hebben, want hij noemt M. Van den
Peereboom Vhomme-obstacle de tegen
kant ige man.
Opgepast, pater Bourn, want bij de
eerste gelegenheid zou de meester het u
wel kunnen doen gevoelen.
Landbouw.
Land-en Hovingbouwmaatschappij van Aalst.
De bestuurraad der maatschappij zal verga
deren den 19 Mei 1889, om 3 ure namiddag, in
haarlokaal De Vier Winden.
Dagorde verschillige oorstellen.
Medegedeeld
Voordeelen der mengelingen van klaver en
grasplanten op de klaver alleen geteeld.
De grootste opbrengst en tevens de zekerste
en de langdurigste bekomt zich slechts door de
zaaiïngen van toegepaste grasplanten en van
goede hoedanigheid, in mengeling met peul
vruchten in juiste evenredigheid.
Deze bebouwingsregel van voedergewassen
verrechtvaardigt zich door verschillige beweeg
redens
1° Zooals de ondervinding het geleerd heeft,
is, in alle mengelingen van gewassen de was
dom der grasplanten samengekweekt met de
klavers zekerder, omdat de planten hunne
wortels schieten en hun voordeel putten in
grondslagen aan verschillige diepten gelegen
De peulvruchten gaan ze opzoeken in de diepe
lagen, de kloeke grasplanten in de midden
lagen, de fijne grasplanten in de bovenlagen.
Verders, de oisschen in minerale stoffen zijn
volstrekt de zelfde niet voor de verschillige
gewassen. Eindelijk, zekere voorwaarden van
warmte gesteltenis of vochtigheid zijn scha
delijk aan zekere speciën en voordeelig aan de
ontwikkeling van andere. Daarenboven tee-
dere speciën zullen minder in mengeling lijden
dan zuiver en alleen gezaaid, het zij bij eene
overdaad van warmte of koude ten gevolge der
bevrijding welke de kloekere speciën hun zul
len aanbieden
2° De weide biedt eene gelijkvormige dicht
heid gedurende heel het tijdstip van den was
dom en kan verscheidene sneden opleveren
in de eerste zullen de vroege speciën de over
hand hebben, in de anderen de late soorten.
8° In de bestendige weiden uit mengelingen
samengesteld, is bijna geen gebrek te vreezen,
welk ook het jaar zijindien de grond de noo-
dige vruchtbaarheid bezit.
4° De klaver is meer blootgesteld dan de
grasplanten aan de aantastingen der muizen,
en al de ledige plaatsen worden algauw door
hen ingevuld.
5" Het voeder is van betere hoedanigheid
en doet het vee beter dijden het is ook min
der aan het oploopen blootgesteld. De peul
vruchten met grasplanten gemengd droogen
gemakkelijker en bewaren zich beter.
6° De woekeraars aan het planten en dieren
rijk behoorende die de grasplanten aanval
len zijn, het meestendeel, niet schadelijk en
wederkeerig.
7° Men kan bij de mengelinhen eenige wel
riekende kruiden voegen, zooals de Carvi enz.
hetgeen de weiding en het hooi gezonder
maakt, daar bijzonder waar de weiden in
laagten gelegen zijn.
8° De klaver zal op de zelfde plaats na min
der jaren kunnen wedar gezaaid worden dan
als wanneer men ze alleen bebouwt.
Men verstaat dan dat de opbrengst der men
gelingen niet alleen overvloediger maar ook
zekerder is. Volgens de omstandigheden zal
de dichtheid van de graszaden aan de klaver
of aan de grasplanteu toegeweten worden. Hoe
dikker en dichter zij staan des te beter is het.
Wat men begeert is stammen en bladoren en
geen zaad.
Welnu, de stammen en bladeren zullen des te
fijneren voedzamer zijn dat de zaaiïng dichter
zal zijn. Men zaaie slechts de speciën die in de
streek wel gelukken, en hoe oppervlakkiger de
zaaiïng geschiedt des te beter bewerkt zich de
kieming. De grasplanten, bijzonderlijk de
raygras, vereisschen een inhakking met de
hegge en mag aan de oppervlakte niet blootge
steld blijven.
