HET GEHEIM 4de Jaar. Nummer 30 (194) Zondag 28 Juli 1889. Abonnementsprijs LIBERAAL WEEKBLAD VOOR 5 fr. voor de stad. 5 fr 50 voor den buiten, PRIJS PER NUMMER 10 CENTIMEN. voorop betaalbaar. Men abonneert zichop alle postkantoren voor den buitenvoor de stad, ten kantore van het blad, 10, Vooruitgangstraat 10, Aalst. HET ARRONDISSEMENT AALST. Gewone, 15 een timen Prl|S der Annoncenj KeUamsn, 76 0<sntlmim Vonnissen op de derde blad dj de, 1 frank. per drukregel. Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het bad gezonden wordt. Handschriften worden niet terug gezonden. Nee spe nee metu. AALST 27 JULI Herziening der kiezerslijsten. Wij sporen dringend onze vrienden aan, die er het recht toe hebben, van hunnejinschrijving op de kiezerslijsten aan te vragen. De herziening dier lijsten moet van den 1 tot den 14 Augusti gebeuren, zii is van groot belang dees jaar aangezien deze lijsten zullen dienen voor de kiezingen van 1890. Dit bericht betreft bijzonderlijk 1° De personen die belastingen betalen in andere gemeenten. 2* Degenen, die door afsterven de zaken hunner ouders voortdoen of goederen erven. 3° De oudste zonen of schoonzonen, van we duwen die d«n cijns betalen. 4* De burgers die 't zij door hunne bedienin gen, graden of bekwaamheidsbewijzen, zouden kunnen ingeschreven worden in hoedanigheid van bekwaamheidskiezer. (Wet van 24 Augusti 1883.) Volgens de bepalingen der wet, mag het ge meentebestuur geen gevolg geven aan de aan vragen tot inschrijving aangeboden na den 30 Augusti. De liberalen die eenige inlichtingen noodig hebben worden verzocht zich te wenden tot het bureel der Liberale Associatie, in den Graaf van Egmont Groote Markt, alle dagen van 9 ure 's morgens tot 's middags, en van 2 tot 5 ure *8 avonds, en des zondags van 8 1/2 tot 10 ure. Het komiteit der Associatie verzoekt al de liberalen haar zonder uitstel de personen aan te duiden, waarvan de inschrijving zou kunnen gevraagd worden. Het bureel belast zich gbatis de noodige pogingen aan te wenden om hunne inschrijving te verkrijgen door het gemeentebestuur. Buitenlandscli politiek overzicht. Zoo de regeering der fransche repu bliek en in het algemeen al de republieks- gezinden zich sterk beginnen te verzet ten tegen de aanslagen hunner vijanden, welke generaal Boulanger voor opleider hebben, blijven deze ook niet werke loos. Wij hebben het reeds gezegd zij gebruiken alle middelen, en vooral h t geld. Van waar het hun komt, dit weet niemand. De kandidatuur van Boulanger in de verschillige kiezingen heeft reeds millioenen gekost, en zij zal er nog talrijke verslinden. Thans heeft Roclie- fort in den Intransigcant laten weten, dat al de ambtenaren welke komen afge 8teld te worden door de regeering om reden van aankleving aan het boulan- gismus, hunne jaarwedde zullen genie ten tot de kiezingen van Oktober uit de 39. VAN DEN BANKIER. Bij alles wat schoon is riep hij uit, zij is een engel. Wie is een engel, waarde markies vroeg Rupert Godwin lachende. Zij, dat meisje, daar in den tempel. Zij is eene nieuwelinge. Ik heb haar gelaat nog nooit gezien. Ik verwonder mij waar, voor den duivel, Maltravers haar mag gevonden hebben; zie eens uaar haar, Godwin, voegde de jonge man erbijen reikte den bankier zijn tooneel- kijker over. Rupert Godwin haalde onverschillig de schouders op en zag naar het tooneel. Maar zoodra hij even een blik er op gewor pen had, schrikte hij zoo hevig dat de tooneel- iijker bijna aan zijne handen ontviel. Alweêr dat spooksel! Alwéér dat visioen van het verledene! Alweêr dat gelaat, hetwelk hem aan Clara Ponsonby herinnerde, zooals hij haar voor het eerst, rijdende aan haarvaders zijde, gezien had. Komaan, sprak de markies, ik zie wel, dat gij er evenzeer door getroffen zijt als ik. Ja, antwoordde Rupert Godwin langzaam, zij is heel schoon, en terwijl hij zoo sprak, trokken zijne wenkbrauwen