakt hebt, omdat die 63 stemmen vooru 63 kaakslagen zijn geweest, moest ge opnieuw het klein tyranneken niet spelen, zoo als men reeds in de Kamers gezegd heeft. We weten dat ge veel toupet bezit, dat g' een stouteriksken zijt pas maar op dat ge zoo hoog op uwe beenen niet wilt staan tot dat ge door uw kniën zakt, want die hoog vliegt kan leeg vallen. Stad en Arrondissement. Vooruitgang door 't Werk. Er is besloten dat de jaarlijkscke rei» dezer maatschappij zal plaats hebben op Maandag van Aalst kermis Deze maal zal men den opha ler (ascenceur) te La Louvièi'e gaan bezichti gen, en een paar voorname fabrieken uit dis nijverheidsstreek. Het werk van den ascenceur is een der reusachtigste onzer eeuw en wex-d over eenigs maanden door den Koning met veel luister in gehuldigd. Wij hopen dat er vele eereleden aan di# schoone en nuttige reis zullen deel nemen. Concert qui sera donné par la Société Har monie, Dimanche 19 Mai 1889, a 111/2 heuret du mafin, sur la Kiosque, Grand' Place. PROGRAMME Hoe komt het toch dat men niet meer hoort spreken van de brug welke er aan den Zwarten Hoek moet gelegd worien Ook de voltooiini van den kaaimuur vraagt zoo schrikkelijk vow tijd dat wij ons eens afvragen of hij wel ooit zal voltrokken worden. Volgens er zoo al onder 't volk verteld wordt hebben onze slimme ??f stadhuisbazen nu eindelijk toch begrepen maar te laat, helaas 1 dat ze daar het groot ste kemelwerk vex-richt hebben, dat er ooit be dreven is geworden en dat alleenlijk oim den kozijntjeswinkel te bevoordeeligen. Hij staat er nu toch, zeggen zij, doch men zou er wel kunnen bijvoegen de meerschen zijn ook betaald. Is het waar dat die kaaimuur te leeg staat, en waarom heeft mon hem van landzijde niet met goeden grond maar met slijk aangevuld 1. Marche Nuptiale du songe d'une nuit d'été, arr. par V. Bogasrde (M«ndeliohu.) 2. Berliu, Wie s'Weins und laoht, ouverture, (Conravy.) 3. Les Sylpides, Mazurka, (Krein.) 4'. Grand Pot-pourri sur Luorèce Borgia, arr. par Van Calck. (Donizetti.) 5. Lockvögelchon, Polka. (Schwer.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1889 | | pagina 2