Daarom, raadt men niet aan de raygras in
de rogge te zaaien omdat deze niet al te wel de
begging verdraagt. Eene goede rolling zou
misschien hier voldoende zijn.
Hop
De petitie door de hopnij verheid de kamer
toegestuurd, ofschoon door onze volkvertegen
woordigers die den landbouw behertigen, on
dersteund en verdedigd isniet gunstig onthaald
geworden, daar de handelstraktaten voor het
oogenblik beletten van rechten daar te stellen
op de uitheemsche hop.
Dees jaar is bijzonderlijk rampspoedig voor
de hoptelers geweest. Zou de koophanpel er
niet ten deele de oorzaak van zijn, daar onze
hop in menige handels omzendbrieven als te
slecht voor verbruikt te worden werd veroor
deeld en men de duiische hop zoozeer aan
prees En nogtans is het niet onwaar dat men
voor de duitsche hop de aalstersche verkocht
aan verbruikers die over de hop algemeenlij k
van grondige kennissen beroofd ziin. Het zou
wel niet ongepast zijn een cursis aaarotntren-
voor de verbruikers in te richten om zich voor
taan zoo schandelijk nimmer te laten beet ne
men.
Wetenschap en bijgeloof.
Het driedubbel geval van razernij te Schaffen
bij Diest, bewijst ons eens te meer welk
betrouwen men moet stellen in de mommerijen
onzer geldzieke geestelijkheid, die onophou
dend werkt om het volk dom te houden, ten
einde des te gemakkelijker, zijn godsdienstig
gevoel te kunnen uitbuiten.
Indien die gewijde kwakzalvers moeten
geloofd worden, dan verstaan wij waarlijk niet
waarom nog een enkel katholiek zich tot de
geneeskunst wil wenden, daar er in de kerk
offerblokken voor alle kwalen zijn. Nogtans
ziet men dagelijks het tegenovergestelde ge
beuren, want geen bisschop of pastoor is van
de eene of andere kwaal aangetast of dadelfjk
wendt hij zich naar eon hoog geleerden ge
neeskundige om zijne herstelling te bekomen
terwijl hij het onnoozel volk, naar eenen
St Hubertu3 of St Job stuurt.
Nu, de wetenschap zal toch zegevieren op
bet bijgeloof, en, op dit punt hebben wij hier
eene kostbare getuigenis. Het Journal de
Bruxelles, het orgaan van ons clericaal minis
terie, welk o s land bestuurt voor rekening
van de bisschoppen, schrijft ten gevolge der
ongelukken van Schaffen
De genezing door den stool van St Huber-
tus is geen geloofspuntdat is een godvruchtig
vertrouwen, waarvan de eeuwen de belang
rijkheid hebben bevestigd, maar welk in niets
de verantwoordelijkheid der Algemeene Kerk
verbindt.
De opperste wijsheid, in watervreesachtig
geval, schijnt ons de volgende te zijn: Den
dag dat wij door eenen hond tullen gebeten
zijn, zullen wij eerst en vooral beginnen met
raad te vragen aan M. Pasteur, vervolgens
zullen wij eenen beweeg doen naar St. Hu-
bert.
Help-u-zelf, zoo helpe u God.
Zoo spreekt een orgaan van het clericalisme,
welk in ons land eene groote belangrijkheid
bezit't is bijna wijselijk geredeneerd. Het
blad geeft toe dat, op het punt van razenij,
het licht der wetenschap het zoo gezegd oud-
godsdienstig vertrouwen in de schaduwe heeft
gesteld.
Al het geen de wij watersbladen over de voor
vallen van Schaffen hebben medegedeeld, om
de exploitatie van St. Hubert te verdedigen
houdt niet aaneen. Het zijn samenweefsels van
slechte bewijsredenen die grootendeels nog
geene wederlegging waard zijn.
Jan Dorie.