zich boven zijne ondoorgrondelijke oogeo samen, zijne lippen werden strak, een duivelachtig plan werd in zijn hart gevormd. Hij had gezworen zich te zullen wreken op ïanden van het nationaal komiteit der loulangisten. De strijd zal hardnekkig zijn doch aangezien de republiekeinen zich thans vereenigd hebben, zal de zegepraal waar schijnlijk door deze behaald worden Verscheidene tijdingen welke hoege naamd niet gunstig waren voor den vrede van Eui'opa, waren verleden week nog eens in omloop, namentlijk betrek kelijk het Oosten. Men beweerde dat Oostenrijk gewapender hand in de zaken van Serbië ging tusschenkomen Dit zou onmiddelijk den oorlog met Rusland veroorzaakt hebben. Nu loochent men deze tijding wat er ook van weze, wij leven op eenen vuurberg. Er is geene enkele week zonder verspreide oorlogs geruchten. Alle mogendheden zijn gedu- 'ig aan het wapenen en bijzonderlijk Ttalië. Een ieder bereidt zich koortsach- jig voor de reusachtige botsing tot welke deze onophoudelijk wapeningen Europa geleiden moeten en in de welke men zeven of acht millioen sold; ten tegen elkander zal zien opkomen. Werkmanswoningen. Er is spraak in de hoogeschool te Brussel eenen bijzonderen leergang in te richten over de maatschappelijke vraagstukken. Het is reeds lang dat dergelijke cursus zou moeten bestaan de woordenwisse ling in de Kamers over de werkerswo ningen heeft doen zien dat vele onzer volksvertegenwoordigers de op te lossen sociale qusestie niet doorgronden of er niet van hooren Willen. Laten wij hopen dat de vrije Hooge school aan onze toekomende afgevaar digden daarover wat meer licht in hunne hersenen zal brengen. Al de naburige landen zijn ons in de leer der maatschap pelijke wetenschappen vooruit en er bestaat nochtans geen gewest waar die studie meer toepassing zou kunnen vin den danin België, waar dringende vraag stukken zich meer om meer voordoen. Over drie jaar was het slechts eene groote werkstaking in het kolenland en de brandstichting der glasblazerij des heeren Baudoux welke ons ministerie wakker schuddeden, en het deden ge voelen dat een gouvernement andere zaken te verrichten heeft dan altijd en overal de schoolmeesters, de liberalen en de vrijdenkers te vervolgen. De schrik die alsdan deze buitenspo righeden te weeg brachten, gaf aan onze afgevaardigden de beste inzichten der wereld, en zij zetteden seffens eene com- de vrouw, die hem het groote onrecht had aangedaan eenen gelukkiger mededinger boven hem te verkiezen, en hem daardoor eene wonde had toegebracht, die niet te herstellen was. Hoe kon hij zich beter wreken op die vrouw, dan door hare dochter aan verleiding en gevaar bloot te stellen.... Die jonge zwakke markies was juist geschikt om zijn werktuig te zijn. Ja, die lage daad stond hem even duidelijk voor den geest als hetgeen voor hem op het tooneel voorviel. missie aan het werk om eenigewetsvoor- steiieu aaneen te flansen, die aanstonds en voor immer de ellende en de mis noegdheid der volksklas moesten doen verdwijnen. Helaas niet éen dezer wetsvoorstel len bekwam eenen ernstigen uitslag. Al len waren plaasters op houten beenen, en de volksarmoede groeide aan. De volksgisting en het socialism worden hoe langs hoe meer qusestiën waarvan de reden en oorzaken moeten onderzocht worden. Thans heeft de Kamer eene wet ge stemd over de werkmanshuizen als wilden onze vertegenwoordigers weder doen gelooven dat zij liet met de arbei ders wel meenen, en alle pogingen aan wenden om hun lot te verbeteren. Ja, in schijn. Maar in den grond is het weder eene pleister op het houten been, en daarbij eene wet uit clerikaal politiek belang. Het Staatsbestuur komt bij het bou wen der huizen niet tusschen. De zaak wordt aan de rijken of aan sociëteiten alleen overgelaten. In ieder bestuurlijk arrondissement zullen een of meer |comi- teiten aangesteld worden, gelast met het nazien van