ï>e g oede oude tij tl.
2° Vervolg.
De vrijheid van godsdienst en haar afhangsel
de vrijheid van geweten, zijn ontegensprekelijk
de twee ko3telij kste aauwiuningea der nieuwere
tijden. Thans mag iedereen gelooven wat hij
wil en God dienen volgens de inspraak zijns
gewetens. Alle eerediensten zijn vrij en hebben
recht op ,den eerbied der landgenooten Geen
jood wordt nog vervolgd en van goed en have
beroofd, geen protestant tot den brandstapel
veroordeeld. Tot welke belijdenis zij ook be'
hooren mogen, de burgers leven thans als
broeders onder elkander, zonder zich te be
kreunen welke godsdienstige grondbeginselen
men toegedaan is. Al wat men van den burger
eischt, is dat bij eerlijk man woze, onbespro
ken in handel en wandel-
De algemeene vrijheid van geweten en de
vrijheid voor iedereen van God te dienen naar
de wijze die hem zijn verstand en zijn geweten
aanraden, wordt volgender wij ze door onze
Grondwet gevestigd
Art. 14. De vrijheid der godsdiensten
en de vrijheid hunner openbare uitoefening,
alsook de vrijheid om zij no gezindheden op
alle andere zaken te opeubaren, zijn gewaar-
borgd, behoudens nogthaus de beteugeling
der misdrijven, welke zouden begaan worden
ter gelegenheid van het gebruik dier vrij-
heid.
Abt. 15. Niemand kan gedwongen wor-
den deel te nemen, op welke wijze het ook
zijaan de handelingen of aan de plechtighe-
den van eenen eeredienst, noch daarvan de
rustdagen waar te nemen
Art. 16. «De Staat heeft het recht niet
om tusschen te komen in de benoeming of de
aanstelling der ministers van eenigen eere-
dienst, noch om te beletten dal deze met
hunne oversten in brietwisseling komen, en
«dat zij hunne akten afkondigen, behoudens,
in dit laatste geval, de gewone verantwoor-
delijkheid in zaken van drukpers en afkon-
diging. Het burgerlijk huwelijk moet
steeds den god dienstigen huwlijkszegen
voorafgaan, behoudens de uitzonderingen
desnoods door de wet te bepalen.
De tekst van deze artikelen is klaar genoeg
om geene uitlegging te vereischen. Wat hunnen
geest betreft, zult gij waarschijnlijk, beminde
lezers, bemerkt hebben, dat zij doorgaans op
het grondbeginsel der scheiding tusschen Kerk
en Staat, tusschen de wereldlijke en de geeste
lijke macht, uitkomen.
Indien iemand, zegt Rolin-Jacquemyns,
zonder de geschiedenis te kennen, met zijne
natuurlijke begaafdheden slechts, over de
artikelen 14, 15 eu 16 oordeelde, zou hij het
voorzeker niet genoeg kunnen bewonderen dat
men zoovele woorden bezigen moet, om aan de
menscben te zeggen gij zijt allen vrij uwen
Schepper te dienen volgens de wijze die u de
beste schijnt, mits gij dit doende, van uwent
wege noch de vrijheid van anderen, noch de
goede zeden schendt.
Wat, zou die mensch zeggen, is deze
vrijheid geen natuurlijk gevolg van onze ge-
lijkheid voor God en de Wet Wie, ten zij
God alleen zal over de waarde van mijne
gebeden en over de waarheid van mijn ge-
loof oordeelen Of bestaat er een mensche-
lijke rechter, hoe onfeilbaar hij ook zij, die
x mij door geweld dwingen kan zijne onfeil-
s baarheid aan te nemen Is het door het li-
chaam te kwellen, dat men denoodige over-
x tuiging in de ziel brengt Overigens, in
welk belang zou men den gewetensdwang
x vergen In Let belang der Godheid Als of
x de Godheid niet machtig genoeg ware om
x over hare eigene belangen te waken Alsof
x lietgan8ch buiten twijfel ware, dat de engel
x des gobeds, die niets dan liefde en eerbied
t ademt, zich graag zal belasten met bloed in
x plaats van milde gedachten naar den hemel
te sturen. Is bet in 't belang van den Staat
Maar de zending van den Staat gaat noch
buiten, noch boven de belangen der wereld -
sche maatschappij. Met ons eeuwig geluk
x moet, noch kan hij zich bemoeien. Dus, zoo-
1 langwij de openbare, orde niet stox-en,heeft de
x staatkundige macht als zoodanig, zich niet te
bekommeren of wij, in zake van godsdienst,
s den paus van Ro:ne, of de koningin en het
parlement van Engeland, of den keizer van
Rusland, of Saint-Simon, of iemand op aar-
x de als onfeilbaar aanzien, x
Dit alles is onbetwistbaar. Niets is eenvou
diger, beter gegi-ond dan de godsdienstvrijheid.
En nogthaus, opent een geschiedenisboek.
Doorbladert de'gescliiedeni der veertien laatste
eeuwen. Hoeveel is er niet geworsteld, hoeveel
kwaads hebben de heerschzucht, de gierigheid,
de wraakzucht, al de booze hartstochten onder
den schijnheiligen mantel van den godsdienst
niet bedreven, eer men tot het natuurlijk
scheidmiddel tusschen Kerk en .Staat geraakte.
Nu waren het pi-iesters die zich min bekom
merden hunne kudde naar het rijk des hemels
aan te voerendan welde wettige vorsten van
het rijk der aarde te bei-ooven. Dan waren het
wei-eldlijke vorsten die, zich met God gelijk
achtende, ook hunne onderdanen, in ziel en
lichaam, naar hun eigen beeld herscheppen
wilden. De middeleeuwen zagen de langdurige
worsteling der pausen van Rome tegen de
keizers van Duitschlandde eersten wilden
over den scepter, de anderen over de tiare
beschikken. Zag men toen ook niet ds Ooster-
sche benden der wilde opvolgers van Mahomed
Europa met vernietiging bedreigen ter eere van
den profeeten dan liepen naar de kruistochten
zeven miljoenen christenen, ridders, burgers,
boeren, onder den sebreeuw yan *God wilhet
om, op den weg van Palestina, van armoede,
honger en ziekten of door het zwaard der
Turken te bezwijken. Lat r nog,oni de Grieken
te straffen wegens eenige verschillen ia het
geloof, liet Europa hun sctioon land door de
Turken veroveren en in eene woestijn veran
deren.
Wordt voortgezet.)
Eerloosheid.
Hoe verre de politieke haat iemand leiden
kan blijkt nogmaals uit de lastertaal, welke
Hel Land van Aalst op de Noord-Neder-
landsehe Onderofficieren komt uit te spuwen.
Men moet waarlijk van 't laatste greintje
eergevoel beroofd zijn en alle waarheidsliefde
verloren hebben om met zooveel onbeschaamd
heid te werk te gaan.
Durven schrijven dat die Heeren zopen
lijk sponsen, dat ze moesten vast gehouden
worden n wanneer eene gansche bevolking
met den grootsten lof over hun gedrag spreekt,
dit is toch wel te grof.
Zulke monsterleugen durven opdienen wan
neer men de verpletterende waarheid uit dui
zenden monden heeft hooren opgaan, dat
getuigt van het lafste, het eerlooste karakter.
Blinde haat en dom fanatismus alleen kunnen
tot zulke schanddaden drijven; zij alleen
kunnen den mensch zoo verlagen.
Weihoe 1 die Heeren Onderofficieren waren
schuitelaars en zatlappen, want hebt ge 't zoo
niet gezegd, het heeft toch wel die beteekenis.