bouwen en verhuren der werkmanshuizen en haren verkoop aan de arbeiders. Te dien einde zullen zij giften of legaten, alsook toelagen van de openbare machten mogen ontvangen. De wet vergeet te zeggen welke de huurprijs zal wezen of hoeveel de arme huurders per week of per maand zullen moeten opbrengen. De clerikale pers heeft de wet afge schilderd als een geniaal en grootsch werk, dat den arbeider redden zal. Volgens die wet zullen de woningen van de personneele belasting ontslagen worden wanner het kadastraal inkomen beneden de 72 frank is. Op bet eerste zicht schijnt de wet het loffelijk doel te hebben de werklieden van zware lasten te ontheffen. Doch op den keper beschouwd, ontdekt men dat onze meesters het alleen gemunt hebben om het eerbiedwaardigste bestanddeel der werklieden van de stembus te ver wijderen. Daarbij heeft zij voor doel komitei- ten van bescherming in te richten, die zuilen handelen met de medehulp der gemeentelijke macht. Het clerika- lismus dat altijd betuigen wil de zelfre- geering der gemeente te beschermen, brouwt hier weer eenen hoop moeilijk heden en hinderpalen tegenover het gemeentelijk gezag. En inderdaad aan die beschermings- komiteiten zal het toegelaten wor den de handeling van den (liberalen) burgemeester te belemmeren in ge val van aanbouw of openbare ge zondheid. Onze meesters handelen slim zij gaan over geheel Belgie nieuwe komiteiten inrichten, met eene buiten matige macht gewapend, die politiek zullen maken onder voorwendsel van het stoffelijk welzijn der werklieden. In liberale gemeenten zullen zij niets voor oogwit hebben dan stooring in den ge meenteraad te veroorzaken. Zoo spant men, met zich van de reeds bestaande krachten te bedienen als zijnde de geestelijkheid, de adel en de kloosters of de patronagiën een uit gebreid net over heel Belgie in wiens mazen wij gewikkeld worden als harin gen in zee. Het is nutteloos dergelijke bestuur lijke raderwerken te vermenigvuldigen. Verders. Op het iniatief der rijke burgers of legaten mag men n:et reke nen om een groot getal gezonde, goed- koope werkmanshuizen te zien bouwen, en veel min nog mag men rekenen dat de liefdadigheid een dergelijk probleem zal oplossen hedendaags houden de "ieden gedurende hun leven meer aan nmnen zak dan aan hunne ziel. Langs liberale zijde wordt de wet sterk beknibbeld. Het grondbeginsel kant zij niet tegen, maar in de toepas sing van de wet ziet zij een middel voor het clerikalism tot het uitbreiden van invloed. De heer Janson heeft een middel aan bevolen die van al de andere artikels der wet afwijkt Het initiatief der burgers, zegde hij, zal nooit voldoende zijn om aan iederen werkman eene goede, gezonde en vooral goedkoope woning te verzekeren. Heb zucht is de sterkste drijfveer voor 's menschen handelingen de belangen van het Ik, zijn altijd sterker dan de algemeene. De staat, wiens zending het zijn moet de ongelukkige te helpen, zou moeten rechtstreeks of bij tusscliengeplaatste personen optreden in stede van den bij- zonderen ondernemingsgeest. De Staat reeds, vervoert goederen en reizigers, draagt onze brieven rond, dit alles aan den allergoedkoopste!! prijs, en'wint er nog geld meê. Waarom zou hij ook geene werkmanswoningen bouwen 't Is eene zaak waarbij de openbare gezondheid, - Ik zal Clara Westford morgen een bezoek brengen, dacht hij. Ik heb haar alreeds in het stof vernederd. Zij tartte mij uit, toen ik haar het laatst zag; maar toen was zij nog meesteres van haar prachtig huis, en, zoo als zij dacht, verzekerd tegen de beproevingen en ontbering der armoede. Ik zal haar nu weder opzoeken, terwijl zij genoodzaakt is den bitteren kelk des levens tot den bodem toe te ledigen. Zij zal ongetwijfeld nu wijsgenoeg geworden zijn om mij niet weder af te wijzen. Zoo niet, als de ontembare geest van Clara Ponsonby nog in de borst van Clara Westford woont, dan zal