Maar weet ge wel dat juist het deftig gedrag
van die Heeren bij allen, welke met hen in
aanraking of in gezelschap zijn geweest, den
besten en diepsten indruk gelaten heeft
Weet ge wel dat die Heeren, gedurende de
48 uren welke zij in ons midden hebben door
gebracht,geen woord geuit, geen gebaar gedaan
hebben, dat niet den stempel droeg van door-
fijne welgemanierdheid, grondig onderwijs en
verzorgde opvoeding
Weet ge wel dat er geen ziertje op hunnen
ganschen handel en wandel kon afgekeurd
worden
Weet ge wel dat uw konfrater Denderbode
geschreven heeft dat het een schoon en welge-
lukt feest was
Weet ge wel dat Jde heer Burgemeester die
Nederlandsche Onderofficieren volgens u
slokkers en dronkaards persoonlijk is komen
het aanbod doeu hun Kamer en Senaat te
kunnen laten bezichtigen
En het zou aan zulke gemeene kerels zijn dat
onze eerste magistraat dien dienst zou bewij
zen, met hen zou hij zich onder de oogen zijner
kollega's in de volle raadsvergadering ver-
toonen
Maar zijt ge zinneloos?
Waarom hebt ge 14 dagen gewacht om die
eerloosheden uit te kramen
Den volgenden Zondag hebt ge geswegen
omdat de indruk van het feest nog ts levendig
in den geest der burgers stond, omdat men u
van alle kanten zou tosgeroepen hebben Pier,
ge liegt, Pier, ge lastert
En daarom hebt ge nog8 dagen gewacht, eerst
er wat gras laten overgroeien, doch dit belet
niet dat men uwe wiiltaal behoorlijk zal weten
te schandvlekken.
Door uwen haat verblind hebt gij nog niet
eens berekend welke erge gevolgen uwe laster
taal voor die Heeren Onderofficieren hebben
kan.
Wij lier weten wat er van is, wij weten wat
uwe leugens waard zijn die raken ons niet.
Maar geheel anders is het gelegen met onze
Noord-Nederlanders. Wat zullen hunne hoofd
officieren moeten denken als uw vuilblad in
hunne handen valt en zij die lasterlijke aantij
gingen lezen zullen
Daar hebt ge niet op gedacht, niet waar,
lafaard
Het is op dergelijke jezuietenwijze dat ge
vreemdelingen bejegend welke uit vriendschap
hier groot vex-teer in de stad gebracht en ge
maakt hebben. Wij wenschen u geluk over uw
eervol en proper werk
DeNoord-Nederlandsche Onderofficieren zul
len u geene rekenschap over uwe valsche be
schuldigingen komen vragen, maar ons blijft
het plicht hiertegen krachtig protest aante-
teekenen.
Wij protesteeren in name van een groot ge
deelte jder Aalstersche bevolking en van hon
derden burgers die do feestmalen, het concert
en de danspartij hebben bijgewoond.
Wij protestseren in name der Onderofficieren
van ons leger, welke zich met die van Noord-
Nederland zoo hartelijk verbroederd hebben.
Wij protesteeren in name der gekrenkto
waarheid en roepen met diepe vei'aehting het
Land toe Ge zijt een laf, vuil en eerloos
Blad 11!
Wat zal men nog al hooren.
Volgons berichten uit Rome, zou Pa
ter Saccheri geheimschrijver der congre
gatie aldaar, zondag 1. 1. de plaat ge-
poets zijn. Deze heilige man had het
goed gevonden over eenigen tijd kennis
te maken van Miss Dowe een engelsche
deerne van protestanschen bloede, wel
ke te Rome algemeen gekend is voor
hare buitenge woone schoonheid. De ver
liefde pater had niet heter gevonden dan
die Miss ie installeeren in een der
schoonste kwartieren der Via Nazionale
te Rome, om haar aldaar zijne heilige
en zuivere liefde op te offeren.
Toen hij verleden zondag zijne lieve
engelin ging bezoeken, waaraan hij
reeds gansch zijn vermogen en een groo
te som uit de kas van Sint-Pieterspen
ning verspeeld had, was hij niet weinig
verwonderd, te vernemen dat zijn totte
ken naar Parijs was gaan vliegen met
een schatrijken Rus om aldaar op zijne
gezondheid menig fleschje champagne
te ledigen.