ik wel een middel vinden om haar aan mijne voeten te brengen, en dat middel zal dat blond- harige meisje daar zijn, Dit waren de gedachten, die het hoofd van Rupert Godwin vervulden, terwijl hij daar zat met den kijker in zijne hand en strak op het tooneel starende. Vervolgens dw; aide zijn blik van het gelaat van Violette Westford over de groepen prachtig opgesierde meisjes die in bevallige houdingen geschikt waren. Wat lord Roxleydale betreft, die was geheel verdiept in de beschouwing van Violette. Hij zat daar met zijne oogen op haar gevestigd even strak te staren, als waren al zijne zintui gen verlamd door het een of ander bovenna tuurlijk visioen. Zoo bleef hij zitten staren tot dat de gordijn viel; daarop liet hij zich met eenen diepen zucht achterover in zijnen stoel vallen. Ik ben gevangen, Semper, sprak hij hij noemde zijnen vriend altijd Semper dat meisje, die bekoorlijke engel heeft haar beelc in het binnenste van mijn hart gedrukt. Ach God ik wist met eens dat ik een hart bezat Ik moet haar zien, haar spreken, dezen avorn nog, terstond. Ik zal Maltravers om introductie vragen. Ik zal... Stil Roxleydale, riep de bankier uit, zijne hand op den arm van den markies leggend terwijl de jonge man van zijnen stoel opstond Ik ken dat meisjeik weet alles van haar. Morgen avond zal ik u bij haar brengen. Gij Godwin Ja, ik zeg u immers dat ik haar ken. Als gij door middel van Maltravers tracht met haar in kennis te komen, zal zij weigeren u te ont vangen. Laat alles maar aan mij over. Ik kan onrechtstreeks een invloed op haar uitoefenen waarvan gij geen denkbeeld hebt. Wacht tot morgen avond. Ik vraag u niet om lang te wachten. De markies zuchtte. Gij moogt denken dat het niet lang is antwoordde hij maar voor mij zal het eene eeuw zijn. Ik heb nooit in mijn lereu zulk een beminnelijk schepsel gezien als dat meisje. Ik zou mijne markiezeukroon wel aan hare voeten willen leggeu en haar tot markiezin van Rox leydale verheffen. Bah, gekheid riep de bankier met een verachtelijk schouderophalen uit.hetzijn alleen dwazen of kjankzinnigen, die hunne kroon aan de voeten van eene tooneelspeelster neêrleggen. Markiezinnen kunnen niet zoo maar uit de goot opgeraapt worden. Ik dacht dat gij een man van de wereld waart, mijn waarde Roxleydale? Een man van de wereld f ja, dat was hij de zedeleer, de inwendige vrede belang hebben. Het is niet voldoende te trachten dat de werkman eigenaar worde men moet het ook gemakkelijk maken dat de aan genomen haardstede in de werkers familie kunne blijven. Om dat doel te bergeiken, hebben andere landen reeds de erfenisrechten op dat gebied gewij zigd. Doch eer de Staat aan het eigen domsrecht mag raken, moet dat recht gewijzigd worden. Daar ligt de gansche quaestie. De Staat bezit 39,289 hectaren do gemeenten 290,296 de Weldadigheids- bureelen 40,084 de hospiciën 36,953 de kerkfabrieken 23,293; de provinciën, de bisdommen, de seminariëu, de beurs- fondatiën en andere openbare gestichten 5,920 hectaren. Dat is op 2,945,516 hectaren die het belgisch grondgebied bevat 435,835 hectaren van doode hand welke nooit geen halve kluit mutatierechten betalen. Dat men een3 bedenke wat verba zende som deze eigendommen zouden opbrengen, en welk groot getal/werk mansbuizen men met deze som zou kunnen bouwen, die men het goed koopste mogelijk zou verhuren, hetgeen andermaal eene nieuwe bron van in komsten voor den Staat, voor de collec tiviteit zoude wezen. Van eenen anderen kant, de erfrech- ten in verre zijdelingsche lijn kunnen ingekrompen worden ten voordeele der collectiviteit, opdat op eenige jaren die collectiviteit rijk genoeg zoude wezen, om voldoenden grond te bezitten voor werkmanswoningen te bouwen welke de arbeider nooit zou kunnen belasten, daar de collectieve eigendom ontast baar zoude zijn. Waarom dus, zooals het in de Kamer voorgesteld werd, de bureelen van