Ome heilige Pater heeft, volgens het
verslag van den kassier van den H. Va
der, zoo maar drie millioentjes met
Miss Lowe door_ etrommeld.
Geen klein beetje, Eh Pier, zulke
mengelingekens zult ge aan uwe lezers
niet wijs maken
Kipkap
Pier Vuiltong kan maar niet verkroppen
dat de liberale feesten in de zaal van M. Van
der Schuereu gegeven zoo wel gelukken.
Wij gelooven het wel 't is geen koorn op
Pier zijnen molen en als hij er tegen op komt
dan moet zulks ons aanzetten om op de inge
slagen baan zonder omzien voort r.egaaD.
Reeds is er opspraak in 't liberale kamp
tegen die zaal waar men al 't volk bijeen
trommelt, x raaskalt \Land.
't Is mogelijk, Pier, datjer ontevi'edenen zijn,
want het is toch zoo moeielijk iedereen te vol
doen. Doch hier, vindt ge weeral eens het
strooken in een andermans oog en ge ziet uwen
eigen balk niet.
Wat zegt men in uwe kliek van den Tambour,
waar men alle zondagen het werkvolk bijeen
trekt en aan verminderden prijs laat drinken
Is dat niet honderdmaal erger?
Toen Bébé zijnen eed als officier moest afleg
gen was het in 't vlaamsch.
In zijn kiesmanifest verklaart hij zich echten
vlaming.
Maar als hij bij eene kiezing voor de Burger
wacht, aan de wachten moet uitleggen op welke
wijze er de stemming gebeuren gaat, dan
spreekt mijnheer de Baron fransch. O gi
poseur
Zou zijn vriend Pier niet willen vragen
waarom M. Majoor de vlaamsche taal zoo
maar zonder komplimenten over de haag
werpt, ta meer daar, volgens de wet, die uit
leggingen in 't vlaamsch zoowel als in 't
fransch moesten gegeven worden.
Komedie spelen is aan 't orde van den dag.
Wordt er eene liberale familie onverwacht
door een ongeluk getroffen dan roept Pier
Vinger Gods. Vindt men eenen armen bood
schapper des morgends op de straat bevrozen,
dan noemt hij hem een zatlap, een vloeker,
en 'k weet niet wat al.
Moesten wij Pier's vrienden met dezelfde
maat meten, wat zouden we niet moeten ver
tellen?... Maar neen, we zwijgen liever.
Eene kiezing in de Burgerwacht.
Verleden zaterdag moest er ia de Kompa-
gnie der statie over gegaan worden tot de kie
zing van een luitenant in vervanging van M. Is.
Leclercq, ontslaggever. Elkeen herinnert zich
nog in welke omstandigheden dit ontslag werd
ingediend. M. Leclercq had geweigerd een orde
te aanvaarden dat hem mondeling door eenen
mindere namens den majoor werd medegedeeld.
Daaruit yolgde eerst 3 dagen, en vervolgens 6
dagen kamerrest.
M. Leclercq diende eene klacht in aan minis
ter De Volder, waarin hij deze vroeg deo ma
joor te verplichten die onverdiende straf inte-
roepen.
Hieruit onstond eene ondervraging in de Ka
mers; de minister verklaarde dat hij niet kou
tusschenkomen waren het Pourbaix's of La-
loi's geweest het zou wel gegaan hebben
doch generaal Jacqmart, een klerikaal verte
genwoordiger en exn zeer kundig man voor
die zaak bevestigde niettemin dat M. Le
clercq dit mondeling orde van zijnen mindere
niet moest aanvaarden.
Toen rekende bet M. Leclercq zich een plicht
zijn ontslag in te dienen.
Eerst wilde de majoor dit niet aanne
men voor reden gerende dat het buiten den
vastgestelden tijd toegekomen was later, toen
hij zag dat dit middel niet lukken ging, besloot
hij tot eene nieuwe verkiezing over te gaan. Hij
zelf had lokaal en uur aangeduid en vond tou
pet genoeg oia de kiezing te komen voorzitten.