wel- weldadigheid en de godshuizen niet be velen hunne vaste goederen, die toch stellig aan de collectiviteit toebehooren, in 't geheel of gedeeltelijk te verkoopen, te beginnen met deze welke in het bui tenland gelegen zijn, ten einde zich de noodige middelen te verschaffen om in het bouwen van werkmanshuizen ta voorzien. Men werpt hier tegen op dat dit staatssocialism zoude zijn. Jawel, maar aangezien het een openbaar belang betreft, kan zulk socialism toch geen kwaad gelegen zijn. Wie zou dus met het bouwen van werkhuizen moeten belast zijn De Staat. De Gemeenten. De bureelen altijd geweest. Van zijne eerste kindscheid af aan was de markies door vleiers, tafelschuimers en schurken omringd geweest, die zichzelven mannen der wereld noemden, elke edelaardige opwelling in zijn gemoed, elk verheven gevoel, dat in zijn jeug lig hart opkwam, was door den invloed van zulke gezellen gestikt geworden, terwijl aan den anderen kant iedere booze neiging aangemoedigd, iedere slechte eigen schap gesterkt was geworden, want met de ondeugden van den rijken edelman hoopten zijne vleiers in later tijd hun voordeel te doen. De markies had eene moeder, die hem innig liefhad en die hij in zijne kindschheid ook tee- derlijk bemind had. Maar zijne ondeugende makkers waren er in geslaagd hem uit het ge zelschap te verwijderen en aan den invloed te onttrekken van die liefhebbende trouwe moeder, en mevrouw de markiezin van Roxleydale leefde thans eenzaam en vergeten op een van de buitenverblijven, die aan haren zoon toebe hoorden. Het huis dat zii tot verblijfplaats gekozen had, lag op een klein landgoed in Yorkshire. Daar bracht de markiezin, geheel en al van de wereld afgescheiden, haar leven voor he^ grootste gedeelte met werken van liefde door Zij schreef dikwijls brieven aan haren zoon lange brieven, waarin zij hem ernstig smeekte een leven te leiden, zooals bet aan oen kristen edelman, een Engelschman van hooge geboorte, betaamde. Die brieven werden echter nooit beantwoord. Voor den jongen man, die in zulk eene onzui vere atmo feer zijn leven doorbracht, schenen die liefdevolle brieven niets anders dan verwij tingen te bevatten. Zijn schuldig geweten was zelfs doof voor de liefderijke raadgevingen zijner moeder. Nadat zij den schouwburg verlaten hadden, soupeerden de drie heeren te zamen en ditmaal dronk Rupert Godwin van harte meê. Hij dronk veel en er kwam eene zekere woeste vroolijkheidin zijne manieren, zoo ieta scherps en vijandigs in zijne ougebondene vroolijkheid. Eenmaal toen de vreugde op het uitbundigst was, lichtte hij zijn glas boven zijn hoofd op en riep Ik drink op Clara en op de vervulling van eene oude belofte. Hij dronk het glas Jot den laatsten druppel uit en wierp het vervolgens tegen den muur aan stukken. Het kristaal vloog in duizende stukjes overal in het rond. Zoo zal ik ook uw trotschen geest breken, hoogmoedige Clara, riep hij uit. De markies en Sempronius waren beiden te dronken om veel acht te geven op den wilden uitroep van den bankier, of zoo zij het al deden, vermoedden zij weinig, welk eene diepe zin achter die dreigende woorden verborgen was. XXI. Geknakt maar niet gebroken. De dag, die op den avond volgde, waarin da markies van Roxleydale en zijne twee vrienden het Circense Theatre bezocht hadden, was toevallig een zaterdag, en Violette moest des morgens aan den schouwburg komen om haar wekelijksch loon te ontvangen. Dit was eena zaak die veel geduld vereischte want de beta ling geschiedde niet eerder dan nadat de repititie van een nieuw stuk was atgeloopen, hetwelk eerstdaags zou opgevoerd worden, en Violette was genoodzaakt te wachten, totdat al de de eerste acteurs en actricen hun loon ontvangen hadden. Zoo kwam het dat Clara Westford zich ge heel den zaterdag morgen alleen bevond. Zij 1 V -

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1889 | | pagina 1