Er waren 64 stemmers, meest liberalen maar
toch ook eenige katholieken. M. Is. Leclercq
bekwam 63 stemmen zoodat zijne politieko
vijanden zelf voor hem gestemd hebben.
Wat moeten die 63 briefjes de vingers van
den Majoor verbi-and hebben Hoe bitter viel
die 63 maal herhaalde naam hem van de lip
pen Maar ook wie winden zaait oogst stormen.
Met warme toejuichingen werd de afgekon
digde stemming begroet
In eenige woorden bedankte de vernieuwde
luitenant de heeren Wachten voor het blijk van
vei-trouwen dat zij in hem gesteld hadden. Hij
legde zoo als wij hierboven aangehaald
hebben kortkondig uit waarom hij zijn ont
slag ingediend had. «De burgerwacht, eindigde
hij, moet eene nationale instelling, geene
politieke vereeniging wezen. Gij hebt mij
deftig gewroken over het onrecht dat mij is
geschied ik ben fier uw luitenant te wezen
en ik verzeker u mij er van waardig te
toonen.
Toen hierop een daverend handgeklap volgde
kwam een stemmeken men zegt die des
majoors uit de kieszaal, welke sprak over
Ce» applaudissements ne me touchent pas
je suis votre chef... j'espère quilt ne se renou-
velleront plus. (Wij vertalen voor den vlaam-
schen M. ISethune, Die toejuichingen raken
mij niet; ik ben uw hoofd... ik hoop dat zij
zich niet meer zullen vernieuwen.
Brrr toen was alles stil en koud 1 De
politie, welke in de buurt de wacht deed, moest
nog niet eens binnen komen om de orde te
hei'8tellen. Een paar minuten later heelt men
nogmaa's g9klopt en flink toegejuicht bij de
verkiezing der heeren Verbrugghen en Van
Branteghem als kapoi-alen, zonder toelating
aan Majoorken te vragen.
Wat neus, wat kaakslag.
Het woord eens edelmans.
Wij gelooven waarlijk dat majoorke
B bé zich inbeeldt dat hij nog in de mid
deleeuwen leeft, wanneer elke kasteel
heer dacht dat hij met de volksklas
mocht handelen zoo als met een stuk
vee.
Als de ambitie van dat manneken zoo
blijft klimmen, dan gaat bij nog boven
de wolkeu geraken voorzitter van
eenen slavenkring, toekomend provin
ciaal raadslid, toekomend burgemees
ter, toekomend senateur misschien???
wie weet of hij geen minister zal wor
den En zeggen dat hij al dit verstand
op da banken der universiteit gevonden
heeft meter een paar dozijn broeken te
verslijten. Wat wilt ge, ons heer kan
't niet gebeteren.
Vermits majoorken Bébé toch van
hem wil doen spreken, juist alsof hem
de schouders uit zijnen rug zouden moe
ten wassen, kunnen we niet nalaten van
het volgende over dit pretentions heer
schap te melden
Vroeger werd er aan de H.H. officiers
welke als zoodanig 5 dienstjaren telden,
toegestaan van, bij 't afleggen van hun
nen graad, in den 2e" ban over te gaan.
Eenige liberale officieren bij de
laatste kiezing niet meer vernieuwd
hadden dit ook aan den majoor gevraagd
en bekomen.
Ge zult me zeggen een woord is een
woord, en wil men treffelijk man zijn,
vooral edelman heeten, dan trekt men
dat woord niet in.
Ja, ge zijt er wel meê; tegenwoordig
gaat dat zoo in de baronnenwereld der
Bébé's niet meer men eet zijn woord,
als men't droomt en daarmeê punctum.
Zeker gewezen officieren waren dan
ook geheel verwonderd donderdag avon i
het volgende schrijven te ontvangen
Men heeft u wel mondelings toege
staan in den 2cn ban over te gaan, maar
dit bericht dient om u te verwittigen dat
ge van heden af tot den eersten ban be
hoort.
Men heelt dit recht, dat is waar,maar
ge ziet, men gaat er met geen Buiker
water aan.
En dan zeker adres was ioo beleefd,
maar zoo beleefd geschreven, dat g' er
uw vingeren zoudt van afgelikt hebben.
Indien men bij de jesuieten zoo da
beleefdheid leert, wat moet er dan wel
van de onbeleefdheid onderwezen wor
den.
Wij gelooven dat Bébéken zich voor
stelt met oen hoop boeren vanMijlbeka
te doen te hebben en dat hij maar ta
roepen heeft zoo als Doe Kleiboer Kon-
pannie haltom iedereen op de kniën
te doen vallen.
Maar ge zijt mis, onoozelaar, ge zijt
volkomen mis. Weet ge niet dat d«
Belgen geen en dwang verdragen eu
vooral van een edelmanneken niet, dat
maar alleen naar den dag komen kijken
is om ook baron te zijn.
Een rijk van dwang
En duurt niet lang.
Dat kan mogelijk zijn in uwen Suaeen-
kring, in uwen werkmanstap; bij ons is
vrij en vrank de leus en een deftig man
breekt in alle geval zijn woord niet.
Oindat ge bij de hei-kiezing van lui
tenant Leclercq u daar zooveel gal
gemaakt hebt, omdat die 63 stemmen
vooru 63 kaakslagen zijn geweest, moest
ge opnieuw het klein tyranneken niet
spelen, zoo als men reeds in de Kamers
gezegd heeft.
We weten dat ge veel toupet bezit,
dat g' een stouteriksken zijt pas maar
op dat ge zoo hoog op uwe beenen niet
wilt staan tot dat ge door uw kniën zakt,
want die hoog vliegt kan leeg vallen.
Stad en Arrondissement.
Vooruitgang door 't Werk.
Er is besloten dat de jaarlijkscke rei» dezer
maatschappij zal plaats hebben op Maandag
van Aalst kermis Deze maal zal men den opha
ler (ascenceur) te La Louvièi'e gaan bezichti
gen, en een paar voorname fabrieken uit dis
nijverheidsstreek.
Het werk van den ascenceur is een der
reusachtigste onzer eeuw en wex-d over eenigs
maanden door den Koning met veel luister in
gehuldigd.
Wij hopen dat er vele eereleden aan di#
schoone en nuttige reis zullen deel nemen.
Concert qui sera donné par la Société Har
monie, Dimanche 19 Mai 1889, a 111/2 heuret
du mafin, sur la Kiosque, Grand' Place.
PROGRAMME
Hoe komt het toch dat men niet meer hoort
spreken van de brug welke er aan den Zwarten
Hoek moet gelegd worien Ook de voltooiini
van den kaaimuur vraagt zoo schrikkelijk vow
tijd dat wij ons eens afvragen of hij wel ooit
zal voltrokken worden. Volgens er zoo al onder
't volk verteld wordt hebben onze slimme ??f
stadhuisbazen nu eindelijk toch begrepen
maar te laat, helaas 1 dat ze daar het groot
ste kemelwerk vex-richt hebben, dat er ooit be
dreven is geworden en dat alleenlijk oim
den kozijntjeswinkel te bevoordeeligen. Hij
staat er nu toch, zeggen zij, doch men zou er
wel kunnen bijvoegen de meerschen zijn ook
betaald.
Is het waar dat die kaaimuur te leeg staat,
en waarom heeft mon hem van landzijde niet
met goeden grond maar met slijk aangevuld
1. Marche Nuptiale du songe d'une
nuit d'été, arr. par V. Bogasrde (M«ndeliohu.)
2. Berliu, Wie s'Weins und laoht,
ouverture, (Conravy.)
3. Les Sylpides, Mazurka, (Krein.)
4'. Grand Pot-pourri sur Luorèce
Borgia, arr. par Van Calck. (Donizetti.)
5. Lockvögelchon, Polka. (Schwer.)